Feuilleton. IDA DE MAIRE. op de werf van J. B., die opgaf het te hebben gekocht van zekeren K. D., die inmiddels dienst heeft genomen als koloniaal en als zoodanig reeds is uitgezeild. Een der sousterreinen van het Kurhaus te Scheven ingen, aan de landzijde, is ten gerieve van wielrijders tot bewaarplaats voor wielrijders ingericht. Aldaar zal een des kundig persoon aanwezig zijn, met de zorg voor de machines belast. De afstandsrit van Winterswijk naar Den Haag, die op 14 dezer zoude plaats hebben, gaat, vermoedelijk bij gebrek aan een voldoend aantal deelnemers, niet door. Gisternacht werden te Nieuwstad (L.) twee boerenwoningen met stallingen door brand in asch gelegd. In de eene ontstond de brand to ongeveer 11, in de andere op zekeren afstand daarvan gelegen te 3 urön. Door de marechaussee van Sittard is een onderzoek naar de oorzaak ingesteld. Bij do firma Ph. Van Ommeren, te Rotterdam, is van den gezagvoerder Heide- mann van het stoomschip „Sliedrecht" het volgende bericht uit Rosario ontvangen: „2 Mei 1896, Donderdag 's avonds 7 30 uren, bij vreeselijk stormweder en aarde donker heb ik, zooals destijds mijn wensch was, het patent „de Vos", niet voor mij, maar voor anderen gebruikt. Wij hoorden een vroeselyk gegil op water, waarop ik order gaf om de lifebooten te strijken; cieze direct bemand en onder commando van den eersten en tweeden stuurman naar de plaats dos onheils gezonden. Een half uur later kwamen beide terug, aan boord hebbende 9 man van het om verge vallen Zweedsche barkschip „Eva", van Geffle. Een andere boot hid 3 man gered, en de kapitein met nog drie man waren in hun logies ver dronken, omdat het schip in zeer korten t(jd omvor gevallen moot zijn. Dat ik er trotsch op ben deze gelegenheid gehad te hebben, behoef ik wel niet te zeggen." Te Groede werd onlangs na het overlijden van een apotheker, in de waar neming van wiens apotheek niet was voor zien, door den erfgenaam de sleutel der ver- gifkast by den burgemeester gedeponeerd, maar daar-^er nog een tweede sleutel was, welken de erfgenaam behield, werd deze als niet aan de wet voldaan hebbende tot boete veroordeeld. Van meening zynde door hot afgeven van een sleutel zyn plicht te hebben gedaan, kwam hy tegen die veroordeeling in cassatie, maar het Openbaar Ministerie by den Hoogen Raad, betoogonde dat de be doeling der wet is, om, wanneer na bet overiydui van een apotheker niet in de waarneming van de apotheek is voorzien, do receptuur geheel te doen stilstaan, concludeerde gisteren tot verwerping van hot cassatieberoep. Uitspraak 24 Juni. Door het O. M. by den Hoogen Raad werd voorts ook tot verwerping geconcludeerd van do voorziening van een winkelier te Zand- voort togen zyne verooi d h ing wegens be- leediging van eon veldwachter, die getuigenis tegen hem had afgelegd in zake eene ver volging wegens dronkenschap. Uitspraak 24 Juni. Dr. Van Hamel Roos ontving van den heer C. Saur Hzn., te Amsterdam, het verzoek, de scheikundige samenstelling van baring na to gaan en de voedingswaarde er van te vergeiyken met die van vleesch. Als resultaat dezer onderzoekingen duit hy het volgende mede. Gowicht. Totaalgewicht van den haring 210.5 gram, waarvan eetbaar spierweefsel 127 gram, waarvan onbruikbaar (kop, staartvin en totaal ingewanden) 83.5 gram. Gohalto aan eiwit, vet en water van het eetbare spierweefsel, in vergolyking met ge woon rutidvleesch (mager). Haring. Vleesch. Eiwitstoffen. 17.63 pet. 21 5 pet. Vetgehalte 17.03 1.5 "Watergehalte 50.77 76.— Aannemende dat 1 K.G. mager vleesch ge middeld fl.10 kost, kon men voor datzelfdo bedrag 22 haringen koopen (berekend tegen 5 cents per stuk). Deze haringen (berekend overeenkomstig het onderzochte monster) wegen 4631 gram, waarvan hot eetbare gedeelte 2794 gram bedraagt. Dit gedeelte bevat 492.6 gram eiwitstoffen en 492.6 gram vet; 1 K.G. vleesch bevat 215 gram eiwitstoffen en 15 gram vet. Men o tvangt dus by inkoop van haring voor hetzelfde bedrag (d. i. in casu dus ƒ1.10) 277 gram of ca. 2'/A maal meer eiwitstoffen en 477 gram of ca. 33-maal mier vet dan by vleesch. Voorwaar eene aanleiding uit het oog punt eener goeikoope en rationeele volksvoe ding, om meer de aandacht te schenken aan een zoo uitnemend voedingsmiddel! übl). De Tielscho Coöperatieve Ver- bruiksvereeniging en Broodbakkery keert over 1894 aan de verbruikers 10 pcc. uit. Zondagnacht waren verschillende kooplieden, evenals iedere week, aan het kanaal te Vechel byeen, om kalveren van de boot in ontvangst te nemen. De koopman S. De W. ontbrak tot bun bevreemding. Toen het dag was geworden, werd evenwel do W.'s pet dryvende in het kanaal gevonden en zyn ledigo portefeuille aan den weg. Men vermoedde dat een misdaad was gepleegd, daar men De W. om halféón des nachts nog gezien heeft, toen hy zich naar 't kanaal zou begeven. De marechaussees van Vechel waren reeds te 6 uren gisterochtend in alle richtin gen op onderzoek. Gistermorgen brandde onder Lonneker de boerdery van G. H. Klein Pru- nink met den inboedel tot den grond toe af. Alleen bet vee is gered. Huis en inboidel waren verzekerd. Oorzaak van den brand tot nog toe onbekend. De ,T e m p s" deelt mede dat op Pinksttr Maandag een aantal Duitscho soldaten ernstige ongeregeldheden hebben gepleegd in de gemeente Vallerange (Lotharingen). Z(j zochten twist met eenige vreedzame bezoekers van de herberg en op het verzoek zich te verwyderen, trokken zy hun sabel. Zy sloegen alles kort en klein, vielen op de bewoners aan, die voor hunne woningen zaten, en wond den velen ernstig. Do boeren wapendon zich met hooivorken en joegen de woestelingen op de vlucht, die later door een patrouille in hechtenis werden genomen. In Kongarye is oen dorp van 300 huizen, twee kerken en tweo scholen geheel afgebrand. Een aantal personen zyn in de vlammen omgekomen. De straf, in Frank r y k gesteld op het ter dood brengen van slitren by stierengevechten, is niet afdoende gebleken; de minister van binnenlandsche zaken heeft dientengevolge do prefecten aangeschrevon vóór itdero voorstelling den vreemden torea dors aan te zeggen, dat z0 verbannen zullon worden, tenzy zy zich verbinden de stieren niet ter dood te brengen. Den toroadors, die do wet overtreden, zal het recht ontzegd worden zich op Fransch grondgebied op to houden, de directeuren dor arena's zullen vol gens de bepalingen der wet vervolgd worden. Gisteren, Maandag, werdener weer twoe aardschokken gevoeld te Laibach één zeer zv\ak, maar de tweede, omstreeks 8 uren 's ochtends, zeer sterk. Huizen, ter nauwernood van de vorige verwoesting her steld, vertoonen grooto beschadiging. Later op den dag voelde men eeno beving te Gradisch; ook to Triöst. BUITENLAND. Frankrijk. Het ministerie in Frankryk moet den aan val weerstaan der chauvinisten, die in de deel neming van een Fransch eskader aan do feesten te Kiel een schande voor de republiek willen zien. Socialisten, radicalen en bovendi?n dwazen zonder nevenbedoeling nemen aan dion annvtl deel, welke in stilte schynt te worden bestuurd door Goblet, die nog eens minister-president hoopt te worden. Ditmaal trekt in de .Figaro" St.-Genest party voor de regeering. Hy toont aan, dat de schreeuwers, die in den heiligen naam des vaderlands chauvinistische, opruiende rede voeringen houden, dezelfde lieden zyn, die in 1871 als communards ten aanzien der Pruisen Parys in brand staken en tegen Fransche •soldaten streden; die als anti-semieten het vertrouwen in de regeering schokten; die als socialisten het leger beschimpen, zich er op beroemen, geen vaderland te hebben, en ingeval van oorlog Frankryks nederlaag voorspellen. In de Kamer hield de socialist Millerand gisteren eene interpellatie over Frankryks buitenlandsche politiek. By het samengaan der mogendheden in het verre Oosten had de regeering, zeide hy, do politiek gevolgd van „macht gaat boven recht". De interpellant gaf een overzicht van den loop der Chineesch- Japansche quaestie. Het samengaan van Frankryk, Rusland en Duitschland heeft tot resultaat dat Frankryk deelneemt aan de feesten te Kiel, hetgeen de regeering had kunnen weigeren; redenen van hoffelykheid zijn geen voldoende verontschuldiging. Keizer Wilhelm, zeide hy, streeft met volharding naar eene toenadering tot Frankryk, maar Duitschland moet weten dat wy de verloren provinciën niet vergoten; do quaestie van Elzas en Lotharingen blyft in haar vollen omvang bestaan. De interpellant stelt voor dat de Kamer het debat zal sluiten met een motie, die een waarschuwing zal zyn voor de mogendheden. Vervolgens lueld de socialist Le Senne oen interpellatie over het deelnemen aan de feesten te Kiel. De afgevaardigde Roche vroeg of Frankryk, na de enorme opofferingen, die het voor het leger gedaan heeft, eene uitnoodigirg van keizer Wilhelm niet durft weigeren. (Gemompel in het centrum). Frankrijk had de uitnoodiging moeten afslaan. De interpellant vroeg ten slotte, of Frankryk iets zal doen om te verhinderen, dat keizer Wilhelm de tentoonstelling van Parys bezoekt. De minister van buitenlandsche zaken, de-heer Hanotaux, beantwoordde de vorige sprekers. De regeering, zeide hy, heeft geen wyziging gebracht in hare politiek, dio streeft naar verheffing des lands, niet door isolement, maar door een samengaan, dat vruchten heeft gedra gen. (Levendige toejuichingen.) Het gezantschap dat het congres van 1890 to Berlyn by- woonde, is teruggekomen zonder dat de be langen en de waardigheid van Frankrijk er iets door geleden hadden. Nu geldt het een andere uitnoodiging; op deze beleefdheid heeft Frankryk met eene beleefdheid geantwoord. Onze zeelieden zullen te Kiel het vrye en krachtige Frankrijk vertegenwoordigen, dat geen vergeiyking vreest en geen herinnering verloochent. Vervolgens kwam de minister op de Chi- neescli Japansche quaestie. Frankryk heeft Ruel-ind niet alleen willen laten staan voor de moeilijkheden, die een sterken invloed zouden geoefend hebben op Ruslands alge- meene politiek; Frankryk wilde niet, door een onverklaarbare onthouding, zich onttrekken aan den steun, dien men het vroeg; Frankryk blijft z|jnen bondgenoot getrouw. (Langdurig applaus). De minister herinnerde voorts aan hetgeen de politiek van onthouding in Egypte gekost heelt aan Frankryk, maar thans wordt er in Europa geen enkele quaestie gtregeld zonder dat de meening van Frankryk gevraagd wordt. Toen do minister zyno rede had geëindigd, nam do republikein Flourens (de gewezen minister van buitenlandsche zaken) het woord. Dezo betoogde dat Frankryks tusschenkomst in hot Chineesch Japansche conflict vooral de Duitscho belangen heeft gediend. Zal, zoo vroeg de heer Flourens, de finantiêele mede werking, dio Frankrijk op verzoek van Rusland aan China heeft toegezegd, ons eenig voordeel opleveren Kunnen wy Rusl ind niet vragen ons te helpen om de ontruiming van Egypte te verkrygen? De radicaal socialist Goblet zeido dat de regeering, door de uitnoodiging voor Kiel aan te nemen, een slechten indruk heeft gemaakt op de volksopinie, omdat daardoor het denk beeld van revanche op den achtergrond is geraakt. Spreker kon zich die toenadering tot Duitschland niet begrypen. In antwoord daarop verklaarde de minister president Ribot, dat de regeering, zorgende voor do belangen des lands, geen enkel woord zal spreken dat dezo belangen kan benadeelen. Ons in de quaestie lusschen China en Japan te onthouden, zeide de heer Ribot, zou een fout geweest zyn; onze algemeene politiek bracht onze tusschenkomst mede. Er waren acht motiën voorgesteld. Een motie om over te gaan tot de ordo van den dag, zonder meer, werd verworpen met 394 tegen 129 stemmen. Een motie van den heer Trélat, waarin de verklaring der regeering werd goedgekeurd en met welke het kabinet zeide zich te kunnen vereenigen, werd met 302 tegen 105 steramen aangenomen. Evenals in den Sonaat, behaalde de heer Ribot dus ook in de Kamer, hoewel na een heviger stryd, de overwinning. Immers werd het verzoenend optreden der Fransche regeering jegens Duitschland door de Kamer goedge keurd met de zeer 3anzieniyke meerderheid van 197 stemmen. Naquet heeft in de Fransche Kamer aangekondigd een amendement te zullen indienen op de begrooting, strekkende om de thans bestaande rechtstreeksche belastingen te vervangen door eene inkomstenbelasting van een half percent op inkomsten van 1000 tot 4000 frank, 6 percent op inkomens van 100,000 fr. tot 500,000 fren 8 percent daarboven. Inkomsten, geheel of gedeelteiyk verkregen uit arbeid, zouden met de helft van het voorgestelde percentage worden be last, en het getal kinderen zou by de regeling van den aftrek als grondslag worden aange nomen. DnlTMCli Ui ucL. Ofschoon de Duitsche Ryksdag geen zitttng houdt, is toch het politieke leven in het Duitsche ryk nog niet geheel ingeslapen. Dit bleek wel uit de volksbyeenkomst, welke door do vryzinnige volksparty, de fractie van den heer Eugen Richter, te Neustadt is ge houden. De hjeer Albert Trager, de bekende liberale Ryksdag afgevaardigde, hield eene redevoering, waarin hy zyno partygenouten ten strydo riep tegen de reactie, welke in Duitschland meer en meer haar invloed doet gevoelen. Ondanks de verwerping der Umsturz Vorlage achtte de heer Trager het gevaar voor eeno overwinning der reactie nog niet geweken. Do byeemkomst eindigde met het aannemen eener resolutie, waarin een krachtig optreden tegen de reactie werd verlangd. Met een „Hoch" op het Duitsche vaderland werd de vergadering door den voorzitter, don heer Sartorius, gesloten. Aanwezig waren ongo veer 1200 personen, allen behoorendo tot de leden der afdeeling Zuid West-Duitscbland der vryzinnige volksparty. Omtrent het verlof der vreemde matrozen, om tydens do feesten te Kiel aan don wal te gaan, word nog medegedeeld, dat den 17den Juli de Deensche, Engelscho, Noorsche en Zweedsche, den IS Jen de Italiaansche, (Ie Nederlandsche, de Portugeescbo en de Rus sische, den 19den de Amerikaansche, de Fran sche, de Oostenryksche, de Rumeensche, de Spaansche en de Turksche manschappen zich naar den wal mogen begeven. Voor de vol gendo dagen wordt dezelfde volgorde in acht genomen. België. Het „Journal des Débats" verneomt dat de onlangs afgetreden Belgische minister van buitenlandsche zaken, graaf De Mérode Wes- terloo, den wensch koestert burgemeester van Brussel te worden en deze wensch niet geheel vreemd is geweest aan zyn ontslag. By de aanstaande gemeenteraadsverkiezing gen zullen er drie candidatenlysten zyn: die van de aftredende doctrinairen, waaronder de burgomeester Buis, die van de verbonden radicalen en socialisten en die van de anti liberalen. Mocht deze laatste lyst zegevieren, dan zal, volgens het Paryscho blad, graaf De Mérode burgemeester der hoofdstad worden. By de stemming in de Kamer over de voorgestelde verbooging van het recht op ruw yzer van 1,50 tot 2 fr. heeft het minis terie een meerderheid van 20 stemmen behaald. Italia. De koning heeft gisteren de zitting der "Wetgevende Macht plechtig geopend. De souverein en de prinsen werden langdurig toegejuicht, zoowel by hun komst als by hun vertrek. In de troonrede wordt gezegd dat het resultaat der verkiezingen zoo duidelyk is, dat de nieuw gekozen vol is vertegenwoordigers niet in het onzekere kunnen blyven over den aard der vraagstukken, die de spoedige beslis sing van het Parlement eischen. De organi satie der geldmiddelen moet het eerste en voornaamste voorwerp van de overwegingen der K^mer uitmaken. Do troonrede constateert verder dat de wetsontwerpen, door de vorige wetgevende macht aangenomen, het krediet des lands hebbon verhoogd, maar de bestendigheid van het budget is nog niet volkomen. Wegens de dringende noodzakelykheid om middelen tot verbetering aan te brengen, had de regee ring eenige maatregelen genomen, die onraiddel- lyk een ongehoopt effect hebben gebad. Deze maatregelen zullen opnieuw aan het Parlement ter goedkeuring worden voorgelegd. Het ovenwicht op de begrooting zal echter slechts bereikt kunnen worden door de uitgaven binnen do engste grenzen ie houden. Op do vaderlandsliefde der Kamer doet de koning een beroep om de finantiöele moeiiyk- heden te boven komen. Na het krediet des lands te hebben verhoogd, zal de Kamer het ernstige vraagstuk van de gemeentefinanciën moeten oploisen en administratieve hervor mingen invoeren overeenkomstig de eischen des tyds. De regeering zal eenige wyzigingen in de vigeerende wetten voorstellen, opdat de ge- rechteiyke instellingen beter dan tot dusver de bescherming van do rechten van particu lieren en de openbare ïust verzekeren. Er is nooiig oen betere regeling van de rechterlyka bevoegdheid waar het betreft feiteD, bedreven niet alleen in de laagste klassen, maar ook in den boogsten stand. Om den maatschnppelyken vrede te hand haven, is de regeering met met den koning eens, dat hét beter is mtt welwillendheid to werk te gaan dan zijne toevlucht te nemen tot goweld. Goedertierenheid zal in de plaats treden van maatregelen van onderdrukking, zoodra er zekerheid bestaat dat de ordo voorgoed hersteld is „In de verbetering van hot lot der nedcrigen stel ik den roem van mijne regeering", zegt de koning, en hy drukt verder de hoop uit, dat in de groote Itali aansche familie geen aanleiding meer zal zyn tot gewelddaden on haat. De troonrede constateert verder, „dat de betr- kki hen tot de buitenlandsche mogend heden van hartelyken aard zyn. groot genoegen zenden wy onze schépen naar het vredelievende rendez vous, naar het bewon derenswaardige wt-rk, tot stand gebracht onder de auspicln van rayn vriend en bond genoot, den keizer van Duitschland. Na het bezoek aan Kiel zal bet Italiaansche eskader den groet der meest intieme vriendschap gaan brengen aan de Britsche vloot en aan de Britscho natie." Yooits sprak de koning ook nog over de bezetting van Kassala. „Ook wat de bevestiging betrctt van ItaliO's koloniale bezittingen in Oost Af ik.i - zeide 24) XII. 't Ie rustig in do relden En vrodo is in 't gemoed, Dat, sterk door 't rein geweten, Do ruat niet vreezou doet. Rosalie Lovkling. Een paar dagen later was het oudejaar. Hot was vinnig koud en toen des avonds do gomeento naar hot bedehuis ging, schit terden do sterren als diamanten aan den hemel. Ida ging met hare ouders ook ter kerke. Do leeraar had tot tekst: „Do Heer is myn herder," en toonde in zyne rede aan, dat, al ging het levenspad niet over rozen, wy steeds, evenals de schapen, dio hun herder volgen, op onzen hemelschen Vader moesten ver trouwen. Hy sprak eenvoudig en met diep gevoelde overtuiging, en toen aan hot slot do woorden Do Hcor is mijn fJordor, 'k lleb al wat mij last, Ho zal mij geleiden Langs grazigo '«eidon, Hij voert mij al zachtkons, Aan waal ren dei rust, door het kerkgebouw weerklonken, toen jubelde er een juichtoon in Ida's hart; een juichtoon van dankbaarheid over het vele goede, dat haar dit jaar te beurt was gevallen. De familie De Maire had niet do gewoonte het nieuwe jaar af te wachten. Mon wenschto elkander dus des morgens geluk en haastte zich de vele blieven, die op iafel lagen, to openen. Ida nam het eerst dien van Mary ter hand, en Henri, die h9t handschrift herkende, hield de oogen strak op zyno zuster gevestigd Hy bemerkte dat haar gezichtje betrok en zeide „Is er iets niet goed met Mary?" „Och, zy schynt zich niet best te kunnen schikken," antwoordde Ida. „Ik wilde er wel eens heengaan, want zy heeft bepaald heimwee." „Nu," zeide mevrouw De Maire, „dan zou ik maar eens vragen, wanneer zy je ontvan gen kan." Onder de brieven van Henri was er één, waarin hom eene goede positie in Indiö aan geboden werd. Natuuriyk verheugde dit hem zeer, en hoewel allen zeer tegen het aan staande afscheid opzagen, toch erkende men dat het nieuwe jaar zich goed instelde. In het middaguur wandelde Hugo Blunt, fraai uitgedost, langs den wog. Hy stak visites af, zooals by het noemde, by de families, waar hy aan huis kwam. Het eerst richtte hy zyne schreden naar de familie De Mairo. Natuuriyk was Ida zeer verwonderd, loan zy Blunt zag binnentreden. Zy had hom na dien bewusten avond niet meor ontmoot. Hy was in het minst niet verlegen, reikte haar vrymoodig de hand en zette zich naast haar neder. „Juffrouw De Maire," zeide hy op zachten toon, „ik wensch u alles go9ds toe; u weet hooveol belang ik in uw geluk stel, en u zult my wel willen gtlooven, als ik u zeg, dat ik hartelyk hoop, dat uwe vurigsto wen- schen spoedig vervuld mogen worden." Ida wiit niet boo zy het had. Hy zag haar echter zoo oprecht aan, dat zy zich- zelvo beschuldigde hem verkeerd beoordeeld to hebbon. Het gesprek was verder algemeen on toen Blunt opstond en vertrok, was ieder van oordeel, dat hy een zeor welopgevoed en be- minnoiyk menech was. Hugo stapte vervolgens naar do familie Van Leo. Constance toonde zich zeer inge nomen met zyn bezoek en bood hem eene zitplaats aan hare zyde. Toen het gesprek der overige bezoekers algemeen was, zeido Hugo tot Constance: „Ik was zoooven by de familie De Maire. Ida zag er als naar gewoonte allerliefst uit. Wat is dat toch een mooi meisje 1" Constances gelaat betrok. Blunt deed alsof hy niets bemerkte en vervolgde: „Ik benyd waariyk dien gelukkigen rechter." „Wien zegt u?" riep Constance verbaasd. „Wol," antwoordde Blunt, „ik heb liaar zoo even toegewenscht, dat hare liefste wenschen spoedig in vervulling mogen komen, en zy dankte my met een lief lachje voor dio woorden." „Nu, ik weet zeker dat zy by uw gezegdo aan een auder dacht." „Zoudt u dat denken? Ik voor my geloof het niet. Daarenboven zal de heer Maió nu toch wel tindelyk eens met zyn aanzoek voor den dag komen, wil hy juffrouw De Maire niet voor altyd compromitteeren." „U zult dit alles beter weten dan ik," zeide Constance op onverschilligen toon, torwyl zij over iets anders begon te spreken. Waarom zou zy Ida verdedigen? Blunt wist er zeker meer van dan zy. Nadat hy van de familie Van Lee afscheid had genomen, begaf hy zich naar Bertha Udon. Deze mocht hem graag en ontving hem daarom vnendelyk. „Ik denk dat u het prettig vindt, dat do lente spoedig in aantocht is, want dan komt Eiuard immers thuis?" vroeg Blunt. „O, mynheer Blunt, u weet niet hoe ik-er naar verlang," zeide Bertha. „Nu, u zult wel niet de eenige zyn, denk ix." „Daar kunt u wel gelyk aan hebben," ant woordde Bertha schertsend. „Ik voor my geloof dat uw broeder eene flinke bres in zeker jong hart geschoten heeft," lachte Hugo. Bertha, dia in de meening verkeerde dat Blunt over Ida sprak, antwoordde: „Weet u daar ook al van? Nu, als die bres vóór zyn terugkomst nog niet weer dichtge metseld is, dan zal het Eduard zeker alles naar we..sch gaan." „Constance Van Lee bloosde geweldig, toen ik op de terugkomst van uw broeder zin- speeldo; ik geloof dus dat er alle kans van slagen zal zyn," zeido Hugo op vertrouwe- lijken toon. „Constance?" riep Bartha, even verwonderd als dezo den naam van den rechter, in ver band met Ida door Hugo had hooren noemen. „Ik meende een andere." „Ja?' vroeg Blunt met een onnoozel ge zicht. „Nu, enfin, de uitkomst zal leeren wat er van waar is." Het gesprek werd nu algemeen, en toen Hugo kort daarna afscheid nam, vorliet hy het huis met een gevoel van volda uihud. „Wel, wel," mompdldo bii, „nu, alles gaat zooals ik het gaaruö wilde, iioe meer ver warring, hoe beter! Constance is gehej] van het rechte spoor geleid en Beu ba Udon niet minder. Als ik Ida nu maar verge en «ron, dan zou Bertha eene goede partij voor my zyn. Zy is vermogend, ziet er aardig ml en ik geloof dat zy my graag mag; doch als ik Ida zie, dan doet my bet hau pyn. Ik weet dat triyne liefde altyd onbeantwoord zal blyven; doch al wil zij mij niet hebben, Eduard zal zy niet krygen. Met deze gedachten vervuld, stapte hy verder. Hy ontmoette Henri Do Maire, die hem met een van vreugde stralend gelaat te gemoet kwam. „Wol, kerel, dat is voor my een goed begin van het jaar; doch eerst wil ik je geluk wenschen; ik* hoop dat ge in alles iracces hebben zult, hoorl" „Wel,' zeide Blunt, „ge schynt erg in je nopjes te zyn. Wat ia de reden van jo vreugd?" „Ik heb van morgen eene aanbieding ge kregen van een groot kantoor uit Indio. Ik zal er spoedig heengaan en heb goede voor uitzichten." „Nu, ik wensch je van harte geluk, maar vindt ge het Diet naar, allen, die je lief zyn, te moeten verlaten?' (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 2