N". 10783. Vrijdag 19 April. A0. 1895. <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. DE TOOVERRING. LEIBSCH DA&BLA1 PRIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post Afzonderlijke Nommers 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel moer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt 0.05 berekend. Officieel© Kennisgevingen. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen bij deze ter algemeene kennie, dat door de na te noemen personen verzoekschriften zijn ingediend om vergunning voor den kleiubandel in sterken drank, t. w.: FIUNCISCUS REGEER, Morschs-raat 85; JOHANNA SOMMELING, huisvronw van H. N. KUITERS. Gerecht 13; GEERTRUIDA KLAZINA "VERHOEVEN, huisvrouw van Pb. VERSTRAKTEN, Haarlem I eretraat 153; ELIZABETii LEEMANS, Middelweg 17; JAN ABRAHAM BRITTIJN, Groene- steeg 53. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 17 April 1895. E. KIST. Secretaris. Leiden, 18 April. B\j besluit van commissarissen van de Bank van-Leening alhier zyn by die instelling benoemd: tot onder-kassier de heer S. A. Scboevers, thans hoekhouder, en tot boekhouder de beer J. G. Den Tonkelaar, thans hoofd beambte by een der hulpkantoren van de Bank. Men schrijft ons uit Oegstgeest: Naar wy van vertrouwbare zyde vernemen, heeft de heer H. D. Terwee zich tot H. M. onze geëerbiedigde KoningiD gewend om eervol ontslag te verzoeken als burgemeester der gemeenten Oegstgeest en Voorhout, tegen 19 Mei a. s., zynde het alsdan twee en veertig jaren, dat hy burgemeester der gemeente Oegstgeest en vyf en dertig jaren, dat by burgemeester der gemeente Voorhout is. Beide gemeenten verliezen niet alleen in ZEd.Achtb. een hoofd, dat ten allen tijde werkzaam was, om met de meeste toewijding en yver den bloei dier gemeente te bevorderen, maar de ingezetenen verliezen ook in ZEd.Achtb. een burgervader, welke titel hem dan ook by zyn vyfen-twintig-jarig jubiló als burgemeester van Oegstgeest niet ten onrechte werd geschonken, en dien ZEd Acbtb., zoo wy hopen, tot zijne grootste eer zal blyven rekenen. Voor de a. s. Statenverkiezing stelde de anti revolutionnaire kiesvereeniging te Haar lemmermeer tot voorloopige candidaten de heeren G. B. 't Hooft, aftredend, P. Verkuyl en dr. Van Rooyen. Ten Raadhuize te Woubrugge is 17 dezer aanbesteed het verbouwen van de ophaalbrug over de Does te Hoogmade. Ingeschreven was door de heeren J. Lok horst, te Alfen, voor ƒ5375, C. Boers, to Koudekerk, voor 5237, Schoonboom, te Voor burg, voor 5229, P. Van Vliet, te Woubrugge, voor ƒ4884, G. Van der Wal, te Oudshoorn, voor ƒ4849, P. Vryburg, te Oud-Ade, voor 4830, en H. Verby, te Hoogmade, voor 4S25. De gunning is aangehouden. De heer A. C. Zyderveld, te Valkenburg, die Dinsdag slaagde voor de akte als onder wijzer, verwierf gisteren voor do commissie te 's-Gravenhage aanteekening voor de vrije en orde oefeningen der gymnastiek. Ter te Oude-Wetering gehouden vergade ring van stemgerechtigde ingelanden van den Googer-polder, op 17 dezer, zyn vastgesteld: de rekening over 1894, aan inkomsten op ƒ1581.915, aan uitgaven op 1111.995, batig saldo ƒ469,915. De begrooting voor 1895 aan inkomsten op 276S.285, aan uitgaven op 2755.50, batig saldo 12.785. De omslag voor 1895 op 3.15 per hectare. De Eerste Kamer der Staten-Generaal beeft benoemd tot rapporteurs, o. a. over de ontworpen 'omtrent de handelsbetrekkingen met Portugal, schorsing van het uitvoerrecht op suiker en heffing van invoerrechten naar de waarde der goederen, de heerenFokker, Van Weideren Rengers, Sassen, J. Prins en Van Nispen tot Pannerdenen voor de militie en de gewerenwetten, de heeren: Bergsma, Schimmelpenninck van der Oye, Kist, Nebbens Sterling en De Jong. Tegen de volgende wetsontwerpen bestond in de afdeelingen geen bezwaar: onteigening voor een doorloopenden loswal te Beverwyk; idem voor een straatweg tusschen het Van- Hogendorp-plein en den Haarlemmerweg te Amsterdamprovinciale heffingen in Friesland wijziging en aanvulling hoofdstuk VH B der Staatsbegrooting voor 1895; ruiling van grond onder Ginneken, enz.; onderhandscben ver koop vestinggrond te Delfzyl; kredieten ten laste Indische begrooting voor 1895en natu ralisatie van G. W. L. Knobloch en zes anderen. In de gisteravond gehouden algemeene vergadering van aandeelhouders der Wilhel- mina Staalwaterbron te Haarlem is met algemeene stemmen aangenomen de navol gende motie van den heer Beynes: „De vergadering, met leedwezen vernomen hebbende de weigering van vergunning door B. en Ws. der gemeente Haarlem, gehoord het debat van de algemeene vergadering, ver nomen hebbende den stand van zaken wat betreft de gebouwen, verzoekt het bestuur alsnog by B. en Ws. pogingen in het werk te stellen, om zoo spoedig mogelyk vergun ning te verkrygen en verzoekt tevens, dat met den bouw der verschillende gebouwen worde voortgegaan, ten einde het succes der zaak te verzekeren". Een amendement van de heeren mr. J. En schedé en André de la Porte, strekkende tot aanhouding van den bouw van het badhuis tot tyd en wyle B. en Ws. zich nader over het verleenen der \ergunning zouden hebben uitgesproken, werd verworpen met 129 tegen 16 stemmen. Bovengenoemde besluiten werden genomen na zeer langdurig debat, waarby o a. door den beer F. Lieftinck in 't licht werd gesteld, dat bij de aanneming van de drankwet het nooit de bedoeling van den wetgever is ge weest, om, door het weigeren van vergunning, de exploitatie van belangrijke ondernemingen onmogeiyk te maken. De minister van oorlog heeft, krachtens koninkiyk besluit van 9 dezer, vastgesteld de tydstippen, waarop de militie te land in 1895 zal worden opgeroepen, om gedurende 35 dagen in den wapenhandel geoefend te worden. De oproeping geldt: a. van de lichting van 1892, de militieplichtigen, tehooronde tot de regi menten infanterie, de compagnieën hospitaal soldaten, het 1ste en het 2de regiment veld artillerie, met uitzondering van de treincom- pagnieën dezer regimenten, het 2de regiment veld-artillerie, met uitzondering van hen, die van het wapen der cavalerie by de treincom- pagnieèn van dat regiment zyn overgeplaatst geworden, het corps rydende artillerie, het corps pontonniers, het corps torpedisten en het corps genietroepen, met uitzondering van de vesting telegrafisten, die hebben voldaan aan het be paalde in den eersten volzin van artikel 6 van het koninkiyk besluit, ad. 29 Febr. 1884; b. van de lichting van 1893, de militieplichtigen, behoorende tot de regimenten vesting-artillerie, het corps pantaerfort-artillerie en het corps genietroepen. Een staat, by de ministeriëele beschikking gevoegd en in de Staatscourant van 18 dezer opgenomen, vermeldt de verschillende tyd stippen van opkomst. De gemeenteraad van Amsterdam heefL gisteren de jaarwedde van den conservator van het op te richten museum-Willet vastge steld op. 2000, plus vrye woning. De execu teurs-testamentair van mevr. Willet, gebruik makende van de hun in het testament gegeven bevoegdheid, hebben Frans Coenen Jr. tot conservator benoemd. Met 952 van de 977 uitgebrachte geldige stemmen is in het district Rotterdam de heer J. Drost gekozen tot lid van de Provinciale Staten van Zuid-Holland, in de plaats van wyien den heer Hugo Molenaar. De heer Mees verkreeg 8 stemmen. Naar de „Tel." verneemt, heeft H. M. de Koningin-Regentes den wensch te kennen gegeven, dat het ontwerp tot uitbreiding van het kiesrecht by den Raad van State zal worden ingezonden vóór dat het Hof te Am sterdam komt. Dit is, volgens het „Utr. Dbl.", een zonder ling bericht, waarvan de geloofwaardigheid niet hoog is aan te slaan. Het is even moeilyk aan te nemen, dat H. M. zich op die wyze in de voorbereiding van belangryke wetsont werpen mengen zal, als er eene aannemelyke reden te vinden is voor den wensch, die H. M. hier wordt toegedicht. Aan de Beurs te Amsterdam ligt ter teekening een adres van den handel aan den gemeenteraad, om te verzoeken de telephoon niet te laten exploiteeren door de gemeente, waartoe de Raad besloten heeft. Iemand uit de gemeente Achttienhoven, die onbekend wenscht te blyven, heeft aan de christel. school aldaar eene som geschon ken van twee duizend gulden. Aan de Vereeniging ter bevordering van de belangen des boekhandels is door wylen den heer Martinus Nyboff vermaakt een bedrag van ƒ3000, om daarvan uit te koeren: ƒ1000 aan het D. A.-Thieme-fonds, 1000 aan het Frederik-Muller-fonds, ƒ1000 aan het onder steuningfonds. De schenker heeft daarby schriftolyk te kennen gegeven: „dat hy er belang in stelde dat op deze wyze de boek handel, waaraan by zooveel verplicht was, een blyvend aandenken van hem zou ontvangen." (V. v. d. B.) Men schryft uit Antwerpen dat het XXIIIste Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres, hetwelk volgens het in 1893 te Arnhem genomen besluit, te Antwerpen zal plaats hebben, dit jaar zooals aanvankeiyk in het plan lag niet zal doorgaan. De drukte, die de verkiezingen volgens de nieuwe kieswet voorde gemeenteraden meebrengen, belemmert de voorbereiding en maakt het wenscheiyk, het Congres een jaar te verdagen. Het tydelyk Rykstelegraafkantoor met telephoondienst in de legerplaats by Oldebroek wordt op 7 Mei a. s., voor den duur van de krygsoefeningen aldaar, met beperkten dag dienst heropend. Het blyft op Zon- en feest dagen gesloten en zal op werkdagen open zyn van 8 u. 30 m. tot 11 u. 30 m. 's voor- en van 12 u. 30 m. tot 2 u. 30 m. en 6 tot 7 u. 30 m. 's namiddags. De minister van koloniën maakt bekend, dat de commissie, welke in dit jaar belast zal worden met het afnemtn in Nederland van het groot ambtenaarsexamen voor den Indi- schen dienst, bedoeld by het kon. besluit van 29 Aug. 1883, en van het eerste gedeelte van het groot-ambtenaarsexamen voor den Indi- schen dienst, bedoeld by art. 2 der bepalingen, behoorende by het kon. besluit van 20 Juli 1893, hare eerste vergadering zal houden te 's-Gravenhage, op 17 Juni 1895. Zy, die het eene of het andere der ge noemde examens wenschon af te leggen, moeten zich uiteriyk op 16 Mei a. s. by een op zegel geschreven request aanmelden by het departement van koloniën. Aan belanghebbenden zal schriftolyk wor den kennis gegeven van de plaats waar en de dagen waarop hun het examen zal worden afgenomen. Met zekerheid wordt gemeld, dat de voormalige Ryn-Spoorwegambtenaren, die zich niet met de getroffen schikking hebben kunnen vereenigen, voornemens zyn, by de Koningin Regentes een audiëntie aan te vragen, ten einde van H. M. een minnelyke schikking te verkrygen. Te Haarlem is overleden de heer W. Strengers, ridder der Militaire Willemsorde. Door de arrondissementsrechtbank te Alraeloo is, ter aanvulling van eene vacature van rechter in dat college, opgemaakt de navolgende alphabetische lyst van aanbe veling: mr. S. Gratama, ryksarchivaris te Assen; mr. M. K. J J. TerKuile, substituut griffier by gemelde rechtbank, en mr. Z. W. Straatman, kantonr. plaatsvervanger, advocaat en procureur te Haarlem. De gewone audiëntie van den minister van koloniën zal op Vrydag 19 April niet plaats hebben. Het stoomschip „General", van Oost- Afrika naar Rotterdam en Hamburg, passeerde 17 April Dungeness; de „Oengaran", van Rotterdam naar Java, vertrok 16 April van Port Said; de „Prinses Amalia", van Amster dam naar Batavia, arriveerde 17 April te Genua. By koninkiyk besluit is benoemd, met ingang van 9 Mei a. s., tot plaatsvervanger van den districts-veearts, wien Arnhem als standplaats is aangewezen, de veearts Th. H. L. Arntz, te Nymegen. Met wyziging van het kon. besluit van 1 Maart jl. het pensioen, toegekend aan den luit. ter zee 1ste kl. J. H. Comrays, gebracht van 672 op 680 'sjaars. Verleend een pensioen van 567 aan Cbr. Van Riemsdyk, laatsteiyk commies 1ste kl. by 's Ryks belastingen. Met ingang van 1 Mei a. s. aan den onder directeur der telegraphie J. A. Verveen, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's Ryks dienst. De uitvaart van Prof. dr. P. J. Veth. Zyn leven nam een einde, na eene korto ongesteldheid. Zacht en kalm was hy heen gegaan. Tot het laatste toe hield zyn nog altyd heldere geest zich bezig met wetenschappely- ken arbeid. Nooit zag men hem ledig, maar steeds omringd van werken van ernstige studie van eiken aard, want op elk wetenschappeiyk gebied was by thuis, en gaf het bezoek van vrienden, die op zyne kamer met het prachtig uitzicht op de Betuwe werden toegelaten, hem afleiding, dan getuigde zyn gesprek hoe hy nog alles volgde en in alles belangstelde, wat in de intellectueele wereld plaats greep. Als een merkwaardigheid verdient wel mede gedeeld te worden, dat hy zonder eenige inspanning zelfs het fijnste schrift nog zonder bril las en een vry scherp gehoord had. Alleen zyne stem was zwak en zyne ademhaling kostte hem soms moeite. Zyn lichaamsgestel was dan ook niet sterk en meermalen op een dag zocht hy rust in een korten slaap. Trouw werd by ter zyde gestaan en, als het noodig was, verpleegd door zijne liefheb bende gade. De humane man, altyd bereid om ando ren van dienst te zyn, was zeer mild voor armen en hen, die geldeiyken steun voor eenig goed doel vroegen. Deze eigenschap van den grooten geleerde getuigde dat zyn hart even ryk was aan goede hoedanigheden, als zyn geest aan kennis. Zyn stoffeiyk overschot werd gisteren naar zyne geboorteplaats Dordrecht vervoerd. Nadat het te 9.23 aldaar per trein was aangekomen en naar do Algemeene Begraaf plaats vervoerd, had 's voormiddags te ruim halftwaalf de plechtige ter-aarde-bestelling in het familiegraf plaats. Onder de kleine schare van belangstellenden bevonden zich o. a. bestuursleden van het Kon. Nederlandsch Aardrykskundig Genoot schap, wier eere-voorzitter de overledene was, en de bestuursleden der Dordtscbe afdeeling van het Nederlandsch Bybelgenootschap, als vertegenwoordigers van het Hoofdbestuur van het Genootschap, waarvan de Leidsche oud- hoogleeraar Veth buitengewoon lid was, die tevens bekend is door de bewerking van ver schillende zoo gezochte atlassen. Verder bevonden zich onder hen, die met de familie de ïykbaar volgden, de heer H. W. Veth, van Bussum, oud-wethouder der ge meente Dordrecht, en de heer Jan Veth, de bekende schilder en kunst criticus. De lykkist was met een vyftal kransen van levende bloemen bedekt, waaronder een van het Kon. Ned. Oudheidkundig Genootschap. Nadat de kist in de groeve gelaten was, nam prof. C. M. Kan, voorzitter van het Kon. 65) De spanning, waarin hy het gezelschap alleen liet, was gelukkig niet van langen duur. Toen hy weder binnentrad, werd hy vergezeld door den generaal. Allen stonden op, behalve de prinses, die zwygend bleef zitten. De generaal scheen hierdoor niet weinig verlegen. Hy begreep zeer goed, dat hy zich op de villa als een lafaard had gedragen, en als by niet zoo bevreesd was geweest, voor den president, zou hy zich nimmer meer in hare tegenwoordigheid gewaagd hebben. Hy bleef een oogenblik besluiteloos staan en wierp zich toen plotseling voor de prinses op de knieën. Ik smeek u om vergiffenis, mevrouw! Ik kan u die moeiiyk schenken, zei de prinses, met gefronste wenkbrauwen; ge negenheid, die men met goud moet koopen, is niet van de reinste. Mevrouw, zei de generaal, botweg ik heb ondervonden, hoe dankbaar een vorst zich kan betoonen. Denk aan uw vader en oordeel zelf, of ik niet het recht heb, een zekeren waarborg te eischen. Goed. Dezen keer zult ge het geld ont vangen vóór ge deze kamer verlaat. Wilt ge dan onze zaak steunen? Ik zweer het u! Gy hebt uw eed den vorigen keer ge broken, zei Gregorius plotseling. Ik had er een eed op gedaan, de prinses te steunen, op voorwaarde dat men my een zekere som geld3 zou geven. Gy hebt u niet aan uw woord gehouden, 6n daarom alleen heb ik het evenmin gedaan. En toen hebt ge my tot aan de grens achtervolgd. Zeker. Ik zou u gevangengenomen heb ben, als ik het had kunnen doen. Deze stoute woorden wekten niet weinig de verontwaardiging der aanwezigen op, en verscheiden edellieden sloegen de hand aan den degen. De prinses echter glimlachte op het hooren van die woorden en stak hem de hand toe, die Upravado eerbiedig kuste. Ik heb eerbied voor den moed van een vyand. Ik ben nu uw vriend, mevrouw! Welnu, generaal, het geld, dat ge van my eischt, is in deze kamer. Majoor Measurbyl De majoor boog en geleidde den generaal naar Janshah, die den koffer opende. Het dubbele van hetgeen ge eischt, zei by plechtig. Het dubbele! riep de generaal uit, vierhonderd duizend francs! Jawel. Goed! Mevrouw, ik ben tot uw dienst. Hij trad op haar toe en kuste haar nog maals de hand. Hierbjj kon hy de uitdrukking van haar gelaat niet zien, hetgeen wel zoo goed voor hem was. Wilt ge dien koffer naar beneden laten dragen en overgeven aan drie soldaten, die daar op myne orders staan te wachten? vroeg Upravado aan den majoor, dan kunnen wy de zaak verder bespreken. JawelJanshah, zorg er voor. Janshah verliet even het vertrek en keerde terug met twee manneD. Met groote moeite sleepten zy den koffer weg, daar hy ont zaglijk zwaar was. Toen de deur weder ge sloten was, nam de generaal het woord. Uwe Majesteit heeft nu aanspraak op myn hulp. Ik ben tot uw dienst met myn gehee'e leger. En Methodios? Ik haat dien man! riep Upravado uit. Hy tracht onophoudelijk my te doen vallen. Maar wat zyn uw plannen? Gregorius nam hierop het woord. Mórgen, zeide hy, heeft er op bevel van Methodios een byeenkomst plaats in de kathedraal, om het behoud der republiek plechtig te vieren. Dit weet ge allen, en ook dat de president met velen zyner vrienden en aanhangers tegenwoordig zal zyn. Maar ik heb er voor gezorgd, dat het grootste gedeelte van de kerk met de onzen gevuld zal zyn. De sol daten van Upravado zullen om de kerk zyn opgesteld, en zoodra het teeken gegeven wordt, zullen wy de koningin uitroepen en moet gy, generaal, den president gevangen nemen. De onzen zullen zyn aanhangers spoedig genoeg ontwapenen en dan zal het nieuws aan de soldaten worden medegedeeld. Kunt ge op uw soldaten vertrouwen? vroeg de prinses aan den generaal. Zeker, mevrouw. De burgers, vervolgde Gregorius, zullen zich niet tegen de soldaten durven verzetten. Wy zullen dus geen bloed behoeven te vér- gieten. De provinciën zullen de koningin spoedig erkennen en dan is het koninkryk weder onder do regeering van het oude vor stenhuis. Ja, dan zullen wy de verraders straffen riep de prinses uit. Eerst Methodios, zei de generaal, die vergat, dat hy er even goed onder gerang schikt kon worden. Jawel, hy het eerst, zei de prinses, en daarna de anderen. Vindt ge het plan goed? vroeg Gregorius aan den generaal. Uitstekend! Methodios heeft bevel ge geven, dat de troepen op het plein moeten worden opgesteld; het geheele leger zal dus medewerken aan zijn val. Wy kunnen op u rekenen? vroeg de prinses, hem doordringend aanziende. Ik ben een man van eer, mevrouw, ant woordde de generaal, op plechtigen toon. Ik heb u aan uw lot overgelaten, omdat ge my niet zooals 't behoorde behandeld hebt. Nu ik echter het geld heb, kunt ge er van verzekerd zyn, dat ik myn best zal doen, Uwe Majesteit weder op den troon te herstellen. Spoedig daarna werd de zitting opgeheveD. De prinses bleef echter in gezelschap van Richborough, Gregorius en den majoor. Denkt ge, dat hy ons niet zal verraden? vroeg zy aan Gregorius. In geen geval. Methodios vertrouwt hem niet in 't minst; het is dus zyn eigen belang. Waarom laat hy zichzelf niet tot presi dent uitroepen? vroeg Measurby. Hy vindt dit te gewaagd. Neen, hy zal u op den troon herstellen, mevrouw, en dan zal hy zich wel uit de voeten maken met het geld, dat hy door zyn verraad verkregen heeft. Dat is hem geraden, mompelde de prin ses; al3 hy het niet doet, zal ik hem vroeg of laat weten te straffen. XXVIII. Leve de Koningin! De kathedraal van Varzo is een schoon, oud gebouw, waarop de bewoners niet weinig trotsch zyn. De vorsten van Busk zyn hier allen bygezet in prachtige sarcophagen, het geen den indruk, dien de kerk op den be zoeker maakt, niet weinig verhoogt. Op den feestdag ter viering van het be houd der republiek ontwaakte de kork uit de groote rust, die. er onder gewone omstan digheden betrachte. Een dichte menigte, in feestgewaad uitgedost, waaronder vele sol daten en officieren, was er tegenwoordig. Op het plein waren de regimenten opgesteld, om aan de plechtigheid luister by te zetten. Op den vastgestelden tyd trad de president, gevolgd door zyn staf, de kerk binnen en nam plaats op den voormafigen troon der Lusignans. Methodios zag er by deze plechtigheid alles behalve gelukkig en gerust uit. Hy wist dat hy omringd was door gevaren, en wierp ge durig snelle blikken om zich heen, alsof hy op het gelaat der aanwezigen wilde lezen, wie zyn vyand was. Upravado was reeds tegenwoordig, bereid, de republiek te verraden (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1