is voornemens zyn verloftyd door te brengen
in Silezi© op het landgoed van graaf Schwerin,
den militairen attaché by het Duitsche ge
zantschap te 's-Gravenhage.
Het stoomschip „Prins van Oranje", van
Batavia naar Amsterdam, vertrok 81 Oct. van
Port Said; de „Ardjoeno", van Rotterdam naar
Batavia, vertrok 31 Oct. van Southampton;
de „Spaarndam" arriveerde 1 Nov. van Nieuw-
York te Rotterdam; de „Veendam" vertrok
81 Oct. van Rotterdam naar Nieuw-York; de
„Prinses Marie" vertrok 81 Oct. van Batavia
naar Amsterdam; de „Voorwaarts" vertrok
1 Nov. van Batavia naar Amsterdam.
By koninkiyk besluit is de kapitein J.
J. L. Bruinier, van het 4de reg. inf., op zyne
aanvrage, op pensioen gesteld en het bedrag
van het pensioen bepaald op f 1560 's jaars.
Benoemd by het wapen der inf., tot lsten
luit. de tweede luit. G. A. Leers, van het
wapen, gedetacheerd by het leger in Ned.-Indië;
by het 4de reg. tot kapt., de eerste luit. A.
Dozy, van het 5de reg.; en tot eersten luit.,
do tweede lult. J. G. Leverland, van het 1ste
reg.; by het 5de reg., tot eersten luit., de
tweede luit. J. M. C. Haak, van het corps.
Met ingang van 1 Nov. a. s., aan den off.
van gez. 2de kl. dr. D. Snoeck Henkemans,
van het personeel van den geneesk. dienst
der landmacht, op zyn verzoek, een eervol
ontslag uit den militairen dienst verleend, en
benoemd tot reserve-officier van gez. 2de kl.
by de landmacht.
De tweede luit. E. J. L. J. Jans, van het
7de reg. inf., op non activiteit gesteld.
ltoa<ibecroo(lD| voor l§Of.
Algemeent beschouwingen. (Vervolg).
Algemeen werd erkend dat het optreden
van het nieuwe kabinet in overeenstemming
is met de constitutioneels beginselen, in zoo
verre het zyn grondslag vindt in den uitslag
der verkiezingen. Do voorstandors van het
ontwerp-Tak verklaarden zich bereid de voor
stellen van deze regeering omtrent het kies
recht met onbevangenheid en naar hunne
inneriyke verdienste te beoordeelen. Sommigen
lieten het oordeel en de verantwoordelijkheid
voor de samenstelling van het ministerie ge
heel over aan de meerderheid, waaruit het
voortkwam. Anderen opperden verschillende
bedenkingen tegen do samenstelling: byv. dat
de verschillendo politieke richtingen, welker
samenwerking den uitslag der verkiezingen
had beheerscht, niet allen in het kabinet zyn
vertegenwoordigd, dat de min. Röell niet het
dep. van binnenl. zaken op zich had genomen,
dat minister Van Houten zitting had genomen
in een kabinet, dat begint met voorstellen
over verhooging der lasten voor Oorlog en
Marino zonder voorafgaande betere regeling
der levende strydkrachten, in een kabinet, dat
in het algemeen eeno meer behoudende poli
tieke richting is toegedaan dan hyzelf. Het
kabinet had dan ook niet in de Troonredo
opgenomen de hervormingen, door dezen minis
ter vroeger bepleit. Ook bevreemdde het, dat
deze minister van financiën was gekozen ter
verzekering van de goede werking van belas
tingwetten zyns voorgangers, die hy zoo heftig
bestreden en bespot had.
Anderzyds wees men er op, dat de heer
Sprenger van Eyk eene speciale studie had
gemaakt van de gemeente-financidn, die dozo
Reg. wonschte te regelen, en dat de minister
v. Houten door zyne yverige deelneming aan
den stryd over de kieswet-Tak de aangewezen
man was om eene andere regeling te ont
werpen. Reeds in 1884 had deze minister
voorgestaan toekenning van kiesrecht aan alle
meerderjarige Nederlanders, die op de loopendo
kohieren der personeele belasting zyn aan
geslagen.
Eenigen zyner modestanders op het gebied
van het kiesrecht voegden hieraan evenwel
toe, dat zy van hen geene andere hervormingen
verwachten en mocht hy die voorstellen, daar
mee waarschynlyk niet zouden medegaan,
aangezien zyne antecedenten ten aanzien van
verschillende groote politieke vraagstukken
by hen geene instemming vinden. Dat die
Minister zitting nam in een kabinet, dat voor
stellen deed tot bouw van nieuwe schepen
en het aanschaffen van nieuwe geweren, kon
overigens geene reden zyn tot bevreemding,
daar afkeuring van plannen tot bouw van
pantserschepen geene afkeuring insluit van alle
maatregelen in het belang van het defensie-
materiöel en het nog geeno verzaking van be-
ginsolen is, wanneer de heer Van Houten van
dadeiyko toepassing van de door hem gehul
digde meening afzag.
Omtrent het werkplan der Regeering werd
uitvoerig van gedachten gewisseld. Er werd
gewezen op 't verschil van de Openingsrede
van 16 Mei en de Troonrede. Volgens de
Openingsrede had de Regeering eene beperkte
taak kiesrechtregeling, herziening personeel,
regeling der gemeento-financiunin de Troon
rede word omtront do gemeente-financiën
enkel van voorbereiding gewaagd, maar daar
nevens eene geheelo reeks deels zeer belang
ryke maatregelen aangekondigd. Als al deze
ontwerpen zullen moeten worden behandeld,
dan kon van eene beperkte taak moeliyk
sprake zyn, dan zou van een spoedige kiesrecht
regeling niets komen. Men wonschte van de
Regeering inlichting omtrent hare godragsiyn
ten aanzien van belangryke maatregelen van
wetgovouden aard. Vele leden meenden dat
de Regeeriog zich nu zou moeten bepalen,
behoudens regeling van onderwerpen van
spoedeischenden of eenvoudigon aard, maar
mot bepaalde uitsluiting van alle ingrypende
of piincipiöele maatregelen, tot het kiesrecht,
en zelfs wenschten zy nadero regeling der
gemeente financiën achtergesteld te zien,
terwyi zy het niet onbiliyk achtten te eischen
dat het kiesrechtontwerp een half jaar na
het optreden van het Ministerie de Kamer
zou bereiken, zoodat het ontwerp in Februari
zou kunnen worden onderzócht, en de schrifte-
lyke gedachtenwisseling in dit zittingjaar zou
kunnen worden beëindigd.
Vele andere leden ontkenden dat deze
Kamer alleen zou zyn geroepen het kiesrecht
te regelen en achtten haar niet enkel formeel,
maar ook moreel tot eiken wetgevenden
arbeid ten volle bevoegd. Wel was kiesrecht
regeling de voornaamste taak van dit Kabinet,
maar men moest het volle vryheid laten ten
aanzien van het tydstip van indiening. Som
migen meenden zelfs dat de Regeering vry
moest zyn om het personeel vooraf te herzien
of de gemeentewet te wyzigen, indien zy dit
voor eene dengdeiyke regeling van het kies
recht noodig acht.
Herziening van de regeling der gemeente-
financiën was urgent, vooral met het oog op
den steeds verergerenden toestand in Fries
land; doch andere leden vreesden niettemin
dat voor die regeling de kieswetrogeling to
zeer zou vertragen. Enkele leden meenden
dat vóór kiesrechtregeling grondwetsherziening
noodig was, tot toekenning van rooht van
amendement aan de Eerste Kamer, tot be
perking van het budgetrecht der Tweede Kamer
en tot eene andere regeling van de schadeloos
stelling van de Kamerleden, waardoor de leden
buiten de residentie meer zouden ontvangen,
om zoodoende veelvuldige verhuizing naar de
residentie tegen te gaan.
Gemengd Nieuws.
Naar men zichzal herinneren,
werd het koffiehuis en vergaderlokaal van
don heer Ephraïm aan de Haarlemmerstraat
den laatsten kermisnacht, in de maand Juli,
door eene ramp getroffen. Nadat er tot laat
in den avond nog café-chantant gehouden
was, brak er in den nacht onverwachts brand
uit, welke groote verwoestingen aanrichtte.
Eene verbouwing van een gedeelte van het
perceel was er dus het noodzakelyk gevolg
van en gisteren nu bleek dat deze ook eene
belangryke verbetering moet genoemd worden.
Het lange, smalle, lage benedenlokaal van
weleer is thans vervangen door eene breeders
en heogere zaal, door bytrokking van de
vroegere kleine zygedeelten links nahy het
tooneel, dat thans eveneens veel ruimer is
geworden en van een nieuw, geschilderd
scherm is voorzien.
De meeste veranderingen betreffen dan ook
dit gedeelte van het lokaal, terwyi dat aan
do straatzyde, waar zich het buffet bevindt,
de noodige herstellingen heeft ondergaan.
Architect van deze verbouwing was de
heer M. H. M. Van Noort en aannemer de
heer Joh. Botarmans, terwyi do bezorging van
de gasleiding was toevertrouwd aan den heer
L. Van Es, Janvossensteeg 9, die zeer
fraaie kleine en groote kronen geleverd heeft,
welke er toe medewerken de zaal, welke over
dag licht van buiton door gekleurde ruitjes
ontvangt, een net voorkomen te geven.
Die nieuw verbouwde zaal nu werd gister
avond ingewyd met een „grand café concert
varié" door het gezelschap van den heer H.
D. Nieuwenhuyzen. uit Rotterdam, die optrad
met een programma, hetwelk workelyk zeer
veel verscheidenheid aanbood. Muziek, zang,
luimige voordrachten, duetten, gymnastische
toeron en die van een slangenmensch, afwis
selend door dames, hoeren en een knaap,
onder den naam van Tom Pouce, trokken
terecht veel belangstelling en deden de optre
denden by herhaling terugroepen of nog iets
toegeven, zoodat men veel meer te zien en
te hooren kreeg dan het netto programma
vermeldde, hetwelk op geruischloos en met
Chineesche, kleurige typen voorzien papier,
was gedrukt.
De heer Ephraïm, die het byeenzyn der door
hem genoodigden met een woord van welkom
had geopend en in de pauze architect, aannemer
en werkbazen had bedankt voor het flinke
werk, dat zy hebben afgeleverd, had voor oen
zeer aangenamen avond gezorgd.
De heer Jan Hogenkamp betrad na afloop
van het programma het tooneel en bracht,
als tolk der byeenzynde bestuurderon van hier
ter stede gevestigde vereenigingen, zyn harte-
lyken dank aan den heer Ephraïm voor de
loyalo wyze, waarop hy hen in de gelegen
heid had gesteld dezen avond met hunne
dames zoo feesteiyk byeen te zyn. Hy wensclite
den lieer Ephraïm, die nu opnieuw biyken had
gegeven van zfin ondernemingsgeest, veel
succes met zyne gerestaureerde zaal, en
hoopte dat hy in ruime mate de vruchten er
van zou mogen genieten.
Ook bracht hy een woord van dank aan
den heer Nieuwenhuyzen on de leden van zyn
gezelschap, voor de wyze, waarop zy zich
dezen avond van hunne taak hadden ge
kweten.
Een daverend applaus getuigde van aller
instemming met het gesprokene.
Het is woer detyd der verjaar-
dagen van Studenten clubs of -gezelschappen.
Heden werd door leden van zoo'n feestvierende
vereeniging eene ryparty met muziek ge
houden, welke ongetwyfeld in deze maand
nog door vele vrooiyke toertjes en kleine
serenades zal gevolgd worden.
Heden is de dagoiyksche dienst
met de overhaalschouw in den "Witten Singel
geopend, tusschen Kaiserstraat en „Vreewyk."
Do Haagsche rechtbank ver
oordeelde hedenden landbouwer uit Noord-
wyk, die zich aangespoelde strandgoederen
toeöigende, tot zeven dagenden boomkweeker
uit Alfen, die zich schuldig maakte aan dief
stal van te veld staande bloemen, tot zeven
dagen; de drie mannen, die te Warmond
eene tappery binnendrongen en den tapper
mishandelden, twee hunner tot drie maanden
gevangenisstraf en éón hunner tot f 10 boete
of tien dagende twee schippers uit Leidsohen-
dam, die den kapitein van eene sleepboot
beleedigden en mishandelden, resp. tot f 10
en f 8 boete of tien en acht dagen gov.-straf.
Twee sjouwers en een schippersknecht uit
Leiden hadden van het terrein der gemeente
gasfabriek alhier eenige stukken yzer ont
vreemd en ten eigen bate verkocht voor f 2.50,
welk geld werd verbrast.
Requisitoir voor één sjouwer zes maanden,
voor den anderen en den schippersknecht drie
maanden.
Herhaaldeiyk werden door een fruithande
laar te Leiden ledige fruitmandjes vermist.
Toen het getal tot ongeveer 40 was gestegen,
begon dit den man te verdrieten en hy deed
aangifte. Een koopman uit Leiden had, vol
gens zyne bekentenis, eenige van die mandjes,
liggende op den walkant aan de Middelste
gracht te Leiden, weggekaapt en verkocht.
Eisch drie maanden.
Ten slotte werd voor een ziekenverpleger
te Leiden, vroeger portier van het weeshuis
alhier, die den directeur van dat huis alhier
beleedigde en mishandelde, veertien dagen
geöischt.
Uitspraak heden over acht dagen.
Gisteren had te Roelof-Arendsveen
de tuinder G. De J., bozig zynde met het
inzouten Yan uien, het ongeluk van den wal
af in eene diepe sloot te glijden. Zonder de
spoedige hulp van den in de nabyheid wer
kenden kuiper P. H. zou de man groot
gevaar gehad hebben om te verdrinken. Nu
is hy met een nat pak, den schrik en een
verstuikten voet vry gekomen.
Te R o e 1 o f-Ar ends veen is gisteren
alweder een geval van cholera asiatica voor
gekomen. Ditmaal gold het een man van 68
jaar, den arbeider P. 1' Ami, die binnen 24
uren een lyk was. Zyne twee zoons, die in
de Haarlemmermeer by HiJJegom werkzaam
waren met het rooien van suikerbieten, wisten
van de ziekte huns vaders niets af, en ver
namen tot hun schrik onvoorbereid het bericht
van zyn overlydcn. Intnsschenis door de politie
reeds een aanvang gemaakt met het ont-
smetton van de woning en de daaraan belen
dende sloot, en het verbranden der kleederen
en zaken, waarmede de ïyder in aanraking
is geweest. Dit is nu het vijfde geval van
cholera in deze plaats, en hot derde met
doodelyken afloop.
Naar aanleiding van het bericht, als zou
in "Woerden een knaapje van 6 jaar overleden
zyn aan cholera, bericht men nu, dat aldaar
van dat sterfgeval niets bekend is.
De jury voordetentoonstelling
van Chrysanthemums in het Kon. Zoöl.-Bot.
Genootschap te 's-Gravenhage heeft de zilveren
medaille van H. M. de Koningin, voor dengene,
die de moeste bekroningen beeft behaald, op
z(jne inzendingen chrysanthemumplanten, toe
gekend aan den hoer T. E. Houtvester, te
Utrecht; de bronzen medaille van E. M. do
Koningin voor de meeste bekroningen voor
afgesneden bloemen en bloemstukken, aan
den heer Herman Yoorhoove, te 's-Gravenhage.
Op hot Spui te 's-Gravenhage
werd gistervoormiddag eene vrouw door eene
bloedspuwing overvallen. Naar hare woning
overgebracht, is zy aldaar overleden.
Te Scheveningen is telegraphisch
bericht ontvangen van Ostendo, dat binnen is
gekomen de aldaar thuisbehoorende kotter
O. 147, welke aan boord had 31 netten van
de bomschuit SCH. 126 („De Goede Verwach
ting") van de Scheveningsche firma C. en M.
Den Duik, ter wier nadeele do reeds vermelde
nettenroof plaats had. By aankomst zyn de
neitten onmiddellijk in beslag genomen.
De Koningin op hetys. In de
vergadering der Zuid-Hollandsche IJsvereeni-
ging, Dinsdag avond te 's Gravanhage gehou
den, werd medegedeeld dat aan Koningin
"Wilhelmina fraai godrukto insignes der ver
eeniging zullen worden aangeboden. By Hare
Majesteit bestond, naar de voorzitter mede
deelde, in den afgeloopen winter reeds 't plan
een tochtje op den Vliet te maken. Toen
kwam er echter niets van, doch hy was van
oordeel, dat 't wel eens kon gebeuren dat
Hare Majesteit in den a. s. wiuter kwam
schaatsenrydon op baneD, welke onder beheer
der vöreeniging staan.
De burgemeester van Schiedam.—
In de „N. Sch. Ct." leest men het volgende:
„Het bericht van „De Maasbdat de heer
P. J. Van Dyk van Matenesse, „die door het
proces-Beffers in opspraak is gebracht", het
burgemeesterschap niet meer waarneemt, is
bezyden de waarheid.
„Uit het feit, dat eenige officiëele stukken
door den heer G. Visser Bz.f oudsten wet
houder, als loco-burgemeoster zyn geteekend,
is dit niet af te leiden.
„Alleen schynt het waar te zyn, dat de
burgemeester eene samenkomst met de wet
houders in de vergaderingen van het dage-
lyksch bestuur tracht te vermyden.
„Trouwens, na hetgeen ten processe omtrent
de gezindheid van den heer Van Dyk tegen
over „die kerels" is gebleken, is het te be
grijpen, dat die samenkomst ook van hunne
zyde volstrekt niet wordt gezocht."
Intusschen heeft, zooals reeds in ons vorig
nommer is gemeld, de burgemeester ontslag
uit zyne betrekking gevraagd.
Omstreeks halftwaalf gister
avond ontdekten de bewoners van pand No. 26
in de Palmstraat te Rotterdam plotseling een
feilen brand, op hun gemeenschappeiyken
zolder ontstaan. Een dor bewoners, een zee
man, die ziek te bed lag, werd in alleryi met
vrouw en kinderen in veiligheid gebracht.
Tevergeefs beproefde men met eenige emmers
water den brand te blusschen. Middelerwyi
was de brandweer ter plaatse verschenen.
Door de werking van vier spuiten was de
brand te 125/4 uur gebluscht. De zolder,
waarop zich eon vry groote voorraad kTullen
en hout bevond van den op het Achterklooster
wonenden bakker Van Deursen, brandde
geheel uit en ook het dak werd grootend eels
vernield. Van Deursen is tegen brandschade
verzekerd, doch niet de bedoelde zeeman, die
eerst sedert een dag of drie dit pand bewoont.
De in de benedenwoningen veroorzaakte
brandschade is vry groot.
Uit de Stadhouderskade vóór
de Nicolaas-Berchem-straat te Amsterdam is
het lyk opgehaald van een net gekleed mans
persoon.
Een zesjarig meisje aldaar geraakte eer-
gistermiddag in de Lauriergracht. Een flinke
jangen van ongeveer twaalf jaren, Jan Rop
geheeten, sprong het kind na en met behulp
van de omstanders aan den wal wist hy het
meisje te redden.
Aan de Kon. Mil. Academie te
Breda schynt een zeer ontevreden geest te
heerschen. Dezer dagen werden zelfs biljetten
aangeplakt, waarin allerlei hatelykheden voor
komen. Een groot aantal cadetten zit dien
tengevolge in de provoost op water en brood.
In den afgeloopen nacht, omstreeks
éón uur, ontstond te Amsterdam een vry
hevige uitslaande brand in de St.-Jacobstraat
23, by den N.-Z.-Voorburgwal. In het perceel
is gevestigd de pepermunt- en zoutedrop-
fabriek der firma Hoek Co., eigenaar de
heer G. Achterberg. De brand ontstond in het
achtergedeelte der tweede verdieping, welke
geheel is uitgebrand.
Van de eerste verdieping verbrandde een
gedeelte. De waterschade was zeer aanzienlijk.
De brand werd gebluseht met behulp van yyf
slangen, die op drie kranen der Vechtleiding
waren aangebracht. De oorzaak van den brand
is niet bekend.
De politie te Am st erd am heef t
in hechtenis genomen eene 25-jarige vrouw,
verdacht van vergiftiging van haar kind van
9 weken.
Toen gisternacht degoedoren-
trein de Geertmansbrug, tusschen de stations
"Wolvega en Oudeschoot, was genaderd, kon
de machinist door de groote duisternis, het
was omstreekR middernacht, niet tydig ge
noeg bemerken, dat zich een paard op den
spoorweg bevond.
Het paard werd onmiddellijk doodgereden,
doch de schok was zóó hevig, dat negen
waggons ontspoorden en met elkander in bot
sing kwamen, waardoor eenige goederen
wagens gedeelteiyk werden verbryzeld.
Al6 door oen wonder werd niemand van
het personeel, dat op den goederentrein was,
gekwetst.
De plaats van het ongeval bood een waar
schouwspel van verwoesting.
De spoorweg was door de in- en over elkaar
geschoven waggons versperd, doch onmiddeliyk
werd van de nabyzyndo stations hulp ge
vraagd en toog men aan het werk om den
weg weder geheel vrij te maken en de ver-
bryzelde wagens op te ruimen.
Reeds gisteren was dan ook de versperring
van den weg opgeheven. De waggons, welke
terzyde van den weg liggen, hoopt men
spoedig op te ruimen.
De L. is sigarenmaker, al jaren
langhy heeft gewerkt voor bekende firma's,
en, het blykt uit de getuigschriften, steeds tot
genoegen. Maar in Amsterdam is het hem
gaan tegenloopen, hy raakte „buiton verdien
sten", hy liep dag aan dag de patroons af,
doch het gaf niets; geen werk, was telkens
het antwoord, en er waren er al zooveel
wezen vragen. Langzamerhand wtrd stuk
voor stuk het inboedelije „weggebracht." Zoo
ging het niet langer. Toen besloot hy op z'n
ouden dag nog met zyne vrouw naar Rotter
dam te trekken om het daar te probeeren.
En daar woont hy nu reeds drie weken, en
het laatste is „verpand", en zyne schoenen
zyn stuk geloopen honger, werkelijk hon
ger lyden de oude luitjes
By de firma Erven de "Weduwe J. Van Nell o
zou hy wel aan den slag kunnen komen, ge
durende de werkstaking, maar gerust, by
durfde niet, want toen hy er eens langs was
geloopeD, had hy de stakers op clubjes zien
staan, blykbaar om vreemden gezellen te ver
hinderen binnen te gaan. En toch moest er
veranderingkomen
Eergisteren was hy een paar oude bekenden
tegengekomen, een, met wien hy by de hu
zaren had gediend en die nu by de politie was.
„Wèl, De L.", zeiden ze, „wat zie je d'r
stumperig uit, wat schort er aan?"
En toen deed hy met tranen in de oogen
zyn droevig verhaal.
Dat ging dien kameraden aan het hart„Jy
honger lyden met je vrouw? Neen, hoor, we
zullen je brengen by de Erven Van Nelle."
Zy namen hem mee naar het bureau in de
Pauwensteeg, maar zoodra hy er met een
politieman uitkwam om naar de fabriek te
gaan, kwamen de stakers hard aangeloopen,
met gebalde vuisten bedreigingen schreeuwend.
Daar schoot De L. de moed in de schoenen;
ze zouden hem doodgeslagen hebben zei
hy en hy, oude man, kon niets terugdoen.
Eindelyk gelukte het hem in den winkel
binnen te sluipen; z'n naam werd opgenomen
en z'n woonplaats. Maar weer moest de man
hulp vragen by de politie, want hy beweert
zyn leven niet zeker te zyn. „En er is
geen krummeltje eten meer over", verklaarde
hy bitter. (V. R. C.)
KOLONIËN.
BATAVIA, 28 Sept.-2 Oct.
By besluit van den Gouverneur Generaal
van Nederlandsch-Indië van 1 October 1894
is ter zake van hun boleidvol en moedig
gedrag by gelegenheid van den terugtocht
uit Tjakra-Negara naar Amperian in den
nacht van 27 op 28 Augustus 1894 van
een gedeelte vaD het tot de expeditionnaire
troepenmacht op Lombok beboorend 6de ba
taljon infanterie toegekend de bronzen medaille
voor Moed en Trouw aan de Inlanders Mar-
tosewindo, bediende van den 2den luit. der
inf. J A Jansen; Martosiwono, afkomstig
van Modjokerto, volgeling van den aan da
expeditie toegevoegden Panghoeloe van Soe-
rabaia; met bepaling dat aan deze medaille
eene toelage zal zyn verbonden, welke zal
worden genoten volgens den militairen graad
van inlandsch sergeant der infanterie en mits
dien zal bedragen /"7.50 (zeven gulden vyftig
cents) 'smaands.
De Loinbok-expeditie.
Aangaande de Lomboksche aangelegenheden
deelt de „Jav.-Ort." het volgende mede:
In verband met het gereedkomen van drie
blokhuizen, welke zyn opgericht langs den
Zuidelyken rand van Pagasangan enPasingahan
ter bescherming van de communicatie met
Pagasangan-Oo8t, werd onze post te Sekarbela
den 25sten opgeheven en de versterking aldaar
geslecht. Tevens werd onze post te Pagasangan-
West verkleind en de bezetting verminderd.
Nadero berichten bevestigden de ontploffing
op 22 dezer van het kruitmagazyn te Tjakra-
Negaia. De poeri zoude daarby geene schade
hebben geleden, doch overigens zouden groote
verwoestingen zyn aangericht, terwijl twaalf
menschen het leven verloren.
In den ochtend van 27 dezer rukte eene
colonne uit, sterk anderhalf bataljon infanterie
en eene sectio bergartillerie, onder de bevelen
van den tweeden bevelhebber der expeditie,
met het doel eene demonstratie te houden in
de richting van Rembega.
Aanvankeiyk werd stelling genomen by
de desa Pajarakan en van daaruit Kamassan
en later uit eene stelling tusschen Rembega
on Karang-Baroe, Kamassan en Mandjok beido,
onder artillerie-vuur genomen. Mandjok is da
naam van het Noord-Oosteiyk deel van Mata-
ram, Kamassan een desa buiten Mataram
onmiddeliyk benoorden den Noordelyken ram1,
van die plaats gelegen. Beide plaatsen hadden
nog weinig van ons vuur geleden.
Van den vy'and werd niets bespeurd, alleen
werd in den noordeiyken rand van Mataram
hevig op de tong-tong geslagen.
De colonne keerde te 12 uren in het bivak
terug.
De verovering van Mataram*
Door tusschenkomst van den resident te
Batavia ontvingen de Bataviasche bladen ran
don algemeenen secretaris dd. 1 Oct he*
navolgend regeeringsbericht.
Generaal Vetter meldt:
Vry dag-ochtend om zes uren rukte ecu
bataljon infanterie met een sectio berg-artillerie
uit naar Rembega, om te demonstreerden.
Evenals den vorigen dag werd stelling
genomen tusschen Rembega en Karang-Baroe
en van daar Kamassan en Mandjok onder
artillerievuur genomen.
Nadat de vyand anderhalf uur op de tongtong
had geslagen, rukte een troep uit Mataram
in onze richting, naar schatting honderdman
sterk. Na een paar granaat kartetsen en een^e
geweer-salvo's trok do vyand af, do troep
keerde ruim twaalf uren 's middags in bivak
terug. Zaterdag-morgen om vier uran rukteD
uit drie en een half bataljon in tauter», ander
half peloton cavalerie, twee sectiën veld
twee en een halve sectie berg artillerio en
drie sectie® genietroepen met doel binnen
Mataram te dringen en poeri te bezetten.
Hoofdaanval werd gericht tegen zuid weste-
ïyken hoek Mataram, tot welk einde langs
den rechteroever en daarna door de Soengei
Antjar werd opgerukt.
By het binnendringen van Mataram werd
heftigo tegenstand ontmoet en op zware borst
wering gestuit. Nadat deze genomen was, werd
langzaam voorwaarts gerukt, terwyl eene
colonne, die Mataram van de zuidzyde beoosten
grooten weg van Poenia naar Noord binnen
rukte, de beweging ondersteunde Om tien
uren 's middags ongeveer werden de vier
poeris aan het kruispunt der groote wegen
binnen Mataram bestormd en genomen.
De zuidwestelijke poeri werd daarop bezet
en tot verdediging ingericht, terwyl aan den
westelyken iugang van Mataram, waar langs
van uit Aroeng Aroeng eene colonne van twee
compagnieën was binnengerukt, eveneens een
punt werd vastgehouden ter bestryking van
den grooten weg van "Wost naar Oost en tot
verzekering der communicatie van de poeri
met Aroeng Aroeng en Ampenan. In de poeri
bleven achter twee compagnieën en een peloton
aan den ingang van Mataram een peloton,
beiden van het zesde bataljon, terwyl in do
poeri twee veld- en een bergstuk in battery
werden gesteld. Eene hevigo regenbui gedu
rende een uur in den namiddag belemmerde
zeer de werkzaamheden. By den viersprong
Mataram werden door ons 67 lyken van Ballërs
gevonden en begraven, terwyl in het zuiden
van Mataram ook talryke gesneuvelden waren
en in het geheel een groot aantal lyken werd
aangetroffen.
[Hierop volgt de reeds bekende opgaaf der
aan onze zyde gesneuvelden en gewonden.)
Landingsdivisie der marine bezette gedu
rende de operation Aroeng-Aroeng, Kale en