Roelofarendsveen. ƒ1.30 per drie maanden 10 Cents per week. Dr. LAM'S Melksuiker, een daarvoor in de plaats komende verordening, houdende bepaling dat het schoolgeld per jaar en p.r leerling bedraagt voor do drie laagste klassen ƒ35 en voor de drie hoogste kl. f 50. Op zyn verzoek wordt nut ingang van 1 Juli eervol ontslag verleend aan den heer J. De Voogd, als onderwijzer aan de openharo school voor U. L. O. Komt ter tafel een voorstel van de heeren M. De Jong, M. Visser, W. Los en G. Van Dobben, houdende aanvulling van het Regle ment van Orde voor de vergaderingen van den Raad, door opneming van do bepaling daarin, dat bij de opening van elke vergadering een ambtsgebed worde voorgelezen. Do Voorzitter verzoekt den leden deze zaak zoo kiesch mogelijk to behandelen en anders denkenden niet te kwetsen; hy zegt dat hy persoonlijk tegen de invoeiing van e.n ambts gebed zeer gekant is. Hij wil ieder in zyn gevoelen vry laten, en aangezien in den Raad verschillende partijen zyn vertegenwoordigd, zal een ambtsgebed steeds of de eene öf de andere party kwetsen. Wil men toch bidden, welnu, men bidde, alvorens ter vergadering te gaan, in zyne binnenkamer; bidden in een openbare Raads vergadeilug, in weiken vorm of op welke wyze ook voorgedragen, zal stootend zyn voor enkele leden en voor het publiek. Inpiincipe is hy niet tegen gebed, doch hy vindt het te edel, daardoor spot te verwekken. De heer Bos kan zich zeer goed met de woordon van den Voorzitter veroeüigen; by noemt een voorbeeld uit den Bybel, waaruit bl ijkt, dat de Groote Meester niet voor bidden in het publiek was, en gelooft dat ieder Raadslid zóó vervuld moet zyn van zijn plicht, dat een herinnering daaraan by iedere ver gadering hem onnoodig voorkomt. De heer Xemink zegt dat B. en Ws. omtrent dezo aangelegenheid hebben besloten den Raad geen bepaald advies uit te brengeD, doch de beslissing geheel aan den Raad over te laten, om bot groote verschil van gevoeler, dat in het college van B. en Ws. hierover heerschte. Bovendien was door de voorstellers geen formulier ingezonden, zoodat mon hun gevoelen daaromtront ook nog niet wist. Vroeger is het al of niet invoeren van een ambtsgebed ook al door den Raad besproken; toen was er wel een formulier, maar dostyds heeft de Raad zich tegefl de invoering verklaard. De heer Van Abshoven vraagt of, nu er geen formulier is, het de bedoeling is zonder formulier te bidden. Een gebed moet uit hot hart opwellen, doch het gevoelloos oplezen van een formulier heeft voor hem geen waarde. De Katholieken zullen zich niet licht met het formulier vereonigen en zooals ook de Voor zitter opmerkt, zullen de Israëlieten niot meer in den Raad kunnen komen, zonder kwetsing hunner godsdienstige gevoelens. De heer De Jong vraagt hoe het dan gaat in zoovele andere plaatsen, als Amsterdam, Utrecht, ent., waarop do Voorzitter antwoordt, dat hy wel eens Raadsvergaderingen heeft bflgowoond, waar een ambtsgebed werd voor gelezen, doch dat hy zich toen aan dio voor lezing heeft geërgerd. Do heer Van Dobbon zal vóór de invoering stemmen on wel omdat aan Gods zegen alles gelegen is. Het gebed is niet om iets te ont vangen, doch om iets te brengen. De over heid regeert by do gratie Gods, en zy is erkenning schuldig aan het Opperste Gezag, Gods majesteit dient geëerbiedigd te worden, alle gaven ontvangen wy van God en wy moeten Hem zegen vragen op onzen hier te verrichten arbeid. Wy zyn allen menschen en als zoodanig zyn wy vatbaar voor sleur; or zyn zoovele werkzaamheden in ons leven, die ons atleiden, die ons Gode doen vergeten, en daarom acht hy het noodig telkens aan dien God te worden herinnerd. Bovendien gaat er tegenwoordig oen geost op om alle gezag van zich af te schudden en daarom vindt hy hot noodig dat do Raad als overheid voorgaat, het Gezag te erkennen. Dat de heer Bos het voorstel bestrydt, begrypt hy niet, omdat dezo by de installatie des burgemeesters den zegen des Heeren inriep, on hy werpt hem. onder eeno aanhaling uit don Bybel, togen dat Jezus niet tegen bet bidden in het publiek was. De Voorzitter zegt dat by het atleggen van den eod het Raadslid zweert onder aanroeping van Gods naam, en dit vindt hy voldoende. Een Raadslid behoeft toch niet telkens aan dien eed te worden herinnerd. De heer Van Dobben zegt dat wel is waar ieder Raadslid, voor het naar de vergadering gaan, in zyne huiskamer kan bidden, doch dan doet by hot als particulier persoon. Zyn doel is dat do Raad, als overheid, het Opper ste Gezag erkent. Na nog eenige discussie en eene vergeefsche poging van den heer Van Abshoven, om de voorstellers te bewegen hun voorstel in te trekken, wenscht de Voorzittor, dat do Raad zich uitspreke of hy in beginsel vóór of tegen de invoeiiug van een ambtsgebod is. By do stemming hierover stakon de stem men; vóór stemden de 4 voorstellers en de heer Kemiok; tegen de heeren H. Overes, A. Streng, J. De Bree, C. Van Abshoven en F. P. Bos. In de volgende vergadering zal dit onder werp dus opnieuw aan de orde komen. Hierna gaat do vergadering over in comitó- generaal ter behandeling van reclames tegen den lioofdelyken omslag. Gr e ui e ii g; cl IV i e u \v s. Voor de 14de maal heeft do aan de Uiterstegracht wonende Kuivenhovon een menschenleven gored. Omstreeks zeven uren was aldaar een jongetje, De Wolf geheeten, te water geraakt. Op het hulpgeroep kwam K. zyn buis uitgoloopen. Hy sprong in de gracht en tracht het kind op het droge, waarna men dit behouden weer by de ouders kon brengen. Hedenmorgen goraakton by bet uitladen van lammeren aan de Beestenmarkt alhier vyf lammeren te water. Twee daarvan konden nog levend weer aan wal of aan boord worden gehaald, doch de andere drie verdronken. Niet alleen over Leiden en om streken, maar blijkbaar over een groot gedeelte van ons land heeft gisteravond het onweder gewoed. Om zeven uren is de bliksem geslagen in de boerenhofstede van Hendrik Barendrecht, aan den Voordyk te Barendrecht. De hofstede, mot het koets- en wagenhuis, zyn afgebrand; het woonhuis niet; ook zyn alle goederen gered. Alles was verzekerd. Het is de derde maal, dat dit gebouw door den bliksem ge troffen werd. Er stond geen bliksem-afleider op. Twee spuiten hebben gewerkt. Voor het gerechtshof in Den Haag stond gisteren terecht de gepensionneerdo kapitein van het Oost-Indisch leger v. V. aldaar, door do rechtbank veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf wegens diefstal van effecten door middel van braak ten nadeele zyner schoonmoeder. Een talryk publiek, waaronder vele advo caten, woonde de behandeling der zaak by. Nadat door den Raadsheer-rapporteur mr. Karsten een uitvoerig verslag van den loop der zaak was uitgebracht, werd de appellant door den voorzitter, mr. De Graaf, in de ge legenheid gesteld zijne bezwaren tegen het vonnis uiteen te zetten. Hy hield vol dat de effecten zoowel als het kistje, waarin zo ge borgen waren, hem in eigendom toebehoorden, en voerde dezelfde beweringen als voor de rechtbank; hy sprak met zeer zonuwachtigo stem. Gewezen op afwykingen tusschen vroe gere en in rechten door hem gedane opgaven met betrekking lot de bestemming van de door zyne overleden tante nagelaten g6lden, zeide hy dat de vroegere opgaven foutief moeten zyn opgeteekend. Er waren gedagvaard acht reods in eersten aanleg gehoorde getuigen ii charge en één getuige a décharge, die heden voor het eerst werd gehoord. Het verhoor der getuigen was in hoofdzaak eene herhaling van hetgeen reeds by de behandeling voor de rechtbank bleek en liep voor een gKOt deel over de ver houding tusschen de overleden tante van be klaagde en hare zuster (oekl.'s tchoonmoeder) alsook over de al of niet genegenheid van die tante jegens beklaagde. Na afloop van liet getuigenverhoor, dat tot ongeveer 2 uren duurde, werd pauze gehou den en daarna was het woord aan het open baar ministerie, waargenomen door advocaat- generaal mr. Telders. Dezo wees allereerst op de groote belangstelling, welke dit familie drama heeft gewekt, te moer, omdat bekl. in deze behoord heeft tot een kring van per sonen van stipte eerlykheid en omdat hy heeft een eervol verleden. Geroepen om over deze treurige zaak zyn oordeel aan het hof mede te deelen, hiel! spr. zich overtuigd dat de Haagsche rechtbank, toen ze den beklaagde veroordeolde, een juist vonnis heeft gewezen. Na voorts herinnerd te hebben hoe hier het geld geworden is tot een vergif voor het geestelyk levon van bekl. en zyn familie, tot een vreeseiyk ongeluk voor velen, sprak by de verwachting uit, dat het verdwenen gelds waardig papier, waarvan men tot dusver niet weet waar het zich bevindt, daar bekl., den spot cryvende met de hoogste macht van het recht, weigerde het te zeggen, thans door tusschenkomst van den nu door hem gekozen verdediger zou worden te voorschijn gebracht. Maar al komt het geld terug, het zal blyven eon bron van droefheid: het zal beklaagdes schoonmoeder steeds herinneren aan de stappen welke ze gedaan heeft, maar z. i. ook heeft moeten doen om het terug te bekomenze werd gedwongen een groot ongeluk te brengen over haar eigen dochter. Terecht heeft voorts volgons advocaat-generaal de rechtbank als eene buitengerechtelijke bekentenis aange nomen eene by do beschry ving van den boedel der overleden tante door beklaagde afgelegde verklaring en die bekentenis werd z. i. laler maar al to dikwerf herhaald. Uit beklaagdes houding bleek voorts voldoende dut do eigen dom der gelden was by bekl.'s schoon moedor. Bekl. had 't doen voorkomen alsof zyne woorden: ,.Myu schoonmoeder heeft van haar zusier een mandje met geld gekregen" alleen betuekende ontvangen, zonder dat daarmede werd bedoeld dat het geld als geschenk werd gegeven, maar het was volgons adv. gen. in het minst niet twyfeluchlig dat hier met „gekregen" bedoeld werd „cadeau gekregen". Voorts wees het O. M. er op dixt de erflaatster volgens meerdere go- tuigen eene antipathie had jegens beklaagde, waaraan volkomen aansluit het feit, dat deze en zyn vrouw van het testamont zyn uitge sijten; dat nitts geblekan is van hetgeen be klaagde beweerde omtrent geldelijke voordoelen welke een geneesheer zou hebben genoten of zou genieten van bekl.'s schoonmoeder. Hoewel het ook adv.-gen. pynlyk aandeed om tegen een man als beklaagde met eene zoo eervolle loopbaan veroordeolir.g te vorderen wegens diefstal met braak tot 4 jaar, aarzelde hy niet in deze bevestiging van. het vonnis te requi- reeren. De verdediger van beklaagde, mr. D. Simons, uit Amsterdam, gaf als zyne meening te kennen, dat do rechtbank e.n onjuist vonnis hoeft gewezen. Ook pleiter moft tot zyn spyt op de vraag: waar is het geld? antwoorden, dat hy het niet weet. Hy heeft getracht eene mi neiyke schikking tusschen partyen tot stand te brengen, daar zyns inziens de zaak van den aanvang af had moeten zUn geschikt Hy is echter tot dusver in zyne pogingen niet geslaagd. Voorts wees hy op omstandighecea welke z. i. rechtvaardigen de vrees van te- klaagde dat een geneesheer finantiëele voor- deelen zou genieten van zyne (bekl/e) schoon moeder. De verklaringen der getuigen waarop de rechtbank aannam dat het geld aan de schoonmoeder toebehoorde waren volgens pleiter van weinig beteekenis, en daar die verklaringen door andere getuigen weerspro ken worden mochten zy z. i. niet tot eene schuldigverklaring van bekl. leiden. Het Open baar Ministerie had er zich op beroepen dat feitelyk vaststaat dat de schoonmoeder het beiieer had over de effecten, maar dit deed voor het eigendomsbewys niets af meende pleiter, want dat beheer kon de schoonmoeder hebben omdat zy de renten van het kapitaal genoot. Pleiter meende voorts dat voldoende is gebleken van eene niet gunstige verstand houding tusschen de schoonmoeder en haar overleden zuster. Dat voorts de overledene wel op beklaagde gesteld was kan z. i. blijken uit de omstandigheid dat deze haar op eene reis zou hebben moeten vergezellen. Achtte pleiter op grond van de feiten den ten laste gelegden diefstal niet bewezen en conclu deerde hy dus daarom tot vryspraak, op juridische gronden betoogde hy daarna dat toch geeno veroordeeling wegens diefstal mocht worden uitgesproken, omdat bekl. als houder en bewaarder der gelden geen diefstal kon plegen maar alleen verduistering. Mocht het Hof met de rechtbank eene veroordeeliog uitspreken, dan verzocht pleiter eene vermindering van straf en richtte hy in stryi met de bede van de schoonmoeder om haar schoonzoon niet te sparen, tot het Hof de bede om bekl. wél te sparen. Hierna zou het O. M. weder aan het woord komen, maar wegens het vergevorderde uur (5 uren) werd de zitting tot gisteravond acht uren geschorst. Er heerschte toen eene hooge temperatuur in de volle zaal van bet gerechtshof. Advocaat-generaal mr. Triders, het woord verkregen hebbendo om te repliceeren op het geen door den verdediger was aangevoerd, achtte zich verplicht te protesteeren tegen de bewering van don verdediger omtrent de hou ding van de schoonmoeder. Adv.-generaal hield vol dat de scooonmoedor terecht en niet voor barig eene klacht heeft ingediend tegen haar schoonzoon zy heeft daarmede het uiterste beproefd om het goed dat haar volgens de heilige overtuiging van het O. M. werkelyk toekwam, terug te vorderen, nadat alle andere mogalyko nu idolen daartoe tevergeefs waren gebleken. Z.E.G.A. achtte zich voorts teleur- gestelJ nu do verdediger de effecten niet ter terechtzitiing van het Hof te voorschyn bracht. Waar de verdediger erkende, do effecten niet te hebben kunnen texugkrygen, daar mocht hy volgens spr. ook niet er eene griel van maken dat de rechterlyke weg tot terug- bekuming is ingeslagen. Verder bleef het don ambtenaar van het O. M. grieven, dat bekl., door do hoogste rechterlyke macht tot terug gave der effecten voroordeeld onwillig blyft aan dit vonnis gevolg te geven. Zyn verwonde ring gaf adv.-generaal te kennen over de bo wering als zou het bewys zwak zyn. Integen deel was zyns inziens de bestryding van het bewys zwak. Ten slotte bestreed adv.-gen. de bewering, als zou hier van diefstal geen sprake kunnen zyn, maar slechts van verduistering en achtte hy het slot van 's verdedigers pleidooi waar vermindering van straf werd gevraagd een bewys voor de zwakheid der verdediging. Mr. D. Simons, dupliceerende, drong nog maals met kracht de verschillende door hom bygebrachte argumenten aan en achtte zich als verdediger volkomen bevoogd om voor hot geval de rechter zyne meening niet doelt, te wyzen op voor den beklaagde gunstige omstandigheden. Nadat beklaagde het laatste woord had gehad werd de uitspraak op 13 Juni bepaald. De rechtzaal van het gerechts- bof te 's-GravenLage is dezer dagen versierd met eene kroon met zes gaspitten, nadat men sedert geruimen tyd met den aanleg van gas in het rechtsgebouw is begonnen. Gisteravond werd van het gaslicht in de zaal gebruik go- maakt by de voortzetting van de strafzaak tegen den gepens. kapitein van het O.-I. leger, v. V. Brand op het Prinseneiland te Amsterdam. Ongeveer halfvyf hedenmorgen werd brand ontdekt in hel achterpakhuis van den heer J. J. H. Fischer, aan het Prinsen eiland. De vlammen sloegen in een oogwenk boven hot dak uit en vonden ruim voedsel in do kruidenierswaren, welke op de drie zolders lagen opgeslagen. Beneden, waar het vuur schynt aangekomen te zyn, lagen groote hoeveelheden zeep, soda, zout, enz., die brandende een zóó verpestende lucht ver spreidden, dat het der inmiddels verschenen brandweer niet gelukte, binnen te dringen om het paard te redden, dat in dezelfde ruimte gestald stond. Het dier werd later geheel ver brand teruggevonden. Do brandweer, onder leiding van den commandant Meier, slaagdo er in, met vier slangen aan Vechtkranen het vuur binnen een uur tyds meester te worden. De vier ter hulp gekomen spuiten deden geen dienst. Om ongeveer zes uren was al het materieel, op een Vechtslang na, van het terrein Terwyderd. Het geboele achterpakhuis is uitgebrand, doch het voorgedeelte van het huis bleef on beschadigd. Aau goederen is voor een vry aanzienlijke waarde verbrand, doch alles was op beurspolis verzekerd. Omtrent de oorzaak, zegt het „Hbl is niets met zekeiheid bekend De heer Fischer vermoadt dat het paard, dat gisteren geopereerd was en hevig sloeg, vonken heeft geslagen in het iigslroo. Dat de brand in de achtergelegen koffie brandery zou ontstaan zyn, is niet waarschyn- lyk, daar de lucifers en brandstoffen, welke daar aanwezig waren, gespaard zyn gebleven. Op de tentoonstelling te Am sterdam is gisteren een betreurenswaardig feit voorgevallen. Eenige Fransche exposanten en hunne dames wilden zich door den ingang aan de Van Baerle-straat naar de expositie begeven; de toegang werd hun daar geweigerd en toen zy zich niet aan die weigering stoorden maar binnen wilden dringen, werden zy.door de beambten en hun te hulp geroepen werk lieden mishandeld. Ook de dames werden ruw bejegend. De Franschen hebben hun beklag ingediend by den voorzitter van het tentoonstellings- comitó, die heeft toegezegd, dat de beambten, die zich hebben misdragen, ontslagen zullen worden. De Franschen waren zóó verontwaardigd, dat zy gisteren hunne étalages gesloten hielden. Heden zouden zij ze weer openen. Do kosten der wereldtentoon stelling te Parys in 1900 worden geraamd op 100 millioen fr.nl. 73 millioen voor de geb.uwen, 12 millioen voor de exploitatie, 8 millioen voor het personeel, drukwerken, politie en brandweer en 7 millioen voor de reserve. Met 1 Juni wordt het LEIDSCH DAGBLAD in bovenstaande gemeente des avonds te 8 uren bezorgd en het abonnement gebracht op of Alléén des Xaterdag-awond» ad 2'/j Cents. Agent: J. F. SOM BEEK, bij wien abonne menten en advertenlün kunnen worden opge geven. KECLINE», a 25 Cents per regel. Bij het gebruik van in bussen, bedragen de algelieelc vo3dings- koston voor oen kind van 1 tot 7 maanden slechts 8 11 Cts. por dag en het succes is verzekerd. Ncderlandschc Albumincfabrlek, Lelden. 7215 10 Hnlde aan Lombok-strijders. Gisteren kwam te Rotterdam aan het stoom schip „Bromo", waarmede repatriöerden 32 oud Inöisqhe stryder*, waarvan 17, die aan de krygsverrichtingen op Lombok hebben deel genomen. Van deze laatsten zyn gewond ge weest: De fuselier H. C. Dircks, die by de verove ring van Tjakra Negara op 18 November 1894 een schot door den linker-wysvinger kreeg; de soldaten J B. Maroten, die by de verovering van Mataram op 2 Augustus 1894 een schot door het linker-onderbeen kreeg, en F. L. Nypols, die by het gevecht te Mata ram op 26 Augustus 1894 aan den linker bovenarm gewond werd. De „Bromo" werd te Maassluis opgewacht door den kapitein van afmonstering, den heer Lamers, tot wiens aangenaamste plichten het zeker wel behoorde, aan den fuselier H. C. Dircks mede te deelen, dat H. M. de Koningin- Regentes hem had benoemd tot ridder in de Mil. "Willemsorde 4de klasse. Te 3 u. 40 min. kwam de „Bromo" in zicht en te 4 tl. 20 min. lag ze gemeerd aan de kade to Rotterdam. Onder commando van kapitein Lamers traden de manschappen op het dek aan, terwyl de muziek van het corps Kon. Scherpschutters de volksliederen speelde. Toen nam overste Verhey, van de mariniers, het woord, riep hun een hartelyk welkom toe en wenschte hun geluk met hun behou den terugkomst. Den fuselier Dircks feliciteerde hy met de hem te beurt gevallen onder scheiding. Met een leve de Koningin I" eindigde hy zyne toespraak. Hierna speelde de muziek het volkslied, waarna kapitein Bas allen namens de afdeeling Rotterdam van het Roode Kruis welkom heette, en overhandigde den gewonden ieder eene enveloppe mot een herinnering van het Roode Kruis. Eens jonge dame overhandigde nog aan Dircks eenige bloemen en een kistje fijne sigarenkapitein Lamers dankte namens de stryders voor de eer, door de autoriteiten bewezen, en daarna was er gelegenheid voor vrienden en kennissen, om de lang verwachten te begroeten. BUITENLAND. FranUrljU. In Frankryk komen de chauvinisten weder in beweging. Men zegt, naar men weet, dat do groote Pasteur heeft te kennen gegeven dat hy geen Pruisische orde wil aannemen, en de patriotten .inden, dat zulk een ver heven daad van zelfverloochenende vaderlands liefde openlyk moet worden gevierd, opdat geleerde lichamen er een voorbeeld aan nemen, die prof. Esmareh, den schoonbroeder uts keizers, en prof. Mommsen o:ilangs tot buiten landsche loden hebben benoemd. De „Lanternë" ro^pt aan ook al, dat men de Franschen wil germaniseeren. De regeering doet haar best, om aan de ergernis, die de deelneming van Fransche oorlogsschepen aan de feesten te Kiel geeft, zo3 weinig mogelyk voedsel te geven. Admi raal Menard, die het eskader commandeert, heeft uitvoerige instruction ontvangeno. a. mag de bemanning geen voet op Dnitschen bodem zetten. In de Kamer vroeg gisteren de heer Goblet, namens de uiterste linkerzyde, verlof de regeering te interpelleeren over de corres pondentie, tusschen den minister van eere- dienst Poincaré en den aartsbisschop v<.n Kameryk gewisseld over het droit d'accrois- sement. Ondanks de pogingen der uiterste linkerzijde, besloot de Kamer met 268 tegen 235 stemmen, deze interpellatie uit testellen tot na de behandeling van het wetsontwerp betreffende de herziening van de drankbo- lasting. Heden zal de minister van buitenlandscho zaken, de heer Hanotaux, in den Senaat de interpellatie van den heer Beaumanuir betref fende Frankryks deelneming aan do feestelyke opening van het Noord Oostzeekanaal, beant woorden. De minister zal dan mededeelen dat Frank ryks deelneming aan de feesten te Kir] niet meer is dan eene daad van internationale hoffelykbeid, welke geen invloed zal oefenen op de buitenlandsche politiek der Fransche regeering, welke zal biyveD, gelyk dezo tot dusver is geweest. Overeenkomstig het verzoek, door den minis ter-president Ribot tot zyne ambtgenooten gericht, hebben alle ministers opgaven gedaan van de bezuinigingen, welke zy, elk by hun departement, op de begrooting mogelyk achtten. Het geheele bedrag van deze bezuinigingen is 13,000,000 franken. Heden vertrekt president Fé'ix Faure uit Parys, ten einde een bezoek te brengen aan de oostelyke provinciën. Het eerste be zoek geldt Ne vers. Van daar gaat de president naar Vieby, Clermont en Bordeaux. Over acht dagen wordt de heer Faure te Parys terug verwacht. Dultflchlaud. Te Kottbus, in de Pruisische provincie Brandenburg, hebben de werklieden van eeno der grooto Jakenfabrioken plotseling het werk gestaakt. Dientengevolge sloten alle fabrikan ten hunne fabriek en zonden hunne arbeiders weg. Do fabrieken zullen eerst heropend worden, wanneer de arbeiders der eerstge noemde» fabriek het werk hervatten. Te Berlyn werd gisteravond eene by- eenkomst gehouden door de bankiers, die voornemens zyn deel te nemen aan de nieuwe leening, welke de Chineesche regeering wil sluiten. Vermoedelyk zal aanvankelijk slechts wor den overgegaan tot het uitgeven van eene leening tot een geringer bedrag dan eerst werd gemeld. Toch zal de eerste leening wel meer dan 100,000,000 Mark bedragen. Zoo noorig, zullen later nog andere leeningen worden gesloten in verband met de termijnen, waarop de Chineesche regeering verplicht is, do oorlogskosten aan Japan te betalen. In politieke kringen te Berlyn wordt ver teld, dat keizer Wilhelm zyne ontevredenheid heeft betuigd over de pogingen, welke door de conservatieven worden aangewend, om den minister van buitenlandsche zaken, baron Von Marschall, ten val te brengen. Naar aanleiding van deze verklaring des keizers wordt de positie van dezen minister als zeer vast be schouwd. De agrariërs doen wat zy kunnen, om den invloed van den heer Yon Marschall te ondermynen, omdat zy hem aansprakelyk stellen voor de handels-tractaten, welke Duitsch- land met de andere Europeesche staten heeft gesloten. BelglS. De Kamer heeft oen wyziging van het wet boek van strafvordering aangenomen, betref fende schadeloosstelling aan slachtoffers van rechterlyke dwalingen. Do voornaamste wyzi ging is in art. 446, dat voorts bepaald: Het arrest of het vonnis van revisie, waaru t de onschuld van een veroordeelde zal blyken, zal op zyn verzoek hem schadevergoeding kunnen doen toeke.incn ter zake van het nadeel, dat zyn veroordeel,ng hem zal hebben berokkend. Indien het slachtoffer der rechterlyke dwaling is overleden, zal het recht om schadevergoe ding te verzoeken in dezelfde omstandigheden behooren aan zyn echtgenoot en zyn bloedver wanten in opgaande en neerdalende linie. De toagekondo schadevergoeding komt ten laste van den Staat, behoudens zyn verhaal op do civiele party, den aangever of den valschen getuige, door wier schuld de ver oordeling zal zyn uitgesproken. De vergoe dingen zullen als criraineele gerechtskosten worden betaaldIndion het eindarrest of eindvonnis van revisie een veroordeeling be vat, zal het bepalen dat de terugbetaling der kosten, hetzy aan den Staat httzy aan de aanvragers van revisie, zal komen ten laste vau den veroordeelde. De aanvrager van revisie, die in zyn instantie in het onrecht zal worden gesteld, zal tot alle kosten worden veroordeeld. Eindelyk schynt te Charleroi de crisis in de glasnyverheid op haar einde te loopen, en binnenkort zullen al de werkstakers den- kelyk den arbeid hervatten. Te Lodelinsart zyn 500 werklieden in de fabriek Bennert- Bieort teruggekeerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 2