N°. 10760. Donderdag 21 Maart. A0. 1895. geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Leiden, 20 Maart. Feuilleton. DE TOOVERRING. LEIDSCH DAG-BLAD PRIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 3 maanden, 1.10. Franco per post n 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÈN: Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. De benoemde controleurs der politie alhier "W. Balfoort en W. H. Hoofsmit hebben in handen van den kantonrechter alhier den vereischten eed afgelegd, in verband waarmede •U alsnu hunne betrekking hebben aanvaard. Omtrent de opvoering van „Die goede Buitenlui", dat hier a. s. Maandag-avond in den Schouwburg gegeven wordt, te Arnhem, zegt de „Arnh. Ct." o. a.De talrijke rollen hadden aan het Tivoli gezelschap gelegenheid gegeven, hunne bekende gaven van typeeren te doen bewonderen. Floupin, Grinchu en Tétillart waren door de heeren Yan den Heuvel, Poolman en Holkers tot een vermakelijk trio gemaakt, terwyi in bet meer ernstige gedeelte de dames G. Poolman en Mina Sasbach, de laatste vooral in het vjjfde bedrijf, en de heeren Jan C. De Yos en A. Faassen Jr. moeten genoemd worden. Intusschen ook de kleinere rollen, al kunnen ze niet alle vermeld worden, waren goed bezet en het stuk pakte dan ook, getuige de herhaalde terugroepingen. Het „Nieuws van den Dag" van 14 Maart schreef het volgende: „Een mooi stuk, goed spel, een volle zaal, ziehier wat wij gisteravond in den Tivoli- Schouwburg te Rotterdam samen vonden bij de vertooning van „Die goede buitenlui" van Sardou. Y7at is de schrijver van dit stuk en nog verscheidene andere (en betere) toch een gansch andere dan de bewerker van export artikelen op a: Fédora, Theodora, La Tosca, Gismonda en (al eindigt het niet op a) Madame SansGênel Ook hier handige tooneel-trucs, maar niet alleen tooneel-trucs, ook hier een pittige dialoog, maar tevens een voortreffelijke karakterteekening. Behoudens één enkele rol, was de vertooning zeer goed; het publiek amuseerde zich dan ook uitstekend en gaf daarvan herhaaldelijk blijk." Aan „Het Zondagsblad" van 17 Maart is het volgende ontleend: Over „Die goede buitenlui" hoef ik niet in den breede uit te weiden. Er behoeft slechts geconstateerd te worden dat Sardou zijn vat op het publiek nog niet verloren heeft. Het luistert nog in ademlooze spanning toe, het weet niet hoe alles afloopen zal, al waarborgt de naam van den schrijver ook het gelukkige einde, dat by anderen al zoo lang ter ziele is. Wat Dumas père voor den roman gedaan heeft, dat doet en deed Sardou voor het tooneel. Het is den laatste om de vertelling te doen, om te boeien; zóó is nu eenmaal zijn kunstenaarsgave, en is het dan niet dwaas hem er een grief van te maken, dat hij gewoekerd hoeft met het talent, hem door de natuur geschonken? Sardou vertelt prettig en geestig; en dat onder zijn tooneelverhalen niet alleen zijn hoofd aan het werk is, maar ook zijn hart, zijn frissche jonge meisjes be wijzen het en de tafereelen in zyn tooneel- spelen, die minder op vinding dan op gevoel berusten. De Afdeelingen Leiden van het Alge meen Nederlandsch Werkliedenverbond, van het Timmerliedenverbond „Yooruit," van den Typografenbond, de Timmerlieden- en Model- makersvereeniging, de Bakkersgezellen ver- eeniging „De Vriendschap," den Bakkorsgezel- lenbond „Verbetering zy ons streven" en de Coöperatieve Bouwvereeniging „Eigen Haard", zullen met andere genoodigden eene samen komst houden in het Café Ephraïm, Haarlem merstraat, op a. s. Vrijdag 22 Maart, 's avonds te halfnegen, om met elkander een adres te stellen, dat gezonden zal worden aan de leden van den Gemeenteraad, om hun beleefd te verzoeken het voorstel van Burgemeester en Wethouders, in zake minimum loon en maximum-arbeidsduur, aan te nemen. De „Leidsche katoenvlechterij en netten- fabriek", voorheen Jaeger en Co., zal over 1894 een dividend uitkeeren van f 15 per aandeel. In de gisteravond te Amsterdam gehou den veiling z\jn o. a. verkocht de onderstaande effecten 1 obl. 4l/j pcts.-Loidsche Bouwvereeniging, (2de geldleening), 100 pet. 2 oblig. 4l/2-pcts. Sociëteit „Amicitia", te Leiden, 811/, pet. De kiezerslijsten der gemeente Voorschoten zijn den 19den Maart 11. door den voorzitter van den gemeenteraad gesloten. Bezwaren daartegen werden by den ge meenteraad gedurende den wettelyken termijn niet ingebracht, zoodat het getal kiezers aan dat van de door B. en Ws. vastgestelde lysten gelijk gebleven is, nl. 272 voor Tweede Kamer, Prov. Staten en gemeenteraad. Te Sassenheim bedraagt het aantal kiezers 142 en te Zwammerdam 181, waaronder één lodger. Blykens missive van den minister van financiën, dd. 15 Maart 11., is aan de vereeni- ging „de Alfensche Kaasmarkt", te Alfen aan den Ryn, by koninklijk besluit van den llden dezer, vergunning verleend tot het houden eener verloting van paarden, enz., by gelegen heid van de op 18 September a. s. te Alfen aan den Ryn te houden vrye paardenmarkt. Het aantal kinderen boven de zes en beneden de twaalf jaren, dat zich op 1 Jan. jl. in de gemeente Alfen bevond, bedroeg 364 j. en 304 m., waarvan schoolonderwys genoten 327 j. en 245 m., zoodat er alzoo 37 j. en 59 m. waren, die geen schoolonderwys ont vingen. De kohieren wegens den hoofdelyken omslag en de belasting op de honden, dienst 1895, zyn te Zwammerdam vastgesteld res- pectieveiyk op f 1957 en f 85.50. De gep. luit.-generaal, graaf Dumonceau, adjudant-generaal van H. M. de Koningin, heeft zich gisteren naar Frankfort begeven. De oerw. pater Helling, te Utrecht, ver trekt Donderdag a. s. naar de Missie te Curasao. Mgr. Joosten, bisschop van Curagao, komt binnen eenige dagen wegens redenen van gezondheid in ons vaderland terug. Op de „soirée littéraire", welke Maandag avond ten Hove voor H. M. de Koningin- Regentes is gehouden, was tot onderwerp hunner voordrachten gekozen door prof. Chan- tepie de la Saussaye: het Bhoeddisme, en door den gewezen luitenant ter zee Werumeus Buning: een marineschets. De beide voordrachten waren van kor ten duur. Op dezen kunstavond waren een 150 tal personen in het geheel genoodigd, meerendeels dame3 en heeren uit de Hofkringen en der residentie. In het auditorium werden opgemerkt: de oud-ministers baron Mackay, jhr. Hartsen, generaal Bergansius, Havelaar; de presidenten van de Eerste en Tweede Kamer der Staten- Generaal, de gouverneur der residentie en de oud burgemeester, de heer Patyn. In een der nevenzalen waren aquarellen uit de collectie van Hare Majesteit ter be zichtiging gesteld. De raad van administratie der Holl. IJz.- Spoorwegmaatschappy heeft afwyzend beschikt op een uit de gemeente Haarlemmerliede ge zonden adres, waarin werd verzocht aan den wachtpost „de Liede" enkele treinen te doen stoppen. De minister van waterstaat, handel en ny verheid heeft aan den voorzitter der Tweede Kamer ter inzage voor de leden doen toekomen de teekeningen voor het nieuwe post- en telegraafkantoor te Amsterdam, en daarby medegedeeld dat een aanneemkantoor der pakketpost zal worden gevestigd in een daartoe te stichten gebouw op een terrein aan de Raadhuisstraat, do Spuistraat en den Singel. Generaal Verspyck herdacht gisteren het feit, dat hij voor 40 jaren (den 19den Maart 1855) tot ridder 4do kl. der Militaire Willems orde werd benoemd, wegens zyn krachtdadig optreden in 1854 als kapitein, waarn. assis tent resident tydens de krijgsverrichtingen in de Westerafdeeling van Borneo, aan welk op treden het te danken was dat de macht van het z. g. „drievingeren-verbond" verbroken werd. Gaarne hadden vereeDigingen van oud stryders en ridders der Militaire Willemsorde dezen dag tot een feestdag voor den jubilaris willen maken, doch jhr. Verspyck had uit- drukkeiyk den wensch te kennen gegeven dien zooveel mogeiyk onopgemerkt te doen voorbygaan. Desniettegenstaande ontving de gryze, doch nog immer kraese, krachtige man talrijke blyken van belangstelling op dit zeldzame jubiló. Vooral uit de militaire kringen, door oud-collega's in den militairen dienst in Indiê, werden kaartjes gezonden of kwam men den jubilaris persooniyk golukwenschen. Doch ook de mindere militair bleef niet achter, en menig soldaat, die zich in Indië het kruis voor Moed, Beleid en Trouw had weten waardig te maken, ja, wellicht onder het bevel van generaal Ver spyck dat eeremetaal had verdiend, gaf door zyn gelukwensch biyk van zyne onverflauwde belangstelling voor zyn dapperen aanvoerder. De Koninklyke Vereeniging „Het Eereteeken voor Belangryke Krygs\errichtingen" bood aan haar eerelid schriftelyk hare hulde aan. Voor de betrekking van directeur der Ambachtsschool te Haarlem is benoemd de heer J. Temme, leeraar aan de 1ste Am bachtsschool te Amsterdam. Blykens by het departement van marine ontvangen bericht, is Hr. Ms. fregat „Van Speyk," onder bevel van den kapitein ter zee H. Van der Meer, op 19 dezer te Batavia aangekomen. Aan boord was alles wèl. Bevorderd is te Göttingen, tot doctor in de philosopbie (met lof) met het proef schrift, getiteld: „Beitrage zur Kenntniss des Methyl Hexylen-ketons", de heer H. Umbgrove, te Arnhem. Te Breda is het telegraphisch bericht ontvangen dat de heer J. A. W. Oxenaar benoemd is tot luit.-kolonel, commandant van het reg. cavalerie van het Oost Indisch leger. Aan de Tweede Kamer ia ingediend een wetsontwerp tot verklaring van het algemeen nut van de onteigening van eigendommen voor den aanleg eener straat tusschen het Van-Hogendorps-plein en den Haarlemmerweg te Amsterdam. Aanleiding tot deze onteigening is hierin gelegen, dat in het door den Raad van Am sterdam vastgesteld uitbreidingsplan dier ge meente is opgenomen eene verbinding tus schen het Van-Hogendorps-plein en den Haar lemmerweg, welke verbinding wordt gevormd door de doortrekking der Van-Hogendorp- straat tot aan genoemden weg. Die verbinding bestaat thans in een door gang van nauweiyks 4 meter breedte. In het belang van gowde orde en behooriyk verkeer wordt verbreoding wenscheiyk geacht, doch om hiertoe te geraken is 't noodig dat de gemeente kunne beschikken over een gedeelte van een perceel, voor zoover dat gedeelte ligt binnen de rooilijn, aangewezen voor den te verbroeden doorgang. De pogingen van het gemeentebestuur, om langs minnelyken weg den noodigen grond te verkrygen, hebben niet tot den gewenschten uitslag geleid. Door B. en Ws. van Utrecht is aan den gemeenteraad aldaar voorgesteld om met de Vereeniging tot verpleging van zieken, ge naamd „Broeders van Barmhartigheid van St.-Johannes de Deo", een ruil van grond op de Manaplaats aan te gaan. Deze Vereeniging zal daar ter plaatse een groot gesticht bouwen, bestaande uit een hoofdgebouw met daarachter gelegen kapel en een naar achteren omgebogen zyvleugel, dieneade voor huisvesting van verpleegden, waarvan het aantal gering zal zyn, aangezien het hoofddoel der Broeders verpleging buitenshuis is. De open ruimte tusschen het hoofdgebouw en dien zy vleugel zal worden ingericht tot tuin voor do ver pleegden. Nog zal een zy vleugel aan de Noord zyde worden gebouwd tot huisvesting van do broeders zeiven. By koninkiyk besluit van 19 dezer is, met ingang van 1 April a. s.lo. de kapitein ter zee G. H. Van Steyn eervol ontheven van de betrekkingen van chef der afdeeling „Personeel" by het departement van marine en lid der commissie, tot het examineeren van zeeofficieren en adelborsten; 2o. de be noemde kapitein ter zee A. G. Ellis eervol ontheven van de betrekkingen van inspecteur van den marine-torpedodienst, tevens lid van genoemde commissie en aan hem opgedragen de betrekking van chef der afdeeling „Per soneel" by het departement van marine; 3o. de waarneming der betrekking van inspecteur van den marine torpedodienst, tevens lid van meergemelde commissie, tydelyk opgedragen aan den luit. ter zee 1ste kl. H. Herman; 4o. aan den kapitein luit. ter zee G. A. Van der Mieden, stafofficier der zeemacht in de Stelling Amsterdam, opgedragen de betrek king van lid der commissie tot het examineeren van zeeofficieren en adelborsten. Uit 's-Hertogenbosch wordt thans nader gemeld, dat HH. MM. tydens haar verblyf in de provincie Noord-Brabant ook een bezoek brengen aan het krankzinnigengesticht „Voor burg", te Vucht, en aan het Instituut voor Doofstommen te St. Michiels Gestel. Tegen hedenavond is eeno spoedeischende openbare vergadering van den gemeenteraad van 's-Hertogenbosch belegd, ter behandeling van eene krediet-aanvrage voor versierings- kosten by gelegenheid der komst van de Koninginnen. Gedeputeerde Staten der provincie Noord- Brabant hebben zich, om de Vorstinnen in Mei a. 8. op waardige wyze te ontvangen, tot eene commissie gevormd, en de leden der Staten, nl. de heeren jhr. v. d. Does de Willebois, L. Spienngs, J. W. R. Van Gulick en mr. Loeff, uitgenoodigd, zich by deze com missie aan te sluiten. Op het voorloopig programma voor het vorstelijk bezoek te Maastricht, komt o. a. voor: Maandag 20 Mei, gala diner, aan te bieden door de Provinciale Staten; Dinsdag 21 Mei, opening van de internationale tentoonstelling van bloemen, planten, enz.concours hippique Woensdag 22 Mei, bezoek aan de buitensociëteit „Slavante"; gala-diner, aangeboden door den Gemeenteraad; Donderdag 23 Mei, rytoer naar Valkenburg. Zooals is medegedeeld, zullen de Koning innen in de maand April a. s. Londen be zoeken. De „Tel." verneemt nader, dat do zeereis van uit Den Helder zal worden ge maakt; dit zou dan gepaard gaan met eenigo maritieme vertooning. De internuntius mgr. Lorenzelli, te 's-Gra- venhage, van wiens ongesteldheid wy melding maakten, heeft zyne werkzaamheden hervat. De heeren Jan C. De Vos en Willem Van Korlaar te Rotterdam hebben de instand houding van het theater „Tivoli" en van hun gezelschap verzekerd door een nieuwe ver bintenis voor vyf jaar aan te gaan. De heer J. H. Van Meurs, te Heerde, het oudste lid der Provinciale Staten van Gelderland, zoowel in leeftyd als in dienst jaren, heeft wegens hoogen leeftyd zyn ont slag ingediend. Sedert 13 Mei 1856 was hy ver tegenwoordiger van het kiesdistrict Oldebroek. Door de arrond. rechtbank teHoerenveen is, ter vervulling van eene vacature van rechter in dat college, opgemaakt de navolgende alphabetische ïyst van aanbeveling: mr. N. Van Hasselt; mr. W. H. Van Nes van Meerkerk 24) Lieve Hildal En wat zei je vader! Niet veel, maar wat hy zei, waa vreeselyk wreed. Ge weet, hoe by soms kan spreken, Wilfred 1 Sedert dien tyd heeft hU geen woord tegen ml) gesproken. Toen hy zooeven binnen kwam, waa ik erg verwonderd. Arm kind I zei Wilfred, terwijl hy haar kuste, wat moet ge een verdriet gehad hebbent Maar nu ie allee geleden. Uw vader zegt dat we kunnen trouwen, zoodra de papieren in orde zyn. Welke papieren? -Wel, de huwelykavoorwaarden, uw bruide- echat byvoorbeeld. Ik geloof ook niet, dat lord Kenny er wat op tegen zou hebben, ala hy een jaarlyksch inkomen had. Maar, Wilfred, kan je dat wel doen? Denk er aan, dat pa erg veel noodig heeft. Laat hem zooveel noodig hebben ala hy zelf wil, lieve Hilda, zei Dacre glim lachend; want behalve myn jaarlykscbe inkomen, heb ik nog wat I08 geld. Dat zullen wy aan je vader geven. Ik verbeeld my, dat hy het niet met minder dan twee duizend per jaar kan atellen. O, je weet niet, hoeveel hy aan kan. Lieve Hemel, Hildal zei Wilfred, - het ia te hopen, dat die apilzucht niet erfeiyk ia. Hoe zou ik een verkwistend vrouwtje moeten onderhouden met zoo'n miserabele dertig duizend pond 'sjaara? Hilda lachte om dezen uitval, al was by niet zoo byzonder geestig. Zy gevoelde zich zoo volkomen gelukkig, dat zy wel om alles had kunnen lachen. Het ïykt wel een sprookje, zei Hilda. Het spyt my natuurlyk, Wilfred, dat uw oom dood ia. O, maar Wilfred 1 Wat ie er nu? vroeg hy, ontsteld door de uitdrukking van schrik op haar gelaat. Ge zyt niet in den rouwl Ach, daar heb ik niet aan gedacht, 8tamoldo Wilfred, wien het duidelyk werd, dat die Cbineesche oom een groote lastpost kon worden. Ik geloof, dat ik een rouw band om myn hoed moet doen. Maar ik heb hem immera nooit gezien? Je bent zyn erfgenaam en moet hem dus eenige eer bewyzen. Nu, ik zal het doenl In ieder geval heb ik het goede nieuws eerst van morgen ont vangen, en ge zoudt toch niet willen, dat ik je met een rouwstrik aan was komen vragen, nietwaar? Denk eens, wat een slecht voorteeken dat geweest zou zyn! Welnu, als je hier vandaan gaat, zorg er dan terstond voor. Ik beloof het jel Maar laten wy dien oom met rust laten en liever over onszelven praten. Wilfred, die inzag, dat hy verplicht was, rouw te gaan dragen ter eere van een nooit bestaan hebbenden persoon, besloot het ook te zullen doen, maar eigeniyk voor den heer Lascelle; want feitelyk verving deze den ge- heimzinnigen oom in alle opzichten. Zeker, Hilda, je hebt geiyk, zei hy. - Laten wy niet verder over die dingen spreken. Wanneer kunnen wy trouwen? Binnen een half jaar. O, lieve Hilda, zoolang kan ik niet wachten. Dacre begon harteiyk te wenschen, dat hy dien oom niet had uitgevonden. Maar aan gezien hy hem niet meer kon verloochenen, moest hy zich zyn eigen schepping wol laten welgevallen. Hy bekortte den tyd van den rouw echter zooveel als uit een oogpunt van fatsoen mogelyk was. Zeg liever: drie maanden, Hilda. We zullen tegen 't einde van het seizoen trouwen. Ik bekommer my volstrekt niet om het seizoen, zei Hilda haastig; laten wy het zoo eenvoudig mogelyk aanleggen. Neen, Hilda-lief, zei Wilfred vastbesloten, want hy had zich voorgenomen, haar in alles te bevredigen, het moet een luisterryk huweiyk worden, minstens als dat van Aladdin met de prinses. Ik laat het geheel aan je over, Wilfred 1 Ik ben volkomen tevreden, als ik je vrouw word, hoe dan ook. Terwyi ze dit zeide, nam zy zyn hand in de hare, en viel haar oog op den ring. O, Wilfred, wat een vreemde ring! riep zy uit De ring van myn oom, zei hy snel. Neem hem even af en laat hem my eens zien. Dat mag ik niet, Hilda! Ik heb hem gekregen op voorwaarde, dat ik hem nimmer van myn vinger neem. Kom een oogenblikje? Onmogelyk, Hilda! Bekyk hem zoo maar. Ge behoeft myn eerste verzoek niet te weigeren, Wilfred I Hilda-lief, ik kan je niets weigeren, zei Wilfred haastig. Vraag my wat je wilt, maar dit niet. Nu, 't komt er niet op aan, antwoordde Hilda, die zich reedB over de teleurstelling had beengezet. Ik kan hem zoo evengood bekyken. Wat voor letters zyn dat? Sanskriet. Wat beteekenen zy? Ik ik kan 't je niet zeggen, zei Wil fred, aarzelend. Ik ken geen Sanskriet, weet je. 't Is een vreemde ring. Ik benyd je er om. Lieve Hildal riep hy uit, terwyi zich plotseling eon hevige vrees van hem meester maakte, ik smeek je, verlang nimmer naar dien ring. Ik heb hem gekregen op voor waarde, dat ik hem nimmer zou afleggen; myn eergevoel gebiedt my due, hiernaar te handelen. Laat dien ring liever met rust, fluisterde Hilda, die bemerkte dat het onderwerp hem onaangenaam was. Ik heb je zelf, en heb hem dus niet noodig. Je hebt ons beiden, antwoordde Wilfred, met een ongerust lachje. Hy voorzag, dat de ring hem zoowel on aangenaamheden als rykdom zou aanbrengen. Hilda, wie blykbaar de ring beviel, zou hem ongetwyfeld vroeger of later willen hebben. Als hy weigerde, zou zy boos op hem zyn, i en als by den ring aan haar schonk, was er I groote kans, dat hy alles zou verliezen. Wat er ook mag gebeuren, mompelde hy in zicbzelven, ik zal hem nimmer van myn vinger laten afnemen. IX. Ken verdrag net den vijand. Om deze reden alleen, zei de majoor, tot besluit van oen lange rede, ben ik hier gekomen. Ik wilde namelyk zien, of wy tot overeenstemming kunnen geraken. Zyn rede liep over de jongste gebeurte nissen. Hy had ze even voor Wilfred gerecapituleerd, om den jongen man onder 't oog te brengen, hoe schandelyk hy zich tegenover hem gedragen had. Dacre echter was het op dit punt niet geheel met den majoor eens; maar hy was niet ongenegen, do zaak op een accoordje ts gooien, om zoodoende den vyand in een neutrale mogendheid te herscheppen. Hy kon niet ontkennen, dat bet een hard gelag voor den majoor was geweest, en nam zich voor, hem min of meer te gemoet te komen. Measurby, die niet vermoedde, dat zyn jeugdige vriend tot dit besluit was gekomen, wachtte een oogenblik op antwoord, maar aangezien dit uitbleef, begon hy opnieuw zyn opinie uiteen te zetten. Ik ben er de man niet naar, wrok tc biyven koesteren, zei hy met grooto waardig heid; anders zou ik u het- vuur wel eens na .n d- 'n-r.on kunnen leggt-n. iWorf.'. vn'iï'.cd'l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1