De Lombok-expeditie.
vanieljo ys-aankondiging? Dat zou beter staan
en de verf niet beschadigen, hetgeen we hopen
dat nu nog niet gebeurd is. Ook komt de
tyd voor stoken aan;'t was gisteravond frisch
in de zaall
Over den straatweg GoudaBode
grave—Leiden werd Zondag over een afstand
van 60 K M. gereden om het kampioenschap
der Haagsche Wielrydersvereeniging „Snel-
voetera". De heer W. v. d. Mey, te Leiden,
verwierf het kampioenschap in 2 u. 5 m. 31 sec.
Hoewel weg en weer slecht waren, waren
toch nog zes mededingers aan de plaats van
vertrek, aan den Hoogen Ryndyk, verschenon.
De brug van de lijn Leide n
Woerden verspert zouden we bijna kunnen
zeggen thans reeds 16 jaren de vaart door
het Galgewater. AI die jaren werd zy door
dezelfde brugwachters bewaakt en wel zoo
danig, dat dezen er zich op kunnen beroemen
gehocl vrij v^n ongelukken te zijn gebleven.
De oudste, Iz. Vermaak, herdenkt 29 October
a. 8. den dag, waarop bij vóór 25 jaren in
dienst trad der Maatschappij, waarvan 9 jaar
te Utrecht en 16 jaar dienst by de brug.
To Waddingsveen is eene Schaak
en Damvereeniging opgericht, na eene ver
gadering, welke door den heer Regt was belegd.
Eiken Vrijdag-avond zullen de leden voortaan
vergaderen in de sociëteit „De Unie", aan de
Brug.
In don nacht van 14 op 15 0ctober
zjjn bij den heer De l'E., te Hoofddorp, 10 kip
pen gestolen.
Ook aan de Noordkade te Waddingsveen
z\jn ter opening van het winterseizoen de
strooptochton van kippen- en eendenroovers
weer begonnen. Eén der bewoners heeft reeds
van zeventien kippen afscheid moeten nemen
B(j een ander werden voor de variatie 20
HL. aardappelen ontvreemd.
Zondag-avond is ingebroken in
bet kantoor van den heer R. v. Lop de
Koornmarkt te Delft. De inbreker, de 35-jarige
M. v. G die reeds tweemaal wegens diefstal
was veroordeeld, was door het bovenscbuifraam
goklommen, en was juist bezig de scbrjjftafe.
te openen, toen de eigenaar, door een voorby
ganger gewaarschuwd, met een paar politie
agenten het kantoor betrad. Toen wilde v. G
nog beweren, dat hy door dat schuifraam,
2'/a M. boven don beganen grond, naar binnen
gegooid was! Do dief weegt N B. een kleine
200 pond. H\j werd onmiddellijk gearresteerd
en beden naar het huis van bewaring opge
zonden.
Eene 27-jarige werkvrouw te
Rotterdam kreeg gisteravond ruzie mot een
buurman, die baar een paar slagen gaf, waarna
zij door hem achtervolgd naar boven liep en
uit benauwdheid uit het zolderraam der 4de
verdieping spong. De vrouw kwam op eene
lantaarn terecht, doch werd slechts licht ge
knousd. Zy is per brancard naar het ziekenhuis
gebracht.
Drie jaren geledon vond oen werk
man, te Kralingen wonende, op den openbaren
weg te Rotterdam aan een boom, tusschen
eenig straatvuil, eenigo stukjes papier, dio by
nadere beschouwing verscheurde bankbiljetten
bleken te zyn. Hy gaf van die vondst kennis
aan de politie, die het gevondene in be
waring nam.
Dezer dagen werd de man verbiyd met do
ontvangst van ruim f 300, zyndo de waarde
der bankbiljetten, waarvan de eigenaar tot op
heden zich niet had aangemeld.
In do afgeloopen weekhebben
zich te Rotterdam 4 nieuwo gevallen van
pokken voorgedaan.
G 6 t o r m i d d a g werd te Gouda
de 80-jarige hoer Nelisse by het oversteken
der rails door de aankomende stoomtram
overreden. Het oene been word geheel ver
brijzeld. By het afzenden van dit bericht
waron nog eenige teekenen van leven te
bespeuren, doch er bestond geene hoop op
behoud.
Sedert 11. Vrydag namiddag wordt
te Haarlem vermist de hoer W. G. Wolbers,
bookhouder by de firma Gebroeders Figée,
fabrikanten aan de Leidschevaart. Zyne admi
nistratie is volkomen in orde bevonden, waarom
men vermoedt dat hem een ongeluk is over
komen. Zyn signalement is: oud 54 jaren,
iets kleiner dan middelmatig lang, tameiyk
gezet, blozend gelaat, kaalhoofdig, alleen op
bet achterhoofd een weinig krullend haar,
donkerbruine snor, gekleed mot donker pak,
fantasiehoed, gewoon rond model, De com
missaris van politie te Haarlem verzoekt
zyne opsporing en by mogelijke ontdekking,
betzy levond of dood, onmiddeliyk bericht.
De burgemeester van Amsterdam
brengt ter openbare kennis, dat op 15 dezer
in die gemeente één persoon is aangegeven
als overleden aan Aziatische cholera.
Do toestand van de derde to Weesp door
cholera aangotaste patiënte, oen 21 jarig
meisje, is bevredigend en geeft hoop op herstel.
De twee laatste patiënten zyn overgebracht
naar het tot ziekenbarak ingerichte wacht
lokaal.
Gisterochtend werd do laatste choleralyder
te Kralingen uit do barak aldaar als genezen
ontslagen.
Door den R K. Volksbond to Roer
mond is besloten om in 1S95 een begin te
maken met het bouwen van arbeiderswoningen.
Van do 30 woningen, welke gebouwd zullen
worden, moeten er in 1893 minstens 15
klaar zyn.
Uit hot dezer dagen verschenen verslag
oener o:.quote, is gebleken dat te Roermond
dringend behoefte aan goeie woningen bestaat.
Een vijftienjarige knaap te
Schoonhoven, die nagenoeg geheel alleen op
do wereld staat, had plaatsing verzocht by
de instructio compagnie in die gemeente, doch
kon niet voldoen aan de eischen, by de ge
neeskundige keuring gesteld. De arme jongen,
ofschoon vreoseiyk teleurgesteld, liet den moed
niet varen. In oen met potlood geschreven
brief aan H. M. de Koningin legde hy zyn
toestand bloot, en zyne hoop op hare groot
moedige bescherming werd niet beschaamd.
Na een door H, M. ingesteld onderzoek zal
de jongen op voorstel van den commandant
en na ingewonnen advies van den betrokken
officier van gezondheid zeer waarschyulyk
toch in dienst worden gesteld.
Den 17den Juni II. werd by een
zekeren Vos, bedelaar, te Hilversum, de som van
f 600 gevonden, hetgeen ten gevolge had, dat 't
R.-K. armbestuur ophield met het verleenen
van onderstand. Dit schynt op 's mans geld
middelen een nadeehgen invloed te hebben
uitgeoefend, althans Zaterdag-avond werd by
door de gerechtelyke macht uit zyne woning
gezet, wegens niet-betaling van huishuur.
Meer dan verbaasd was men, tosD uit do
woning achtereenvolgens voor den dag werden
gehaald: eene houten kist met geld, te zwaar
voor één man om te lillen, eene blikken trommel,
eveneens met geld gevuld, eene party kleeding
stukken, waaronder vele nieuwe, een zilveren
horloge, 40 paar nieuwe kousen, eene groote
boeveelheid ryst, bruineboonen, een pot be
schimmeld vet, beschimmeld brood, enz
De kinderen, die, zeer onrein, langs den
weg door bedelen in hun onderhoud moesten
voorzien, zyn door de buren gereinigd en naar
een familielid te Laren opgezonden.
Den geheelen nacht hield de gewaando arme
by zyn inboedel de wacht.
De aandeelhouders in het waar
borgfonds voor de dezen zomer te Nijmegen
gehouden tentoonstelling van schilder- en
beeldhouwkunst hebben van hunne aandeelen
a f 25 een bedrag van f 17.50 terugontvangen.
Door de rechtbank te Alkmaar
is aan Klaas Boes als verdediger toegevoegd
mr. Van der Hoeven, advocaat aldaar.
Zeer waarschyniyk komt de zaak medio
November in openbare behandeling, vooraf
zal Boos echter terechtstaan voor de inbraak
by mr. Asser.
Door den heer G. H. Mastboom,
te Gastel, is proces-verbaal opgemaakt tegen
de „Maatsch. tot Expl. van Staatsspoorwegen",
wegens overtreding van het reglement op het
gebruik der Rykswegen en van het reglement
op de spoorwegdiensten, door het buiten
noodzakelykheid gedurende circa vyf minuten
gesloten houden van de afsluitboomen aan den
overweg te Rozendaal.
Met groote belangstelling wordt de rechter-
lyke uitspraak in deze zaak te gemoet gezien.
Te K. (een dorp in Friesland) zou
een ïyk gekist worden en alles was daarvoor
klaargemaakt. De buren doen dan gewooniyk
lykdienst en krjjgen vooraf een borrel De
betrokken famillo wilde nu echter dit niet
toestaan, waarop de buren weigerden den
overledene grafwaarts te brengen. Niet vóór
de gewenschte borrel was gegeven, werd 't
ïyk gekist en naar den doodenakker gebracht.
Te Arnhem heerscht onder de
paarden van het corps rydende artillerie vry
erg de influenza.
De heer Franken, commies der
posteryen te Maastricht, die voor eenige dagen
werd vermist, is Zondag-avond uit de Geul
naby Maastricht uit het water gehaald.
Do klok uit don toren te Drempt
(gem. Hummeloo en Keppel), welke geacht
wordt to dagteekenen uit den tyd van Karei
den Grooten, is aangekocht voor het Museum
van Oudheden fe Amsterdam.
Te Zeven aar kwam een geval van
bloedvergiftiging voor. Een driejarig kind van
den heer H. sneed zich een onbeduidend wondje
met oen mos. Spoedig zwol do wond op en
eenige uren later was het kind een ïyk.
Zondag-morgen is het woonhuis
van den winkelier B. W. Poll, te Deventer,
mot byna alles wat er in was eeno prooi der
vlammen geworden. De toegesnelde spuit kon
niet anders doen dan do belendende gebouwen
beschermen, die gespaard bleven. Alles was
tegen brandschade verzekerd.
De vrouwen Middegaal en Schel-
kes, betrokken by bet drama, dat in de
Rozenmarynga8 te Nymegen werd afgespeeld,
hebben die stad verlaten. Zy moeten zich te
Utrecht hebben gevostigd.
In den nacht van Vrydag op
Zaterdag is te Antwerpen het entrepot-Josson
geheel door brand vernield. Daarin bevonden
zich o. a, 9000 balen koffie en 300 balen
bloem, van welke niets kon gered worden.
Het aangrenzende gebouw der Hesse natie
werd ernstig bedreigd. Daar lagen o. a. 100
vaten olie Het gelukte echter der brandweer
het vuur tot het entrepot te beperken. Het
gebouw en de koopwaren waren verzekerd
voor 1,125,000 franken. Men raamt de schade
echter op meer dan twee millfoen fr. Ook de
belendende gebouwen hebben veel geleden.
Dit is reeds de derde maal, dat de maga-
zynen van Ceulemans door brand vernield
worden.' Do eerste maal was het 't gebouw
der Oud o Stadswaag, de tweede maal waren
het de magazynen der Noordstraat, waarby
verscheidene brandweermannen gekwetst wer
den. Ditmaal is alles zonder persooniyke ODge-
Iukken afgeloopen.
Ten gevolge van den brand zyn driehon
derd vrouwen en meisjes zonder werk.
Volgens het „Mil. Blad" is door
de Oostenryksche regeering voor de 19 dagen,
welke door het 4de legercorps groote manoeu
vres zyn gehouden, eene som vati ongeveer
f 10,000 betaald aan verschillende maatschap-
püen, waarby voor de 23,000 man, die aan de
oefeningen deelnamen, eene verzekering was
gesloten op het loven en tegen ongelukken.
Zou het vraagt het blad geene aan
beveling verdienen om dezen maatregel, op
het voetspoor van Zwitserland, ook by onze
manoeuvres en vooral by onze schietoefenin
gen toe te passen?
Het plunderen van spoorweg-
treinen is in Amerika geene zeldzaamheid,
maar hot laatste geval van dien aard overtreft
al de vorige door de ongehoorde brutaliteit,
waarmede de roovers te werk gingen. Niet
in de wildernis van bet verre "Westen, maar
in oene dichtbevolkte streek, op slechts korten
afstand van Washington, de hoofdstad der Ver
eenigde Staton, hebbon de roovers Vrydag
hun slag geslagen. De nachttrein van Rich
mond naar Nieuw-York naderde de Potomac-
rivier, toen de machinist en de stoker eens
klaps zeven gemaskerde k9rels over de kolen
in don tender naar de locomotief zagen kruipen.
De roovers bevalen hun te stoppen, onder
bedreiging met revolversdo machinist haastte
zich te gehoorzamen Daarop werd den post-
conductour gelast, de deur van deri waggor,
waarin zich de brandkast met geldswaarden
bevond, te openen; toen de man weigerde,
liet men de deur met een paar dynamiet-
patrooen springen.
Terwyi zes roovers den machinist en den
stoker, die op den weg waren geplaatst, in
bedwang hielden en af en toe een schot losten
op de passagiers, die naar buiten durfden
kijken, dwong de zevende roover, een kerel
als een boom, den postconducteur do brand
kast te openen en hem alle geldswaarden te
geven. Een en ander duurde 20 minuten.
Geen der reizigers was in staat weerstand te
bieden; een hunner, die eene revolver bij zich
had, wilde daarmede schieten, maar de pa
tronen gingen niet af.
Toen het geld in een handkoffer was ge
pakt, maakten de roovers de locomotief los
cn stoomden daarmodo weg Toen zy onge
veer eene myi hadden gereden, sprongen zy er
af en begaven zich naar de Potomac-rivier,
waar een bootje gereed lag. waarmede z(j
ovorstakon naar het grondgebied van den
staat Maryland Do locomotief stoomde inmid
dels al sneller en sneller voort, tot zy ein-
deiyk by een station, twaalf mijlen verder,
togen eenige goederenwagens aanbonsde en
omviel.
De buit, door de roovers gestolen, bedraagt
tusschen de 30,000 en 100,000 dollars; het
juiste bedrag is nog niet bekend. Natuuriyk
hoeft het brutale schelmstuk, als hot ware
onder den rook van de hoofdstad der republiek
gepleegd, groote sensatie gemaakt. Een aantal
detectives werden dadelyk aan bet werk gezet
om do roovers op te sporen; de spoorwegmaat
schappij heeft eene premie van 10,000 dollars
op hunne arrestatie gezet, terwyi ook de gou
verneur van Virginiö eene flinke belooning
heeft uitgeloofd.
Het beleid van generaal Tetter.
Enkele Indiscbo bladeD, die begonnen zyn
met heftige critiak op het beleid van generaal
Vetter te oefenen, hebben thans besloten
voorloopig daarmee te eindigen en zoggen,
dat zy met de afrekening zullen wachten tot
het einde der expeditio.
Niet alzoo wordt daarover gedacht door
den heer Eyssell, den hoofdredacteur der
„Soer. Ct." Een doorwrocht artikel heeft hy
aan generaal Vetter gewyd.
Aan het einds daarvan zegt hy:
Het kan zeker nooit in het belang zyn van
een goed verloop der verdere expeditie, dat
generaal Vetter nog aan het hoofd gehand
haafd blyft. Biykbaar heeft de regeering dit
in den aanvang zelve ook gevoeld: getuige
daarvan de tegenwoordige samenstelling der
hoogere rangen daar te velde, eene samenstel
ling onder den eersten indruk der catastrophe
geschied. Waaraan dan kan het zyn toe te
schryven. dat zy thans tot een ander inzicht
schynt gekomen?
Dat moet wel de invloed zyn van hot papier:
de offlciëele rapporten hebben waarschyniyk
deze metamorphose uitgewerkt.
Maar wie officiéele rapporten zegt, zegt ook
„officiéele waarheid," en de officiéele waarheid
pleegt alles te zyn behalve do waarheid. Wie
hier bet verhaal heeft gehoord dier bonderden
van Lombok teruggekeerden, hy krygt slechts
één overweldigenden indruk en die is deze,
dat het by de expeditie van den aanvang af,
aan alle militairo leiding ontbroken heeft.
Men heeft daarby uitsluitend aan politiek
gedacht en gedaan. Hoe treurig ook die politiek
is geweest - in hare resultaten gebleken
daarover spreek ik niet. 't Is best rac&eiyk,
dat hierin ook de Regeering voor eon groot
doel schuld heeft, zy het dan alleen ten gevolge
van onverstandige adviezen harer raadslieden.
Doch voor het militaire mistasten is uitslui
tend de opperbevelhebber en met hem, mis
schim zyn chef van den staf verantwoordelyk.
En dan, zoo schryft de heer Eyssel verder,
er is nóg wat. Hoe kan er harteiyke samen
werking bestaan onder gegeven omstandig
heden, tusschen de beide bevelhebbers?
Alleen reeds met de menscheiyke natuur
rekening houdend, en afgescheiden van het op
Lombok voorgevallene, kan men wel nagaan
dat de door generaal Vetter voor den generaals-
raDg afgemaakte kolonel Segov, nu juist niet
met de meest hartelijke gevoelens bezield kan
zyn jegens dengeen, die hem op zulke futiele
gronden onwaardig keurde voor den oppersten
rang, dat do regeering daarover heen stapte
en den kolonel wèl voordroeg, en zulks juist
op grond zyner uitstekende eigenschappen te
velde, haar herhaaldelyk gebleken en thans
zoo van noode.
En nu met het Lomboksche desaster ge
bleken is, van hoe geringe wezenlijke waarde
het aureool des afmakers was, nu kan er ook
onmogely'k van eenig moreel overwicht van
den lsten op den 2den bevelhebber sprake
wezen.
Dit alles moet der Regeering toch wel zyn
bekend! Hoe komt zy dan tot het veranderde
inzicht om den opperbevelhebber toch en on
danks alles to handhaven? Dan had zy zeker
Segov niet derwaarts moeten zenden: dan
had zy toch zeker wel een der kolonels Swart
of De Moulin en zelfs ieder an^pr kolonel
veeleer met die opdracht kunnen vereeren.
Het kan nooit anders dan verkeerd zyn,
indien tusschen den lsten 6n den 2den be
velhebber eener expeditie geene bepaalde
„entente cordiale" bestaat. Heeft men te Atjeh
dan nóg geen leergeld genoeg, ook hiermede
betaald
Het klinkt heel aardig al is het weinig
geruststellend voor de slachtoffers! dus be
sluit de heer Eyssell, om te zoggen: geeft
den geslagen generaal gelegenheid om zyne
reputatie te herwinnen. Maar daargelaten, dat
er slaan en slaan is, en dat een generaal, die
zich, uitsluitend militair-gesproken, zóó ver
rassen laat als hier is geschied, voorgoed
elk vertrouwen moet hebben verbeurd die
gelegenheid worde nooit, gegoven, waar zóó
veel op het spel staat als thans" hier.
Dat mag eenvoudig nietl
Op gezag van een ooggetuige heeft de
„J.-B." medegedeeld:
„Gedurende den terugtocht vao Tjakra-
Negara naar Mataram stelde generaal Vetter,
die voortdurend zyne bevelen bleef geven,
zich telkens aan hot hevigste vuur van den
vyand bloot, zonder te trachten zich daartegen
te dekken."
Het „B. Hbl." teekende daarby aan:
Deze flinke houding vao deo generaal in de
critieke oogenblikken is eene reden te meer,
om te breken met de tegen hem gevolgde
tactiek, de tactiek nl. van verdacht maken,
van insinueeren en afbreken.
Generaal Vetter schynt geen man to zyn
van een zacht karakter en dit schynt eenigen
tot zyno vyanden te hebben gemaakt, maar
is in een opperbevelhebber niet veeleer een
streng en scherp gemoed noodig?Een gemoed,
dat er niet naar streeft slechts tevreden men-
schen om zicb heen te zien?
Uit zyn geheole optreden blijkt ook dat
populariteit hem een onverschillige zaak schynt
te zyn. De op een stroovuur gelijkende popu
lariteit van het oogenblik is hem onverschillig,
terecht inziendo dat duurzame populariteit,
welke van eene geheel andere 60ort is, eerst
ontstaat wanneer groote diensten aan het
algemeen belang zyn bewezen.
Berichten van verschillenden aard.
In den morgen van den 9den September
kwam de „Maetsuyker" in het bassin van het
marine-établissement te Soerabaia, met het
grootste deel van het detachemont-Lindgreen
aan boord.
Zy, die daartoe in de gelegenheid waren,
namen direct een kykje aan boord. Op het
achterschip bevonden zich de kapitein Lind-
green, de officieren van gezondheid 1ste kl.
Ujlaki en de luitenant van de artillerie Van
doi Plank, en de zwaar gewonden; de officieren
zagen, de doorgestane ontberingen als-anders-
zins in aanmerking genomen, er vry goed
uit; onnoodig te zeggen dat zy menigen
hartelyken handdruk en gelukwensch ont
vingen van hunne kameraden en wapen
broeders en van hunne vrienden en kennissen
uit de burgery.
Ook de toestand der overige gewonden en
zieken mocht, over het algemeen genomen,
gunstig genoemd worden; onder de zieken
trof men verscheidene aan met koorts, dys-
sentene, etc.
Wat de kloedmg der geëvacueerden betrof,
daarmede was het al heel treurig gesteld,
vooral die der onderofficieren en minderen,
die krygsgevangen gezeten hebben, 't Schynt
dat de Baliërs schik in onze uniformen had
den, want velen der gevangenen hadden hunne
equipementstukken moeten afstaan, anderen
weder zagen hunne uniform gescheurd en ont
daan van de uitmonstering, knoopen, enz.,
eenigen waren gestokeD in halve Balineesche
kleeding met een doek om of een Ketoe (kalotje)
op het hoofd.
Ofschoon recht gehavend, bovendien ziek of
gowond, zagen de meesten er toch opgeruimd
uit en lieten zy zich do hun door do heeren
van het „Roode Kruis" aangeboden verver-
schingen goed smaken. Verscheidenen waren
gewapend met Balische krissen en zwaarden,
die zy met trots aan het publiek vertoonden.
Tegen balftwaalf ongeveer waren de licht
gewonden en de lichte zieken aan den wal;
onder toezicht van den officier van gezond
heid 1ste klasse Kornelissen, werden zy
naar de gereedstaande rytuigen geleid of
gedragen en naar het hospitaal te Simpang
vervoerd; telkens wanneer een wagen weg
reed, voorzagen de heeren van het „Roode
Kruis" dien van minerale wateren en andere
vervcrschingen.
Aan de „Loc." is o. ra. den lOden Sept.
uit Soerabaia getelegrapheerd
„De zwaar gewonden uit do „Maetsuycker"
zyn eerst gisteravond naar het hospitaal ver
voerd; de toestand van enkelen is treurig.
Kapitein Lindgreen is licht gewond aan den
arm. Nog is geëvacueerd kapitein Schneider
met eene breuk. Met de „Maetsuycker" is mede-
gekomen en naar de gevangenis overgebracht
een Sasak; do beschuldiging is hier nog niet
bekend. Volgens particuliere berichten uit
Lombok heeft hadji Oemar, panghoeloe van
Soerabaia, drie dagen vermist geweest by het1
desaster, zich eenigen tyd schuilgehouden
in eene kalie, zonder eenig voedsel; daarna
wist hy Ampenan te bereiken.
Do „Cycloop" is met 150 man onder kapi
tein Willemstyn naar Laboean Tring om de
baai af te sluiten. Op 7 September is een
vlot met goederen van den aannemer door
do branding beschadigd de goederen, door do
„Modan" aangebracht, zyn weggeslagen.
De vier dwangarbeiders, die onlangs
gratie hebben gekregen wegens hun flink ge
drag op Lombok, zyn allen Atjehers. Eén
hunner had nog vele jaren straf te ondergaan.
De twee vreemdelingen een Engelsch-
man en een dito Oostenrijker, naar het schynt
- dia begin Juli by het debarkeeren onzer
troepen toLombok op het omineuze eiland
„en amateur" aanwezig waron en daar door
de onzen werden aangetroffen en dus by ge
breke van de noodige legitimatie voorloopig
daarin krygsgevangenschap werden gehouden,
die twee liefhebbers zyn thans, nu ze te Am
penan slechts hinder gaven by al do drukte
daar, op order des generaals per ss By landt''
naar Soerabaia overgebracht.
En do politie, dus voegt de „Soer. Crt."
daaraan toe, heeft hen natuuriyk voorloopig
vrygelaten geheel in overeenstemming
trouwens mei den inhoud van den begelei
denden brief des generaals, die wel begreep
dat men op oorlogsterrein wel iemand kan
aanhouden, die daar zonder behooriyk man
daat vertoeft, maar dat men die lieden hier
niet gevangen kan houden, tenzy er van eenig
bepaald misdryf gebleken mocht zyn, wat
hier niet het geval is.
Hoogstwaarschynlyk zullen zy per eerste
gelegenheid naai Singapore vertrekken, en
zich nu wel twee keer bodenken, eer ze hunne
Lomboksche vrienden opnieuw met een bezoek
vereeren, dat huD nu reeds op een paar maan
den gevangenhouding is te staan gekomen.
De heeren heeten Cropley en Ivanvltch.
De inteekeningen voor het Lombokfond»
bedragen te Batavia ongeveer f 20000 waarvan
reeds f 14000 zyn betaald.
Men verzekerde aan de „J.-B dat het
der Regeering volstrekt niet naar don zin wae
dat Djilantik naar Bali is overgestoken, en dat
hy een 500 volgelingen heeft meegenomen.
De l8te luit. Hardie, één der lichtge
wonden op Lombok, schryft o. a. aan zyne
familiebetrekkingen te Maastricht:
„Van m|)n bataljon, dat op 28 Juni 11. zb
600 man sterk uittrok, bestaat de helft niet
meer. Ikzelf kreeg vier schoten, waarvan
één aan myn rechterarm het ergste is. Met
myno wondon gaat het uitstekend, zoodat ik,
als gy deze briefkaart zult ontvangen, het
hospitaal reeds zal verlaten hebben."
De slechting van Mataram.
Het bericht, uit particuliere bron herwaarts
gekomen, dat Mataram geheel in ons bezit is,
werd, zooals wy mededeelden, van deskun
dige zyde in twyfel getrokken en de waarheid
er van blykt ook uit hot gisteren medege
deelde Regeerings telegram niet. Men doet dua
het voorzichtigst, wil men teleurstellingen
vermyden, zich letterlijk te houden aan de»,
inhoud van de Regoerings-telegrammen env
zoolang niet uitdrukkeiyk geseind wordt, dat
Mataram in zyn geheel ons is, het er voor
te houden, dat dit niet het geval is.
Gaat men den toestand na, zooals die uit
zekere gegevens is te beoordeelen, dan blykt
dat het hart van Mataram, de plek, waar
de vier poeri's staan, sedert veertien dagen in
ons bezit is. Een van die voreten-verbiyven
is aanstonds door ons bezet en versterkt. Voor
het overige wordt Mataram, voor zoover het
in ons bezit is, geslecht en gaat men daarmede
aanhoudend voort, naarmate men vorder vordert.
Zoodoende beveiligt men onze versterking te
Mataram tegen een coup dc main van de zyde des
vyands. By dit werk werden onze troepen
niet door den vyand gestoord, wat van te meer
beteekenis, is omdat, wanneei het waar is dat
het oostelyk deel vaD Mataram nog in handen
van de Baliërs is, het slechtragsweik als 't ware
onder hunne oogen moet geschieden.
Men ziet dus: onze troepen vorderen, al gaat
het langzamer dan sommigen in hun ongeduld
zouden wenschen. Die ongeduldigen zouden
trouwens, wanneer anders gehandeld werd en
de zaken liepen dientengevolge verkeerd, de
eersten zyn om den bevelhebbers hun te
haastigen spoed te verwyten.
"Wanneer Mataram geheel in onze handen
is, dan zyn wy er nog lang niet. In de
gisteren medegedeelde mailberichten wordt ei
reeds van gewaagd, dat de Baliërs uit Mata
ram, waar ons geschut het verbiyf onveilig
maakt, verder oostwaarts terugweken naar
Tjakra-Negara. Ook daar is de plaatselyke
gesteldheid zoodanig, dat wy voet voor voet
bet terrein zullen moeten veroveren op den
vyand. De reeds meermalen door ons aange
haalde „aanteekeningen betreffende Lombok"
vermelden daaromtront
„"Van den Oosteiyken pagger by Matarant
tot het verblijf van den vorst te Tjakra-Negara
strekt zich ter lengte van pl. m. 2500 M. aan
beide zyden van den weg eene groote dossa
uit. Het vorsteiyk verblijf ligt ten N. van
den weg en het vormt als het ware het
Oostelijk einde van de öessa; 300 M. ten
Westen van het vorstelijk verbiyf is in den
weg een in goeden toestand verkeerenden
steenen duiker.
H-r vorsteiyk verbiyf te Tjakra Negara
bestaat uit een door pl. m. 1 voet dikken en
4 a 5 M. hoogen kleimuur omgeven hoofd
gebouw met bygebouwen. Schieten, grachten
noch banketten zyn in, voor en achter do
muren aangebracht. Onmiddeliyk ten N. van
'8 Vorsten verbiyf vindt men een door een