feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 4 3Ia;irt.
DE TOOVERRSftiG.
flc. 10745.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden por 3 maanden.f 1.10.
Franco per post 1.40.
Afeonderlpko Kommers0.05.
PRIJS D" lI ADVERTEWTISN
Van 1 6 regels 1.06. Iedore regel meer 0.17 J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad
wordt 0.05 berekend.
Onder het hoofd „Leidsche Kunstzin" bevat
„De Kroniek" van 3 Maart o. a. het volgende:
„De tegenwoordige kunstbeweging in Leiden
is wel van dien aard, om er eens de aan
dacht op te vestigen; zy is een sterk voor
beeld van de groote levenskracht, die uitgaat
van de begrippen en gevoelens van den
nieuweren tijd. WanDeer ik even heel beknopt
aanstip, wat hier gebeurde in de laatste paar
jaren, vergeleken by korten tyd daarvoor,
dan zal dat onloochenbaar blijken (onloochen
baar zelfs voor alle mogelyke binnen- en
buitenlandscbe E. G. O's en dat zegt wat.)
„Lang geleden reods werden hier kunst
beschouwingen gegeven van 19de eeuwsche
Hollandsche Kunst door de Leidscho Schilder
en Teekenacad«mie „Ars Aemula Naturae"
(men zegt, dat ze nog bestaat), zelfs reeds
toen er nog geen oons een 19de-eeuwscho
Holl. Kunst bestond. Later, dus in betere
omstandigheden, werden ze voortgezet door
anderendie deden wel wat zo konden, maar
de kunstbeschouwingen moesten ophouden
uit gebrek aan belangstelling. Waar zoo
weinig gegeven wordt van wezenlijke kunst,
oordeelde men, daar moeten ze van ons
geen belangstelling vergon. Dat klinkt nu
wel heel mooi, maar, ziet u, er wonen hier
zooveel juristen en die kunnen zoo goed
„praten"; want toen in '90 de nieuwe kunst
zaal word geopond suet een invitatio-tentoon
stelling, vonden diezelfde strenge kunstlieven
den, „dat impreseioQisme" nog o zoo „vreemd"
en erger, en de goed geslaagde tentoonstelling
bleek totaal mislukt als poging om het
Leidsche publiek tot meerder kunstleven op
te wekken.
„Toen volgde een rust, door niets verstoord.
„Er was hier dus (gelukkig) niets kwijnends,
dat door den geest der tijden kon opfleuren.
Een geheel nieuwe beweging ontstond, van
jongeren. Sedert twee jaar worden kunst
beschouwingen gegeven, gesteund door werken
van onze eerste kunstenaars, en behalve dat,
werd weer de kunsteaal geopend met een
tentoonstelling van teekeningen van Vincent
Van Gogh; daarna was er hier doorloopend
eene zeer afwisselende expositie midden
in als een bom de werken van Toorop;
nü schilderyen eo teekeningen van wyion den
Leidscben schilder Tom, die onmiddellijk zal
worden gevolgd door eene dito van Ibels.
„De kunstlievende Leidenaars z(jn nu vele,
en hunne belangstelling is groot.
„Wat betreft deze laatst gehouden kunst
beschouwing, zjj was niet zoo belangryk als
de meeste der voorgaande, doordat er om
bijzondere redenen (uitgezonderd een beeldje
van Zyl) niets was uit den laatsten tijd van
onze meest interessante kunstenaars. Zij be
stond uit schilderyen, aquarellen, teokoningen
en etsen uit de verzameling van den heer
Hidde Nyland."
In do gisternamiddag in de concertzaal
„Ephraïm", aan de Haarlemmerstraat, alhier,
gehouden gecombineerde vorgadcring van be
sturen der verschillende hier ter stede ge
vestigde vereenigingon, is men een stap verder
gekomen wat de oprichting van een „Eigen
gebouw" betreft.
Het aantal vereenigingen, die nu vertegen
woordigd waren, was niet zoo groot als dit
het geval was by de eerste vergadering welke
gehouden werd in een der bovenzalen by
den heer Popp, aan de Langebrug.
De vergadering werd gepresideerd door den
heer Brakel, die, na de opening, den heer
Botermans verzocht verslag uit te brengen van
de vorige vergadering, waaraan deze voldeed.
Yan het aantal vereenigingen, die thans
tegenwoordig waren, ongeveer een twintigtal,
bleek dat er één was, die tegen het oprichten
van een „Eigen gebouw" was, de andere waren
er allen vóór. Enkelen waren er reeds, die
voor een zekere som aan aandeelen onder
hare leden konden toezeggon. De benoodigde
gelden schjjnen dan ook hoofdzakelijk ver
kregen te moeten worden door het nomen
van aandeelen.
Door het voorloopig bestuur werd dank
gezegd voor de medewerking in deze za.*k
aan de verschillende vere«nigingen; het zag
zich nu gaarne van zyn baantje ontslagen en
stelde voor, dat men zou overgaan tot het ver
kiezen van een nieuw voorloopig bestuur, dat
zich verder met de werkzaamheden zou be
lasten.
Enkele sprekers waren van andere gedachten,
brachten eerstens die commissie dank voor
hare gedane bemoeiingen en steldeD daarna
voor dezo commissie, die dit zaakje zoo aardig
had aangepakt, te belasten met het ontwer
pen der statuten.
Besloten werd echter om aan het voorloopig
bestuur een viertal personen, door de verga
dering te kiezen, toe te voegen. Uit de ge
houden stemming bleek dat daarvoor in aan
merking kwamen de heeren Kouw, Prinsen,
Van Venetie en Boon. Dezen zullen met de
heeren Brakel, Botermans on Bink de samen
stelling der concept-statuten en verdere werk
zaambeden op zirh nemen.
Met oen woord van dank voor de opkomst,
sloot do voorzitter do vergadoring.
Met genoegen vernemen w(j dat de
vorigo week, na een gehouden examen, door
de Maatschappij van Bouwkunde te Amsterdam
hot diploma van burgerlijk opzichter is toe
gekend aan onzen stadgenoot J. Van der
Wiel, leerling van do school van het Genoot
schap „M. S. G."
Den 25ston Maart a. s. zal pater M. J.
Langewen, rector der bijkerk O. L. Vrouw
van den H. Rozenkrans to Leiden, z(jn 25 jarig
priesterschap herdenken.
De „N. R. O." verneemt dat de toestand
van prof. Snijders, te Delft, die onlangs het
gesticht „Bethel" heeft verlaten, steeds voor
uitgaande is, ofschoon h|j vooreerst niet in
staat zal wezen z(jn gewone bezigheden te
hervatten, omdat het. hem voortdurend nog zeer
moeiiyk valt, zich te bewogen. Een bezoek, in
den loop der vorige week door de hoogleeraren
Snyders en Ravenek aan prof. Van Iterson
te Leiden gebracht, heeft het bevredigend
resultaat gehad, dat, ook naar het oordeel van
dien erkenden deskundige, dank z(j de uit
tekende, oordeelkundige behandeling van hun
geneesheer, hun volledig herstel slechts een
quaestie van tyd is, en bepaaldelyk prof.
Ravenek hoop mag voeden dat hy het ge
bruik van zyn ernstig gekwetsten arm vol
komen terug zal krygen.
Te Rijnsburg hebben zich 9 personen
aangegeven als lodger ter verkrijging van het
recht voor de verkiezing van leden der Tweede
Kamer, Provinciale Staten en Gemeenteraad
Bedankt is voor het beroep naar de
Geref. Kerk te Hazerswoude door den heer
P. A. E. Sillevis Smitt.
De horyk der maten, gewichten, enz.,
voor 1895, zal in de gemeente Alkemade
plaats hebben:
To Rypwetering op 1 April van 9 tot 12
en van 1 tot 3 uren;
Te R lelof-Arondsveen op 2 April van 10
tot 12 en van 1 tot 3 uren en op 3 April
vau halftien tot 12 en van 1 tot halfvier;
To Oudo Wetering op 4 April van 9 tot
12 en van 1 tot 3 uren en op 5 April van
8 tot 12 en van 1 tot 2 uren.
Eene vry talryke schare vrienden en be
kenden bracht Zaterdag op Eik-en-Duinen
te '8 Gravonhage een laatsten groet aan den
gep. luitenant kolonel van het Oost-Indische
leger, den heer Knooto.
Aan diens graf stonden o. a. vereenigd de
luitenant kolonel Van Hoogstraten, van het
reg. grenadiers en jagers; de gep. kolonel der
artillerie Van Aken; du penningmeester van
liet hoofdbestuur van „Eigen Hulp", waarin
de overledene eenige jaren zitting had; do
gep. luitenant-kolonel der cavalerie Wilbr^n-
ninck, on de gep. hoofdofficieren van het Oost-
Indische leger Van Rouweroy, Jeltes en
Van Thiel.
Een drietal fraaie kransoy en bloemstukken
kregen op de groeve een plaats.
Aan alle belangstellenden vertolkte do gep.
luitenant kolonel der artillerie hier te lande, de
heer Kaooto, den dank d^r familiebetrek
kingen voor do laatste eer, zyn broeder bewezen.
Ta 's Gravenbage is, byna 65 jaren oud,
overleden de heer Fridolin Becker, kunst
schilder en hoofdlooraar aan do Acadomie van
Beeldende Kunsten. De vele lessen, die Becker
gaf, namen byna al zyn tyd in beslag, zoodat
hom, vooral de laatste jaren, weinig gelegen
heid overbleef, om zich te wyden aan de
schilderkunst.
Uit goede bron verneemt de „Tel." dat
hot tooneolgezelschap van don heer De Groot,
te Amsterdam, met Mei zeker ontbonden wordt.
Gisternacht overleed te Rotterdam, na
een langdurig lydeo, de heer Hugo Molenaar,
lid van den Rotterdamschen gemeenteraad,
welke functie by 21 jaren vervulde, en wet
houder van financiön. De overledene was
tevens lid van de Prov. Staten van Zuid-
Holland en maakte deel uit van tal van com-
missiën, waarin het verscheiden van den
bekwamen financier zeer zal gevoeld worden.
De gemeento Rotterdam verliest in hem een
zyner meest geachte burgers. Woensdag a. 8.
wordt hy naar zyt»e laatste rustplaats gebracht.
Tot deurwaarder by do rechtbank te
Rotterdam is benoemd de heer O. M. Van
der Put, procureurs klerk aldaar.
In de commission, in het voorjaar van
1895 belast met het afnemen der examens ter
verkryging van de akte van bekwaamheid,
bedoeld in art. 56, onder a, van de wet tot
regeling van het lager onderwys, zyn be
noemd, in:
Zuid Hollanda. tot lid en voorz.de
schoolopz. in het district's Gravenhage; b. tot
leden: de schoolopz. indearrond. Delft, Woer
den, Gouda en Dordrecht; c. tot leden-plaats-
verv.de schoolopz. in de districten Rotter
dam en Dordrecht, en de arrond. 's-Graven-
bage, Ro terdam (Noordelijk), Rotterdam
(Zuidelyk), Vlaardingen en Sommelsdyk.
In de Zaterdag in „Diligentia" te 's-Gra-
venhage gehouden ledenvergadering van het
„Nationaal Fonds" tot steuoing van de nage
laten betrekkingen van de in Ned.-Indió ge
vallen militairen is als bestuur der vereeni-
ging gekozea: gep. luiteoant-generaal F. J. A.
Van Zyil de Jong, voorzitter; gep. vice-admi-
raal jhr. F. De Casembroot; F. B. s'Jacob,
burgemeester van Rotterdam; J. E. N. baron
Sirtema vao Grovestins, adjudant van H. M.
de Koningin; M. Bock, directeur der Nederl.-
Iodische Handelsbank; mr. L. P. M. H baron
Michiels van Verduynen, lid der Tweede Kamer;
Ph. F. Laging Tobias, oud-gouverneur van
Atjeh; D. C. J. A. Ponse, gep. luit. kolonel
der arüllerie Oost Indisch leger; H. L. Kilian,
gep. generaal-majoor Oost Indisch leger; J J.
L. Heldring, bankier, penningmeester; L. Witte-
veen, lid vao den gemeenteraad van Utrecht;
G. De Wys, gep. majoor Oost Indisch leger,
secretaris; L. W. J. J. Ramaer, gep. majoor
Oost Indisch logor, 2do secretaris, alsmede
den gep. kapitein ter zee W. A. Arriens.
Op plechtige wyze werd Zaterdag op do
R.-K. begraafplaats te 's-Gravonhage in do
arcade bygezet het stoffolyk overschot van
den hoer A. Bevers, oud-hypotheekbewaarder,
laatstelijk in die betrekking werkzaam te
's-Hortogonbeecb.
Do deftige begrafenisstoet werd voorafge
gaan door oen twaalftal jongens uit het R.-K.
Weeshuis.
Behalve de familieleden, werden by den
grafkelder opgemerkt het Twoede-Kamer-lid
de heer Kolkman, een deputatie uit de ver-
eoniging van ingenieur verificateurs by het
kadaster, bestaande uit de heeren E. Baren-
broek, van Amsterdam, en C. E Last, van
's Gravenhage, zoomede den heer Winkelman,
hypotheekbewaarder aldaar.
Do ouuste zoon van don ontslapene dankte
voor de belangstelling.
De eorstvolgende bedevaart naar Lourdos
zal in het voorjaar van 1896 gehouden worden,
het tydstip, waarop het comité der Neder-
landsche bedevaarten zyn twaalf-en-een-half
jarig bestaan hordenken zal.
By die gelegenheid zal een altaar in de
Rozenkranskerk worden ingewyd, dat daar
als een gedenkteeken der Nederlandscbe
Katholieken in de Hollandsche kapel zal pryken.
De veroerders van O. L. Vrouw van Lourdes,
dio tot voltooiing van dit heiligdom willen
medewerken, kunnen hun giften, van heden
af, opzenden aan de leden van het genoemd
comité.
Dwev de geneeskundige staatscomm i)
te Amsterdam zyn bevorderd tot arts de üeere i
N. Knapper Czn., geb. te Arasterdam, en H.
N. W. Luyckx, geb. te Grave, en toegelat n
voor h t lste gedeelte de heeren G. Hooge-
boom, J. H. Der Weduwen, S Simons en H.
Lobach.
De Staatscourant van 3/4 dezer bevat
een rapport van den commandant van Hr. Ms.
schoener „Suriname", belast met het politie
toezicht op r'e vis8chery in de Noordzee, van
11 tot lt> Felr. jl. Klachten werden niet ver
nomen en geen overtredingen zyn to vermelden.
De schryver van de Haagsche Kroniek
in de „Nieuwe Gron. Crt." kan met volkomen
zek rheid zeggen, dat van een bezo-k van
den Duifscnen keizer aan ons Hof te Amster
dam ook niet voor Juli aanstaande, gelyk
nader in de Duitsche pers wordt gemeld
by ons H f hoegenaamd niets bekend is.
Wat de reis der Koninginnen naar Noord-
Brabant en Limburg betreft, de deswege ge
voerde besprekingen geven z. i. meer grond
om te gelooven, dat het plan dit jaar niet
dan wel verwbzenlykt zal worden. Denkolyk
zal in de volgende week de decisie vallen.
Den a.getr-dcr burgemeester van Charlois,
mr. J. D. A. E. Van Blommestein, is eene
welgemeende hulde gebracht. Eene com missie,
daartoe op ruime wyze door Charlois' in
gezetenen in staat gesteld, overhandigde bem
by monde van haren voorzitter, den heer
Weverliug, onder een toepasseiyk woord een
fraai bronzen beeld met inscriptie.
Na de overreiking van het huldeblyk spraken
nog een paar leden der commissie den heer
Blommestein toe, waarop deze, getroffen door
zooveol bewyzen van sympathie, bedankto
voor den heerlyken avond, hem bereid.
De rhtigheid werd opgeluisterd door het
gez.mg van een vyitigtal schoolkinderen der
drie openbare scholen.
Naar de „N. R. C." verneemt, is do over
eenkomst met België tot regeling der toelating
van vee en mest. voor beweiding, boakkering
on bemesting der gren6landeryen, by onder
zoek in de afdeelingen der Tweede Kamer
ongunstig ontvangen.
Op do voordracht voor leeraar in de
Fransche taal aan de H. B.-school te Veen-
dam zyn geplaatst de heeren J. F. M. A. Stille,
to Maastricht, on G Bouwes, te Groningen.
De bisschopswyding van mgr. H. Van de
Wetering, pastoor te Hilversum, zal, met
toestemming van den aartsbisschop van Utrecht,
in de R.-Katb. kerk te Hilversum plaats hebben.
Gedurendo de maand Januari 1895 is by
de Rykspostspaarbank ingelegd 2,210,704.26s
en terugbetaald ƒ1,513,373.84', derhalve moer
ingelegd dan terugbetaald ƒ697,330.42 Aan
hot einde der maand December was ton namo
van de verschillende inleggers ingeschreven
36,800,472.80s. Aan rente over 1894 is bij
geschreven 850,667.99, zoodat het tegoed
op ultimo Januari bedroeg ƒ38,348,471.21®.
In den loop der maand zyn 9155 nieuwo
spaarbankboekjes afgegeven, 2027 geheel afbe
taald, zoodat aan het einde der maand nog
445,709 boekjes in omloop waren. (Sts.-Ct.t
W enilleton.
8)
Terwyl hy zoo in gedachten verzonken
was, klonk er een zwakke zucht door de
kamer, en toen hy opkeek, zag hy Hilda
tegen den muur leunen, alsof zy op 't punt
atond om in iwym te vallen. Hy was in een
oogwenk by baar.
Hilda, zei hy bedaard, zonder eenigen
hartstocht in zyn stom, laten wy kalm over
deze zaak spreken. Ik kan niet gelooven,
dat ge een coquette zyt; doze plotselinge
weigering aou my echter byna hieraan doen
twijfelen. Ik heb u deze twee maanden als
uw schaduw gevolgd en ge hobt my nooit te
kennen gegoven, dat ge niet gediend waart
van myne attenties. Ik kan u geen schatten
aanbieden, alleen liefde en oen goed leven.
Als ge de vrouw zyt, die ik steeds in u ge
zien heb, rolt ge myn vrouw worden; zoo
nietHilda keek verschrikt op, toen by een
oogonblik zweeg.
En zoo Diet? vroeg zy op gedompten toon.
De Hemel moge het wetenantwoordde
Dacre somber. Dan zult ge misschien een
verweest leven op uw geweten hebben.
Het is laf van u, zóó te spreken, zeide
zy gekrenkt. Ale ik met u kon trouwen, zou
ik het doen; maar het is onmogelijk. Ge
weet, dat het zoo is, vervolgde zy boos. Myn
vador wil, dat ik een goed huweiyk doe, en
ik durf niet ongehoorzaam zyn.
Uw vader heeft u oen vry e keus gelaten.
Hilda wrong de handen vol vertwyfeling.
Haar plicht verbood haar de waarheid te
zoggen; zy vermeed dus een rond antwoord.
Mynheer Dacre, ga toch heenvraag my
niets moor!
Ik ga niet en zal u wèl de reden vragen,
zei hy beslist. Geen vrouw heeft het recht,
met het hart van een man te spelen, zooals
gy gedaan hebt. "Wat denkt ge, dat myn
leven zonder u zal zyn? Zou ik ooit weer
kunnen gelooven aan het woord aener vrouw,
als ik zóó door u verraden was? Als gy
01 riep zy uit, terwijl zy hare handen
wrong, staak uw verwyten. Is bet lichter
voor my dan voor u? Gy lydt, maar ik niet
minder. Ik bemin u. Ik zeu alles willen geven
voor u, maar ik kan niet doen, zooals ik zou
willen.
Wilfred zag baar aan vol verbazing.
Als ge maar ryk waart 1 riep ze opeen
toon van vertwijfeling uit. Wat my betreft,
ik geef niet om rykdom, maar ik mag myn
vader niet vergeten.
Gy vergeet my well
Ge zyt onredelijk. Ie aayn eerste plicht
niet die jegens myn vader?
Niet, als het geluk van uw leven er
mede gemoeid iel
Zy wrong hare handen in bitter verdriet.
Hoe wreed kan een man toch zynl Ge
denkt alleen aan uzelvsn, niet aan my. Als
uw levensgeluk verwoest ie, wat ia dan het
m|jne? Kunt ge een oogenblik denken, dat
geld myn gebroken hart zou genezen Ik zou
u alles willen vertellen, maar ik durf niet.
Wat alles?
Zy gaf geen antwoord.
Weet ge, wat ik van plan ben? vroeg
hy vastberaden. Ik zal lord Kenny vragen,
my te zoggen, wat dit alles moet beduiden.
Gy weigert het my uit te leggen. Dat zal
hy met durven.
Wilfred 1
Hy had byna de deur bereikt, maar toen
hy dien smeekenden kreet hoorde, keek hy
om, met gefronst voorhoofd. Zy had hare
armen uitgestrekt, alsof zy hem aan het hart
wilde drukken, on zyn toorn verdween geheel,
toen hy dit zag. Hy snelde naar haar terug.
Lieve Hildal arm kindl fluieterde hy,
terwyl hy ^jar vast aan 't hart drukte.
Ik beriep u niet! Het was hard en wreed
van my, om zoo te sproken; maar bedenk
toch, wat uw weigering voor my is. Ik wil
vandaag geen antwoord van u hebben. Ik
zal direct uw vader opzoeken, en als hy zyn
toestemming tot ons huweiyk geeft
Ik zal nimmer een ander trouwen dan
u, fluisterde zy gejaagd. - Hy verlangt dat
ik de vrouw van sir Richard Denham word,
maar ik zal nimmer myn toestemming geven.
Hjj zal one geluk niet verwoesten door zyn
zelfzucht. Ik heb plichten jegens u en ook
jegens myeelve, evengoed als jegens hem.
Spreek met hem, Wilfred, en zog hom alles.
Hy moot ten slotte zyne toestemming geven.
Ga dus, Wilfred 1
Wilfred drukte een kus op hare lippen, en
daar hy gevoelde, dat het beter was als by
niets zeide, verliet by haaBtig de kamer.
Hilda haastte zich naar het venster en zag
ham snel de straat uitloopen. Toen ging zy
geheel uitgeput naar haar kamor, om rust
te nemen. De beproeving was haren krachton
te boven gegaan; zy werd gopynigd door
twyfeling, wat zy doen moest. Haar vader,
baar minnaar zy kon onmogeiyk boiden
gehoorzamen; en hoe moer zy over den toe
stand nadacht, hoe duisterder haar alles
toescheen.
Hoewel de zelfzucht van lord Kenny maar
al to duidelyk was, hield zyn dochter veel
van hem, en zy was ongelukkig te zwak
om zich te verzetten tegen zyn wil. Zy was
geen amazone, die kon stryden voor hare
rechten, maar oen toedore vrouw, bedeeld
mot vele zwakheden, eigen aan do vrouweiyke
natuur. Zy gevoelde zich volslagen hulpeloos
tusschen die twoe mannen. Maar hoewel Hilda
geen heldin was, had zy toch geen zwak
karakter. Zy wa9 eenvoudig een vrouw, toet
veel gevoel begaafd, die niet in staat was te
kiezen tueschen baar vader on haar minnaar.
Zy was trouwens pas twintig jaar oud en
had geen mosder, die haar kon steunen.
Lord Kenny werd boos, toen hy, van achter
het rozeroods omslag van de „Globe", Wilfred
binnen zag treden. Hy raadde instinctmatig,
dat er onweer aan do lucht was, en daar
hy niet van heftige tooneelen hield, zou by
gaarne deze ontmoeting vermeden hebben.
Hy poogde zich aan Wilfreds blik te ont
trekken, door zich achter zyn „Globe" te
verschuilenmaar de ander zag bem terstond
en kwam recht op hem af. De houding van
den jongen man zag er zóó dreigend uit, dat
lord Kenny dacht, dat hy zich oogenblikksiyk
op het ergste had voor to beroidon. Wilfrc
echter was zoo wys, zich bedaard te houden,
on groette op onheilspellend beleefde wyze.
Wel, myn waarde, zal lord Kenny onge
rust, ik hoop, dat bet onderhoud tot uw
genoegen is afgeloopen?
Lord Kenny, ik wen3ch u oven alleen
te spreken, antwoordde Dacre, die niet lette
op wat de lord gezegd had, hotgeen er zeker
niet toe bijdroeg, den ouden heer gerust to
stellen.
Met genoegen! an'noordde doze ver
heugd, terwyl hy opstond G* eren mee naar
de rookzaal l Daar is niemand.
Als het tot een onaangenaam toonesl moest
komen, was hot maar beter, dat dit dadeiyk
gebeurde. Den ouden dandy ontbrak het met
aan moed en hy had z:ch vast voorgenomen,
dat Wilfred er niet al te goed af zou komen,
als het tot een treffen kwam. Deze was jong
en opvliegend, lord KenDy kalm en diplo
matisch; hy twyfeldo er dus niet aan, of het
resultaat zou gunstig voor hem uitvallen.
Havard echter kende het karakter van zyn
tegonstander niet en bevond spoedig, dat
hy niet te gering te schatten was. Maar wat
kon de onbedachtzame jeugd doen tegenover
den bedachtzamen ouderdom, vooral als de
laatste zelfzuchtig en buitengewoon ruim van
geweten was?
Wel, myn waarde, aldus begon de oude
heer vriendelijk, toen zy hadden plaats ge
nomen in de rookzaal, wat wenschte ge
my te vertellen?
Wordt vervolgd
Dinsdag 5 Maart. A°. 1895.
iJÉSfe DAGBLAD.