MENGELWERK. 8oren links, profossoron rechts, en zlj in het raidden, niet wetend wat zij moesten doen. Uit dezen noodlottigen toestand heeft de heer Van Houten ons nu gered. Immers: omtrent de grondwettigheid van zijn ontwerp zal geen ernstige twyfel kunnen rijzen. Eindelijk het tegenwoordige ontwerp ie met zoo eenvoudig als het vorige. Het woord van Donders, dat de werkelijk heid niet eenvoudig is, is een gevleugeld woord goworden. Het is waar: een ander beroemd geneesheer, Boeihaave, had tot levensspreuk gekozen: „Eenvoudigheid is het zegel van het ware". Maar dat was oen levensspreuk, terwijl het gezegde van Donders betrekking had op den aard dor dingen. De werke lijkheid is uiterst samengesteld en verbergt niet alleen te meer problemen, naarmate men dieper in haar doordringt, maar laat zich ook niet beschrijven in enkelo formules. Niet anders dan voorloopig valt nog over het ontwerp-Van Houten te schrijven. Dit echter staat vast, dat het eene heilzame defini tieve regeling beoogt en geeft. Moesten wij thans reeds eene opmerking maken, ztf zoude den minimum leeftijd, op 25 jaren gesteld, betreffen. Dat minimum komt ons te laag voor. Hoe grooter de kring van kiezers wordt, hoe meer beteeker.is de minimum-leeftijd erlangt. Is dat minimum zód te stellen, dat ongehuwde kiezers komen te behooren tot de groote zeld zaamheden dus op 28 of 30 jaren dan zou daarmede veel zijn gewonnen. Een ge huwd man denkt in den regel anders over de dingen dan de ongehuwde. Ook is hij bij den gang der zaken inniger betrokken. De grenzen, door het ontwerp gesteld, z\jn zoer ruim, voor velen zelfs te ruim. Zal de kieswet, en dat kan zij, eene internationale kracht zfin, dan kome zij tot stand door zoo- velen mogelijk. Welnu in het hooger stellen van den minimum leeftijd ligt het middel om hen met het ontwerp te verzoenen, voor wie de voorgestelde kenteekenen niet voldoende zijn. Geen middel leent zich daartoe beter, wijl het verhoogen van den minimum leeftijd geen enkelen bopaalden persoon uitsluit maar alleen het tijdstip, waarop hy kiezer worden zal, wat verder stelt. Voor ons vaderland is het zeer te hopen, dat het ontwerp van den heer Van Houten, zy het ook hier en daar gewyzigd, verheven worde tot wet. Dringend wachten verschil lende volksbelangen op behartiging. Wy zyn nu eenmaal in oen toestand gekomen, dat het kiesrecht moot en zal worden uitgebreid voor en aleer, voor zoover dit den wetgever mogoiyk is, aan de verbetering van allerlei toestanden in ons staatkundig en maatschap- peiyk leven de hand zal worden geslagen. Dit zy dan zoo maar nu is dan ook elk hernieuwd uitstel van die uitbreiding tegen het belang der natio. Wyi het thans ingediende ontwerp noch in stryd is met do Grondwet, noch benepen is van karakter, heeft het zekor alle kans door de Kamers te worden verklaard als der aan neming alleszins waardig. Zeer waarschyniyk zal het Nederland dus verlossen van het kiesrecht-vraagstuk, vraagstuk, dat nu inder daad lang genoeg dringend noodige verbe ringen in den weg heeft gestaan. Redenen, waarom wy het kieswet-ontwerp van den Minister Van Houten begroeten met een harteiyk: Welkom 1 De Limburger Koerier maakt de opmorkiDg dat er iets satyrieks in ligt, dat Van Houten, die in tegenstelling met Tak vóór alles de Grondwet heeft willen eerbiedigen dit be weren althans zy, door wier toedoen hy minister is geworden door het stellen van positieve kenteekenen een nagenoeg even groot aantal kiezers schept als de „ongrondwette- lyko" minister Tak. „Wol zyn do kenteekenen, waar de heer Van Houten zich mode tovreden stelt, magere beestjes, doch do Grondwet vordert ook geen vette. De keuzo laat zy aan den gewonen wotgever over. En Van Houten verkiest de magere. En had hy nog magerder gekozen, dan bleof hy nog binnen do termen der Grondwet. „Maar wat gaan nu de opgomelde staats lieden aanvangen? „Weer met grondwotteiyke scrupulen komen aandragen, scbynt menschelykerwyzo niet meer mogeiyk. „Er zich dan maar in stille berusting by neerleggen? Dat is eeno harde noot, die do hoer Van Houten, in zyn welwillendheid, hun echter wat woeker en gemakkelyker te kraken maakt. Als hy verzekert, dat zelfs by be nadering niet te becyferen valt, hoeveel nieuwe kiezjrs uit zyn wetsontwerp zullen groeien, had hy, naar ons dunkt, vooral het oog op do netelige positie, waarin zich de heeren bevinden. „Het is alsof hy zei: „Toe, heeren, hebt maar goeden moed! Uwe geuite grondwettelyke bezwaren zyn door mijn ontwerp van de baan gekogeld; en uwe vei zwegen getalboz waren kunt gy gerust op myn verzekering van het onberekenbaar ge tal toekomstige kiezers afleggen. Misschien schopt myn ontwerp niet de helft nieuwe kiez rs, die Tak's ontwerp zou hebben voort gebracht. Komt dus maar over de brug." „Ligt daar niet iets satyrieks in?" Hoewel een voorstander van geleidelyke uitbreiding dor kiesbevoegdhoid, verklaart de Limburqcr Koerier toch zich by do aanneming der wet, desnoods ongewijzigd, te zullen neerleggen, mits een tegenwicht in do wet worde aangebracht togen den overstelpenden vlood van nieuwe kiezers, byvoorbeeld stem plicht, „niet uit voorliefde voor dat ding, doch als een noodzakeiyk kwaad." Het leven een lange lijdensweg. Uit het Fransch van RE NÉ MAIZE ROY. L Zy schynt te slapen, het blonde hoofdje teruggezonken in de helderwitte kussens, de armen langs het moede lichaam uitgestrekt, voor het al te felle daglicht beschut door de dunne gordynen van lichtblauw cretonne. Het kamertje maakt den indruk van keurige netheid; evenals by de meeste werkstertjes der tallooze ateliers van Parys is op het geheel een stempel van behaagiykheid gedrukt. Op den houten schoorsteen, imitatie grys marmer, staan in vaasjes van een paar stui vers wat verflenste bloemen, op een Zondags wandeling geplukt. Aan den muur overal prenten uit illustraties geknipt en enkele por tretten door oen amateur genomen. Op de een voudige latafel wat boeken, netjes gebonden, tusschen twee koperen kandelaars en een paar porseleinen poppetjes. Op een stoel voor het bed liggen haar kleeren, zorgvuldig opge vouwen, alsof zy ze den vorigen avond had neergelegd om ze vandaag weder aan te trekken. Helaas, het arme meisje zal nimmer weer ontwaken: dezen nacht is zy gestorven. II. Het is niet alles, geloof my, om dag aan dag er op uit te moeten van het eene eind der wereldstad naar het andere. Men moet werken om te leven en van het karig loon schiet geen omnibuskaartje over. Waarvan zou men zyn uitgaven moeten betalen als men er dagelyks twaalf stuivers afnam om naar het atelier en weer thuis te komen, alsof er dan genoeg voor voeding en kleeding zou overblyvenl Neen, er bleef voor het arme meisje niet anders over dan te loopen door brandonde zonnehitte, gure wind- en sneeuw vlagen. Zoo was zy eenige dagen geleden haastig komen aanloopenzy vreesde reeds te laat te zyn en daardoor een gedeelte van haar loon te verhezen. Voor de deur van het atelier had zy een zucht van verlichting geslaakt: de klok wees juist het uur aan; zy had dus niet tevergeefs zoo hard geloopon. De huis deur stond nog open; met doorweekte kleeren, over haar geheele lichaam rillend van koude, was zy stil op haar plaatsje gaan zitten, haastig het naaiwerk opnemend, dat de eerste werkster haar met een paar harde woorden in de hand duwde. Den geheelen dag beefde zy van koude en vermoeidheid en 's avonds had zy zich te bed begeven zonder iets genuttigd te hebben, klappertandend van de koorts. Den volgenden morgen was het haar onmogeiyk op te staan; al haar leden waren pymyk. De concierge, die haar niet had zien uitgaan, kwam al brommend boven Omdat het meisje te lui was om te werken, kon zy nu naar boven komen en dat zoo'n hoogte! Een mooie manier om geld te verdienen Dacht zy zóó de achterstallige huur te be talen De zieke putte zich uit in verontschuldi gingen. „Ik verzeker u, juffrouw, het is geen luiheid ik zou veel liever opstaan, maar hot is my niet mogeiyk." Huiverend trok zy do dekens over het lydende, bleeko gezichtje met de uitdrukking van stille onderworpenheid, eigen aan hen, die weten dat het leven een lange lydons- weg is, welke tot het einde moet betreden worden. III. Daaroven leefde zy nog. De laatste zonne stralen heeft zy mogen aanschouwen on hun verwarmonden gloed gevoeld en er van genoten. Door de armoedige witte gordynen vloeido het licht en het geheele vertrekje werd er plotseling door verhelderd. En meer dan koesterende warmte haddon die schuine stralen haar gebracht: zy had zich weer krachtiger en levenslustiger govoeld. Lang zaam, met veel moeite had zy zich gesleept tot by het raam; in den ouden leunstoel was zy uitgepukt noergezonken. Van boom tot boom had zy de vogels zien vliegen in den grooten tuin, waarop haar zolderkamertje uitzicht gaf. Het was alsof zy, na de lange scheiding, elkander allerlei uit den afgeloopen winter hadden te vertellen. Er waren nog geen bloemen in den tuin; zy had ze zoo gaarne gezien, al was het dan ook slechts een Maartsch viooltje geweest. Geen enkele bloem ontplooido echter nog haar blaadjes; deze laatsto troost werd haar niet gegund. Een grootb zwarte wolk onttrok de zon aan haar oog; de vogols zwegen, angstig zich verschuilend in de nog byna kale takken, alsof een onvermydelyk noodlot hen dreigde. Met oen laatsten langen blik had zy afscheid genomen van den tuinwankelend, duizelend van vormooidbeid was zy weer naar bed ge gaan, byna stervend. Nu lag zy stil; flauw eerst, nauwolyks hoorbaar, bereikten haar de tonen van een draaiorgel. Met de eene band op haar hart, terwyi de andere het moede hoofd ondersteunde, lag zy te luisteren met inspanning om de melodie te herkennen. En de arme orgelman dacht zeker niet tor- wyl by werktuigiyk hot rad draaide, dat hy de laatste oogenblikken van een ongelukkige paria, evenals hyzelf, veraangenaamde met de trillers en langgerekte tonen der klagende melodie: Violettes fanóes, Souvenirs de bonheur. Zy herinnerde zich weer den dag dat men haar ook woorden van liefde had ingefluis terd, dat ook haar zulk een ruikertje was aangeboden, als waarvan het lied spreekt IV. Duidelyk zag ze hem voor zich, de zachte, donkere oogen met hun overredenden blik.hoe beschroomd had hy haar het ruikertje viooltjes geboden. Haar hart klopte sneller nu ze aan hem dachttoch had ze hem nooit terug willen zien, daartoe was zy te eeriyk geweest.het was toch beter zoo.oprechter. Nog eens, voor het laatst, wilde zy de bloemen zien, die hy haar gegeven had, maar dan spoedig, eer de dood haar overviel. Op de latafel naast het bed stond het doosje, waarin zy het ruikertje had geborgen. Met inspanning van alle krachten, slaagde zy er in het naar zich toe te halenkoortsachtig beefden de magere handen toen zy de ver flenste bloemen er uit nam en die hartstochte lijk aan haar lippen drukte. Toen had zy zich neergelegd, de kostbare bloemen, eenig overgebleven herinnering aan een vluchtig geluk, in de waswitte handen geklemd. Hun geur, weemoedige herinnering aan vervlogen uren, vervulde het geheele vertrek. Allez dire a ma mie Que je l'aime toujoursl speelde het orgel, dat de man begeleidde met zyn stem. Zy genoot van de woorden en de melodie. Met een glimlach om do lippen voelde zy zich langzaam wegdrijven. Zóó was sterven niet verschrikkelyk. Tot het einde toe wilde zy het lied hooren. Que jamais on n'oublie Les premières amours, klonk het nu duidelyk boven het geraas van rytuigen en het geschreeuw op straa*-. Toen do orgelman zyn laatsten toon gezon gen had, was zy gestorven. Eerst later, morgen wellicht, wanneer men toevallig op haar kamertje komt, zil men haar de oogen toedrukken. De oorappel, daareven nog zoo schitterend, staart nu dof, rechtuit, alsof h3ar blik iets raadselachtigs ontdekt had, onzichtbaar voor de lev nden, doch aan haar gto. en »aard. KOLONIËN. BATAVIA, 7— 11 Juni. De geruchten omtrent eene expeditie naar Karang-Asom nemen, zeet de „Java-Bo Ie", hoe langer hoe vaster vorm aan; behalve het 6de bataljon te Mayelang moet ook het 9de hiei binnen een bepaalden termyn marsch- en govechtsvaardig wezen. Om de niet geheel voor den velddienst geschikte militairen nog eens duchtig aan den tand te voelen, houden de compagnioön van het 9de bataljon zoo afzonderlyk als geza-nen'yk lange marschen, die weldra gevolgd zullen worden door ge- veebtsoefeningende kapiteins zyn all jn reeds beproefd, en voor zoover zy minder krachtig waren, door andere van het 10de bataljon vervangen. Intusschen, gaat het blad voort, wordt de goede geest onder de officieren niet beter door het afmaaksysteem, dat weder welig tiert en een slachting onder do kapiteins der infanterie aanricht, grooter dan eene expeditie zou doen. Het corp6 schynt door paardenmiddelen ver jongd to moeten worden. In een volgend No. der „Java Bode" heet het echter: Maakten wy gisteren melding van opnieuw loopende geruchten, dat eene expeditie naar Karang-Asem wordt voorbereid, heden kunnen wy daaraan toevoegen dat ons van verschil lende zyden is verzekerd, dat zulk eene expo ditie niet in de bedoeling ligt van de regee ring. Misschien bereidt deze zich alleen ten oorlog, omdat zy den vrede wil. Uit Proholingo verneemt het „Soer. Hbld." dat do verstandhouding tusschen den resident en den voorzitter van den landraad zeer veel te wenschen overliet, naar aanleiding der door dezen laatsten ambtenaar gehouden inspectie over de gevangenis, die een zeer ongunstig rapport ten gevolge had. De voeding der ge vangenen vooral moet beneden alle critiek zyn. Volgens de „Loc." is op aanvragen van 21 erfpachtsperceelen in Malang, door ver schillende personen gedaan, afwyzend beschikt, op grond dat de uitgifte tan die woeste gronden in stryd zou zyn met de belangen van den lande. Aan een van den resident te Batavia ontvangen bericht wordt de mededeeling ont leend, dat ten gevolge van zware en aan houdende regens op 2 en 3 dezer, te Batavia verscheidene wegen en woonerven onder water werden gezet. Voorts werd in den nacht van den 2den op den 3den aldaar een vry hevige horizontale schok van aardbeving waargenomen in de richting van Noord naar Zuid. Uit Soerabaia is 4 Juni aan de „Loc." ge- tolegrapheerd Sedert gisteren staat het water in de Kalimas buitengewoon hoog. In de bovenlanden heeft het zwaar geregend. Naar uit Soerabaia aan de „Loc." werd bericht, wordt de Rus Malingan dagelyks verhoord. De rechter commissaris was van plan naar Lombok te vertrekken, ten einde daar de zaak verder te onderzoeken. Het is den raad van justitie gelukt er achter te komen, zoo meldt het „Bat. N.blad", wat Malingan al zoo aan zyn consul generaal te Singapore had te schryven. De brief was in plat Russisch geschreven, een taal, welke de te Batavia verblyvende heer O. Kurkdjian machtig is. Wel spreekt hij het Russisch, het Armeniaansch, doch in het Hollandsch is hy niet voldoende thuis om de eigenaardige uit drukkingen, die de gevangene bezigde, weder te geven. Stellig zou dan veel van het eigen aardige verloren zyn gegaan. De heer Kurkdjian gaf dus de acht velletjes lieflijkheden aan het adres van den raad van justitie alhier, in het Armeniaansch weder; dit nu word behoorlyk in het Hollandsch omgezet door den heer Joachim. Beiden hebben dien arbeid onder eede verricht. De heeren van het gerecht weten dus wat ze weten willen. Veel van den inhoud kan ik niet vertellen alleen dat hy zich over zyn z. g. wederrech- telyke gevangenhouding, van goed medio Januari af, meende te moeten beklagen en dat hy de hulp des consuls inroept om weder in het bezit te komen van zyn, naar hy voor geeft, verdwenen duiten. Verder vult hy na genoeg eiken zin aan met beleedigingen aan hot adres van den hulpofficier van justitie en rechtercommissaris. Door den gouverneur-generaal van Ned.-ïndië zijn de volgende beschikkingen genomen: Civiel Departemen'. Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst, wegens volbrachten diensttijd, met ingang van 1 Juli 1895. de waarnemende controleur lste klasse bij het binnenlandsch bestuur op de bozittingeu buiton Java en Madoera, II. D. Wiggers Benoemd: Tot commies op bet bureau van don resident van Tapanoeli (Sumatra's Westkust), de ambtenaar op wachtgeld P. H Eekhout, laat stelijk commies op het residentiebureau te Rembang van de afdeel mg J'alosbaai, de tijdelijke post houder aldaar M. Muller; van de afdeeling Tontoli, tevens pakhuismeestor bij het steenkolendepOt to Labocan Deli, do post houder tevens pakhuismeester aldaar A. Bax; met ingang van 1 Juli 1895 tot civielen gezag hebber in het gouvernement Celebes en Onder kooi iglieden van de afdeeling Biina, de lste tolk op het bureau voor inlandsche zaken te Makasser, W. H. Brugman. Ontslagen: Op verzoek, eervol uit 'slands dienst, de klerk ter griffie van het hooggerechts hof van Ned.-ïndië J. H. Daniëls. Geplaatst: In de controle afd. Pendjaloe, afdeeling Galoeli, de controleur 2de klasse G. W. A. Van Kinsum. Bij den Waterstaat en 's lands B O. W. Benoemd: Tot architect lste klasse, de ambtenaar op non-act M Cornelissen, laatstelijk dio betrekking bekleed hebbende. Geplaatst: In dc contróle-afdeeling Bodjone- goro, de controleur 2de klasse J. P. W.Houtman; in de residentie Soerabaia. in de contróle-af deeling Karamrgeneng, afdeeling Sidajoe, do con troleur lste klasse J. A. Van der Lee. In de afdeeling Natal, residentie Tapanoeli, ue herbenoemde controleur lste klasse J. F. Hoedt. Ontheven: Eervol van het bestuur over de afdeeling Batoc-Buhra, de controleur lste klasse J. A. Kroesen. Geplaatst: Tn de afdeeling Assahan, do con troleur lste klftsso J. A. Kroesen vd.; in do afdeeling Baloe Uahra, de benoemde controleur 2de klasse G. M. G. M. Ingenluijff. Overgeplaatst: Van de residentie Kedoe naar de residentie Bagelen, ten oinde als eerst aanwezend walerstaatsainbtenaar op te treden.de architect 2de klasse E J Schotel. Bepaald: Dat de opzichter lste klasso II. J. De Rooij, in do residentie Kedoe, zal optreden als eerstaanwezend waterstaatsambtcnaar. Ontslagen: Op verzoek eervol uit 'sland» dienst, do onderwijzeres 2de klasse hij hc-t openbaar lager onderwijs voor Europeanen C. L. Ter Meer. Ingetrokken: Do benoeming van den ass - resident van Berbek (Kodirii W. V. L. Boissevain, tot assistent-resident voor de politie teSoeiabaia. B e n o e in dtot assistent-resident voor de politie te Soerabaia, de nssislent-resident van Tjilatjap (Banjoeinas) W. F. Engelbert van Bevervoorde tot controleur, lste klasse bij het Binnenlaudsch Bestuur op Java en Madoera, de controleur 2do klasse NV. Schagen van S'oelen. Bij het openbaar lager onderwijs voor Europeanen. Benoomd: Tot onderwijzeres 2de klasse M. II. Mardn, thans niet do waarneming dier betrek king belast. Belast: mot de waarneming der betrekking van onderwijzeres der 2de klasse, de hulponder wijzeres J C. Van der Staag. Benoemd: Tot advocaat en procureur bij het Hooggerechtshof van Ned.-lndiü mr. F. H. Gcrritzen; tot adjunct-controleur bij de in- en uitvoerrechten en accijnzen to Soerabaia, de veri ficateur lste kl. J. J. Boeyo, tot griflier van den landraad te Ponorogo(Madioen), de ambtenaar op wachtgeld E E. II li. Knollacrt, laatstelijk griffier van den landraad to Tjilatjap. Door den directeur van Justitie: Goedgekeurd: Dat door den landraad te Grisee is benoemd tot buit. subst.-gril'lier buiteu bezwaar van den lando bij die rechtbank, K. Th. Kouthoofd. Bij hot boschwezen op Java en Madoera: Ontslagen: Wegens ongeschiktheid in bot voeren van geldelijke administratie eervol uil zijn betrekking, do tijd. opz ener ode kl. I. P. M. I. Van Balgooy. Benoemd: Tot tijdelijk opziener 3de klasse C. D. Strauss, thans tijdelyk als leerl.-opz. werk zaam in West-Bagelenmet bep dat nij wordt gesteld onder de bevelen van den houtvester, be last met liet beheer over de djatibosschc-n in de districten Grobogan-Wirosan-Kradenan cn Poerwo- dadi, van het boschdistrict Seinarang Vorsten landen. Bij het openbaar lager onderwijs voor Europeanen. Overgeplaatst: Mot ingang van 9 Juni 1895 van do 2de school te S'emarang naar de lsto school te Amboina, de onderwijzer 3de klasse J. Schotsman: van de school te Soebang (Krawang) naar dc 2de school te Semarang, de onderwijzer 3de klasse C. W. 11. Louws. Bij do in- cn uitvoerrechten en accijnzen: Werkzaam gestold: Als verificateur 4de kl.. dc ambtenaar J. J. H. Soeteman. Overgeplaatst: Van Padaug naar Batavia, do verificateur 3de kl. L. Roos; van Batavia naar Padang, de verificateur 5de kl. M. E. G. Do Scheemaker. Geplaatst: Te Semarang, de als verificateur 4de kl. werkzaam gestelde ambtonaar J. J. H. Soeteman. Dopartcmcnt van Oorlog. Belast: Met de waar neming der betrekking van 3den commies bij het corps ambtenaren, ressorteerendc onder het departement van oorlog, de adjudant-onderofficier der cavalerie W. .1. Hofdijk, met bepaling dat hij gedurende zijn nog loopeud verbaud bij het corps zal worden gevoerd .voor memorie." Vorloond: Een jaar verlof naar Europa, wegens laugdurigen dienst» aan den lsteu luit kwartierm. bij de militaire administratie 11. V. J. Van der Laaken een maand verlof naar Soekaboemie en Garoet wegens ziekte, aan den militairen apothekei lste kl. B Frijlink. Overgeplaatst: Van Lombok naar Batavia de off. an gez. 2do kl. A. W. Nieuwenhuis; van Soerabaia naar Lombok de off. van gez. 2de kl. F. S. Stibbe. On slag en: Eervol uit Hr. Ms. militairen dienst, wegens voortdurende ongeschikt beid voor alle militaire dienston, met behoud van recht op pensioen, de kapt. der genie L. G. Krol Van der Hoek; eervol ontslag uit Hr Ms. militairen dienst, wegens volbrachten diensttijd, met behoud van recht op pensioen, de kapt der inf. J. Franken. Departement van Marine. Verleend: Een twee jarig verlof naar Europa, wegen9 ziekte, aan den inspecteur over de bebakeniug, de kustverlichting n het loodswezen in Ncd.-lnaié J. S. Van Drooge. Familie-Berichten uit verschillende bladen. Gehuwd. A. A Hessing en C. G- Beijers- borgen van Henegouwen, Den Haag. Th. D. C. Meijneke D. P. C. Reesen, idem. A. C. J. Ver hoef!' en A. S. M. Mensonides, Alkmaar. J. G. Berkhuijsen en K.M. Beeston,Sandakan(N.-Borneo). Bevallen: Vrouwe Smallonburg van Stellen damA an Wickevoort Crommelin Z., Zurich. Mevr. Nieuwenhuis—Lange D., Nijmegen A. Fcntencr van YlissingenCornelissen D., Helmond. O veiled en: Wed. D. W. RoobolSeelenhorst, 70 j Den Haag. Wed. J. BoogaardVan Vol lenhoven, Rotterdam. J. J. C. Peperkamp M. 04 j., Meersen. Wed. G. PlazierAalaering, 58 j., Den Haag. J. A. M. Van Doorn—Lanta, 41 j., Rotterdam. J. Rodenhuis V. 18 j., Harlingen. M. C. Van der Horst Sorlé V. 72 j., Middelburg. Familieberichten uit de Indische bladen. Gehuwd: J. K. F. Does met L. J. Th. Ramaer, Tegol. L. Van Koetsveld met T. A Dijkstra Batavia. G. Gorter met E. Nanning Mühlnickel Weltevreden. A. W. Viersma met J. Priester, Scloredjo. F. L. Schültz metH. C.Jacobs. Djora- bang. J Buitenschild met D. Jacobs, Semarang. B c v a 11 e n K C LazarVan Delft Z., Krak- saiin. M. J. BerghuisMiddelkoop D., Semarang. Overleden L. 1'. FruneauxBeemer, Soera baia. C. A. RariibaldoVorbrugb, Solo. W. Scipio—Le Feu. 43 j.Wed. C. U. TervoortVan Raadshoven,68j.; C. L). SeeligöOj, allen te Semarang. Geinengd Nieuws. De tentoonstelling van genees krachtige en nuttige planten in Den Haag wordt voortdurend druk bezocht. Den eersten dag bedroog het aantal bezoekers ruim 1300, Dinsdag ongeveer 600 en Woensdag onge veer 700. Wat vooral opmerkelyk is, dat is de ernst, waarmede vele bezoekers hunne aanteekenin- gon maken, en de bezoeken, aan de bibliotheek gebracht; dit geldt vooral voor buitenlandsche geleerden, naar Don Haag gezonden om studie der tentoonstelling te maken en als reporters van vreemde dagbladen. Dinsdag en Woensdag werd de tentoon stelling o. a. ook door verschillende ministers en leden van Ged. Staten en gemeentebestuur, die verhinderd waren by de opening der ten toonstelling tegenwoordig te zyn, bezocht. De burgemeester der residentie bracht haar mede op die beide dagen een bezoek. Het Duitsche „Kais. Gesundheits ambt" zond zyn medelid dr. Busse uit Berlyn; de medische faculteit van Straatsburg, prof. Schaer, en die van Zürich de hoogleeraren dr. Schröter en dr. Hart wig, die Dinsdag en Woensdag de tentoonstelling bezochten. Ook werd haar Woensdag een bezoek gebracht door dr. Oogtherr, directeur van het Pharma- ceutisch Institüt, en prof. Gurke, door net botanisch museum gedelegeerd, zoomede door dr. Von Gelder, gedelegeerde van den pbar- maceutischon kring te Kleef, zoomede door eenige Engelsche en Belgische botanici, ge neeskundigen en pharmaceuton. Eiken dag is er concert op de tentoon stelling in den Zoö'ogischen tuin, somtijds tweemalen daags. Eonige leden van het Comitó en jongelui geven in de pauzen desverlangd demonstration van verschillende groepen. Do beer Carró zal, wanneer het badseizoen te S^heveningen ten einde is, voor stellingen geven te Arnhem, te Bremen en te Groningen en denkt daarna voor het eerst met zyn gezelschap ook in enkele plaatsen van Engeland op te treden. Ziet men op de Friese he klei thans de akkers met vlas, dan is men dadelyk overtuigd dat dit jaar de oogst van dit product flink zal zyn. Zoowel de quantiteit als de qualiteit laat niets te wenschen over. Te velde staande nog, wordt reeds veel vlas opgekocht door Belgische kooplieden, die per HA./"300 besteden. In de afgeloopen week bleof het met den kaashandel vry wel by het oude. De beste soorten werden met willigen handel opgekocht tegen taraeiyk goqde pryzenvoor de fijnste qualiteiten werd zelfs f 0.50 a ƒ1 per 50 kilo meer betaald. De handel in af- wykend9 soorten biyft echter gedrukt; de markt wordt overvoerd van mindere soorten en, met het oog op de warme weersgesteld heid, wordt in deze en de volgende maand in den regel weinig op risico gekocht. In do Albl i*serwaard werd in de afgeloopen week 15 t'-'t 21 besteedin de Krimpener- en Lopikerwaard gold lste soort Goudsche 21 tot f 25, zwaardero 27 tot 29, 2de soort ƒ15 tot 20, Derby lste soort 23 tot 25, 2de soort 20 tot 22, Edammer lste soort 22 tot 26, 2de scort 22 tot f 23. Een slachtoffer "van de hitte. Een dezer dagen ging 's avonds om halfzeven bet telephoonschellotje in het centraalstation van het vry willige reddingsgonootscliap te Weenen. Op de vraag wat werd verlangd, kwam het volgende verrassende antwoord: „Ach, kom my te hulp! Ik ben dezen namiddag op het kantoor van do firma X. en Co., in de GoDzagastraat, ten gevolge van de hitte in slaap gevallen. Toen om zes uren het kantoor gesloten werd, heeft men my vergeten, en nu zit ik hier opgesloten." Men spr.ik den gevangene moed in en waarschuwde den rhef, die de sleutels van het kantoor had. Kort daarna kon do gevangene, een jonge klerk, het licht der vrybtil weder begroeten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 6