N". 10783.
Vrijdag 19 April.
A0. 1895.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
DE TOOVERRING.
LEIBSCH
DA&BLA1
PRIJS DEZER COURANT:
Yoor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post
Afzonderlijke Nommers
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Yan 1 6 regels 1.05. Iedere regel moer 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad
wordt 0.05 berekend.
Officieel© Kennisgevingen.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen
bij deze ter algemeene kennie, dat door de na te
noemen personen verzoekschriften zijn ingediend om
vergunning voor den kleiubandel in sterken drank,
t. w.: FIUNCISCUS REGEER, Morschs-raat 85;
JOHANNA SOMMELING, huisvronw van H. N.
KUITERS. Gerecht 13; GEERTRUIDA KLAZINA
"VERHOEVEN, huisvrouw van Pb. VERSTRAKTEN,
Haarlem I eretraat 153; ELIZABETii LEEMANS,
Middelweg 17; JAN ABRAHAM BRITTIJN, Groene-
steeg 53.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
17 April 1895. E. KIST. Secretaris.
Leiden, 18 April.
B\j besluit van commissarissen van de
Bank van-Leening alhier zyn by die instelling
benoemd: tot onder-kassier de heer S. A.
Scboevers, thans hoekhouder, en tot boekhouder
de beer J. G. Den Tonkelaar, thans hoofd
beambte by een der hulpkantoren van de Bank.
Men schrijft ons uit Oegstgeest: Naar
wy van vertrouwbare zyde vernemen, heeft
de heer H. D. Terwee zich tot H. M. onze
geëerbiedigde KoningiD gewend om eervol
ontslag te verzoeken als burgemeester der
gemeenten Oegstgeest en Voorhout, tegen 19
Mei a. s., zynde het alsdan twee en veertig
jaren, dat hy burgemeester der gemeente
Oegstgeest en vyf en dertig jaren, dat by
burgemeester der gemeente Voorhout is. Beide
gemeenten verliezen niet alleen in ZEd.Achtb.
een hoofd, dat ten allen tijde werkzaam was,
om met de meeste toewijding en yver den
bloei dier gemeente te bevorderen, maar de
ingezetenen verliezen ook in ZEd.Achtb. een
burgervader, welke titel hem dan ook by zyn
vyfen-twintig-jarig jubiló als burgemeester van
Oegstgeest niet ten onrechte werd geschonken,
en dien ZEd Acbtb., zoo wy hopen, tot zijne
grootste eer zal blyven rekenen.
Voor de a. s. Statenverkiezing stelde
de anti revolutionnaire kiesvereeniging te Haar
lemmermeer tot voorloopige candidaten de
heeren G. B. 't Hooft, aftredend, P. Verkuyl
en dr. Van Rooyen.
Ten Raadhuize te Woubrugge is 17 dezer
aanbesteed het verbouwen van de ophaalbrug
over de Does te Hoogmade.
Ingeschreven was door de heeren J. Lok
horst, te Alfen, voor ƒ5375, C. Boers, to
Koudekerk, voor 5237, Schoonboom, te Voor
burg, voor 5229, P. Van Vliet, te Woubrugge,
voor ƒ4884, G. Van der Wal, te Oudshoorn,
voor ƒ4849, P. Vryburg, te Oud-Ade, voor
4830, en H. Verby, te Hoogmade, voor
4S25. De gunning is aangehouden.
De heer A. C. Zyderveld, te Valkenburg,
die Dinsdag slaagde voor de akte als onder
wijzer, verwierf gisteren voor do commissie
te 's-Gravenhage aanteekening voor de vrije
en orde oefeningen der gymnastiek.
Ter te Oude-Wetering gehouden vergade
ring van stemgerechtigde ingelanden van den
Googer-polder, op 17 dezer, zyn vastgesteld:
de rekening over 1894, aan inkomsten op
ƒ1581.915, aan uitgaven op 1111.995, batig
saldo ƒ469,915.
De begrooting voor 1895 aan inkomsten op
276S.285, aan uitgaven op 2755.50, batig
saldo 12.785.
De omslag voor 1895 op 3.15 per hectare.
De Eerste Kamer der Staten-Generaal
beeft benoemd tot rapporteurs, o. a. over de
ontworpen 'omtrent de handelsbetrekkingen
met Portugal, schorsing van het uitvoerrecht
op suiker en heffing van invoerrechten naar
de waarde der goederen, de heerenFokker,
Van Weideren Rengers, Sassen, J. Prins en
Van Nispen tot Pannerdenen voor de militie
en de gewerenwetten, de heeren: Bergsma,
Schimmelpenninck van der Oye, Kist, Nebbens
Sterling en De Jong.
Tegen de volgende wetsontwerpen bestond
in de afdeelingen geen bezwaar: onteigening
voor een doorloopenden loswal te Beverwyk;
idem voor een straatweg tusschen het Van-
Hogendorp-plein en den Haarlemmerweg te
Amsterdamprovinciale heffingen in Friesland
wijziging en aanvulling hoofdstuk VH B der
Staatsbegrooting voor 1895; ruiling van grond
onder Ginneken, enz.; onderhandscben ver
koop vestinggrond te Delfzyl; kredieten ten
laste Indische begrooting voor 1895en natu
ralisatie van G. W. L. Knobloch en zes anderen.
In de gisteravond gehouden algemeene
vergadering van aandeelhouders der Wilhel-
mina Staalwaterbron te Haarlem is met
algemeene stemmen aangenomen de navol
gende motie van den heer Beynes:
„De vergadering, met leedwezen vernomen
hebbende de weigering van vergunning door
B. en Ws. der gemeente Haarlem, gehoord
het debat van de algemeene vergadering, ver
nomen hebbende den stand van zaken wat
betreft de gebouwen, verzoekt het bestuur
alsnog by B. en Ws. pogingen in het werk
te stellen, om zoo spoedig mogelyk vergun
ning te verkrygen en verzoekt tevens, dat
met den bouw der verschillende gebouwen
worde voortgegaan, ten einde het succes der
zaak te verzekeren".
Een amendement van de heeren mr. J. En
schedé en André de la Porte, strekkende tot
aanhouding van den bouw van het badhuis
tot tyd en wyle B. en Ws. zich nader over
het verleenen der \ergunning zouden hebben
uitgesproken, werd verworpen met 129 tegen
16 stemmen.
Bovengenoemde besluiten werden genomen
na zeer langdurig debat, waarby o a. door
den beer F. Lieftinck in 't licht werd gesteld,
dat bij de aanneming van de drankwet het
nooit de bedoeling van den wetgever is ge
weest, om, door het weigeren van vergunning,
de exploitatie van belangrijke ondernemingen
onmogeiyk te maken.
De minister van oorlog heeft, krachtens
koninkiyk besluit van 9 dezer, vastgesteld de
tydstippen, waarop de militie te land in 1895
zal worden opgeroepen, om gedurende 35 dagen
in den wapenhandel geoefend te worden. De
oproeping geldt: a. van de lichting van 1892,
de militieplichtigen, tehooronde tot de regi
menten infanterie, de compagnieën hospitaal
soldaten, het 1ste en het 2de regiment veld
artillerie, met uitzondering van de treincom-
pagnieën dezer regimenten, het 2de regiment
veld-artillerie, met uitzondering van hen, die
van het wapen der cavalerie by de treincom-
pagnieèn van dat regiment zyn overgeplaatst
geworden, het corps rydende artillerie, het corps
pontonniers, het corps torpedisten en het corps
genietroepen, met uitzondering van de vesting
telegrafisten, die hebben voldaan aan het be
paalde in den eersten volzin van artikel 6 van
het koninkiyk besluit, ad. 29 Febr. 1884; b.
van de lichting van 1893, de militieplichtigen,
behoorende tot de regimenten vesting-artillerie,
het corps pantaerfort-artillerie en het corps
genietroepen.
Een staat, by de ministeriëele beschikking
gevoegd en in de Staatscourant van 18 dezer
opgenomen, vermeldt de verschillende tyd
stippen van opkomst.
De gemeenteraad van Amsterdam heefL
gisteren de jaarwedde van den conservator
van het op te richten museum-Willet vastge
steld op. 2000, plus vrye woning. De execu
teurs-testamentair van mevr. Willet, gebruik
makende van de hun in het testament gegeven
bevoegdheid, hebben Frans Coenen Jr. tot
conservator benoemd.
Met 952 van de 977 uitgebrachte geldige
stemmen is in het district Rotterdam de heer
J. Drost gekozen tot lid van de Provinciale
Staten van Zuid-Holland, in de plaats van
wyien den heer Hugo Molenaar.
De heer Mees verkreeg 8 stemmen.
Naar de „Tel." verneemt, heeft H. M.
de Koningin-Regentes den wensch te kennen
gegeven, dat het ontwerp tot uitbreiding van
het kiesrecht by den Raad van State zal
worden ingezonden vóór dat het Hof te Am
sterdam komt.
Dit is, volgens het „Utr. Dbl.", een zonder
ling bericht, waarvan de geloofwaardigheid
niet hoog is aan te slaan. Het is even moeilyk
aan te nemen, dat H. M. zich op die wyze
in de voorbereiding van belangryke wetsont
werpen mengen zal, als er eene aannemelyke
reden te vinden is voor den wensch, die H. M.
hier wordt toegedicht.
Aan de Beurs te Amsterdam ligt ter
teekening een adres van den handel aan den
gemeenteraad, om te verzoeken de telephoon
niet te laten exploiteeren door de gemeente,
waartoe de Raad besloten heeft.
Iemand uit de gemeente Achttienhoven,
die onbekend wenscht te blyven, heeft aan
de christel. school aldaar eene som geschon
ken van twee duizend gulden.
Aan de Vereeniging ter bevordering van
de belangen des boekhandels is door wylen
den heer Martinus Nyboff vermaakt een bedrag
van ƒ3000, om daarvan uit te koeren: ƒ1000
aan het D. A.-Thieme-fonds, 1000 aan het
Frederik-Muller-fonds, ƒ1000 aan het onder
steuningfonds. De schenker heeft daarby
schriftolyk te kennen gegeven: „dat hy er
belang in stelde dat op deze wyze de boek
handel, waaraan by zooveel verplicht was, een
blyvend aandenken van hem zou ontvangen."
(V. v. d. B.)
Men schryft uit Antwerpen dat het
XXIIIste Nederlandsch Taal- en Letterkundig
Congres, hetwelk volgens het in 1893 te
Arnhem genomen besluit, te Antwerpen zal
plaats hebben, dit jaar zooals aanvankeiyk
in het plan lag niet zal doorgaan. De drukte,
die de verkiezingen volgens de nieuwe kieswet
voorde gemeenteraden meebrengen, belemmert
de voorbereiding en maakt het wenscheiyk,
het Congres een jaar te verdagen.
Het tydelyk Rykstelegraafkantoor met
telephoondienst in de legerplaats by Oldebroek
wordt op 7 Mei a. s., voor den duur van de
krygsoefeningen aldaar, met beperkten dag
dienst heropend. Het blyft op Zon- en feest
dagen gesloten en zal op werkdagen open
zyn van 8 u. 30 m. tot 11 u. 30 m. 's voor-
en van 12 u. 30 m. tot 2 u. 30 m. en 6 tot
7 u. 30 m. 's namiddags.
De minister van koloniën maakt bekend,
dat de commissie, welke in dit jaar belast zal
worden met het afnemtn in Nederland van
het groot ambtenaarsexamen voor den Indi-
schen dienst, bedoeld by het kon. besluit van
29 Aug. 1883, en van het eerste gedeelte van
het groot-ambtenaarsexamen voor den Indi-
schen dienst, bedoeld by art. 2 der bepalingen,
behoorende by het kon. besluit van 20 Juli
1893, hare eerste vergadering zal houden te
's-Gravenhage, op 17 Juni 1895.
Zy, die het eene of het andere der ge
noemde examens wenschon af te leggen,
moeten zich uiteriyk op 16 Mei a. s. by een
op zegel geschreven request aanmelden by het
departement van koloniën.
Aan belanghebbenden zal schriftolyk wor
den kennis gegeven van de plaats waar en
de dagen waarop hun het examen zal worden
afgenomen.
Met zekerheid wordt gemeld, dat de
voormalige Ryn-Spoorwegambtenaren, die zich
niet met de getroffen schikking hebben kunnen
vereenigen, voornemens zyn, by de Koningin
Regentes een audiëntie aan te vragen, ten
einde van H. M. een minnelyke schikking te
verkrygen.
Te Haarlem is overleden de heer W.
Strengers, ridder der Militaire Willemsorde.
Door de arrondissementsrechtbank te
Alraeloo is, ter aanvulling van eene vacature
van rechter in dat college, opgemaakt de
navolgende alphabetische lyst van aanbe
veling: mr. S. Gratama, ryksarchivaris te
Assen; mr. M. K. J J. TerKuile, substituut
griffier by gemelde rechtbank, en mr. Z. W.
Straatman, kantonr. plaatsvervanger, advocaat
en procureur te Haarlem.
De gewone audiëntie van den minister
van koloniën zal op Vrydag 19 April niet
plaats hebben.
Het stoomschip „General", van Oost-
Afrika naar Rotterdam en Hamburg, passeerde
17 April Dungeness; de „Oengaran", van
Rotterdam naar Java, vertrok 16 April van
Port Said; de „Prinses Amalia", van Amster
dam naar Batavia, arriveerde 17 April te Genua.
By koninkiyk besluit is benoemd, met
ingang van 9 Mei a. s., tot plaatsvervanger
van den districts-veearts, wien Arnhem als
standplaats is aangewezen, de veearts Th.
H. L. Arntz, te Nymegen.
Met wyziging van het kon. besluit van 1
Maart jl. het pensioen, toegekend aan den
luit. ter zee 1ste kl. J. H. Comrays, gebracht
van 672 op 680 'sjaars.
Verleend een pensioen van 567 aan Cbr.
Van Riemsdyk, laatsteiyk commies 1ste kl.
by 's Ryks belastingen.
Met ingang van 1 Mei a. s. aan den onder
directeur der telegraphie J. A. Verveen, op
zyn verzoek, eervol ontslag verleend uit
's Ryks dienst.
De uitvaart van Prof. dr. P. J. Veth.
Zyn leven nam een einde, na eene korto
ongesteldheid. Zacht en kalm was hy heen
gegaan.
Tot het laatste toe hield zyn nog altyd
heldere geest zich bezig met wetenschappely-
ken arbeid. Nooit zag men hem ledig, maar
steeds omringd van werken van ernstige studie
van eiken aard, want op elk wetenschappeiyk
gebied was by thuis, en gaf het bezoek van
vrienden, die op zyne kamer met het prachtig
uitzicht op de Betuwe werden toegelaten,
hem afleiding, dan getuigde zyn gesprek hoe
hy nog alles volgde en in alles belangstelde,
wat in de intellectueele wereld plaats greep.
Als een merkwaardigheid verdient wel mede
gedeeld te worden, dat hy zonder eenige
inspanning zelfs het fijnste schrift nog zonder
bril las en een vry scherp gehoord had. Alleen
zyne stem was zwak en zyne ademhaling kostte
hem soms moeite. Zyn lichaamsgestel was
dan ook niet sterk en meermalen op een dag
zocht hy rust in een korten slaap.
Trouw werd by ter zyde gestaan en, als
het noodig was, verpleegd door zijne liefheb
bende gade.
De humane man, altyd bereid om ando
ren van dienst te zyn, was zeer mild voor
armen en hen, die geldeiyken steun voor eenig
goed doel vroegen. Deze eigenschap van den
grooten geleerde getuigde dat zyn hart even
ryk was aan goede hoedanigheden, als zyn
geest aan kennis.
Zyn stoffeiyk overschot werd gisteren naar
zyne geboorteplaats Dordrecht vervoerd.
Nadat het te 9.23 aldaar per trein was
aangekomen en naar do Algemeene Begraaf
plaats vervoerd, had 's voormiddags te ruim
halftwaalf de plechtige ter-aarde-bestelling in
het familiegraf plaats.
Onder de kleine schare van belangstellenden
bevonden zich o. a. bestuursleden van het
Kon. Nederlandsch Aardrykskundig Genoot
schap, wier eere-voorzitter de overledene was,
en de bestuursleden der Dordtscbe afdeeling
van het Nederlandsch Bybelgenootschap, als
vertegenwoordigers van het Hoofdbestuur van
het Genootschap, waarvan de Leidsche oud-
hoogleeraar Veth buitengewoon lid was, die
tevens bekend is door de bewerking van ver
schillende zoo gezochte atlassen.
Verder bevonden zich onder hen, die met
de familie de ïykbaar volgden, de heer H. W.
Veth, van Bussum, oud-wethouder der ge
meente Dordrecht, en de heer Jan Veth, de
bekende schilder en kunst criticus.
De lykkist was met een vyftal kransen van
levende bloemen bedekt, waaronder een van
het Kon. Ned. Oudheidkundig Genootschap.
Nadat de kist in de groeve gelaten was,
nam prof. C. M. Kan, voorzitter van het Kon.
65)
De spanning, waarin hy het gezelschap
alleen liet, was gelukkig niet van langen
duur. Toen hy weder binnentrad, werd hy
vergezeld door den generaal. Allen stonden
op, behalve de prinses, die zwygend bleef
zitten. De generaal scheen hierdoor niet weinig
verlegen. Hy begreep zeer goed, dat hy zich
op de villa als een lafaard had gedragen, en
als by niet zoo bevreesd was geweest, voor
den president, zou hy zich nimmer meer in
hare tegenwoordigheid gewaagd hebben. Hy
bleef een oogenblik besluiteloos staan en wierp
zich toen plotseling voor de prinses op de
knieën.
Ik smeek u om vergiffenis, mevrouw!
Ik kan u die moeiiyk schenken, zei de
prinses, met gefronste wenkbrauwen; ge
negenheid, die men met goud moet koopen,
is niet van de reinste.
Mevrouw, zei de generaal, botweg ik
heb ondervonden, hoe dankbaar een vorst
zich kan betoonen. Denk aan uw vader en
oordeel zelf, of ik niet het recht heb, een
zekeren waarborg te eischen.
Goed. Dezen keer zult ge het geld ont
vangen vóór ge deze kamer verlaat. Wilt ge
dan onze zaak steunen?
Ik zweer het u!
Gy hebt uw eed den vorigen keer ge
broken, zei Gregorius plotseling.
Ik had er een eed op gedaan, de prinses
te steunen, op voorwaarde dat men my een
zekere som geld3 zou geven. Gy hebt u niet
aan uw woord gehouden, 6n daarom alleen
heb ik het evenmin gedaan.
En toen hebt ge my tot aan de grens
achtervolgd.
Zeker. Ik zou u gevangengenomen heb
ben, als ik het had kunnen doen.
Deze stoute woorden wekten niet weinig
de verontwaardiging der aanwezigen op, en
verscheiden edellieden sloegen de hand aan
den degen. De prinses echter glimlachte op
het hooren van die woorden en stak hem de
hand toe, die Upravado eerbiedig kuste.
Ik heb eerbied voor den moed van een
vyand.
Ik ben nu uw vriend, mevrouw!
Welnu, generaal, het geld, dat ge van my
eischt, is in deze kamer. Majoor Measurbyl
De majoor boog en geleidde den generaal
naar Janshah, die den koffer opende.
Het dubbele van hetgeen ge eischt, zei
by plechtig.
Het dubbele! riep de generaal uit,
vierhonderd duizend francs!
Jawel.
Goed! Mevrouw, ik ben tot uw dienst.
Hij trad op haar toe en kuste haar nog
maals de hand. Hierbjj kon hy de uitdrukking
van haar gelaat niet zien, hetgeen wel zoo
goed voor hem was.
Wilt ge dien koffer naar beneden laten
dragen en overgeven aan drie soldaten, die
daar op myne orders staan te wachten? vroeg
Upravado aan den majoor, dan kunnen wy
de zaak verder bespreken.
JawelJanshah, zorg er voor.
Janshah verliet even het vertrek en keerde
terug met twee manneD. Met groote moeite
sleepten zy den koffer weg, daar hy ont
zaglijk zwaar was. Toen de deur weder ge
sloten was, nam de generaal het woord.
Uwe Majesteit heeft nu aanspraak op
myn hulp. Ik ben tot uw dienst met myn
gehee'e leger.
En Methodios?
Ik haat dien man! riep Upravado uit.
Hy tracht onophoudelijk my te doen vallen.
Maar wat zyn uw plannen?
Gregorius nam hierop het woord.
Mórgen, zeide hy, heeft er op bevel van
Methodios een byeenkomst plaats in de
kathedraal, om het behoud der republiek
plechtig te vieren.
Dit weet ge allen, en ook dat de president
met velen zyner vrienden en aanhangers
tegenwoordig zal zyn. Maar ik heb er voor
gezorgd, dat het grootste gedeelte van de
kerk met de onzen gevuld zal zyn. De sol
daten van Upravado zullen om de kerk zyn
opgesteld, en zoodra het teeken gegeven
wordt, zullen wy de koningin uitroepen en
moet gy, generaal, den president gevangen
nemen. De onzen zullen zyn aanhangers
spoedig genoeg ontwapenen en dan zal het
nieuws aan de soldaten worden medegedeeld.
Kunt ge op uw soldaten vertrouwen?
vroeg de prinses aan den generaal.
Zeker, mevrouw.
De burgers, vervolgde Gregorius, zullen
zich niet tegen de soldaten durven verzetten.
Wy zullen dus geen bloed behoeven te vér-
gieten. De provinciën zullen de koningin
spoedig erkennen en dan is het koninkryk
weder onder do regeering van het oude vor
stenhuis.
Ja, dan zullen wy de verraders straffen
riep de prinses uit.
Eerst Methodios, zei de generaal, die
vergat, dat hy er even goed onder gerang
schikt kon worden.
Jawel, hy het eerst, zei de prinses,
en daarna de anderen.
Vindt ge het plan goed? vroeg Gregorius
aan den generaal.
Uitstekend! Methodios heeft bevel ge
geven, dat de troepen op het plein moeten
worden opgesteld; het geheele leger zal dus
medewerken aan zijn val.
Wy kunnen op u rekenen? vroeg de
prinses, hem doordringend aanziende.
Ik ben een man van eer, mevrouw, ant
woordde de generaal, op plechtigen toon.
Ik heb u aan uw lot overgelaten, omdat
ge my niet zooals 't behoorde behandeld hebt.
Nu ik echter het geld heb, kunt ge er van
verzekerd zyn, dat ik myn best zal doen, Uwe
Majesteit weder op den troon te herstellen.
Spoedig daarna werd de zitting opgeheveD.
De prinses bleef echter in gezelschap van
Richborough, Gregorius en den majoor.
Denkt ge, dat hy ons niet zal verraden?
vroeg zy aan Gregorius.
In geen geval. Methodios vertrouwt
hem niet in 't minst; het is dus zyn eigen
belang.
Waarom laat hy zichzelf niet tot presi
dent uitroepen? vroeg Measurby.
Hy vindt dit te gewaagd. Neen, hy zal
u op den troon herstellen, mevrouw, en dan
zal hy zich wel uit de voeten maken met het
geld, dat hy door zyn verraad verkregen heeft.
Dat is hem geraden, mompelde de prin
ses; al3 hy het niet doet, zal ik hem vroeg
of laat weten te straffen.
XXVIII.
Leve de Koningin!
De kathedraal van Varzo is een schoon,
oud gebouw, waarop de bewoners niet weinig
trotsch zyn. De vorsten van Busk zyn hier
allen bygezet in prachtige sarcophagen, het
geen den indruk, dien de kerk op den be
zoeker maakt, niet weinig verhoogt.
Op den feestdag ter viering van het be
houd der republiek ontwaakte de kork uit
de groote rust, die. er onder gewone omstan
digheden betrachte. Een dichte menigte, in
feestgewaad uitgedost, waaronder vele sol
daten en officieren, was er tegenwoordig. Op
het plein waren de regimenten opgesteld,
om aan de plechtigheid luister by te zetten.
Op den vastgestelden tyd trad de president,
gevolgd door zyn staf, de kerk binnen en
nam plaats op den voormafigen troon der
Lusignans.
Methodios zag er by deze plechtigheid alles
behalve gelukkig en gerust uit. Hy wist dat
hy omringd was door gevaren, en wierp ge
durig snelle blikken om zich heen, alsof hy op
het gelaat der aanwezigen wilde lezen, wie zyn
vyand was. Upravado was reeds tegenwoordig,
bereid, de republiek te verraden
(Wordt vervolgd.)