N°. 1090? Zaterdag September. A0. 1895 ,§eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. W enilleton. Met scherpe wapenen. -y. v wi LEILSCH DA&BIAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco por post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIÉN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel moer f 0.17£. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 6 September. De gedenkdag van Lridens Ontzet nadert weer met rasscho schreden, op welken feest dag dan tevens het 10 jarig bestaan der „3 October-Vereeniging" zal worden gevierd. Is het dan wonder dat sommigen zich opge wekt gevoelen om ook voor deze gelegenheid, evenals voor do jongste Maskerade-dagen, hunne bekwaamheden in het componeeren van feestmarschen te teonen? Zeker niet. Reeds is er dan ook een van die toon zettingen verschenen by de firma Blanken berg Co., alhier. Deze „3 October-feest- marsch" is opgedragen aan en onder beleefde dankzegging aanvaard door het bestuur van genoemde dubbel feestvierende Vereeniging. In dezen marsch is door den componist, den heer J. C. Geyp, door vroegere werken wel bekend, gebruik gemaakt van de oud- Nederlandsche liederen „Glyck den grootsten rapsack," een lied, dat op Leidens Ontzet be trekking heeft, en het „Wilhelmus van Nas- sauwe." Het eigenaardige van het Leidsche lied zal zeker aanleiding geven aan de loden van de „3 October-Vereeniging" 6n anderen, die aan piano-spel doen, om zich voor een geringeu prys dezen feostmarsch aan (e schaffen, ook als een souvenir aan het tienjarig bestaan der Vereeniging. De druk is zeer net en duidelijk. 's R(jks Ethnographisch Museum heeft van den h6er I. G. H. Schuller totPeursum, controleur bij het binnenlandsch be3tuur, de navolgende voorwerpen, herkomstig van Palembang, ten geschenke ontvangen: Vijf diverse ligmatten, zes modellen van prauwen. Aan den schenker is de dank der Regeering betuigd. De Fransche mail met berichten uit Batavia tot 9 Aug. kan morgen hier worden verwacht. Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Nieuw-York, door middel van het stoomschip „Werkendam", van Amsterdam vertrekkende. Ten postkantore al hier moeten de brioven, enz. uiterlijk heden avond om 10.30 bezorgd zyn. De wijze van verzending behoort duidelijk op het adres vermeld te worden. Voor den heer F. Oostdijk, wonende onder de gemeente Zoeterwoude, nabij Leiden, was het gisteren een zeer gewichtige dag, daar hij toen het feit mocht herdenken, dat hij vóór vjjf en twintig jaren de betrekking aan do Sterrenwacht aanvaardde, welke by er nog steeds mot lust en ijver vervult. Die gewichtige dag, dat belangrijke feit gingen dan ook voor hem geenszins onop gemerkt voorby; integendeel, hy mocht tal- rgke bewijzen van sympathie en vriendschap ondervinden, allereerst van den professor- directeur der Sterrenwacht, dr. H. G. Van de Sande Bakhuyzen, van de hoeren obser vatoren dier Rijksinrichting en voorts van allen, in eenigerlel betrekking tot haar staande. Zoowel van den hoogleeraar-directeur als van de observatoren en de verdere geëm- ploieerden ontving hy, onder toespraken, op het feit betrekking hebbende, stoffelijke bewyzen van waardeering en vriendschap, we'ke hem ten zynen huize werden aangeboden. De heer Oostdyk was zeer gevoelig voor een en ander en betuigde allen dan ook by herhaling zyn harteiyken dank. Hy blyve nog lang nuttig aan de Sterrenwacht verbonden Op het telephoonkantoor te Sassenheim werden gedurende de maand Augustus 1895 behandeld 219 telegrammen, waarvan ver zonden 106 en ontvangen 113. De heer B. P. Roest, lid van den Raad der gemeente Sassenheim, heeft voor zyne benoeming tot wethouder bedankt. Het door Burg. en Weths. van Sassenheim gesloten inschryvingsregister der nationale militie lichting 1896 bevat 11 namen. Men schrijft ons uit Lisse, dd. 4 Sept.: Dat getrouw schoolbezoek op prys wordt gesteld, bewees heden weder het prettige feest, dat door de dames Van den Broek aan de leerlingen van hare naai- en breischool was bereid. Met een achttal versierde brikken, daartoe door de eigenaars welwillend afge staan, ging het onder vrooiyk gezang naar den Drechsberg, alwaar de dag met verschil lende spelen genoeglijk werd doorgebracht, tot met hot vallen van den avond de kinderen, ieder nog voorzien van een prijsje, hoogst voldaan huiswaarts reden. In de vergadering van den Raad der gemeen te Zegwaard werden de herkozen leden de heeren A. J. Van Reeuwyk en C. Van Dorp en het nieuw gekozen lid de heer A. Van "Wijk beëedigd. De voorzitter wenschte dien heeren geluk met hunne verkiezing, hopende dat zij vele jaren in het belang der gemeente zouden werkzaam zyn. In deze vergadering werd door burgemeester en wethouders den Raad de begrooting voor den dienst van 1896 aangeboden. Het is zeker een zeldzaamheid, dat een boek, dat grootendeels bespiegelingen bevat, in ons land een derden druk beleeft. Dat is thans „Verbonden Schakels" van mej. Hólène Mercier te beurt gevallen. Maar met een boek als dit, kan de heer Tjeenk Willink, te Haarlem, gerust een derdon druk wagen. Uit een ingezonden stuk van den hoor P. Frère in „De Maasbode" blykt, dat de pogingen om te Maastricht een fabriok op te richten voor de vervaardiging der nieuwe geweren, afgestuit zyn op den eisch van den minister van oorlog, dat de fabriek meer dan honderd geweren daags zou afleveren. Het door een consortium bijeengebrachte kapitaal voor de oprichting der fabriek bleek daarvoor niet groot genoeg. Te Rotterdam is gisteren plotseling over leden de heer Jean Browne, onder den naam „Jan Valjean" bekend als schryver over too- neelzaken en auteur van enkele tooneelstukken. In de zitting van Dinsdag heeft de Raad van Roermond met zes tegen vyf stemmen besloten een adres te richten tot den minister van binnenlandsche zaken, ten einde te ver nemen de redenoD, waarom de Commissaris der Koningin in Limburg aan HH. MM. een bezoek aan Roermond ontried. Op verzoek van den burgemeester benoemde de Raad eene commissie, belast met het op stellen van het adres aan den minister. Daar toe werden gekozen de heeren jhr. Michiels, H. Drehmanns en P. Höppener. Het Leger des Heils houdt elk jaar over de geheele aarde omstreeks dezen tyd eene week van Gebed en Zelfverloochening. De officieren, soldaten en "vrienden van het Leger worden dan uitgenoodigd gedurende die week zich het een of ander te ontzeggen en het daardoor bespaarde geld te storten in een fonds, genoemd „Zelfverloocheningsfonds", dat gebruikt wordt ter verspreiding van het Evangelie over de geheele aarde. Dit jaar zal die week gehouden wor Jen van den 6den tot den 12den October. By koninklyk besluit van 3 dezer, mede gedeeld in de Staatscourant van 6 dezer, is op de voordracht van den raad van minis ters van 30 Aug. jl. bepaald, dat de tegen woordige zitting der Staten-Generaal zal worden gesloten op Zaterdag 14 Sept. a. s., des namiddags te 3 uren. De minister van binnenlandsche zaken wordt gemachtigd zich op het vermelde tydstip te begeven naar de vergadering der Staten- Generaal, ten einde in eene vereenigde ver gadering der Kamers de zitting in naam der Koningin te sluiten. By koninklyk besluit van 3 dezer is tot voorzitter van de Eerste Kamer, gedurende do zitting, die zal aanvangen op den derden Dinsdag in September 1895, benoemd de heer mr. A. Van Naamen van Eemnes, lid van die Kamer. Naar het „Vad." verneemt, kan men ook te 's-Gravonhage tegen het a. s. seizoen de op richting verwachten van een nieuwe Zang- vereeniging voor gemengd koor. Naar „De Stand." uit goede bron ver neemt, denkt prof. Fabius er niet aan, zyn werkzaamheden aan de Vrye Universiteit af te breken Vandaar dan ook, dat de nieuwe wethouder zyn function nog niet heeft aan vaard. Of, en wanneer dit zal geschieden, hangt af van de mogelijkheid, om die schik kingen te maken, welke noodig worden geacht. Door den gemeenteraad te Breda is afwijzend beschikt op het verzoek van mej. Ankersmit, om een subsidie van f 500, tot de oprichting van een kookschool voor kinderen, die de kostelooze school verlaten hebben. Naar het „Vad." verneemt, heeft H. M. de Koningin-Regentes, als altyd deelnemend aan alles, wat er in ons land gebeurt, per telegram aan den burgemeester van Hooge- Zwaluwe volledige inlichtingen gevraagd om trent den omvang der ramp, die de plaats getroffen heeft. Naar gemeld wordt, heeft mr. E. Van Loon ontslag aangevraagd als griffier der Provin ciale Staten van Groningen. Gisteren vertrok van Amsterdam met het stoomschip „Prins Willem I" van den Kon. West Ind. Maildienst naar Paramaribo de heer L. H. M. Hartogh Heys, ingenieur der Fransch-Nederlandsch West-Indische Com pagnie, ten einde zich van daar via Cayenne naar het grondgebied der Maatschappij te begeven, tot het verrichten van myn-explo- ratie en -exploitatie. Het stoomschip „Lawoe", van Batavia naar Rotterdam, vertrok 5 Sept. van Port- Said, de „Maasdam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 5 Sept. Prawlepoint; de „Obdam", van Nieuw York naar Rotterdam, vertrok 5 Sept. van Boulogne sur Mer; de „Prinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 5Sept. van Genua; de „Prins Hendrik", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 5 Sept. Kaap Rocca. Koloniaal Terslag ?an 1895. Omtrent den politieken loop van zaken op Lombok, gedurende het tydvak September 1894-Mei 1895, bevat het Koloniaal Verslag eenige mededeelingen, zich aansluitende by de vroeger medegedeelde Nota's en waaruit kan blyken hoe groote werkzaamheid er op Lombok ontwikkeld wordt, nu ons bestuur in de plaats van het vorstenhuis i3 getreden, om zooveel mogelyk orde en regel te brengen in de sterk gedesorganiseerde toestanden, zoowel in de Balische streken van hot eiland als en vooral in de sedert 1890 (toen de opstand der Sassaks tegen het vorstenbestuur uitbrak) zoo getei sterde Sassak-landen. in Mei jl. heeft de Indische Regeering het besluit genomen om het bestuur over Karang- Asem voorloopig aan Djilantik te laten. By de verkregen zekerheid, dat deze aan het verraad geen deel heeft gehad en integendeel tot het laatste toe het gewelddadig verzet tegen de uitvoering van onze eischen tegen hield, was in het niet waarschuwen van onze bevelhebbers op zichzelf geen voldoende grond meer aanwezig om Djilantik te ontzetten uit het bestuur en alzoo eene straf op te leggen, die, kwaiyk gemotiveerd tegenover de bewijzen van goede gezindheid, door hem na zyn terug keer van Karang-Asem gegeven, hem als het ware met geweld gedreven zou hebben in de armen der aan ons gezag vijandige elementen in genoemd landschap Het bestuur over Karang Asem zal door Djilantik gevoerd worden als stedehouder namens het Gouver nement en hy zal daa'rby, behoudens nadere bevelen van het Gouvernement, als leiddraad hebben te volgen het in 1849 met het Lom- boksch vorstenbestuur voor Karang-Asem gesloten contract. Schrifteiyk zal hy moeten verklaren, dat hij in het bestuur over Karang Asem zich als een goed en getrouw regent zal gedragen. Aan het beleid van den resident is het geheel overgelaten om, naar gelang van omstandigheden, te beoordeelen, welko de beste weg zal zyn om eerst by Djilantik het wantrouwen weg te nemen omtrent onze bedoelingen en daarna de gelegenheid te zoeken om de te treffen regeling met hem te bespreken en verder te beslissen hoe en waar zyne officiëele bevestiging als stedehouder van het gouvernement zal plaats vinden. In verband met den onzekeren toestand in Karang-Asem heeft de Indische Regeering voorshands geen vryheid kunnen vinden do sedert 1 Juni 1894 op Bali geleverde observatie troepen van daar weg te nemen, maar wel is in het begin van April jl. machtiging ver leend tot ontbinding van de te Malang geree^ gehouden resorve. Nu de expeditionnaire troepen grootendeels op Java teruggekeerd zyn, kunnen versterkingen, als het onverhoopt noodig mocht wezen, cok zonder dat er eene speciale reserve is, binnen zeer korten tyd naar Boeleleng worden gezonJen. In verband met de wijziging in de offi cierssabel van het Indisch leger, is een nic-uw model vastgosteld voor de eeresabel, die sedert 1855 wordt uitgereikt als belooning voor schitterende daden, te velde verricht. Aangaande eene herziening van het regie ment op de rechterlijke organisatie en het beleid van justitie in Ned.-Indié en daarmede samenhangende onderwerpen, en het daarover door het Hooggerechtshof uitgebracht rapport, wordt het advies van de Indische Regeering ingewacht. Voorstellen tot herziening van de rege lingen wegens het rechtswezen in de Vorsten landen op Java zyn in Indië in behandeling. Omtrent het door de Staatscommissie tot herziening van de Indische wetgeving op privaatrechteiyk gebied gedane voorstel lot volledige regeling van het onderwerp der huwe lijken buiten personen, die in Ned.-Indië aan een verschillend recht zyn onderworpen, werd hot advies der Indische Regeering ontvangen, dat aanleiding gaf tot verdere raadpleging der Staatscommissie. Het ontwerp van een nieuw Strafwetboek voor Europeanen is nog in Indië in behandeling. Na het staken van de opdracht tot het ont werpen, onder leiding van den directeur van justitie, van een nieuw Strafwetboek voor in landers en van de, m samenhang met do nieuwe codificatie van het strafrecht, gevor derde wyzigingen in de geheele Nederl.-Indische wetgeving, maakt de wijze, waarop deze zaak tot een goed einde is te brengen, nog een punt van overweging uit. Over de indertyd in de Tweede Kamer der Staten Generaal ter sprake gebrachte vraag, of het ook nuttig kon zyn om, in navolging V3n eene dergelijke instelling by het Britsch Indische leger, door htt beschik baar stellen van eenvoudige werkloodsen den manschappen gelegenheid te geven in hun vryen tijd het door hen vroeger beoefende handwerk te onderhouden, waardoor de zoo- danigen zich nog eenige extra-verdiensten zouden kunnen verschaffen on in elk geval lediggang en de schadelyke gevolgen van dien zouden kunnen worden geweerd, heeft het Indische legerbestuur de chefs van verschil lende wapens en diensten gehoord, doch alge meen is men, gelet ook op hetgeen de onder vinding, indertyd in een drietal garnizoens plaatsen op Java opgedaan, ten deze geleerd heeft, tot eene negatieve conclusie gekomen. Gemengd Nieuws. Voor de Haagsche rechtbank stonden gisteren weder 22 personen terecht wegens landloopery. Éen was er by, die pas drie weken geleden met ruim f 51 uitgaans- kas werd ontslagen en nu weder opzending vroeg. Gemiddeld werden er in de laatste weken vyftien personen per week opgezon Jen. 15) Ala zy eons gehoor gaf aan den bjjna onweerstaanbaren drang, dien zy gevoelde, om hem alles te vertellen, wat zy uit den mond van Guy Oscard had vernomen? Zy kon toch naar waarheid beweren, dat zy het deed om het geluk te bevorderen van twee achtenswaardige mannen? Jocelyn had niemand om te raadplegen, niemand, tot wien zy zich kon wenden om raad of sympathie in deze teedere zaak. Eet was om gek te worden. Zy moest het alles alleen uitvechten 1 Zy moest om de vele klippen heeozeilen, geleid door een kompas, waarvan ze geen haarbreed wilde afwyken bet kompas van haar eer en maagdelyken schroom. Juist omdat haar liefde zoo groot was, was het haar onmogelyk de dubbelhartigheid van Millicent Chyne aan hot licht te brengen. Zy meende dat, als Millicent daalde in de ach ting van Jack Ueredith, haar geheele sekse by hem zou dalen, tygovolg ook zy, en durfde Millicent niet verraden, omdat zy de eer harer sekse moest ophouden door aan haar eigen eergevoel zeer hooge eischen te stellen. Zoo bond haar liefde voor Jack Meredith baar de handen en moest zp stil toezisn, dat misschien zyn leven schipbreuk leed door een band, die hem niets dan ongeluk kon brengen. Met den helderen blik van iemand, die slechts toeschouwer is, begreep Jocelyn Gordon nu, uit alles wat Jack Meredith haar had medegedeeld, dat Millicent hem volkomen onwaardig waB. Tevens herinnerde zy zich woorden, wenken en zelfs oogenblikken van zwygon, waaruit zy ontegenzeglyk tot de treurige gevolgtrekking moest geraken, dat hy haar werkelyk liefhad. Zy was oud genoeg en bad genoeg ondervinding, om zich te ont houden van de ydole bespiegeling, hoe toch die liefde kon zun ontstaan. Zy wist dat de mannen soms vrouwen huwen, die, volgens het oordeel van de hen omringende betrekkingen, hen niet waard zyn, en dat ze later zelfs met die vrouwen gelukkig loven, zonder dat zy het ooit noodig oordeelen aan die betrekkingen te verklaren, waarin dat geluk eigenlijk bestaat. Nu wilde het lot, dat Jocelyn Gordon niet tot de vrouwen behoorde, die zichzelf op het geschikte oogenblik met een zekere gratie verraden en dan terstond daarop een ver- logenheid laten blyken, die haar zoo goed staat. Neen, zy was sterk en volhardde dus in haar besluit zichzelf te beheerschen en het diepste stilzwygen te bewaren. Deze taak toch had zy zich vrywillig opgelegd, nadat ze ge- ruimen tyd had neergezeten, om allee zorg vuldig te overleggen, in de veranda met haar geurige planten en lieflyke herinneringen. Zy was volstrekt niet romanesk gestemd. Alles was eenvoudig waar, niets zóó waar als haar liefde voor Jack Meredith. In haar dagelyksch leven was geen merk bare verandering gekomen. Maurits Gordon bemerkte niet het minste verschil. Zy was nooit luidruchtig geweest. Nu liep zy door het huis, verrichtte haar huishoudelijke bezig heden, betoonde zich voor iedereen vriendelyk en onuitputtelyk in haar goedheid, stiller dan gewooniyk; alleen wanneer de gelegenheid zich voordeed of de wellevendheid het van haar eisebte, was zy misschien wel meer dan anders gereed op allerlei onverschillige onder werpen in te gaan en te lachen over zooge naamde geestigheden. Zy, die ooren hebben om te hooren en oogen om te zien, leeren den lach wantrouwen, die te spoedig gereed is, en de sympathie, die zich al te rykeiyk over de menschen uitstort. Het geluk is in zichzélf gekeerd 1 Zoo verliepen er vier maanden en de indruk, in de kleine West-Afrikaansche wereld teweeg gebracht door het eerste schitterende succes van de Simiacine-expeditie, begon te ver flauwen. Alles ging weer zyn gewonen gang. Eerst wilden de experts het niet gelooven; toen voorspelden zy, dat het geen stand zou houden. Eindeiyk maakte het veelbewogen tydperk van afgunst, haat en kwaadwilligheid plaats voor een nokkende berusting, verge zeld van een onbestemde ontevredenheid over de Fortuin, die nog eens aan de zyde van de stoutmoedigen was geweest. Maurits Gordon verwachtte dagelyks tyding uit bet vèrafgelegen, gelukkige oord, dat hy slechts onder den naam van het „Plateau" kende. Jocelyn Gordon van haar kant be proefde het zelfs niet een hoop te verbergen, die haar geheel vervulde de hoop, dat Jack Meredith zelf in persoon die tyding zou brengen. In zyn plaats verscheen - Victor Durnovo. Hy overviel haar op zekeren avond, dat zy langzaam naar huis wandelde, van een stille theevisite by den zendeling terugkeorende. Toen zy voetstappen in het zand hoorde, keerde zy zich om en - Durnovo stond vlak vóór haar. „01" riep zy uit en haar stem getuigde van een ontroering, die hy verkeerd uitlegde. „Is u het?" „Ja ik ben het," antwoordde hy en hield baar hand langer vast dan noodig was. Zyn reis van Msala door de meer beschaafde streken van de benedenrivier, zyn reis met den kustvaarder, zyn aankomst te Loango, dat alles had veel op een triomftocht geleken. Victor Durnovo was verrukt als een meisje, dat een nieuw kleedje aan beeft. „Ik ben gekomen om u te bezoeken," ging hy voort en er was iets in zyn toon, dat haar hinderde. Zy gaf zich de moeite niet hem te vor- tellen, dat Maurits voor tien dagen afwezig was. Zy voelde dat hy dat wist. Er was in zyn gang iets woests, dat haar tegenstond, maar één ding was haar duidelyk dat zy niet langer bang voor hem was. Dit gevoel had nog geen bepaalden vorm aange nomen. Zy wist het niet onder woorden te brengen, maar zy kende geen vrees meer. „Heeft u succes gehad?" vroeg ze met een twyfelachtige vriendelykheid in haar toon, voortkomende uit haar teruggekeerd zelfver trouwen. „Dat geloof ikl De bezending, die Oscard vervoerde, was op zichzelf al een fortuintje. Maar natuurlyk, u heeft Oscard gezien. Heeft hy in de bungalow gelogeerd?" „Neen, in het hotel." „Mocht u hem graag?" Terwyi hy deze vraag tot iiaar richtte, keek hy baar even met zyn yverzuchtige oogen van ter zyde aan. „Ja, heel graag I" „Hy is een beste kerel een flinke vent. Natuurlyk heeft hy zyn gebreken, maar wy schoten samen best op. Hy is geëngageerd, weet u." „Dat vertelde hy my." Durnovo vestigde op haar nog eens een onderzoekenden blik en scheen gerustgesteld. Hy lachte even onbeholpen. „En het zou me niet verwonderen als Meredith ook in dezelfde benydenswaardige positie was." „Zool" Durnovo gaf zich nu aan een veelbetooke- nend zwygen over. „Wanneer gaat u er weer heen,?" vroeg zy terloops. „Zoo spoedig mogelyk," antwoordde hy op een toon, alsof hy het betreurde, haar ver driet te moeten aandoen. „Morgen of overmorgen moet ik vertrekken. Ik heb er geen vrode by, dat ik Meredith heb moeten achterlaten met zoo'n gering aantal manschappen. Natuurlyk moest ik wel een behooriyk gelelde meenemen. Ik had wel voor zestig duizend pond aan Simiacine by qk Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1