feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 4 3Ia;irt. DE TOOVERRSftiG. flc. 10745. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden por 3 maanden.f 1.10. Franco per post 1.40. Afeonderlpko Kommers0.05. PRIJS D" lI ADVERTEWTISN Van 1 6 regels 1.06. Iedore regel meer 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt 0.05 berekend. Onder het hoofd „Leidsche Kunstzin" bevat „De Kroniek" van 3 Maart o. a. het volgende: „De tegenwoordige kunstbeweging in Leiden is wel van dien aard, om er eens de aan dacht op te vestigen; zy is een sterk voor beeld van de groote levenskracht, die uitgaat van de begrippen en gevoelens van den nieuweren tijd. WanDeer ik even heel beknopt aanstip, wat hier gebeurde in de laatste paar jaren, vergeleken by korten tyd daarvoor, dan zal dat onloochenbaar blijken (onloochen baar zelfs voor alle mogelyke binnen- en buitenlandscbe E. G. O's en dat zegt wat.) „Lang geleden reods werden hier kunst beschouwingen gegeven van 19de eeuwsche Hollandsche Kunst door de Leidscho Schilder en Teekenacad«mie „Ars Aemula Naturae" (men zegt, dat ze nog bestaat), zelfs reeds toen er nog geen oons een 19de-eeuwscho Holl. Kunst bestond. Later, dus in betere omstandigheden, werden ze voortgezet door anderendie deden wel wat zo konden, maar de kunstbeschouwingen moesten ophouden uit gebrek aan belangstelling. Waar zoo weinig gegeven wordt van wezenlijke kunst, oordeelde men, daar moeten ze van ons geen belangstelling vergon. Dat klinkt nu wel heel mooi, maar, ziet u, er wonen hier zooveel juristen en die kunnen zoo goed „praten"; want toen in '90 de nieuwe kunst zaal word geopond suet een invitatio-tentoon stelling, vonden diezelfde strenge kunstlieven den, „dat impreseioQisme" nog o zoo „vreemd" en erger, en de goed geslaagde tentoonstelling bleek totaal mislukt als poging om het Leidsche publiek tot meerder kunstleven op te wekken. „Toen volgde een rust, door niets verstoord. „Er was hier dus (gelukkig) niets kwijnends, dat door den geest der tijden kon opfleuren. Een geheel nieuwe beweging ontstond, van jongeren. Sedert twee jaar worden kunst beschouwingen gegeven, gesteund door werken van onze eerste kunstenaars, en behalve dat, werd weer de kunsteaal geopend met een tentoonstelling van teekeningen van Vincent Van Gogh; daarna was er hier doorloopend eene zeer afwisselende expositie midden in als een bom de werken van Toorop; nü schilderyen eo teekeningen van wyion den Leidscben schilder Tom, die onmiddellijk zal worden gevolgd door eene dito van Ibels. „De kunstlievende Leidenaars z(jn nu vele, en hunne belangstelling is groot. „Wat betreft deze laatst gehouden kunst beschouwing, zjj was niet zoo belangryk als de meeste der voorgaande, doordat er om bijzondere redenen (uitgezonderd een beeldje van Zyl) niets was uit den laatsten tijd van onze meest interessante kunstenaars. Zij be stond uit schilderyen, aquarellen, teokoningen en etsen uit de verzameling van den heer Hidde Nyland." In do gisternamiddag in de concertzaal „Ephraïm", aan de Haarlemmerstraat, alhier, gehouden gecombineerde vorgadcring van be sturen der verschillende hier ter stede ge vestigde vereenigingon, is men een stap verder gekomen wat de oprichting van een „Eigen gebouw" betreft. Het aantal vereenigingen, die nu vertegen woordigd waren, was niet zoo groot als dit het geval was by de eerste vergadering welke gehouden werd in een der bovenzalen by den heer Popp, aan de Langebrug. De vergadering werd gepresideerd door den heer Brakel, die, na de opening, den heer Botermans verzocht verslag uit te brengen van de vorige vergadering, waaraan deze voldeed. Yan het aantal vereenigingen, die thans tegenwoordig waren, ongeveer een twintigtal, bleek dat er één was, die tegen het oprichten van een „Eigen gebouw" was, de andere waren er allen vóór. Enkelen waren er reeds, die voor een zekere som aan aandeelen onder hare leden konden toezeggon. De benoodigde gelden schjjnen dan ook hoofdzakelijk ver kregen te moeten worden door het nomen van aandeelen. Door het voorloopig bestuur werd dank gezegd voor de medewerking in deze za.*k aan de verschillende vere«nigingen; het zag zich nu gaarne van zyn baantje ontslagen en stelde voor, dat men zou overgaan tot het ver kiezen van een nieuw voorloopig bestuur, dat zich verder met de werkzaamheden zou be lasten. Enkele sprekers waren van andere gedachten, brachten eerstens die commissie dank voor hare gedane bemoeiingen en steldeD daarna voor dezo commissie, die dit zaakje zoo aardig had aangepakt, te belasten met het ontwer pen der statuten. Besloten werd echter om aan het voorloopig bestuur een viertal personen, door de verga dering te kiezen, toe te voegen. Uit de ge houden stemming bleek dat daarvoor in aan merking kwamen de heeren Kouw, Prinsen, Van Venetie en Boon. Dezen zullen met de heeren Brakel, Botermans on Bink de samen stelling der concept-statuten en verdere werk zaambeden op zirh nemen. Met oen woord van dank voor de opkomst, sloot do voorzitter do vergadoring. Met genoegen vernemen w(j dat de vorigo week, na een gehouden examen, door de Maatschappij van Bouwkunde te Amsterdam hot diploma van burgerlijk opzichter is toe gekend aan onzen stadgenoot J. Van der Wiel, leerling van do school van het Genoot schap „M. S. G." Den 25ston Maart a. s. zal pater M. J. Langewen, rector der bijkerk O. L. Vrouw van den H. Rozenkrans to Leiden, z(jn 25 jarig priesterschap herdenken. De „N. R. O." verneemt dat de toestand van prof. Snijders, te Delft, die onlangs het gesticht „Bethel" heeft verlaten, steeds voor uitgaande is, ofschoon h|j vooreerst niet in staat zal wezen z(jn gewone bezigheden te hervatten, omdat het. hem voortdurend nog zeer moeiiyk valt, zich te bewogen. Een bezoek, in den loop der vorige week door de hoogleeraren Snyders en Ravenek aan prof. Van Iterson te Leiden gebracht, heeft het bevredigend resultaat gehad, dat, ook naar het oordeel van dien erkenden deskundige, dank z(j de uit tekende, oordeelkundige behandeling van hun geneesheer, hun volledig herstel slechts een quaestie van tyd is, en bepaaldelyk prof. Ravenek hoop mag voeden dat hy het ge bruik van zyn ernstig gekwetsten arm vol komen terug zal krygen. Te Rijnsburg hebben zich 9 personen aangegeven als lodger ter verkrijging van het recht voor de verkiezing van leden der Tweede Kamer, Provinciale Staten en Gemeenteraad Bedankt is voor het beroep naar de Geref. Kerk te Hazerswoude door den heer P. A. E. Sillevis Smitt. De horyk der maten, gewichten, enz., voor 1895, zal in de gemeente Alkemade plaats hebben: To Rypwetering op 1 April van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uren; Te R lelof-Arondsveen op 2 April van 10 tot 12 en van 1 tot 3 uren en op 3 April vau halftien tot 12 en van 1 tot halfvier; To Oudo Wetering op 4 April van 9 tot 12 en van 1 tot 3 uren en op 5 April van 8 tot 12 en van 1 tot 2 uren. Eene vry talryke schare vrienden en be kenden bracht Zaterdag op Eik-en-Duinen te '8 Gravonhage een laatsten groet aan den gep. luitenant kolonel van het Oost-Indische leger, den heer Knooto. Aan diens graf stonden o. a. vereenigd de luitenant kolonel Van Hoogstraten, van het reg. grenadiers en jagers; de gep. kolonel der artillerie Van Aken; du penningmeester van liet hoofdbestuur van „Eigen Hulp", waarin de overledene eenige jaren zitting had; do gep. luitenant-kolonel der cavalerie Wilbr^n- ninck, on de gep. hoofdofficieren van het Oost- Indische leger Van Rouweroy, Jeltes en Van Thiel. Een drietal fraaie kransoy en bloemstukken kregen op de groeve een plaats. Aan alle belangstellenden vertolkte do gep. luitenant kolonel der artillerie hier te lande, de heer Kaooto, den dank d^r familiebetrek kingen voor do laatste eer, zyn broeder bewezen. Ta 's Gravenbage is, byna 65 jaren oud, overleden de heer Fridolin Becker, kunst schilder en hoofdlooraar aan do Acadomie van Beeldende Kunsten. De vele lessen, die Becker gaf, namen byna al zyn tyd in beslag, zoodat hom, vooral de laatste jaren, weinig gelegen heid overbleef, om zich te wyden aan de schilderkunst. Uit goede bron verneemt de „Tel." dat hot tooneolgezelschap van don heer De Groot, te Amsterdam, met Mei zeker ontbonden wordt. Gisternacht overleed te Rotterdam, na een langdurig lydeo, de heer Hugo Molenaar, lid van den Rotterdamschen gemeenteraad, welke functie by 21 jaren vervulde, en wet houder van financiön. De overledene was tevens lid van de Prov. Staten van Zuid- Holland en maakte deel uit van tal van com- missiën, waarin het verscheiden van den bekwamen financier zeer zal gevoeld worden. De gemeento Rotterdam verliest in hem een zyner meest geachte burgers. Woensdag a. 8. wordt hy naar zyt»e laatste rustplaats gebracht. Tot deurwaarder by do rechtbank te Rotterdam is benoemd de heer O. M. Van der Put, procureurs klerk aldaar. In de commission, in het voorjaar van 1895 belast met het afnemen der examens ter verkryging van de akte van bekwaamheid, bedoeld in art. 56, onder a, van de wet tot regeling van het lager onderwys, zyn be noemd, in: Zuid Hollanda. tot lid en voorz.de schoolopz. in het district's Gravenhage; b. tot leden: de schoolopz. indearrond. Delft, Woer den, Gouda en Dordrecht; c. tot leden-plaats- verv.de schoolopz. in de districten Rotter dam en Dordrecht, en de arrond. 's-Graven- bage, Ro terdam (Noordelijk), Rotterdam (Zuidelyk), Vlaardingen en Sommelsdyk. In de Zaterdag in „Diligentia" te 's-Gra- venhage gehouden ledenvergadering van het „Nationaal Fonds" tot steuoing van de nage laten betrekkingen van de in Ned.-Indió ge vallen militairen is als bestuur der vereeni- ging gekozea: gep. luiteoant-generaal F. J. A. Van Zyil de Jong, voorzitter; gep. vice-admi- raal jhr. F. De Casembroot; F. B. s'Jacob, burgemeester van Rotterdam; J. E. N. baron Sirtema vao Grovestins, adjudant van H. M. de Koningin; M. Bock, directeur der Nederl.- Iodische Handelsbank; mr. L. P. M. H baron Michiels van Verduynen, lid der Tweede Kamer; Ph. F. Laging Tobias, oud-gouverneur van Atjeh; D. C. J. A. Ponse, gep. luit. kolonel der arüllerie Oost Indisch leger; H. L. Kilian, gep. generaal-majoor Oost Indisch leger; J J. L. Heldring, bankier, penningmeester; L. Witte- veen, lid vao den gemeenteraad van Utrecht; G. De Wys, gep. majoor Oost Indisch leger, secretaris; L. W. J. J. Ramaer, gep. majoor Oost Indisch logor, 2do secretaris, alsmede den gep. kapitein ter zee W. A. Arriens. Op plechtige wyze werd Zaterdag op do R.-K. begraafplaats te 's-Gravonhage in do arcade bygezet het stoffolyk overschot van den hoer A. Bevers, oud-hypotheekbewaarder, laatstelijk in die betrekking werkzaam te 's-Hortogonbeecb. Do deftige begrafenisstoet werd voorafge gaan door oen twaalftal jongens uit het R.-K. Weeshuis. Behalve de familieleden, werden by den grafkelder opgemerkt het Twoede-Kamer-lid de heer Kolkman, een deputatie uit de ver- eoniging van ingenieur verificateurs by het kadaster, bestaande uit de heeren E. Baren- broek, van Amsterdam, en C. E Last, van 's Gravenhage, zoomede den heer Winkelman, hypotheekbewaarder aldaar. Do ouuste zoon van don ontslapene dankte voor de belangstelling. De eorstvolgende bedevaart naar Lourdos zal in het voorjaar van 1896 gehouden worden, het tydstip, waarop het comité der Neder- landsche bedevaarten zyn twaalf-en-een-half jarig bestaan hordenken zal. By die gelegenheid zal een altaar in de Rozenkranskerk worden ingewyd, dat daar als een gedenkteeken der Nederlandscbe Katholieken in de Hollandsche kapel zal pryken. De veroerders van O. L. Vrouw van Lourdes, dio tot voltooiing van dit heiligdom willen medewerken, kunnen hun giften, van heden af, opzenden aan de leden van het genoemd comité. Dwev de geneeskundige staatscomm i) te Amsterdam zyn bevorderd tot arts de üeere i N. Knapper Czn., geb. te Arasterdam, en H. N. W. Luyckx, geb. te Grave, en toegelat n voor h t lste gedeelte de heeren G. Hooge- boom, J. H. Der Weduwen, S Simons en H. Lobach. De Staatscourant van 3/4 dezer bevat een rapport van den commandant van Hr. Ms. schoener „Suriname", belast met het politie toezicht op r'e vis8chery in de Noordzee, van 11 tot lt> Felr. jl. Klachten werden niet ver nomen en geen overtredingen zyn to vermelden. De schryver van de Haagsche Kroniek in de „Nieuwe Gron. Crt." kan met volkomen zek rheid zeggen, dat van een bezo-k van den Duifscnen keizer aan ons Hof te Amster dam ook niet voor Juli aanstaande, gelyk nader in de Duitsche pers wordt gemeld by ons H f hoegenaamd niets bekend is. Wat de reis der Koninginnen naar Noord- Brabant en Limburg betreft, de deswege ge voerde besprekingen geven z. i. meer grond om te gelooven, dat het plan dit jaar niet dan wel verwbzenlykt zal worden. Denkolyk zal in de volgende week de decisie vallen. Den a.getr-dcr burgemeester van Charlois, mr. J. D. A. E. Van Blommestein, is eene welgemeende hulde gebracht. Eene com missie, daartoe op ruime wyze door Charlois' in gezetenen in staat gesteld, overhandigde bem by monde van haren voorzitter, den heer Weverliug, onder een toepasseiyk woord een fraai bronzen beeld met inscriptie. Na de overreiking van het huldeblyk spraken nog een paar leden der commissie den heer Blommestein toe, waarop deze, getroffen door zooveol bewyzen van sympathie, bedankto voor den heerlyken avond, hem bereid. De rhtigheid werd opgeluisterd door het gez.mg van een vyitigtal schoolkinderen der drie openbare scholen. Naar de „N. R. C." verneemt, is do over eenkomst met België tot regeling der toelating van vee en mest. voor beweiding, boakkering on bemesting der gren6landeryen, by onder zoek in de afdeelingen der Tweede Kamer ongunstig ontvangen. Op do voordracht voor leeraar in de Fransche taal aan de H. B.-school te Veen- dam zyn geplaatst de heeren J. F. M. A. Stille, to Maastricht, on G Bouwes, te Groningen. De bisschopswyding van mgr. H. Van de Wetering, pastoor te Hilversum, zal, met toestemming van den aartsbisschop van Utrecht, in de R.-Katb. kerk te Hilversum plaats hebben. Gedurendo de maand Januari 1895 is by de Rykspostspaarbank ingelegd 2,210,704.26s en terugbetaald ƒ1,513,373.84', derhalve moer ingelegd dan terugbetaald ƒ697,330.42 Aan hot einde der maand December was ton namo van de verschillende inleggers ingeschreven 36,800,472.80s. Aan rente over 1894 is bij geschreven 850,667.99, zoodat het tegoed op ultimo Januari bedroeg ƒ38,348,471.21®. In den loop der maand zyn 9155 nieuwo spaarbankboekjes afgegeven, 2027 geheel afbe taald, zoodat aan het einde der maand nog 445,709 boekjes in omloop waren. (Sts.-Ct.t W enilleton. 8) Terwyl hy zoo in gedachten verzonken was, klonk er een zwakke zucht door de kamer, en toen hy opkeek, zag hy Hilda tegen den muur leunen, alsof zy op 't punt atond om in iwym te vallen. Hy was in een oogwenk by baar. Hilda, zei hy bedaard, zonder eenigen hartstocht in zyn stom, laten wy kalm over deze zaak spreken. Ik kan niet gelooven, dat ge een coquette zyt; doze plotselinge weigering aou my echter byna hieraan doen twijfelen. Ik heb u deze twee maanden als uw schaduw gevolgd en ge hobt my nooit te kennen gegoven, dat ge niet gediend waart van myne attenties. Ik kan u geen schatten aanbieden, alleen liefde en oen goed leven. Als ge de vrouw zyt, die ik steeds in u ge zien heb, rolt ge myn vrouw worden; zoo nietHilda keek verschrikt op, toen by een oogonblik zweeg. En zoo Diet? vroeg zy op gedompten toon. De Hemel moge het wetenantwoordde Dacre somber. Dan zult ge misschien een verweest leven op uw geweten hebben. Het is laf van u, zóó te spreken, zeide zy gekrenkt. Ale ik met u kon trouwen, zou ik het doen; maar het is onmogelijk. Ge weet, dat het zoo is, vervolgde zy boos. Myn vador wil, dat ik een goed huweiyk doe, en ik durf niet ongehoorzaam zyn. Uw vader heeft u oen vry e keus gelaten. Hilda wrong de handen vol vertwyfeling. Haar plicht verbood haar de waarheid te zoggen; zy vermeed dus een rond antwoord. Mynheer Dacre, ga toch heenvraag my niets moor! Ik ga niet en zal u wèl de reden vragen, zei hy beslist. Geen vrouw heeft het recht, met het hart van een man te spelen, zooals gy gedaan hebt. "Wat denkt ge, dat myn leven zonder u zal zyn? Zou ik ooit weer kunnen gelooven aan het woord aener vrouw, als ik zóó door u verraden was? Als gy 01 riep zy uit, terwijl zy hare handen wrong, staak uw verwyten. Is bet lichter voor my dan voor u? Gy lydt, maar ik niet minder. Ik bemin u. Ik zeu alles willen geven voor u, maar ik kan niet doen, zooals ik zou willen. Wilfred zag baar aan vol verbazing. Als ge maar ryk waart 1 riep ze opeen toon van vertwijfeling uit. Wat my betreft, ik geef niet om rykdom, maar ik mag myn vader niet vergeten. Gy vergeet my well Ge zyt onredelijk. Ie aayn eerste plicht niet die jegens myn vader? Niet, als het geluk van uw leven er mede gemoeid iel Zy wrong hare handen in bitter verdriet. Hoe wreed kan een man toch zynl Ge denkt alleen aan uzelvsn, niet aan my. Als uw levensgeluk verwoest ie, wat ia dan het m|jne? Kunt ge een oogenblik denken, dat geld myn gebroken hart zou genezen Ik zou u alles willen vertellen, maar ik durf niet. Wat alles? Zy gaf geen antwoord. Weet ge, wat ik van plan ben? vroeg hy vastberaden. Ik zal lord Kenny vragen, my te zoggen, wat dit alles moet beduiden. Gy weigert het my uit te leggen. Dat zal hy met durven. Wilfred 1 Hy had byna de deur bereikt, maar toen hy dien smeekenden kreet hoorde, keek hy om, met gefronst voorhoofd. Zy had hare armen uitgestrekt, alsof zy hem aan het hart wilde drukken, on zyn toorn verdween geheel, toen hy dit zag. Hy snelde naar haar terug. Lieve Hildal arm kindl fluieterde hy, terwyl hy ^jar vast aan 't hart drukte. Ik beriep u niet! Het was hard en wreed van my, om zoo te sproken; maar bedenk toch, wat uw weigering voor my is. Ik wil vandaag geen antwoord van u hebben. Ik zal direct uw vader opzoeken, en als hy zyn toestemming tot ons huweiyk geeft Ik zal nimmer een ander trouwen dan u, fluisterde zy gejaagd. - Hy verlangt dat ik de vrouw van sir Richard Denham word, maar ik zal nimmer myn toestemming geven. Hjj zal one geluk niet verwoesten door zyn zelfzucht. Ik heb plichten jegens u en ook jegens myeelve, evengoed als jegens hem. Spreek met hem, Wilfred, en zog hom alles. Hy moot ten slotte zyne toestemming geven. Ga dus, Wilfred 1 Wilfred drukte een kus op hare lippen, en daar hy gevoelde, dat het beter was als by niets zeide, verliet by haaBtig de kamer. Hilda haastte zich naar het venster en zag ham snel de straat uitloopen. Toen ging zy geheel uitgeput naar haar kamor, om rust te nemen. De beproeving was haren krachton te boven gegaan; zy werd gopynigd door twyfeling, wat zy doen moest. Haar vader, baar minnaar zy kon onmogeiyk boiden gehoorzamen; en hoe moer zy over den toe stand nadacht, hoe duisterder haar alles toescheen. Hoewel de zelfzucht van lord Kenny maar al to duidelyk was, hield zyn dochter veel van hem, en zy was ongelukkig te zwak om zich te verzetten tegen zyn wil. Zy was geen amazone, die kon stryden voor hare rechten, maar oen toedore vrouw, bedeeld mot vele zwakheden, eigen aan do vrouweiyke natuur. Zy gevoelde zich volslagen hulpeloos tusschen die twoe mannen. Maar hoewel Hilda geen heldin was, had zy toch geen zwak karakter. Zy wa9 eenvoudig een vrouw, toet veel gevoel begaafd, die niet in staat was te kiezen tueschen baar vader on haar minnaar. Zy was trouwens pas twintig jaar oud en had geen mosder, die haar kon steunen. Lord Kenny werd boos, toen hy, van achter het rozeroods omslag van de „Globe", Wilfred binnen zag treden. Hy raadde instinctmatig, dat er onweer aan do lucht was, en daar hy niet van heftige tooneelen hield, zou by gaarne deze ontmoeting vermeden hebben. Hy poogde zich aan Wilfreds blik te ont trekken, door zich achter zyn „Globe" te verschuilenmaar de ander zag bem terstond en kwam recht op hem af. De houding van den jongen man zag er zóó dreigend uit, dat lord Kenny dacht, dat hy zich oogenblikksiyk op het ergste had voor to beroidon. Wilfrc echter was zoo wys, zich bedaard te houden, on groette op onheilspellend beleefde wyze. Wel, myn waarde, zal lord Kenny onge rust, ik hoop, dat bet onderhoud tot uw genoegen is afgeloopen? Lord Kenny, ik wen3ch u oven alleen te spreken, antwoordde Dacre, die niet lette op wat de lord gezegd had, hotgeen er zeker niet toe bijdroeg, den ouden heer gerust to stellen. Met genoegen! an'noordde doze ver heugd, terwyl hy opstond G* eren mee naar de rookzaal l Daar is niemand. Als het tot een onaangenaam toonesl moest komen, was hot maar beter, dat dit dadeiyk gebeurde. Den ouden dandy ontbrak het met aan moed en hy had z:ch vast voorgenomen, dat Wilfred er niet al te goed af zou komen, als het tot een treffen kwam. Deze was jong en opvliegend, lord KenDy kalm en diplo matisch; hy twyfeldo er dus niet aan, of het resultaat zou gunstig voor hem uitvallen. Havard echter kende het karakter van zyn tegonstander niet en bevond spoedig, dat hy niet te gering te schatten was. Maar wat kon de onbedachtzame jeugd doen tegenover den bedachtzamen ouderdom, vooral als de laatste zelfzuchtig en buitengewoon ruim van geweten was? Wel, myn waarde, aldus begon de oude heer vriendelijk, toen zy hadden plaats ge nomen in de rookzaal, wat wenschte ge my te vertellen? Wordt vervolgd Dinsdag 5 Maart. A°. 1895. iJÉSfe DAGBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1