waren geleid. De school heeft alleen schade aan het dak, terwyi aan de achterzyde een aantal ruiten zyn verbrijzeld. Wat nu de pakhuizen zelf betreft, in per ceel 47 aan de zijde van de Reguliersgracht bevonden zich gelykstraats de Caves Alge- rienne8 van de firma F. F. C. Fischer, daar boven een magazijn van bakkerswaren van de firma J. Th. Cohen Van Straaten, daarboven eene lijstenmakerij en eindelijk nog hooger de boek-, courant-, en handelsdrukkerij van den heer W. H. Van Kelckhoven. Het aangren zende perceel 49 heeft gelijkstraats eene bergplaats van bleekersartikelen, verfwaren, chemicaliën e. d. van de firma R. L. Schaap firma Van Beets Co.; daarboven bevindt zich de cartonnagefabriek van de firma F. Schwendermann en eindelijk is perceel 51 gelijkstraats ingericht als „Café Sarphati van den heer Verbeek, daarboven de sigaren fabriek der firma E. D. Van Wely Co., dan weder eene étage in gebruik door de genoemde cartonnagefabriek en daarboven eene timmermansbergplaats van de firma De Boer. Het is waarschijnlijk dat de brand is ont staan in het magazijn van de firma Cohen Van Straaten in perceel 47, doch hoe, is nog onbekend. De heer Kelckhoven, die de eenige is, die in perceel 47 boven woont, vertelde dat daar nog laat in den avond personeel bezig is ge weest, en ook de brandweer was van meening, dat daar de brand is aangekomen. Genoemde heer werd vannacht wakker en kreeg toen „zoo'n raren smaak in zijne keel". Later weder ontwakende, bevond hy zich als in een waas van rook en brandlucht, waarom hij zich ijlings de straat op spoedde en de politie ging waarschuwen. Hy kon zich dus nog intijds uit het gevaar redden. Naar men verneemt, waren de pakhuizen door de wed. Van der Mark bij den heer Roland Holst op Beurspolis verzekerd. Van de huurders van de perceelen waren velen niet verzekerd; dit vindt zijn reden daarin, dat de assurantie maatschappijen wegens de hoeveelheid brandbare stoffen in de perceelen opgestapeld, slechts tegen hooge premiën verzekerden. De firma Van Beets Co., die juist een grooten voorraad goederen had aan gekregen, is verzekerd; de heer Verbeek niet, evenmin de heer Kelckhoven, die juist vier maanden te voren zijn assurantie had op gezegd. De pakhuizen zyn, wat de bovenverdiepin gen betreft, geheel uitgebrand; de magazijnen gelijkstraats hebben echter zulke duchtige waterschade, dat er met den voorraad niets meer te doen is. De meubelen uit het café des heeren Verbeek werden tijdelijk opgeslagen in den stal van de stalhouderij des heeren G. Van Zadelhof?. Achter die stallen is eene groote hoeveelheid hooi opgeborgen, welke voor de zekerheid door de brandweer werd bewaakt. Te halfnegen kon men zeggen dat de brand weer het vuur geheel meester was, doch de spuiten bleven nog een geruimen tijd water geven. (A. E.) BUITENLAND. Frankrijk. De Fransche Kamerzitting van gisteren werd geleid door den vice-president De Mahy. Aan de orde was een voorstel van den afgevaardigde Broussier om de behandeling van de begrooting uit te stellen. Dit voorstel werd verworpen met 434 tegen 54 stemmen. Daarna hield de socialist Rouanet eene inter pellatie over de benoemingen van de ridders van het Legioen van Eer. Hy betoogde, dat de regeering te mild is met het uitdeelen dezer ridderorde en verlangde een strenger reglement te dezen opzichte. Dit voorstel, door den minister van justitie bestreden, werd verworpen met 239 tegen 234 stemmen. Daarentegen werd met 237 tegen 110 stem men eene motie aangenomen, waarbij het vertrouwen were uitgesproken, dat ds regee ring de bestaande reglementen strikt zal handhaven. Ten slotte was de verkiezing van een president aan de orde in plaats van wyien den heer Burdeau. De candidaat der radicalen, de heer Henri Brisson, verkreeg 249 van de 493 stemmen en de heer Móline, de candidaat der gematigd liberalen, 213 stemmen. Derhalve zai nu de heer Brisson, die reeds herhaaldelijk tevergeefs candidaat werd gesteld, als voor zitter der Kamer optreden. Beiden hadden reeds vroeger het voorzitter schap bekleedt, en thans stonden hunno kan sen vrij wal gelfjk. Móline is echter door zyne Weinig imposante persoonlijkheid en zijne zwakke stem minder geschikt om de dikwijls zoo woelige vergadering te leiden, dan de strenge Brisson, die zich indertijd een flink president heeft betoond. Waarschijnlijk is dit de reden dat Móline, hoewel als leider der protectionisten veel aanhangers tellende, in de minderheid is gebleven. Een telegram uit Parijs meldt dat het bericht van de „Figaro" dat lord Duffenn, de Britsche gezant te Parijs, zijn post zou neder- leggen, van allen grond ontbloot is. Italië. De verdading der Kamer van Italië heeft algemeen verrast en vele bladen zien daarin den voorbode eener ontbinding. De vércenigde oppoaitioneele partijen hadden dadelijk een aanval op het ministerie Crispi begonnen er. zijn natuurlijk over de verdaging verbitterd. Op eene vergadering van 150 afge vaardigden der rechterzijde en der radicale linkerzijde, waar ook Rudini, Zanardelli, Brin en Cavallotti tegenwoordig waren, werd eene verklaring behandeld van den volgenden inhoud: De Kamer vindt de aangevoerde gronden voor de verdaging onvoldoende en ongerechtvaardigd. Zy betreurt de vertraging eener behoorlijke opheldering over de eer en do waardigheid van den minister-president. Rudini betoogde dat het de plicht was der volksvertegenwoordigers, tegenover de houding der regeering, het aanzien en de waardigheid der Kamer te beschermen an do duur gekochte vrijheid te handhaven. De afgevaardigden moesten dadeljjk over het gebeurde hunne kiezers inlichten. De houding der regeering tegenover de Kroon en de Kamer was onge past; hst verwijt dat de Kamer door een oproerigen geest was bezield, was beleedigend. Imbriani verklaarde: In despotische staten mochten de regeerders zich met schande be dekken, in vrije landen moeten do ministers reine handen hebben en achting genieten, het geen tegenwoordig niet het geval is. De aan geklaagde wil zjjne heerschappij het land op dwingen door de vrjjheid te vertrappen. Cavallotti sloot eene lange rede met deze woordenWanneer men ook bij de geweldigste politieke aanvallen op den ministerzetel kan blijven, mag men het geen minuut doen, wanneer de eer in twjjfel wordt getrokken. Zanardelli zeide: Ik stel alle mijn krachten ter be8chikbing van hen, die door de belee- diging, der openbare meening en het parle ment door de verdaging aangedaan, zyn ge griefd; Aan Rudini, Zanardelli, Brin en Cavallotti werd opgedragen, gedurende de verdaging de belangen van het parlement te behartigen. Volgens een der te Beriyn verschijnende bladen bevindt de heer Giolitti, die het raad zaam heeft geacht na de openbaarmaking der stukken betreffende de bank-quaestie Italië te verlaten, zich nu te Berlijn. Aldaar woont eene dochter van Giolitti, die gehuwd is met den ingenieur Chiarariglia. Wellicht is daar door het gerucht ontstaan, dat Giolitti zich naar Beriyn heeft begeven. Tot dusver is echter dit bericht nog niet bevestigd. Overeenkomstig het besluit, door de leden der oppositie partijen genomen in de verga dering, welke zij Zondag j.l. hielden, heeft de markies Di Rudini, de leider der rechter zijde, een schrijven openbaar gemaakt, waarin hij protest aanteekent tegen het besluit des konings om de zittingen der Kamer voorloopig te schorsen. Het beweren van den beer Crispi, dat de Kamer heult met de tegenstanders der staatsinstellingen, wordt door den heer Di Rudini ten stelligste tegengesproken. „Immers zegt hij de voorstellen dor regeering betreffende den staat van beleg en het wetsontwerp tot bestrijding van de anarchistische beweging, werden door de Kamer goedgekeurd. Er bestaat derhalve geene gegronde reden voor het beweren, dat de Kamer de regeering tegenwerkt." De heer Di Rudini geeft de schuld aan den heer Crispi, die zich, volgens zijn beweren, niet volkomen correct heeft gedragen. Wan neer de koning zijne toestemming geeft tot ontbinding der Kamer, zal de heer Crispi wellicht weer de meerderheid verkrijgen, „maar zegt Di Rudini er zijn ook quaesties van moreelen aard, die niet door besluiten der meerderheid kunnen worden beslist." De heer Di Rudini eindigt zyn schrijven met den wensch, dat de Kamer zittingen, welke door het willekeurig besluit van den heer Crispi zoo plotseling zijn afgetreden, spoedig hervat zullen worden, opdat althans bet land niet de nadeelen van dezen twist ondervinde. Tot dusver heeft koning Humbert nog geen beslissing genomen. De toestand van het ministerie-Crispi is echter na de openbaar making van de stukken van den heer Gio litti zoo hacheiyk geworden, dat den koning wel geene andere keus zal overbiy ven, dan of den heer Cri6pi te laten gaan óf de Kamer te ontbinden. Alle Italiaansche bladen blijven, ook nadat de volledige inhoud van Giolitti's stukken bekend is gemaakt, by hun oordeel, dat Crispin voorganger in deze zaak geene fraaie rol heeft gespeeld. De tegenstanders van den heer Crispi zijn voornemens te Rome manifestaties te orga- niseeren als protest tegen de houding van den minister-president by de jongste bank schandalen. Op last van den minister van binnenlandsche zaken zijn alle dergelijke betoogingen verboden en is der politie opge dragen met kracht daartegen op te treden. Te Rome is reeds eene groote troepenmacht aangekomen ter versterking van het garnizoen. De stad is overigens rustig. Talrijke afgevaar digden zijn vertrokken. TWEEDE HAMER. Zitting van hedenPer telegraaf.) Togen Vrijdagochtend a. 8. stelde de Kamer nog verschillende ter afdoening aanhangige wetsontwerpen aan de orde. De Surinaamsche begrooting zal behandeld worden by hoofdstuk Koloniën. De heer De Beaufort (Amsterdam) opperde het denkbeeld het West Indisch budget uit te 6tellen tot het begin van Januari en gelyktydig te behandelen met de wetsont werpen betreffende Opsterland en Weststel lingswerf, maar handhaafde 't niet verder nadat de voorzitter had te kennen gegeven dat ds Kamer zeker niet in de eerste helft van Januari zal byeenkomen en 't beter te 7inden dit jaar nog de gewone wyze van behandeling te volgen. Daarna werd de be raadslaging over de Oorlogsbegrooting hervat. De heer Viruly Verbrugge adviseerde tot matiging in de uitgaven voor den vestingbouw en ontwikkelde opnieuw zyn bezwaren tegen instandhouding van een groot veldleger, dat mot noodig is tot verdediging van onze overi gens niet bedreigde onafhankeiykheid en onze neutraliteit, te meer daar het stelsel van arbitrage de kans op oorlog aanmerkeiyk ver mindert. Spr. streed ook weer voor legerorganisatie by de wet, 6teeds het shibboleth der liberale party, een beginsel thans tot zyn leedwezen door geestverwanten losgelaten. De heer Travaglino waarschuwde den mi nister tegen onvoorzichtige verklaringen omtrent het gevaariyke twistpunt van den persoonlyken dienstplicht dat thans wel aan de orde is en verdrongen wordt door den wensch voor een bevredigende kiesrecht regeling. Hjj is tevreden met 's ministers uiteenzetting van beginselen in de stukken. Overigens waardeerde hy 's ministers streven naar bezuinigiog. De heer Van Vlijmen betoogde met een beroep op de 'gunstige beoordeelingcn van ons Indisch leger vooral door buitei landers, dat er geen reden voor mismoedigheid over onze doode en levende strydkrachten, al is er nog veel dat verbetering behoeft. Hy ver zocht intusschen met aandrang by het wagen van militair© uitgaven der zorgvollen finan- tieelen toestand in aanmerking te nemen en op verlaging van het eindtyfer bedacht te zyn. Stabiliteit in defensiezaken ware zeer gewenscht. Hy betreurt de verandering en de instelling van het reservekader. De heer De Beaufort hield vol dat leger organisatie by de wet het contröle-recht der Kamer zal beperken en de oorlogs-uitgaven doen stygen en ontwikkelde nader zyne ziens- wyze omtrent de doode en levende weer middelen. De heer Staalman, zich vry verklarende van anti-militarisme, kan den strengen eisch der nieuwe geweren niet inwilligen zoolang geen zekerheid bestaat van een voldoende geoefendheid van het leger In het schieten. Hy staafde zyn oordeel over de ongeoefend heid uit zyne ervaring als milicien, thans gepasporteerd. Met den heer Gerritsen is overeengekomen dat zyn motie betreffende dè loonregelmg niet by de waterstaatsbegrooting, doch later zal behandeld worden. Overigens hield hy vol dat het zedeiyk gehalte m het leger bedreigd wordt door het gedrag van meerderen, dat het zedeiyk behoud aer miliciens bedreigt. Tot bevordering der zedelijkheid in het leger drong hy vooral aan op verbod van jeneververkoop in do cantines on op afschaffing der plaatsvervanging. Tevens klaagde hy over het ellendig verbiyf van de miliciens in de strafkamers en verzocht hy verbetering van deze, voo: ons land schande- lyke toestanden. De heer Kerdijk vroeg naar aanleiding van het gebeurde met een sergeant en luitenant te Zutfen of het waar was dat het gedrag van den officier door den advocaat-fiscaal is afgekeurd en of do luitenant met den sergeant een medeminnaar was van het meisje. Wat heeft de minister tegenover dien officier gedaan? De minister van oorlog verklaart bovenal soldaat te willen zyn, geen diplomaat, ofschoon hy dien titel als een eeretitel aannam. Omtrent den persoonlyken dienstplicht kan slechts een oordeel geveld worden, als het ontwerp op den verplichten krygsdienst zal zyn ingediend. By den minister staat de zorg voor het mobiele leger vooraan en daarnaast de zorg voor de doode weermiddelen. Met den minister van marine zal hy over leggen in hoever herziening der vestingwet ter hand kan worden genomen. Hy zal daarby streven naar bezuiniging. De wyzigingen, in het reservekader gebracht, berusten op eene vaste overtuiging en op de adviezien der inspec teurs van infanterie en artillerie. De schildering van den heer Staalman over de zedeloosheid en het zedebederf acht de minister in algemeenen zin zeer overdreven. De geschiedenis van de officieren in Den Helder komt neer op eenvoudig schertsen met eene winkeldame zonder te weten dat deze in byzonderen toestand verkeerde en op het terugbrengen der sigaren toen men ver nam, waar men gekocht had. De voeding van den soldaat is goed, de drankverkoop in de cantine is beter dan het gebruik van slechte jenever buiten de kazerne. Op de vraag van den heer Kerdyx naar do geschiedenis van den Deventer officier ver klaart de minister dat als uit het rapport van het hoog militair gerechtshof biykt dat de feiten zyo, zooals do dagbladen ze vermeldden, hy handelend zal optreden. Het algemeen debat is gesloten. Telegrammou. SOFIA, 18 December. Vorst Ferdinand heeft den voorzitter der Sobranje, Theodoroff, ten paleize ontboden, ten einde hem de samen stelling van een ministerie op te dragen. Tevens werden eenige leden der Sobranje tot hetzelfde doel door den vorst ontboden. WEEN EN, 18 December. Heden werd ten hove een diner gegeven ter eere van den naamdag van Czaar Nicolaas. Keizer Frans Jozef stelde toen een dronk in op de gezond heid deB Czaren. LONDEN, 19 December. Uit Shanghai wordt aan de „Times" goraeld, dat eene keizer- ïyke proclamatie van den 17den Li-Hung- Chang beveelt den civielen gouverneur, den taotat Keing en vier generaals, die te Port Arthur het bevel voerden, onmiddeliyk in hechtenis te nemen en naar Peking te zenden, om ge straft te worden wegens het verlies der ves ting. Da admiraal Ting is gevangengenomen, omdat hy het marine-établissement niet ver dedigd heeft. Burgerlijke Stand van Leiden. ▼an 18 tot en mot 19 Dec. BEVALLEN: G. Kling geb. Kuiper Z. J. M. Bongenaar geb. Klawer Z E. v d. Heydegeb Onderwater D. J. &j ar dijn geb. v. d. Linden D. G. Schilt geb. Roosendal Z. V. Braun geb Sjpeyer Z. A. Schalks geb. Plaizier D. A. J. Benschop geb. v. Deventer D. 0. Neote- boom geb. StalTelou D. M W. Bonte geb. Janssen Z. P. J. S Tbijssen geb. Smolders Z. G. De Wit geb. Ramak Z. M. A. Mus9ertgeb. v. d Putten 1). H Goddijn geb. v. Wouw D. J. A Leune geb. Laaken D. P. Kleyn geb. Horstman Z. S. Kriek geb. Hanselaar 1) J. Ouwerkerk geb. Limvers Z. C. Wallaart geb. Spaa D. S. M. Brinkman geb. v. Tongeren Z A. W. Hotz geb Beijer Z W. Teleng geb Favier Z. J. Mattaar geb. Bolstier Z. A. I. H. Leune geb. v. Hartevelt D. G v. d Wijngard geb. Laverman D. M. Slevser gob. Koppier D. E. Tisseur geb. v. d Wijngaard D. L. Delmeer geb. Filemon D. F. Dubbelaar geb Honsbeek Z. A. M. v d. Berg geb. Gol- denbeig Z W. Rotteveel geb. Vermeulen Z. GEHUWDW. Van den Berg jm en E. Micremet jd. W. Duk w. en C. Otger jd. A. Van de Wotèring jm. en J. Kramer. OVERLEDEN: M E. M. Kriek geb. Wagemans V. 51 j. M. J. Van der Gaag D. 74 j. G. Scbrieter W. 71 j. P. J Van Genen Z. 6m. L. Visser geb. Boesveld V. 72 j. M. C. Van Leeuwen geb. Ivruijk W. 70 j. W. P. Van Zwieten M. 75 j. M. W. Bekooij D. 15 m. T. J. F. Gooasens Z. 9 j. D. A. Flendrika W. 84 j. M, Ouwerkerk geb. Jaussen V. 77 j; E. Krist I» 7 w, W. J. Van Vloodorp Z. 4 i. P. W. De la Court Z 18 j. J. C. Van der Hoek geb Kenssen V. 57 j. Gemengd Nieuws. Op het zuideinde van het dorp Woubruggo ontstond Maandagavond,omstreeks zes uren, een begin van brand in de brood- bakkery van den heer T. Van Leeuwen. De oorzaak is geweest: het te hoog branden van eene petroleumlamp. De aangebrachte schade aan gereedschappen was gering. Onmiddeliyk slaagde men er in, het vuur in zyn voortgang te stuiten. Overeenkomstig de Dinsdag- avond in het Palei6 voor Volksvlyt gemaakte afspraak, kwam gistermorgen op het Jonas Daniël Meyerplein te Amsterdam eene groote menigte diamantbewerkers byeen. Te acht uren, het tydstip voor de samen komst bepaald, was er nog maar een klein getal aanwezig, doch langzamerhand nam hun aantal toe. Uit de Weesperstraat kwamen die van de fabrieken uit de wyk aan de Utrechtsche zyde, uit de Rapenburgorstraat en langs de Nieuwe Heerengracht die van de eilanden on uit de buurt buiten do Muider- poort opdagen, weer van andere zyden naderden die uit het westen der stad. Zoo leverde elk stadsgedeelte zyn contingent, tot het getal der diamantslypers tot een paar duizend was aangegroeid. Nu trok de troep met een paar leden van het Centraal Comité aan het hoofd naar de fabriek van Van Moppes in de Plantage en vervolgens naar andere fabrieken. Na eerst dus naar eenige fabrieken te zyn getrokken, waar evenwel geene aanleiding be stond om de werklieden tot. staken over te halen o. a. had de heer Roeper, directeur van de fabriek „Boas" in de Uilenburger- straat aan het comité toezegging gedaan, dat hy voor de firma Konyn niet langer zou laten werken, zoolang deze bleef onder het minimum-loontarief kwam de troep aan de fabriek van den heer Beffie in de Ververstraat. Onderwyi eenige leden van het comité zich naar binnen begaven, verscheen uit de Staal- straat een detachement politie, sterk 20 man, onder bevel van een inspecteur. Eensklaps werden op bevel slokken en sabels getrokken en werd de menigte op onzachte wyze uiteengedreven, waarvan het gevolg was dat zes personen gewond werden, onder wie één vry ernstig door een sabelhouw op het achterhoofd, welke eene diepe hoofdwonde veroorzaakte. De menigte vluchtte naar alle kantende verontwaardiging onder de menigte was algemeen. By apothekers en drogisten in de buurt der Ververstraat werden de gewonden binnen gebracht. De menigte, blykbaar er niet op gesteld het lot van dit zestal te ondergaan, achtte toen het oogenblik gekomen om de straat wandeling als geëindigd to beschouwen. Na afloop eener vergadering in den Park schouwburg hebben eenige leden van het comité, de heeren Herman Kuypor, Henri Polak, Jos. Loopuit en Ros, een onderhoud gehad met den burgemeester. De heer Vening Meinesz deelde den comité leden mede, dat volgens het ingekomen politie rapport, de politie eerst gesommeerd heeft; de comité-leden ontkenden dit. De burge meester beloofde dat een onderzoek zal wor den ingesteld. De volgende motie is op de vergadering in den Parkschouwburg door het comité voor gesteld aan den gemeenteraad te zenden: „Do verg. van diamantbewerkers vestigt de aandacht van den gemeenteraad op het on gemotiveerde gewelddadige optreden der politie in de Ververstraat vóór de fabriek der firma Beffie, dringt aan op een gestreng onderzoek dier zaak en eischt dat de Raad, uit de bur- gery gekozen, zyn plicht zal betrachten, waar diezelfde burgers door de door hen betaalde politie-mannen op de schandeiykste wyze mis handeld worden." (Gejuich). Een der aanwezigen stelde voor, in de motie ook aan te dringen op het ontslag van den heer Tjassens Keizer, inspecteur van politie (Luide toejuichingen). Alzoo werd be sloten. De voorzitter stelde nu voor het werk morgen te hervatton, daar de meeste patroons hebben toegegeven. Omtrent d e n b r a n d t e W o 1 v e g a meldt men nader: Te halfvier brak Maandag-ochtend de brand uit en het vuur was dadeiyk zoo hevig, dat aan redding niet te denken viel. Het pand, toebehoorende aan N. Schaafsma, was verze kerd en werd bewoond door M. De Vries wiens inboedel niet geassureerd was en K Huisman, die met zyn huisraad en koop mansgoederen wel verzekerd was. Ook ver brandde eene groote hoeveelheid maïs, gerst, lynzaad enz., toebehoorendo aan Schaafsma en verzekerd. Drie rytuigen van den stalhouder Westerhof, die in het verbrande pand gebor gen waren, verbrandden mede. Ook deze waren verzekerd De oorzaak van het ongeval is onbekend De beer Jutting, te Koudehoek, dis in de laatste jaren 17 paarden verkocht aan de remonte-commissie, verkocht dezer dagen aan Geldersche kooplieden drie twenters (twoejarigo paarden) voor f 1600. De meid van den haer Rosker te Langezwaag (Fr.) zou een brief in den post wagen werpen, welke zich in den tramtrein bevond. Zy gleed uit en geraakte met de beenen onder het voortrollende rytuig. Vooral het eene been werd ernstig gekwetst. Dadelyk werd de gekwetste naar Heerenveen overgebracht, waar dr. Rinkes de wonden onderzocht. Deze genees heer oordeelde dadelyk afzetten niet noodig; er bestaat kans, dat het been behouden kan biyven. De arbeider E. Byi, te Wolvega, verliet Maandag-morgen gezond en wel zyne woning, om naar zyn werk te gaan. Op straat gekomen, zakte hy in elkaar en was een lyk. Te Dresden hadden vyf jonge Italiaansche handelaars in gipsbeeldjes in hun gemeenschappelyk slaapvertrek een kolen vuur aangelegd. Twee van hen zyn dienten gevolge gestikt; de overigen werden, den dood naby, naar het ziekenhuis vervoerd. De sneeuwstorm, die in den nacht van 2 op 3 November in 't Russische gouver nement Orel woedde, heeft ('t is nu eerst met zekerheid bekend) 100 menschen het leven gekost. Te Parys heeft het huweiyk plaats gehad van den anarchist Ortiz, die voor 20 jaren naar Nieuw Caledonié gaat, met zekere juffr. Cazal, die hem over een jaar derwaarts volgen zal. Onder geleide van 20 politie-agenten werd Ortiz overgebracht naar het stadhuis van het elfde arrondissement, waar het huweiyk vol trokken werd. Gedurende die plechtigheid kon de gevangene de handboeien afleggen. Het hu Wely k werd daarna korkeiyk voltrokken in de kerk Sainte Marguerite. De beambten rStaatsbiblio- theek te Paiys loopen sinds eenige dagen met eene soort van unuloand. Zy ondervonden nameiyk zeer nadeeliggevolgen van bacillen, welke hun met h.t boekenstof in den neus vlogen, en zy hebben nu, op raad van het Institut-lid Ddlisle, eon pare microbeeen microbewerend toestelletje, voor den neus gebonden, dat wel niet mooi staat, maar zeer goed helpt. De prys van 500,000 fr. in doPanama- lotery is getrokken door een 25-jarig bak kersgezel te Parys, Ernest Chambaslin. Op raad van zyn patroon had hy voor zyne spaar penningen onlangs twaalf Panama-obligatiën gekocht. Hy vernam de gelukkige tyding uit eene trekking8iyst, terwyl hy met zyn patroon naar den begrafenisstoet van president Burdeau stond te kyken. LËIBiüIV, 19 December. Aan den gemeenteraad leggen B en Ws. ter vaststelling over het tweede suppletoii kohier der plaatselyke directe belasting voor den dienst van 1894, met een getal van 19c aanslagen en eene opbrengst van f 1650.79. Voor het examen Midd. Ond. Boekhou den K xii en Q is beden geslaagd mej. Joh. A. Steynis, van Leiden. Het aantal vereenigingen en veroeni gingetjes te Leiden wordt nog maar aldoor grooter. Zoo vernamen we nu weer dat er eene nieuwe vereeniging voor tuinbouw alhier zal worden opgericht, 't Schynt dat de man nen van het vak zich niet meer algemeen kunnen vereonigen met de afdeeling Leiden en Omstreken der Nederlandsche Maatschappy voor Tuinbouw en Plantkunde, tot heden eene nuttig werkende en bloeiende afdeeling. 't Nieuwe trekt altyd, dus zal de op te richten vereoniging ook wel weer leden krygen maar 't is de vraag of dat geene aanleiding tot verbrokkeling, versnippering en verzwak king zal geven. Narr het „Hbl." verneemt, hebben de heeren Tydens en Schepel, leden der Twoece Kamer, zich voor het heffen van invoerrechten verklaard. In plaats van mejuffrouw De Bruyn Kops, onderwyzeres aan de openbare lagee school in de Heerenstraat te Zoeterwou e, die negen maanden verlof gevraagd en ver kregen heeft, is gedurende dien tyd door den Raad benoem J mejuffrouw Dobbe, te Leiden. Bedankt is voor het beroep naar de Ned.-Herv. gem. te Ouderkerk aan den IJsel door ds. J. W. H. Kalkman, te Alfen, ep te Utrecht door dr. Van Nes, te Rotterdam. Academie nieuws. Leiden: De heer Mr. Theodoor "Willem Juynboll, geboren te Delft, is beden alhier bevorderd tot doct>r in de Semitische letter kunde, na verdediging van een academisch proefschrift, getiteldOver het historische verband tusschen de M 'hammedaanschebruids- gavo en het recitskarakter van het Oud- Arabische huweiyk."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 3