is voornemens zyn verloftyd door te brengen in Silezi© op het landgoed van graaf Schwerin, den militairen attaché by het Duitsche ge zantschap te 's-Gravenhage. Het stoomschip „Prins van Oranje", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 81 Oct. van Port Said; de „Ardjoeno", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 31 Oct. van Southampton; de „Spaarndam" arriveerde 1 Nov. van Nieuw- York te Rotterdam; de „Veendam" vertrok 81 Oct. van Rotterdam naar Nieuw-York; de „Prinses Marie" vertrok 81 Oct. van Batavia naar Amsterdam; de „Voorwaarts" vertrok 1 Nov. van Batavia naar Amsterdam. By koninkiyk besluit is de kapitein J. J. L. Bruinier, van het 4de reg. inf., op zyne aanvrage, op pensioen gesteld en het bedrag van het pensioen bepaald op f 1560 's jaars. Benoemd by het wapen der inf., tot lsten luit. de tweede luit. G. A. Leers, van het wapen, gedetacheerd by het leger in Ned.-Indië; by het 4de reg. tot kapt., de eerste luit. A. Dozy, van het 5de reg.; en tot eersten luit., do tweede lult. J. G. Leverland, van het 1ste reg.; by het 5de reg., tot eersten luit., de tweede luit. J. M. C. Haak, van het corps. Met ingang van 1 Nov. a. s., aan den off. van gez. 2de kl. dr. D. Snoeck Henkemans, van het personeel van den geneesk. dienst der landmacht, op zyn verzoek, een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend, en benoemd tot reserve-officier van gez. 2de kl. by de landmacht. De tweede luit. E. J. L. J. Jans, van het 7de reg. inf., op non activiteit gesteld. ltoa<ibecroo(lD| voor l§Of. Algemeent beschouwingen. (Vervolg). Algemeen werd erkend dat het optreden van het nieuwe kabinet in overeenstemming is met de constitutioneels beginselen, in zoo verre het zyn grondslag vindt in den uitslag der verkiezingen. Do voorstandors van het ontwerp-Tak verklaarden zich bereid de voor stellen van deze regeering omtrent het kies recht met onbevangenheid en naar hunne inneriyke verdienste te beoordeelen. Sommigen lieten het oordeel en de verantwoordelijkheid voor de samenstelling van het ministerie ge heel over aan de meerderheid, waaruit het voortkwam. Anderen opperden verschillende bedenkingen tegen do samenstelling: byv. dat de verschillendo politieke richtingen, welker samenwerking den uitslag der verkiezingen had beheerscht, niet allen in het kabinet zyn vertegenwoordigd, dat de min. Röell niet het dep. van binnenl. zaken op zich had genomen, dat minister Van Houten zitting had genomen in een kabinet, dat begint met voorstellen over verhooging der lasten voor Oorlog en Marino zonder voorafgaande betere regeling der levende strydkrachten, in een kabinet, dat in het algemeen eeno meer behoudende poli tieke richting is toegedaan dan hyzelf. Het kabinet had dan ook niet in de Troonredo opgenomen de hervormingen, door dezen minis ter vroeger bepleit. Ook bevreemdde het, dat deze minister van financiën was gekozen ter verzekering van de goede werking van belas tingwetten zyns voorgangers, die hy zoo heftig bestreden en bespot had. Anderzyds wees men er op, dat de heer Sprenger van Eyk eene speciale studie had gemaakt van de gemeente-financidn, die dozo Reg. wonschte te regelen, en dat de minister v. Houten door zyne yverige deelneming aan den stryd over de kieswet-Tak de aangewezen man was om eene andere regeling te ont werpen. Reeds in 1884 had deze minister voorgestaan toekenning van kiesrecht aan alle meerderjarige Nederlanders, die op de loopendo kohieren der personeele belasting zyn aan geslagen. Eenigen zyner modestanders op het gebied van het kiesrecht voegden hieraan evenwel toe, dat zy van hen geene andere hervormingen verwachten en mocht hy die voorstellen, daar mee waarschynlyk niet zouden medegaan, aangezien zyne antecedenten ten aanzien van verschillende groote politieke vraagstukken by hen geene instemming vinden. Dat die Minister zitting nam in een kabinet, dat voor stellen deed tot bouw van nieuwe schepen en het aanschaffen van nieuwe geweren, kon overigens geene reden zyn tot bevreemding, daar afkeuring van plannen tot bouw van pantserschepen geene afkeuring insluit van alle maatregelen in het belang van het defensie- materiöel en het nog geeno verzaking van be- ginsolen is, wanneer de heer Van Houten van dadeiyko toepassing van de door hem gehul digde meening afzag. Omtrent het werkplan der Regeering werd uitvoerig van gedachten gewisseld. Er werd gewezen op 't verschil van de Openingsrede van 16 Mei en de Troonrede. Volgens de Openingsrede had de Regeering eene beperkte taak kiesrechtregeling, herziening personeel, regeling der gemeento-financiunin de Troon rede word omtront do gemeente-financiën enkel van voorbereiding gewaagd, maar daar nevens eene geheelo reeks deels zeer belang ryke maatregelen aangekondigd. Als al deze ontwerpen zullen moeten worden behandeld, dan kon van eene beperkte taak moeliyk sprake zyn, dan zou van een spoedige kiesrecht regeling niets komen. Men wonschte van de Regeering inlichting omtrent hare godragsiyn ten aanzien van belangryke maatregelen van wetgovouden aard. Vele leden meenden dat de Regeeriog zich nu zou moeten bepalen, behoudens regeling van onderwerpen van spoedeischenden of eenvoudigon aard, maar mot bepaalde uitsluiting van alle ingrypende of piincipiöele maatregelen, tot het kiesrecht, en zelfs wenschten zy nadero regeling der gemeente financiën achtergesteld te zien, terwyi zy het niet onbiliyk achtten te eischen dat het kiesrechtontwerp een half jaar na het optreden van het Ministerie de Kamer zou bereiken, zoodat het ontwerp in Februari zou kunnen worden onderzócht, en de schrifte- lyke gedachtenwisseling in dit zittingjaar zou kunnen worden beëindigd. Vele andere leden ontkenden dat deze Kamer alleen zou zyn geroepen het kiesrecht te regelen en achtten haar niet enkel formeel, maar ook moreel tot eiken wetgevenden arbeid ten volle bevoegd. Wel was kiesrecht regeling de voornaamste taak van dit Kabinet, maar men moest het volle vryheid laten ten aanzien van het tydstip van indiening. Som migen meenden zelfs dat de Regeering vry moest zyn om het personeel vooraf te herzien of de gemeentewet te wyzigen, indien zy dit voor eene dengdeiyke regeling van het kies recht noodig acht. Herziening van de regeling der gemeente- financiën was urgent, vooral met het oog op den steeds verergerenden toestand in Fries land; doch andere leden vreesden niettemin dat voor die regeling de kieswetrogeling to zeer zou vertragen. Enkele leden meenden dat vóór kiesrechtregeling grondwetsherziening noodig was, tot toekenning van rooht van amendement aan de Eerste Kamer, tot be perking van het budgetrecht der Tweede Kamer en tot eene andere regeling van de schadeloos stelling van de Kamerleden, waardoor de leden buiten de residentie meer zouden ontvangen, om zoodoende veelvuldige verhuizing naar de residentie tegen te gaan. Gemengd Nieuws. Naar men zichzal herinneren, werd het koffiehuis en vergaderlokaal van don heer Ephraïm aan de Haarlemmerstraat den laatsten kermisnacht, in de maand Juli, door eene ramp getroffen. Nadat er tot laat in den avond nog café-chantant gehouden was, brak er in den nacht onverwachts brand uit, welke groote verwoestingen aanrichtte. Eene verbouwing van een gedeelte van het perceel was er dus het noodzakelyk gevolg van en gisteren nu bleek dat deze ook eene belangryke verbetering moet genoemd worden. Het lange, smalle, lage benedenlokaal van weleer is thans vervangen door eene breeders en heogere zaal, door bytrokking van de vroegere kleine zygedeelten links nahy het tooneel, dat thans eveneens veel ruimer is geworden en van een nieuw, geschilderd scherm is voorzien. De meeste veranderingen betreffen dan ook dit gedeelte van het lokaal, terwyi dat aan do straatzyde, waar zich het buffet bevindt, de noodige herstellingen heeft ondergaan. Architect van deze verbouwing was de heer M. H. M. Van Noort en aannemer de heer Joh. Botarmans, terwyi do bezorging van de gasleiding was toevertrouwd aan den heer L. Van Es, Janvossensteeg 9, die zeer fraaie kleine en groote kronen geleverd heeft, welke er toe medewerken de zaal, welke over dag licht van buiton door gekleurde ruitjes ontvangt, een net voorkomen te geven. Die nieuw verbouwde zaal nu werd gister avond ingewyd met een „grand café concert varié" door het gezelschap van den heer H. D. Nieuwenhuyzen. uit Rotterdam, die optrad met een programma, hetwelk workelyk zeer veel verscheidenheid aanbood. Muziek, zang, luimige voordrachten, duetten, gymnastische toeron en die van een slangenmensch, afwis selend door dames, hoeren en een knaap, onder den naam van Tom Pouce, trokken terecht veel belangstelling en deden de optre denden by herhaling terugroepen of nog iets toegeven, zoodat men veel meer te zien en te hooren kreeg dan het netto programma vermeldde, hetwelk op geruischloos en met Chineesche, kleurige typen voorzien papier, was gedrukt. De heer Ephraïm, die het byeenzyn der door hem genoodigden met een woord van welkom had geopend en in de pauze architect, aannemer en werkbazen had bedankt voor het flinke werk, dat zy hebben afgeleverd, had voor oen zeer aangenamen avond gezorgd. De heer Jan Hogenkamp betrad na afloop van het programma het tooneel en bracht, als tolk der byeenzynde bestuurderon van hier ter stede gevestigde vereenigingen, zyn harte- lyken dank aan den heer Ephraïm voor de loyalo wyze, waarop hy hen in de gelegen heid had gesteld dezen avond met hunne dames zoo feesteiyk byeen te zyn. Hy wensclite den lieer Ephraïm, die nu opnieuw biyken had gegeven van zfin ondernemingsgeest, veel succes met zyne gerestaureerde zaal, en hoopte dat hy in ruime mate de vruchten er van zou mogen genieten. Ook bracht hy een woord van dank aan den heer Nieuwenhuyzen on de leden van zyn gezelschap, voor de wyze, waarop zy zich dezen avond van hunne taak hadden ge kweten. Een daverend applaus getuigde van aller instemming met het gesprokene. Het is woer detyd der verjaar- dagen van Studenten clubs of -gezelschappen. Heden werd door leden van zoo'n feestvierende vereeniging eene ryparty met muziek ge houden, welke ongetwyfeld in deze maand nog door vele vrooiyke toertjes en kleine serenades zal gevolgd worden. Heden is de dagoiyksche dienst met de overhaalschouw in den "Witten Singel geopend, tusschen Kaiserstraat en „Vreewyk." Do Haagsche rechtbank ver oordeelde hedenden landbouwer uit Noord- wyk, die zich aangespoelde strandgoederen toeöigende, tot zeven dagenden boomkweeker uit Alfen, die zich schuldig maakte aan dief stal van te veld staande bloemen, tot zeven dagen; de drie mannen, die te Warmond eene tappery binnendrongen en den tapper mishandelden, twee hunner tot drie maanden gevangenisstraf en éón hunner tot f 10 boete of tien dagende twee schippers uit Leidsohen- dam, die den kapitein van eene sleepboot beleedigden en mishandelden, resp. tot f 10 en f 8 boete of tien en acht dagen gov.-straf. Twee sjouwers en een schippersknecht uit Leiden hadden van het terrein der gemeente gasfabriek alhier eenige stukken yzer ont vreemd en ten eigen bate verkocht voor f 2.50, welk geld werd verbrast. Requisitoir voor één sjouwer zes maanden, voor den anderen en den schippersknecht drie maanden. Herhaaldeiyk werden door een fruithande laar te Leiden ledige fruitmandjes vermist. Toen het getal tot ongeveer 40 was gestegen, begon dit den man te verdrieten en hy deed aangifte. Een koopman uit Leiden had, vol gens zyne bekentenis, eenige van die mandjes, liggende op den walkant aan de Middelste gracht te Leiden, weggekaapt en verkocht. Eisch drie maanden. Ten slotte werd voor een ziekenverpleger te Leiden, vroeger portier van het weeshuis alhier, die den directeur van dat huis alhier beleedigde en mishandelde, veertien dagen geöischt. Uitspraak heden over acht dagen. Gisteren had te Roelof-Arendsveen de tuinder G. De J., bozig zynde met het inzouten Yan uien, het ongeluk van den wal af in eene diepe sloot te glijden. Zonder de spoedige hulp van den in de nabyheid wer kenden kuiper P. H. zou de man groot gevaar gehad hebben om te verdrinken. Nu is hy met een nat pak, den schrik en een verstuikten voet vry gekomen. Te R o e 1 o f-Ar ends veen is gisteren alweder een geval van cholera asiatica voor gekomen. Ditmaal gold het een man van 68 jaar, den arbeider P. 1' Ami, die binnen 24 uren een lyk was. Zyne twee zoons, die in de Haarlemmermeer by HiJJegom werkzaam waren met het rooien van suikerbieten, wisten van de ziekte huns vaders niets af, en ver namen tot hun schrik onvoorbereid het bericht van zyn overlydcn. Intnsschenis door de politie reeds een aanvang gemaakt met het ont- smetton van de woning en de daaraan belen dende sloot, en het verbranden der kleederen en zaken, waarmede de ïyder in aanraking is geweest. Dit is nu het vijfde geval van cholera in deze plaats, en hot derde met doodelyken afloop. Naar aanleiding van het bericht, als zou in "Woerden een knaapje van 6 jaar overleden zyn aan cholera, bericht men nu, dat aldaar van dat sterfgeval niets bekend is. De jury voordetentoonstelling van Chrysanthemums in het Kon. Zoöl.-Bot. Genootschap te 's-Gravenhage heeft de zilveren medaille van H. M. de Koningin, voor dengene, die de moeste bekroningen beeft behaald, op z(jne inzendingen chrysanthemumplanten, toe gekend aan den hoer T. E. Houtvester, te Utrecht; de bronzen medaille van E. M. do Koningin voor de meeste bekroningen voor afgesneden bloemen en bloemstukken, aan den heer Herman Yoorhoove, te 's-Gravenhage. Op hot Spui te 's-Gravenhage werd gistervoormiddag eene vrouw door eene bloedspuwing overvallen. Naar hare woning overgebracht, is zy aldaar overleden. Te Scheveningen is telegraphisch bericht ontvangen van Ostendo, dat binnen is gekomen de aldaar thuisbehoorende kotter O. 147, welke aan boord had 31 netten van de bomschuit SCH. 126 („De Goede Verwach ting") van de Scheveningsche firma C. en M. Den Duik, ter wier nadeele do reeds vermelde nettenroof plaats had. By aankomst zyn de neitten onmiddellijk in beslag genomen. De Koningin op hetys. In de vergadering der Zuid-Hollandsche IJsvereeni- ging, Dinsdag avond te 's Gravanhage gehou den, werd medegedeeld dat aan Koningin "Wilhelmina fraai godrukto insignes der ver eeniging zullen worden aangeboden. By Hare Majesteit bestond, naar de voorzitter mede deelde, in den afgeloopen winter reeds 't plan een tochtje op den Vliet te maken. Toen kwam er echter niets van, doch hy was van oordeel, dat 't wel eens kon gebeuren dat Hare Majesteit in den a. s. wiuter kwam schaatsenrydon op baneD, welke onder beheer der vöreeniging staan. De burgemeester van Schiedam.— In de „N. Sch. Ct." leest men het volgende: „Het bericht van „De Maasbdat de heer P. J. Van Dyk van Matenesse, „die door het proces-Beffers in opspraak is gebracht", het burgemeesterschap niet meer waarneemt, is bezyden de waarheid. „Uit het feit, dat eenige officiëele stukken door den heer G. Visser Bz.f oudsten wet houder, als loco-burgemeoster zyn geteekend, is dit niet af te leiden. „Alleen schynt het waar te zyn, dat de burgemeester eene samenkomst met de wet houders in de vergaderingen van het dage- lyksch bestuur tracht te vermyden. „Trouwens, na hetgeen ten processe omtrent de gezindheid van den heer Van Dyk tegen over „die kerels" is gebleken, is het te be grijpen, dat die samenkomst ook van hunne zyde volstrekt niet wordt gezocht." Intusschen heeft, zooals reeds in ons vorig nommer is gemeld, de burgemeester ontslag uit zyne betrekking gevraagd. Omstreeks halftwaalf gister avond ontdekten de bewoners van pand No. 26 in de Palmstraat te Rotterdam plotseling een feilen brand, op hun gemeenschappeiyken zolder ontstaan. Een dor bewoners, een zee man, die ziek te bed lag, werd in alleryi met vrouw en kinderen in veiligheid gebracht. Tevergeefs beproefde men met eenige emmers water den brand te blusschen. Middelerwyi was de brandweer ter plaatse verschenen. Door de werking van vier spuiten was de brand te 125/4 uur gebluscht. De zolder, waarop zich eon vry groote voorraad kTullen en hout bevond van den op het Achterklooster wonenden bakker Van Deursen, brandde geheel uit en ook het dak werd grootend eels vernield. Van Deursen is tegen brandschade verzekerd, doch niet de bedoelde zeeman, die eerst sedert een dag of drie dit pand bewoont. De in de benedenwoningen veroorzaakte brandschade is vry groot. Uit de Stadhouderskade vóór de Nicolaas-Berchem-straat te Amsterdam is het lyk opgehaald van een net gekleed mans persoon. Een zesjarig meisje aldaar geraakte eer- gistermiddag in de Lauriergracht. Een flinke jangen van ongeveer twaalf jaren, Jan Rop geheeten, sprong het kind na en met behulp van de omstanders aan den wal wist hy het meisje te redden. Aan de Kon. Mil. Academie te Breda schynt een zeer ontevreden geest te heerschen. Dezer dagen werden zelfs biljetten aangeplakt, waarin allerlei hatelykheden voor komen. Een groot aantal cadetten zit dien tengevolge in de provoost op water en brood. In den afgeloopen nacht, omstreeks éón uur, ontstond te Amsterdam een vry hevige uitslaande brand in de St.-Jacobstraat 23, by den N.-Z.-Voorburgwal. In het perceel is gevestigd de pepermunt- en zoutedrop- fabriek der firma Hoek Co., eigenaar de heer G. Achterberg. De brand ontstond in het achtergedeelte der tweede verdieping, welke geheel is uitgebrand. Van de eerste verdieping verbrandde een gedeelte. De waterschade was zeer aanzienlijk. De brand werd gebluseht met behulp van yyf slangen, die op drie kranen der Vechtleiding waren aangebracht. De oorzaak van den brand is niet bekend. De politie te Am st erd am heef t in hechtenis genomen eene 25-jarige vrouw, verdacht van vergiftiging van haar kind van 9 weken. Toen gisternacht degoedoren- trein de Geertmansbrug, tusschen de stations "Wolvega en Oudeschoot, was genaderd, kon de machinist door de groote duisternis, het was omstreekR middernacht, niet tydig ge noeg bemerken, dat zich een paard op den spoorweg bevond. Het paard werd onmiddellijk doodgereden, doch de schok was zóó hevig, dat negen waggons ontspoorden en met elkander in bot sing kwamen, waardoor eenige goederen wagens gedeelteiyk werden verbryzeld. Al6 door oen wonder werd niemand van het personeel, dat op den goederentrein was, gekwetst. De plaats van het ongeval bood een waar schouwspel van verwoesting. De spoorweg was door de in- en over elkaar geschoven waggons versperd, doch onmiddeliyk werd van de nabyzyndo stations hulp ge vraagd en toog men aan het werk om den weg weder geheel vrij te maken en de ver- bryzelde wagens op te ruimen. Reeds gisteren was dan ook de versperring van den weg opgeheven. De waggons, welke terzyde van den weg liggen, hoopt men spoedig op te ruimen. De L. is sigarenmaker, al jaren langhy heeft gewerkt voor bekende firma's, en, het blykt uit de getuigschriften, steeds tot genoegen. Maar in Amsterdam is het hem gaan tegenloopen, hy raakte „buiton verdien sten", hy liep dag aan dag de patroons af, doch het gaf niets; geen werk, was telkens het antwoord, en er waren er al zooveel wezen vragen. Langzamerhand wtrd stuk voor stuk het inboedelije „weggebracht." Zoo ging het niet langer. Toen besloot hy op z'n ouden dag nog met zyne vrouw naar Rotter dam te trekken om het daar te probeeren. En daar woont hy nu reeds drie weken, en het laatste is „verpand", en zyne schoenen zyn stuk geloopen honger, werkelijk hon ger lyden de oude luitjes By de firma Erven de "Weduwe J. Van Nell o zou hy wel aan den slag kunnen komen, ge durende de werkstaking, maar gerust, by durfde niet, want toen hy er eens langs was geloopeD, had hy de stakers op clubjes zien staan, blykbaar om vreemden gezellen te ver hinderen binnen te gaan. En toch moest er veranderingkomen Eergisteren was hy een paar oude bekenden tegengekomen, een, met wien hy by de hu zaren had gediend en die nu by de politie was. „Wèl, De L.", zeiden ze, „wat zie je d'r stumperig uit, wat schort er aan?" En toen deed hy met tranen in de oogen zyn droevig verhaal. Dat ging dien kameraden aan het hart„Jy honger lyden met je vrouw? Neen, hoor, we zullen je brengen by de Erven Van Nelle." Zy namen hem mee naar het bureau in de Pauwensteeg, maar zoodra hy er met een politieman uitkwam om naar de fabriek te gaan, kwamen de stakers hard aangeloopen, met gebalde vuisten bedreigingen schreeuwend. Daar schoot De L. de moed in de schoenen; ze zouden hem doodgeslagen hebben zei hy en hy, oude man, kon niets terugdoen. Eindelyk gelukte het hem in den winkel binnen te sluipen; z'n naam werd opgenomen en z'n woonplaats. Maar weer moest de man hulp vragen by de politie, want hy beweert zyn leven niet zeker te zyn. „En er is geen krummeltje eten meer over", verklaarde hy bitter. (V. R. C.) KOLONIËN. BATAVIA, 28 Sept.-2 Oct. By besluit van den Gouverneur Generaal van Nederlandsch-Indië van 1 October 1894 is ter zake van hun boleidvol en moedig gedrag by gelegenheid van den terugtocht uit Tjakra-Negara naar Amperian in den nacht van 27 op 28 Augustus 1894 van een gedeelte vaD het tot de expeditionnaire troepenmacht op Lombok beboorend 6de ba taljon infanterie toegekend de bronzen medaille voor Moed en Trouw aan de Inlanders Mar- tosewindo, bediende van den 2den luit. der inf. J A Jansen; Martosiwono, afkomstig van Modjokerto, volgeling van den aan da expeditie toegevoegden Panghoeloe van Soe- rabaia; met bepaling dat aan deze medaille eene toelage zal zyn verbonden, welke zal worden genoten volgens den militairen graad van inlandsch sergeant der infanterie en mits dien zal bedragen /"7.50 (zeven gulden vyftig cents) 'smaands. De Loinbok-expeditie. Aangaande de Lomboksche aangelegenheden deelt de „Jav.-Ort." het volgende mede: In verband met het gereedkomen van drie blokhuizen, welke zyn opgericht langs den Zuidelyken rand van Pagasangan enPasingahan ter bescherming van de communicatie met Pagasangan-Oo8t, werd onze post te Sekarbela den 25sten opgeheven en de versterking aldaar geslecht. Tevens werd onze post te Pagasangan- West verkleind en de bezetting verminderd. Nadero berichten bevestigden de ontploffing op 22 dezer van het kruitmagazyn te Tjakra- Negaia. De poeri zoude daarby geene schade hebben geleden, doch overigens zouden groote verwoestingen zyn aangericht, terwijl twaalf menschen het leven verloren. In den ochtend van 27 dezer rukte eene colonne uit, sterk anderhalf bataljon infanterie en eene sectio bergartillerie, onder de bevelen van den tweeden bevelhebber der expeditie, met het doel eene demonstratie te houden in de richting van Rembega. Aanvankeiyk werd stelling genomen by de desa Pajarakan en van daaruit Kamassan en later uit eene stelling tusschen Rembega on Karang-Baroe, Kamassan en Mandjok beido, onder artillerie-vuur genomen. Mandjok is da naam van het Noord-Oosteiyk deel van Mata- ram, Kamassan een desa buiten Mataram onmiddeliyk benoorden den Noordelyken ram1, van die plaats gelegen. Beide plaatsen hadden nog weinig van ons vuur geleden. Van den vy'and werd niets bespeurd, alleen werd in den noordeiyken rand van Mataram hevig op de tong-tong geslagen. De colonne keerde te 12 uren in het bivak terug. De verovering van Mataram* Door tusschenkomst van den resident te Batavia ontvingen de Bataviasche bladen ran don algemeenen secretaris dd. 1 Oct he* navolgend regeeringsbericht. Generaal Vetter meldt: Vry dag-ochtend om zes uren rukte ecu bataljon infanterie met een sectio berg-artillerie uit naar Rembega, om te demonstreerden. Evenals den vorigen dag werd stelling genomen tusschen Rembega en Karang-Baroe en van daar Kamassan en Mandjok onder artillerievuur genomen. Nadat de vyand anderhalf uur op de tongtong had geslagen, rukte een troep uit Mataram in onze richting, naar schatting honderdman sterk. Na een paar granaat kartetsen en een^e geweer-salvo's trok do vyand af, do troep keerde ruim twaalf uren 's middags in bivak terug. Zaterdag-morgen om vier uran rukteD uit drie en een half bataljon in tauter», ander half peloton cavalerie, twee sectiën veld twee en een halve sectie berg artillerio en drie sectie® genietroepen met doel binnen Mataram te dringen en poeri te bezetten. Hoofdaanval werd gericht tegen zuid weste- ïyken hoek Mataram, tot welk einde langs den rechteroever en daarna door de Soengei Antjar werd opgerukt. By het binnendringen van Mataram werd heftigo tegenstand ontmoet en op zware borst wering gestuit. Nadat deze genomen was, werd langzaam voorwaarts gerukt, terwyl eene colonne, die Mataram van de zuidzyde beoosten grooten weg van Poenia naar Noord binnen rukte, de beweging ondersteunde Om tien uren 's middags ongeveer werden de vier poeris aan het kruispunt der groote wegen binnen Mataram bestormd en genomen. De zuidwestelijke poeri werd daarop bezet en tot verdediging ingericht, terwyl aan den westelyken iugang van Mataram, waar langs van uit Aroeng Aroeng eene colonne van twee compagnieën was binnengerukt, eveneens een punt werd vastgehouden ter bestryking van den grooten weg van "Wost naar Oost en tot verzekering der communicatie van de poeri met Aroeng Aroeng en Ampenan. In de poeri bleven achter twee compagnieën en een peloton aan den ingang van Mataram een peloton, beiden van het zesde bataljon, terwyl in do poeri twee veld- en een bergstuk in battery werden gesteld. Eene hevigo regenbui gedu rende een uur in den namiddag belemmerde zeer de werkzaamheden. By den viersprong Mataram werden door ons 67 lyken van Ballërs gevonden en begraven, terwyl in het zuiden van Mataram ook talryke gesneuvelden waren en in het geheel een groot aantal lyken werd aangetroffen. [Hierop volgt de reeds bekende opgaaf der aan onze zyde gesneuvelden en gewonden.) Landingsdivisie der marine bezette gedu rende de operation Aroeng-Aroeng, Kale en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2