N». 10829. ffeze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 13 Juni. Feuilleton. IDA DE IVSAIRE. "Vrijdag 14 «Txmi. A\ 1895. IDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1-40. 0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIEN Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt 0.05 berekend. Eersle Blad. Officieel© Kennisgevingen. B. en We. van Saesenhoim maken bekend dat de alpbabetische Irj^t der in dit jaar voor de Schutterij iDgceohrevenen van 1118 Juni a. 8. ter 8ecretarie ter iozage ia nedorgelegd en dat de loting on naloting zal worden gehouden op Zaterdag 29 Juni e., voormiddagb te ll uren. B. en We. van SaeseDheim maliën bekend dat de collecte voor hot fonds tot aanmoediging en onder steuning van den gewapendon dieDst in de Neder landen zal gehouden worden op Dinsdag den 18den Juni a.s. en volgonde dagen. Ter gelegenheid van het 320 jarig bestaan der Leidsche hoogeschool zullen door het studentencorps alhier aanstaande week de volgende feesten gegeven worden Maandag 17 Juni te 2 uren: plechtige inhaling der reünisten aan het station. Ver welkoming door den praeses van het studenten corps. Receptie op de sociëteit „Minerva". - Con cert op de sociëteit „Minerva". Dinsdag 18 Junigekostumeerde optocht, voorstellende den intocht van Prins Maurits binnen Bergen-op-Zoom op den 3den Oct. 1622. Matinée op het Feestterrein, dat dezen dag zal geopend zijn van 's morgens tien uren af tot middernacht. Do optocht of maskerade zal geopend en gesloten worden door een militair muziekcorps te paard, terwijl in den stoet zich bovendien de muziekkapel bevindt van prins Maurits, even eens gekostumeerd, welk kapel gevormd wordt door leden van het stafmuziekcorps van het vierde regiment infanterie alhier. Aan den optocht wordt deelgenomen door 187 personen, waaronder 106 leden van het studenten-corps, waarvan 72 te paard en 34 te voet. Woensdag 19 JuniReceptie van Prins Maurits en Matinee, beiden op het Feest terrein. Cafó chantant in de sociëteit „Minorva". Donderdag 20 Juni: Matinée musicalo op het Feestterrein, te geven door het gezelschap „Njord". Vauxhall en bal op het Feestterrein, te geven door de sociëteit Minerva". Vrijdag 21 Juni: Matinée musicale op het Feestterein, te geven door het „Comité du salut public", Kermesso d' été, benevens bal champêtre, op „Zomerzorg", te geven door het gezel schap „Doctrina". Zaterdag 22 Juni: Matinée musicale in de sociëteit Minerva". Vauxhall en bal op het Feestterrein, te geven door de voreenigingon „Serupre Crescendo" en „Pro Patria". De matinées zijn van 2 tot 4 en de con certen van 7 li uren. De Nederlandsche mail met berichten uit B-itavia tot 14 Mei kan 14 Juni alhier worden verwacht. Op de algomoene vergadering van leden van het Leesgezelschap te Waddingsveen, belegd op Woensdag 11., werd besloten de feestrede, door den heer C. C. Rogt gehouden in de openbare vergadering van 20 Maart ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan der Voreeniging, te doen drukken en een present exemplaar daarvan aan alle leden uit te reiken. Aan dat vereerend besluit zal door den heer Regt voldaan worden, terwijl ook by die rede de bydrage van den heer Veenstra zal worden opgenomen. Tot bestuurslid werd herkozen de heer G. Spruyt Az. De by de Ned.-Herv. gemeente te Lisso beroepen predikant, ds. W. H. Schnetlage, van Acblum, zal op Zondag 16 Juni a. s., des namiddags te 2 uren, zyn intreerede houden, na des voormiddags bevestigd te zyn door zijn broeder, ds. J. M. Schnethlage, van Amsterdam. De heer H. L Posthumus, ondorwyzer aan de openbare lagere school te Sassenheim, heeft met ingang van 15 Juli a. s. eervol ontslag aangevraagd. Bi roepen is by de gereformeerde gemeente te ïïazerswoude de heer W. H. Gispen Jr., cand. te Amsterdam. De volgende officieren der infanterie zyn aangewezen tot het deelnemen aan de prac tische oefeningen der serieën vesting-artillerie in de legerplaats by Oldebroek, te weten: 2de serie (van 17 26 Juni a.s.). De luite nant kolonel J. L. A. C. De Bock, van het 2de regiment infanterie, en de kapitein D. De Ron de Bresser, van het regiment grenadiers en jagers. 3de serie (van 26 Augustus 5 September d. a. v.). De kapiteins W. J. L. Wymans, van het 4de, en A. J. A. Opstelten, van het 7de regiment infanterie. 4de serie (van 5 September—14 September a. s.). De majoor J. M. Buffart en.de kapitein G. P. Cheriex, beiden van het 5de regiment infanterie. 5de serie (van 16 25 September a. s.). De majoor J. Yah der Horst Bruyn, vaD het lsto, alsmede de kapitein J. Van Voorthuyzen, van het 2de, en J. J. E. Franken, van hot 31e regiment infanterie. 6de serie (van 26 September 5 October a. s.). De majoor G. N. De Wendt, van het 6de, en do kapitein J. H. Makkink, van het 8ste regiment infanterie. Het hoofdbestuur van hot Genootschap van Nyverheid in de gemeente Groningen heeft besloten, een adres te richten aan de regeering, met verzoek om de faculteit der wis- en natuurkunde aan de hoogeschool te Groningen uit te breiden met eene afdeeling „landbouwkunde". Tegen de helft van September dezes jaars is er gelegenheid tot plaatsing van leer lingen aan de ryks kweekscholen voor vroed vrouwen te Amsterdam en te Rotterdam. Voor 15 Juli zich scbriltelyk aan te melden by de voorzitters van den geneeskundigen raad in de provinciën. De gemeenteraad van Amsterdam heeft benoemd tot buitengewoon hoogleeraar in de ziekteleer der planten aan de gemeenteiyke universiteit dr. J. Ritzema Bos, leeraar aan do Landbouwkundige School te Wageningen en directeur van het Phytopathologiscb Labo ratorium Willie Commelin Scholten aldaar; tot leeraar in do wiskunde by het openbaar middelbaar onderwys, in 't bijzonder om on- derwys te geven aan de H. B.-School met 5 jarigen cursus voor jongens, den heer M. J. Boeye, kapt. der art. op non-activiteit, oud- leeraar in de wiskunde aan de Mil. Academie te Breda. De minister van binnenlandsche zaken brengt in herinnering, dat zy, die zich wen- schen te onderwerpen aan de in den aan staanden zomer te houden examens ter ver- kryging van akten van bekwaamheid tot het geven van lager onderwys in de Fransche, Hoogduitsche en Engelsche taal, en middelb. onuerwys in de Hoogd. en Engel, taal, die tot het geven van lager en middelbaar onderwys in de gymnastiek en lager onderwys in de land bouwkunde en middelbaar onderwys in de land- en tuinbouwkunde en de houtteelt en tot het geven van lager onderwys in het handteekenen en middelbaar onderwys in het hand- en rechtiynig teokenen en perspectief en in het boetseeren, zich vóór 21 Juni a. s. by het departement van binnenlandsche zaken moeten aanmelden by schryven op ongezegeld papier, met nauwkeurige en duidolyke opgave van naam, voornamen (voluit geschreven), woonplaats en van de begeerde akte en, voor zooveel noodig, met overlegging van de reeds verkregen akte van bekwaamheid, waaruit de wfcttelijke bevoegdheid om het examen af te leggen of het recht op de by de wet ver leende vrijstelling van eenig deel van het examen moet biyken. Zy, wier aanvragen op 21 Juni a. s. het departement van binnenlandsche zaken niet hebben bereikt, kunnen niet tot de examens worden toegelaten. (Sts. Grt.) Blykens eone opgave iri de Staatscourant van 13 dezer bedroeg het aantal gevallen van besmettelijke veeziekten in Nederland gedu rende de maand Mei 1895: Mond- en klauwzeer 155 by bet vee van 20 eigODaren; kwade droes 1; schurft 12 by het vee van 3 eigenaren; vlekziekte 45 by de varkens van 35 eigenaren; miltvuur 18 by het vee van 16 id.; kwaadaardig rotkreupel 24 by de schapen van 2 idem. Yan de 155 gevallen van mond- en klauw zeer kwamen voor in Noord Brabant 32 (6 eigenaars), Gelderland 7 (1 eigenaar), Zuid-Hollana 53 (5 eigenaars), Noord Holland 52 (7 eigenaars), Zeeland 9 (1 eigenaar), Utrecht 2 (1 eigenaar). In Friesland, Overysol, Groningen, Drente en Limburg kwamen gedurende de maand Mei geen gevallen van mond- en klauwzeer voor. Het stoomschip „Lawoe", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 12 Juni van Southampton; de „Obdam" arriveerde 11 Juni van Rotterdam te Nieuw-York; de „Amsterdam" arriveerde 13 Juni van Nieuw-York te Rotterdam; de „Bundesrath", van Oost-Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 13 Juni te Aden; de „Prins Alexander", van Batavia naar Amster dam, arriveerde 13 Juni te Genua; de „Prins Willem III" arriveerde 13 Juni van Suriname te Amsterdamde „Prins Willem IV" vertrok 13 Juni van Amsterdam naar West-Indië; de „Veendam", van Rotterdam naar Nieuw-York, vertrok 13 Juni van Boulogne-sur-Mer. By koninkiyk besluit is toestemming verleend aan Th. C. C. Ninaber, burgemeester van Heerjansdam, om tot 15 Febr. 1896 in de gemeente Oost- en West Barendrecht te wonen, en jhr. J. A. W. L. Cornets de Groot van Kraayenburg, ontvanger der gemeente Wateringen, om te Ryswyk te blyven wonen. Benoemd: P. Hoytema van Konynenburg tot burgemeester van Bergambacht; S. J. Karsten tot id. van Ouddorp; J. A. VanNuys tot id. van Schinveld, en S. P. Ter Cock tot id. van Wedde. Aan den eervol ontslagen baas der smeden by 's Ryks werf te Willemsoord, M. Hopmans, een pensioen verleend van f 644 's jaars. Met ingang van 1 Juli a.s.: lo. aan den lsten machinist by 's Ryks werf te Willems oord, H. Brautigam, ter zake van meer dan 55 jarigen leeftyd, eervol ontslag uit 's Ryks dienst verleend 2o. bevorderd tot lsten machi nist by gemelde werf, de commandeur der werktuigmakers V. F. Polló. Benoemd tot betaalmeester te Amsterdam J. .T. Paehlig, thans in die betrekking te Leeuwarden. Roermond gepasseerd. Als verklaring van het gebeurde met Roer mond, schryft het „Weekblad de Nederlander" „Zooals men weet, is het tegenwoordig de gewoonte, dat elke burgemeester van eene gemeente, waar de Vorstinnen enkele uren vertoeven, met een ridderorde wordt begiftigd. Zonder onbeleefd te zyn, had dus ook de burgemeester van Roermond, met wien de Commissaris op een gespannen voet is, niet gepasseerd kunnen worden, en nu meende de Commissaris van het gewest, dat het na het voorgevallene in de archief-quaestie niet aan ging, aan Roermonds burgervader een konink- ïyke onderscheiding toe te kennen." Gemengd Nieuws. De Leidsche Wielry dersvereeni ging „All Right" tracht ook dit jaar te orga- niseeren een tweeden internationalen weg wed stryd over 100 KM. LeidenUtrecht en terug. Uitgeloofd wordt als 1ste eereprjjs een zil veren beker ter waarde van ƒ105; als 2de eereprys een bronzen racer op rywiel met medaille, geschonken door den „A. N. W.-B." En verder verguld-zilveren, zilveren en bronzen medailles. Men schryft ons uit Warmond: Het muziekgezelschap „Harmonie van War mond" maakte Dinsdag met de leden en ge- noodigden een pleiziervaart naar de wereld tentoonstelling te Amsterdam, met de stoom boot „Aalsmeer". Begunstigd door mooi weer, vertrokken wy 's morgens ongeveer te zeven uren van hier, onder de schoone en vroolijke muziek van de vereeniging, onder directie van den heer Joh. Oostelaar, waarna wy om tien uren de hoofdstad bereikten. Dat wy veel belangstelling gedurende den tocht hadden, behoeft nauwelijks gezegd, zelfs in Amsterdam, waar de musici door hun nette kostuums en insignes byzonder de aandacht trokken. Dat een ieder zich in Amsterdam amuseerde, laat zich bégrypen. Te zeven uren (het uur der afvaart) waren allen present, en onder een vroolyken marsch begroetten wy de talryke menigte, welke aan de stoomboot had post gevat. Om tien uren arriveerden wy weder in Warmond, waar de muziek opnieuw veel be langstelling ondervond. Het is dan ook zeer zeker de wensch van alle leden, en van hen, die dezen tocht hebben meegemaakt, dat de „Harmonie van Warmond" nog lang moge blyvon bestaan, in bloei moge toenemen en nog menigmaal zoo'n reisje organiseeren. Ook mogen wy een woord van lof niet onthouden aan het personeel van den heer Carsjens, aan wien de stoomboot „Aalsmeer" toebehoort. De reedor de heer M. De Niet Azn., te Scheveningen, heeft te Ylaardingen aan gekocht een groot perceel grond aan de Haven aldaar, waarop pakhuizen en andere opstallen zullen gebouwd worden ter inrichting van dit terrein voor de uitoefening der reedery. Te Loosduinen is aangespoeld een der lyken van de bemanning der in den morgen van den 16den Mei voor de kust te Katwyk aan Zee verongelukte bomschuit KW. 65 „Concordia". Het lijk i8 herkend te zyn van den 15 jarigen knaap A. C. Yan Yelzen. G i s te r n a m i d d a g viel de motse laar W. L. Yan Deursen van een dak der brandery van den heer J. T. Beukers te Schiedam. Niettegenstaande onmiddellyke hulp van de heeren dr. Nolet en Elzevier Dom, is v. D. een u.ir nadat hy thuis gebracht is, overleden. Hy laat een vrouw en zes kin deren na. De 16-jarige dochter van den fabrieksarbeider Koetsier, in de Barendszstraat te Amsterdam, had gisteravond het ongeluk, by het ophangen van waschgoed, uit een raam van de derde verdieping te vallen. Met gebroken armen en beenen werd zy opge nomen en meer dood dan levend per brancard naar het gasthuis vervoerd. De broodbakker G., aldaar, wonende Singel hoek Blauwburgwal, is gisteravond aan het centraal station ineengezakt en op de plaats dood gebleven. De brandweer werd gisteravond omstreeks 9 uur gealarmeerd voor een uitslaanden brand in den kleeden- en mattenwinkel van den heer Frankevoort, Daniël-Stalpert-straat 119. Een jongen had een petroleumlamp uit de hand laten vallen, met het gevolg dat de licht brandbare winkelvoorraad vuur vatte en de vlammen in een oogwenk naar buiten sloegen. Door den dienten rook, die zich in het benedenhuis verspreidde, konden de boven bewoners niet meer de trap af; in het dak werd door het wegnemen van pannen een opening gemaakt, waardoor de kinderen wer den aangereikt, zoodat zy door het belendende perceel in veiligheid konden worden gebracht. 30) Zyn vrienden plaagden hem met zyn booze luim, zooals zy het noemden, terwyl zy weinig vermoedden, dat het hart van hun kameraad reeds kennis gemaakt bad met die treurigste aller kwalen: argwaan en jaloezie. Intusschen was Ida reeds meer dan eene week by de familij Van Schoonhuyzen ge logeerd, voor zy zich eenigszins thuis gevoelde. Mevrouw was altyd zeer vriendeiyk, doch als er bezoek was, dan bemerkte zy zeer wel dat men haar steeds met eene vriondelykbeid, welke hare ondergeschiktheid aantoonde, be handelde. Het gesprek liep gewooniyk over de „cronique scandaleuse" der haute volée, en dit onderwerp boeide haar al zeer weinig. Zij was steeds met hare gedachten in Am sterdam en berekende nauwgezet wanneer de geliefde vriend aldaar terug zou keeren. Constance had gezegd over veertien dagen, doch toen die paar weken om waren, en zyn naam in de brieven, die zy ontving, niet ge noemd werd, vreesde zy dat by door ziekte vjrbinderd was, terug te komen. Als de tyd d «ar was, dat de brieven bezorgd werden, klopje haar het bart als met hamerslagen, en zij voelde het bloed naar het hoofd stygen. Eindelyk kwam er een brief van Aline Spil, en deze schreef over zyn terugkomst het volgende: „O, Ida, ik heb Eduard Udon gezien; hy is nog veel knapper geworden, want hy ziet er nu forscher en daardoor mannelyker uit dan verleden jaar. Je kunt begrypen, hoe verheugd Bertha isZy wandelde zoo trotsch als een pauw met hem over straat. Hugo Blunt komt er veel aan huis; het zou my niets verwonderen als Bertha en by een paar worden. Mary ziet er voel beter uit, en ik geloof dat de dokter van meening is, dat zy over eene week of drie wel weer naar Arn hem zal kunnen gaan; doch dat zal zy je zelve wel schryven. Ik verlang dat je terug komt; wat zal het dan gezellig zyn! Ik heb vernomen dat er eene jongeluiparty by Udon zal komen om de terugkomst van Eduard glansryk te vieren. En nu, lieve, wees ge groet van je je liefhebb. Aline." Ida bleef met den brief in de band peinzend voor zich uit staren. Eindelyk wist zy dat Eduard was teruggekeerd. Hoe vurig ver langde zy er naar hem te zien; met één weisprekenden blik zou zy hem zeggen, dat zy hem trouw gebleven was. Welk een heer- ïyk vooruitzicht! Mary was byna hersteld, en het zou Diet lang meer duren, voordat zy haar „sweet home" terug zou zien en Eduard zou kunnen begroeten. Er werden veel diners en avondpartyen gegeven. Mevrouw Van Schoonhuyzen en haar zoon hadden voor byna iederen dag eene uit- noodiging, en Ida was zeer gelukkig dat men haar niet mede inviteerde. Zy was des avonds meestal op hare kamer gezeten en hield zich onledig met lectuur en correspondentie; Charles Van Schoonhuyzen voorzag haar altyd van de nieuwst uitge komen werken. Toen Ida kort na het ontvangen van Aline's brief met een van vreugde stralend gelaat de huiskamer binnentrad, was mevrouw Yan Schoonhuyzen voor de tafel gezeten met eene lyst voor zich, waarop zy bezig was namen te schryven. „Wel, kind, wat zie je er blozend uit; ik maakte my de laatste dagen ongerust over je bleekheid, doch ik ben nu gerustgesteld 1" „Ik voel my vandaag ook gelukkig heel goed, mevrouw; doch de laatste dagen had ik veel last van hoofdpyn," antwoordde Ida. „Ik ben bly dat ge beter zyt, want het ie myn plan a.s Donderdag een diner te geven, en natuurlyk wenschte ik gaarne dat ge daarby tegenwoordig waart. Ge zult er verder niets mede te doen hebben, want behalve dat alles voor het diner door den kok in orde gebracht wordt, zorgt Alphonse voor het dekken van de tafel en al het andere." Ida had met schrik deze woorden aan gehoord. Zy had veel liefs willen geven, als dat diner achterwege gebleven was. Het voor uitzicht spoedig naar A. terug te zullen keeren, troostte haar echter, en zy haastte zich naar huis te schryven met het verzoek haar heur gekleede japon te willen zenden. Aline Spil antwoordde zy met een lang epistel, en den toon, waarop zy schreef, was zoó vroolyk en opgewekt, dat haar vriendin wel moest vermoeden, dat alles baar naar wensch ging. Toen de middag van het diner d&dr was, werden haar door Charles een paar prachtige camelia's gezonden. Zy kapte zich met de een en stak de andere in haar ceintuur. Mevrouw Yan Schoonhuyzen sloeg een ver baasden blik op de fraaie bloemen. Zy wendde daarop het oog naar Charles, die in gala toilet de gasten afwachtte. „Wel, kind, hoe kom je aan die prachtige camelia's? zeide mevrouw tot Ida. „O, mama, die heb ik Ida gezonden! De freules, die hedenmiddag hier komen, kunnen zich allen van bloemen uit hare serres voor zien; ik heb dus voor onze logée gezorgd." Mevrouw Van Schoonhuyzen sloeg een on tevreden blik op haar zoon, doch deze deed alsof hy niets bemerkte. Al spoedig daarna vernam men het geratel der rytuigen en de gasten traden achtereen volgens binnen. Welk een weelde, wat al diamanten en paarlenl Ida's oogen werden vermoeid van het staren naar die schitterende steenen. Zy werd door Charles aan de gasten voor gesteld, doch de dames gingen na eene koele buiging Ida voorby, en spoedig stond zy byna geheel verlaten. Één jong meiBje maakte echter eene uit zondering. Zy kwam naar Ida en sprak haar vriendeiyk aan. De beide ionge dames waren spoedig in een levendig gesprek gewikkeld, en toen het freuletje door een der heeren de arm werd geboden om naar tafel te gaan, trok Ida zich bescheiden terug. Charles kwam echter tot groote verbazing der adeliyke dames op het eenvoudig gekleede meisje toe. Hy bood haar den arm, en Ida kon een gevoel van triomf niet onderdrukken, toen zy aan Charles' zyde tusschen die zwierig gekleede dames voortschreed. Aan tafel was hij naast haar gezeten. Mevrouw Van Schoonhuyzen had er eeret zeer voel op tegen gehad haar zoon aan Ida's zyde te plaatsen, doch: „men weigert zyn eenig kind niet gaarne iets" zuchtte zy, en Charles had overwonnen. Aan hare andere zyde was een neef der familie Van Schoonhuyzen gezeten. Deze viel niet erg in Ida's smaak, en geen wonder; want met zyn geverfde lokken en baard, fletsche oogen en pronkerige kleeding, maakte by moer don indruk, alsof hy op de planken van het tooneel de rol van een roué vervulde, dan dat hy in een gedistingeerd gezelschap thuis behoorde. Nadat men aan tafel gezeten was, zag hy Ida met behulp van zyn lorgnet met zulko onbeschaamde blikken aan, dat deze van ver legenheid bloosde. Charles wierp den pronker een ontevreden blik toe en richtte het woord tot Ida. Aan zyne andere zyde was het meisje gezeten, dat reeds met Ida kennis gemaakt had. Het gesprek werd zeer geanimeerd, en toen Ida bemerkte dat haar andere buurman een echt6 Lucullu8 was, die zich aan de hem aange boden spyzen te goed deed, alsof hy dagen lang gevast had, vreesde zy hem Diet meer. Toen hy echter aan zyn overmatigen eetlust voldaan had, werd Ida tot voorwerp zynei beleefdheden uitverkoren. Wordt vervolgd.) DAaBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1