N°. 10745. Maandag 4 Maart. A0. 1895. <£leze fCourant wordt dagelijks, met uitzondering van §on- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. EENE VERLOVING. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post. -1.40. Afzonderlijke Nommers0.06. PRIJS DER AD VERTEN TIËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Derde Blad. Vergadering der ai'deeling Leidon en Omstreken van de Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst. Door velo leden en belangstellenden werden de in de vergaderzaal tentoongestelde antwoor den op do prijsvragen, uitgeschreven door de Maatschappij in 1893, en die op de prijsvraag, uitgeschreven in 1894, door de afdeehng vóór den aanvang der vergadering bezichtigd. Na het goedkeuren der notulen, heet de voorzitter de bestuursleden A. J. Van Ach terberg en W. O. Mulder, voor het eerst na hunne benoeming in do algemeene vergadering tegenwoordig, welkom en dankt tevens den heer H. J. Jesse voor de welwillendheid, waar mede hij tjjdens de vacature het lidmaatschap van het bestuur heeft willen waarnemen. De hoer Verster houdt vervolgens zijne be spreking „Over boekverluchting" met er op te wijzen dat vooral tegenwoordig veel op 't gebied der boekverluchting geschiedt, maar te weinig om het blijvend voor hot nageslacht te houden, zooals oudtijds, toen men juist altyd in het oog gehouden heeft om de kunst voor de toekomst te bewaren, door hot werken op porkament en het gebruiken van onvergan kelijke procédés. In de eerste tijden waren de schrijvers der handschriften ook de verhchters of illumi- neordors (illustreerders of teekenaars). Zoolang bot in handen der monniken bleef, werd de arbeid niet verdeeld. Zoo verhaalt men van ©en abt, die geheel alleen het perkament be reidde voor een koorboek, het liniëerde, den tekst overschreef, do bladen illumineerde of versierde en de muziek schreef. Toen de verluchtingskunst zich meer ont wikkelde en werkelijk meer en meer een artistieke arbeid werd, is ook het werk tusschen teekenaar en schrijver verdeeld. Sproker wees op de fijne reproducties, enz. van den Angel- Saksischen stijl, waarvan voorbeelden te Dublin aanwezig zynvervolgens op de beoefenaars van de illumineorkuust in Frankrijk, waar in Parijs naar hen eene straat, rue des Enhmu- nmir3, werJ genoemd, omdat in deze straat perkament-bereiders, teekenaars, schrijvers en boekhandelaren, een vereeniging dus der ver schillende bedrijven in dat vak, aanwezig waren. De heer Verstar ging voort met de ïllumi- neerkunst in de verschillende tijdperken te bespreken; het opbrengen der kleuren en het bereiden daarvan; onkele kunstenaars bereid den zeiven in hunne werkplaatsen de verf; om ten slotte nog een en ander mede te doelen over de prijzen dlor uit de hand geïllu mineerde boeken. Deze variëorden zeer in ver band met de zorg, aan de teekening besteed; o. a. heeft een der misboeken van den hertog van Berry, door Jaquoraart Do ïïosdin be werkt, 4000 livre8 gekost, terwijl één van die boeken door een tegenwoordig bezitter voor 25,000 franken gekocht is, terwijl er anderen zijn, die gaarne het twintigvoud daarvoor zouden willen betalen. Spreker lichtto vervolgens deze besprekingen toe met het door hem tentoongestelde plaat werk „The illuminated books of the Middle- Ages bij Henry Noel Humphreys" en andere platen. Ook waren eenige oude en nieuwe boekworkon in vorband mot dat onderwerp ter bezichtiging gesteld. Onder de oude boek werken was onder meer een oude Bijbel met keurig geïllumineerde bladen en platen, uit gegeven te Wittonberg, naar de vertaling van Maarten Luther, welke vooral de aandacht trok. Deze oude boekwerken waren door de heeren Burgersdijk en Niermans voor dezen avond welwillend afgestaan. Ook deze tijd levert onderscheidene bokwame boekverluchters op, als in Engeland: Walter Crane, William Morris, Shannon en Ricketts; in FrankrijkGaszet, Chóret, Steinlen, Foraino, De Toulouee Laistree, Rafaelli e. a.in België Van de Velde en Van Ryssolberghe; in ons land: Van Dysselhcff, Nieuwenhuijs, Lion Cachet, Der Kinderen, Karei Sluyterman, Van Hoytema, Thorn Prikker en Toorop. Na eene korte voorlezing over het goed recht der decoratieve kunst uit „Kunst on Samenleving," van Walter Craul, oindigde spreker zijne belangrijke bijdrage, onder applaus der vorgadoring en met hartelijke dankzegging van den voorzitter. De secretaris las het rapport voor, uitge bracht door de jury, over de ingokoraen ant woorden op de prijsvraag der afdeehng. De uitreiking der bekroning kon niet plaats hebben door afwezigheid der pryswinners. Als vervaardigers van de eervol vermeldo ant woorden 19de eeuw en N in cirkel (geteekend) hadden zich bekend gemaakt de hoeren W. CoepiJn, te Kralingen, en Buskens, te Rotter dam. Er was echter nog een vierde antwoord onder motto A tentoongesteld, dat door te lato- inzending buiten mededinging moest blijven. Het bestuur en do aanwezige leden betreurden dit ten zeerstp, daar het ontwerp zooveel ver dienste had, dat het ongetwijfeld, als het tijdig genoeg ingekomen was, een geduchto concurrent voor den eersten prijs was geweest. Besloten werd, op voorstel van den heer W. C. Mulder, wanneer de maker van het plan zich bekend wilde maken, in een schrijven van het bestuur het leedwezen der vergadering uit te drukken over de te-late-inzending wegens do bijzondere verdienste van het ontwerp. Na onderzoek van den secretaris is gebleken dat ontwerper van het antwoord motto „A" is de heer M. H. M. Van Noort, bouwkundige alhier. De voorzitter, de heer J. Roem, deelt vor- volgens het een en ander mede, naar aanlei ding der vergadering van voorzitters der afdee- liugen met do finantiOole commissie en den voorzitter en secretaris der Maatschappij, in het bijzonder de bespreking, gehouden door den heer Peters, uit 's Gravenhage. De con clusie dier vergadering is geweest, het gevoe len der afdeel in g&leden in de verschillende afdeehngen te vernemen over het volgende: De afdeelingsleden vervallen of liever ster ven uit, alle afdeelingsleden worden leden van de M3at9chapptj tegen eene jaarlykscbo con tributie van 12.50, waaronder de contributie van het lidmaatschap der afdeehng is begreper. Deze leden treden dan in alle rechten van de tegenwoordige gewone leden. De circulaires, waarop het antwoord der afdeelingsleden wordt verwacht, zullen worden rondgezonden en wor den uiterlijk lot 10 Maart a. a. bi) den secre taris terugverwacht. Over de bosluiten, in die vergadering ge nomen, ontstonden vele discussiën tusschen de heeren Mulder, Van Achterberg, Jesse en den voorzitter, als lid dor commissie. Over het al gemeen was men het een3, dat, wil do Maat schappij niet ten gronde gaan, zy hare weelde rige huishouding moet prijsgeven, en zooals de hoer Mulder terecht aanmerkte, het Maat schappelijk gebouw te Amsterdam van do hand doen of liever, zooals, destijds bet programma van de prijsvraag van dat gebouw luidde, „oen gebouw, dat geschikt moet zyn, om tot drie woonhuizen te worden vermaakt", (wel een bewijs, dat men toen reeds vermoedde dat het een gewaagde onderneming was) over te gaan o'm er drie woonhuizen van te maken en deze te verhuren of te verkoopen, wat zeker niet onvoordeelig zou zijn, daar dat gedeelte van de Marnixstraat zeer gezocht is en er nooit een huis leeg 6taat. Ook konden er twee huizon voor dat doel worden afgetrokken, om hot derde deel, bevattende ingang, trap, bibliotheek, bestuurskamer, enz., tot zetel dor Maatschappij ia to richten. Voor de algemeene vergadering éóns of hoogstens tweemaal per jaar kan voor- dööliger een lokaal worden gehuurd, zooals vroeger weid gedaan, toen voor veel minder contributie den leden meer boek- en plaat- worken werden gegeven, terwyi, nu de repro ductie goedkooper is, veel minder wordt ge geven en hooger contributie wordt geöischt. Nu biykt men zelfs goen geld te hebben om platen te laten reproduceeren. Deze toestand wordt alleen veroorzaakt door de weelderige huishouding, duur gobouw, bezoldigden socro taris, administrateur en portier, enz., enz., tegen vroeger enkel een oenvoudigen bewaarder. Den heer Roem werd opgedragen de ge voelens van do leden in dien geest in de vol gende vergadering ter tafel, of liover tor sprake, te brongen. Toor de vele discussiën over dit onderwerp oindigde de vergadering te elf uren. De inge komen rapporten op do vragen bleven dus on besproken, doch zullen worden opgezonden. G. v. D. dcmeealcraad van Haarlemmermeer. Voorzitter: de burgemeester. Tegenwoordig 15 leden. Afwezig de hoeren Timmermans en Evelein. De notulen der vorige vergadering worden goedgekeurd. lo. Aan de vergadering wordt medegedeeld de goedkeuring der gemeente bogrooling voor 1895; brief van Gedoputoerde Staten, de ont vangst berichtende der wyziging van het Reglement voor het Burgorlyt Armbestuur; de benoeming van den heer C. Bos tot tweeden voorzitter van gemeld armbestuur; en het proces verbaal van kasopneming. 2o. Wordt besloten tot het aangaan eener tydelyke geldleening ad f 10,000 tegen Zx/t pet. per jaar tor voorziening in tydelyke behoeften aan kasgelden. 3o. Wordt goedgekeurd de wyziging van enkele posten der begrooting van het Arm bestuur over 1894 en tot verhooging der subsidie. 4o. Ten behoeve van het Armbestuur wordt 400 verhooging der subsidie toegestaan en dus gebracht op f 10,440. 5o. Een ontwerp besluit tot af- en over- schryving van gemelde f 440 wordt goed gekeurd. 6o. Op hot adres van F. Folmer e. a. wordt besloten het schoolgeld voar het u. 1. onderwas te bepalen als volgtvoor een kind 50, voor hot tweedo f 35, voor hot derae f 25, indien ze tot éón gezin beliooren. 7o. De jaarwedde voor een onderwijzer aan de school No. 5 met hoofdakte en 23 jaar oud wordt vastgesteld op f 650. 8o. De zaak betroffende het bouwen eener nieuwe school by Halfweg werd aangehouden tot do volgende vergadering. 9o. Wordt besloten de jaarwedden der onder- wyzeressen aan de scholen Nos. 10 en 8 te verhoogen met ƒ50. lOo. Het bestek voor een te bouwen brand- spuithuis wordt aangehouden. llo. Op het verzoek van het hoofd van school No 5, om 7 hoornen te mogen rooien op het schoolterrein, wordt gunstig beschikt. 12o. Evenzoo op het verzoek van J. Koster o. a. om een dorpsweg te Nieuw-Vennep te begrinden. 13o. Op het daartoe gedaan verzoek wordt aan hot hoofd van school No. 5/50 toege staan voor het schoonhouden dier school. 14o Op het adres van den gemeente ont vanger ora 2 dagen per wcok minder kantoor te mogen houden, wordt afwijzend beschikt en besloten hem te herinneren dat onder goedkeuring van Burg. 6n Weths. iemand kan worden aangewezen om hem by afwezig heid to vervangen. 15o. Op het verzoek van mej. C. G. A. Van Vrybergho de Coningh, om eervol ont slag als onderwyzeres aan school No. 11, wordt gunstig beschikt, ingaande 1 Mei 1895. 16o. Op do vraag van den heer Biesheuvel hoever de commissie is gevorderd om ver betering te vorkrygen in de bezorging van brieven, antwoordt de Voorzitter dat deze zaak met den Postdirecteur zal worden be sproken. 17o. Op het verzoek van den heer Los, om, indien eene nieuwe vergunning wordt gevraagd voor de heffing van voorgold te Oude-Wetering, op mindering aan te dringen, antwoordt de Voorzitter dat het bestuur zulks ia gedachto zal houden. Gr e m eng- cl Nieuws. Men schryftonsuitOude-Wetering, dd. 1 Maart: Gisteren ondernam de heer W. D. Carsjens met zyne stoombooten het vernielingswerk, om de reeds lang gewenschte vaatt open te krygen en de communicatie met Leiden te herstellen. Het was eene moeilyke taak voor de booten, getuigen de 10 a 12 cM. dikke yss.hotsen, welke naar alle zyden een weg zochten, en toch won mon, al was het een halve of mindere bootslengte. By de Kaag komende, moest het stoomschip al zyne krachten inspannen en bleek het ys eene dikte te bezitten van 20 cM., wat ook voor de boot bezwyken moest; maar eindeiyk gaf deze bet op, en was 't ruim 30 cM. dikke ys ovorwinnaar op do stoomkracht. Men keerde met de boot tameiyk tevreden, doch niet voldaan, naar haar station terug. Heden, Vrydag morgen, hervatten twee booten onder directie van den eigenaar "VY. D. Carsjens het vernielingswerk. Het moet een prachtig gezicht zyn geweest, verhalen oog getuigen, om te aanschouwen hoe de stoom kracht en de 6terkte van het ys elkander weerstand boden. In den namiddag vernamen wy dat de stoomboot ovorwinnares is gebleven en de eer van de opening der vaart op Leiden toekomt aan de flinke, ondernemende wyze van optreden door den heer Carsjens. Het laatste bericht luidt dat de door ge noemden heer ondernomen opening der vaart op Amsterdam met groote krachtsinspanning tot Aalsmeer is gevorderd. Op het t e 1 e p h o o n k antoor to Sas- senheim werden gedurende de maand Januari 1895 behandeld 92 telegrammen, waarvan verzonden 45 en ontvangen 47. To N o o r d w y k e r h o u t doet zich oen geval van typhus en febris typhoiiea voor. Met den trein, die des middags te 1 u. 29 m. van Groningen naar Nieuwe Schans vertrekt, had gisteren een klein incident plaats. Wy waren nauwolyks vertrokken, scbryft een berichtgever, toon plotseling, onge veer ter hoogte van de Gideon, met alle kracht werd geremd. Uit alle raampjes staken tor- stond hoofden naar buiten, om te zien wat er was. En wat was er te doen? Een jongen van 19 jaren, slecht gekleed, lag dwars over de rails, waarover de trein ging. De machinist zag hem bytyds liggen en had het geluk nog te kunnen remmen. Ongeveer 5 meter vóór don man 6tond hy stil. Toen de onge lukkige den trein zag stilstaan, stond hy op en wilde vluchten, maar da machinist was hem te vlug, vatte hem en bracht hem in een goederenwagen. Te Hoogezand moest hy den trein verlaten. Hy was niet dronken, maar scheen eenigszins in zyn verstand ge krenkt. Met don volgenden trein is hy weer naar Groningen, waar hy thuisbohoort, ge transporteerd. Als oen bewys hoe slecht het gesteld is met onze vogels en hoe hongerig zy zyn, kan het volgende dienen. Gistermiddag werd op eenigen afstand van de Centrale Werkplaats te Zwolle een haas door eenige kraaien bespeurd; zy schoten uit de lucht op het dier neer en in een oogwenk waren er een dertigtal anderen by. In korten tyd was er van den armen langoor niets meer te be speuren. Eenige werklieden der werkplaats, die het geval gezien hadden, konden er met zoo spoedig by komen om den kraaien hun prooi te ontrukken. ZC.) Slot.) Heel zacht onderhandelden Hilda en Rudolph dan ook weer eenige oogenblikken in het portaal, totdat Hilda fluisterde: „Nu is het genoeg, Rudolph 1" Wat was nu weer genoeg? Het tuinhek deed zyne meesteres allo eer aan. Het knarste niet! De bank onder het ve.i-ur deed ook haren plicht en Hilda was in hare kamer, zonder dat iemand hare af wezigheid bemerkt had. Den volgenden morgen was Hilda als 't ware tmigekeerd. Reeds in de vroegte hoorden de ta .t-'s haar piano-spelen alleen études en de verschrikking van alle verschrikkingen toonladders en vingeroefeningen. Na de koffie, waarby zy beide tantes teeder begroet had, kv.am zy b|j Elizabeth en vroeg haar, haar eene passage uit Bulwers „Eugen Aram" te verklaren, ji, zy vond niet eens een woord van tegenspraak, toen tante Josóphine zeide: „Eugen Aram?" Dat is niets voor jonge iDoisjesl" Nadat Hilda byna twee uur Engelsch ge studeerd had, stond zy met een zucht van verlichting op; in plaats echter van in den tuin of naar de familie Schulze te gaan, kwam zy met eer. heel pak geïllustreerde bladen terug en begon daarin yveng te bladeren; eensklaps riep zy: „Nu kan ik het nummer, waarin die onzin staat, niet terugvinden!" „Wat voor onzin, lief kind?" vroeg tante Joséphine teeder. „Och, men achryft, dat men uit de lieve lingsgedichton van een mensch en uit zyne handteekening zyn karakter nauwkeurig kan bepalendat is weer eens eene nieuwe variatie der graphologio." „Daarvoor zyn de gedichten voldoende," meende tante Elisabeth. „Neen, de redactie zegt, dat dat eenzydig zoude wezenoerst beide te zamen geeft het juiste beeld. Maar ik geloof er niot aanl" zeide Hilda schijnbaar onverschillig; zy kende hare tante Joséphine. Deze viel dan ook direct door de mand. „Ik vind de zaak niet zoo onziDnigmen kan het immers beproeven! Wordt de geheele naam bekend gemaakt!" In plaats van zooals anders oppositie te voeren, zeide Hilda: „De naam blyft verborgen, zoo ver ik my herinner do redactie geeft alloen de aanvangletters en de woonplaatsin haar antwoord aan." „Ik houd het wel is waar ook voor onzin, maar er zou toch bet een of andor in het antwoord kunnen staan, wat ons tot nadenken opwekte over onszei ven en onze fouten," v«r- klaarde tante Elizabeth. „Maar de gedichten afschrijven, dat is vervelend!" „Dat moet ik doen," antwoordde Hilda, die vandaag engelachtig was. „Het har.d- scbrift moet een ander zyn dan dat der onderteekening; ik neem een groot vel papier, u zet uwe handteekeningen onderaan en geeft my de verzen op, die ik afschryven moet." Hilda ging naar binnen, haalde hot vel papier, de tantes zotten hare handteekening op de plaatsen, die Hilda aanwees, en Elizaboth vroog: „Eu jij, Hildi?" „Neen, Elizabeth," zeide tante Josóphine. „Dat is niets voor jonge meisjes!" „Weer goen tegenspraak van de zyde van Hilda. Wat was er toch mot hot kind gebeurd Het was werkeiyk vreemd. „Nu schryft u my de aanvangsstrophen der verzon op, maar ieder slechts zooveel als op do halve zyde gaat ik voltooi ze daD, schryf alles af en verzend het schryven; u hebt u om niot8 meer te bekommeren." Daarop nam zy het kostbare vel papier zorgvuldig tusschen twee vingers en bracht het weer in hois. „Het is toch oen goed kind, onze Hilda!" zeide tante Joséphino. „Waarscbyniyk heeft zij berouw over haar gedrag van gisteren ik zal den heer Knebler dezer dagen op do koffie inviteeren." „Dat zou ik in jouw plaats niet doen, Josó phine 1 ik breek my toch al het hoofd met wat Hilda eigoniyk in het 6child voert; daar steekt iets achter!" meende Elizabeth. „By de familie Schulze is zy vandaag ook nog niet goweest; dat beteekent iets!" ging Joséphine voort zich te verwonderen, „Maar daar gaat zy juist heen, laat dat orakelen dus!" antwoordde Elizabeth. Maar wat Hilda meegenomen had, dat ver- n o idde ook de wyze Elizabeth niet evenmin, üai juist op dit oogenbiik Rudolph reeds het bewuste vel papier voor zich had en daarop met groote letters schreef: „Volmacht. Wy, ondergoteokenden, Josóphine Selbold en Elizabeth Selbold, geven don justitieraad Koch, alhier, opdracht, ons tegoed by de bankiers August Hórstor Comp. op te vragen en het tot oen rond bedrag in duizenden by de filiaal van do Midden-Duitscho Credietbank alhier te deponeoren, het overschietende te onzor beschikking te stellen, en de afrekening van de heeren August Hörster Sc Comp. in ontvangst te nemen en na te zien." De omslachtige styi dezer volmacht was noodzakelyk, doordien geen der beide samen zweerders wist, hoe groot hot kapitaal was. August Hörster Comp. waren natuuriyk zeer verwonderd on diep gekrenkt over dit bewys van wantrouwen; daar zy zich echter nog boven water dachten te houden en zich tegenover den justitieraad Koch niet bloot wilden geven, betaalden zij de geheele, zeer aanzienlyke som direct uit. Den brief, waarin de heer Koch zyn last- geefsters kennis gaf van de uitvoering harer opdracht, behield Hilda, die den bode opge vangen bad, voorloopig voor zich. Van dien dag af echter behandelde zy bare tantes eenigszins uit de hoogte. Weinige dagen later kwam tante Joséphine verontwaardigd uit de kerk. „Het is onge- looflyk, hoe trotsch de menschen worden! Zooeven ontmoet ik den bankier neen den Kommerzienrath Hörster, toen wy beiden uit de kerk kwamen. De man staart my aan en denkt waarscbyniyk, dat ik hem eerst groeten moet, omdat hy gisteren Kommorzionrath geworden ia 1" Nu was de gelegenheid voor Hilda gekomen, to meer, daar Rudolph haar nog stelliger mededoelingen, afkomstig van zyn agent te Beriyn, gedaan had. „Ja, tante, hy is waarschynlyk beloodigd, omdat u uwe gelden opgenomen hebt." „Wy onze gelden? Je praat wat!" „U hebt toch den heer Koch daartoe de opdracht gegeven; Rudolph Schulze hoeft haar zelf bezorgd." „ünmogelyk! Dan heeft iemand onze hand teekening nagemaakt!" „Nu, dat moet dan oen zeer goede vriend geweest zyn, want voor het einde dezer maand ia de Kommerzienrath bankroet!" „Hilda, daar zit jy en Schulze achterliep Elizabeth; „maar onze handteekeningen?" „Die hebt u my zeiven gegeven 1" „Dus wat je verteld hebt van het giïi luatreorde tydschrift was eene onbeschaamde leugon, je je hier smoorde de woede tante Josóphines stem. „Ja, omdat u toch niet naar my hadt willen luisteren. Uwe handteekeningen had ik de volmacht heeft Rudolph Schulze geschreven, en uw geld is veilig geborgen by do Midden- Duit8ch© Credietbank." „Waar ik het onmiddellyk zal opvragen, om het weer te deponeeren by de achtens waardige firma, wier hoofd gisteren pas eene zoo hooge onderscheiding ontving 1" „Dat kan niet best," lachte Hilda; „dat hebben wy voorzien, Rudolph Schulze en ik.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 9