MENGELWERK.
Finantiëele Kroniek.
De afgeloopen week kenmerkt zich voor
vele fondsen door oene betore stemming, welke
voornamelijk te danken was aan de gunstige
tijdingen, welke omtrent den ziektetoestand van
den Czaar werden vernomen en voor hot
oogenblik geene redenen tot groote bezorgd
heid schijnen te geven, en de meer kal-
meorende politieke berichten, waaruit blijkt
dat hel optreden der groote mogendheden tegen-
ovor de China Japansche oorlog, geheel in
onderlinge overeenstemming geschiedt.
Toch blijft de verbetering binnen beperkte
grenzen, daar bij do groote gevoeligheid der
markt (on hierop werd reeds vroeger gewezen)
by do geringste aanleiding wel een reus
achtige drang tot verkoopen wordt waarge
nomen, doch bU eenlgszins gunstiger teekenon
niet zoo spoedig eene evenredig gunstige
houding der markt merkbaar wordt. De ver
schillende fondsen zyn in de laatste jaren
buitengowoon opgedreven, zóó, dat wel een
teruggang, doch moeiiyk verhooging der koer-
eon is te verwachten, en nu is juist do vrees
voor mogeiyko groote kentering oorzaak, dat
by de geringste alarmgeruchten onmiddellyk
een groote drang tot verkoopen ontstaat, om
zooveel mogelyk tegen grooter verlies govry-
waard te zyn.
In onze 3taatsfondeen ging niet veel
om, do handel daarin heoft ook al weinig te
boduiden, hoewel het geld zeer overvloedig
en de koers laag blijft. Over het algemeen
was de 2'/j pets. W. Schuld in de minst
gunstige positie; de koersverbetering, welke
daarin voor een oogenblik plaats vond, ging
spoedig weer geheel verloren.
De uitslag der Tabakveilingen was oorzaak
dat voor de meeste Tabakaandeelen
oene willige markt bestond. Wel maakten
Sen om ball's eene kleine buiteling, doch
do koers verbeterde zich spoedig. Assahan
schynt, een ongelukkig land te zyn, ten minsto
voor die ondernemingen, welker waarden hier
ter Beurze worden verhandeld. Aandeelen
A s s a h a n-T a b a k-Maatscbappy en A s s a-
hanCultuu r-Maatschappy ondervonden een
belangrykon teruggaDg.
Overigens was de markt der Indische
waarden buitengewoon kalm. Alleen rescontro
llandel-Maatschappü bleef een gelief
koosd fonds voor de speculatie, die voortging
bet aangenomen dalingsprogramma ton uit
voer to brengen.
Do afdeeling der Nederlandscbe spoor
wegwaarden was flink; hoewel do om-
tellen niet voel te beteekenen hadden, bleef
toch oono vaste stemming behouden.
Europeeeche waarden haddon oen gun-
stigo week. Do borichton omtrent den gezond
heidstoestand van den Czaar blyven gunstiger
lulden en thans wordt algemeen aangenomen
dat aanvankoiyk niet zonder bedoeling - (lat
zo zeer overdreven waren. De al of niet juistheid
daarvan zal moeilyk kunnen beoordeeld wor
den, doch van de meest betrouwbare zyden
worden do berichten van geruststellender aard
goacht. Ten slotte werd hierdoor veel van den
plotseling veroorzaakten schrik en angst weg
genomen en kon daardoor een gedeelto van
hot niet onbelangryk koersverlies worden her
wonnen.
Toch is nog veel in te halen alvorens bet
hoogo peil van eene maand geleden wederom
is bereikt en voor de zooveelste maal wordt
bowaarheid dat by eene crisis, of iets wat
daarop gelykt, do koersen wel zeer snel om
laag gaan, doch, by eono gunstige wending,
verbetering slechts langzaam en voorzichtig
plaats heeft.
Hongaarsche fondsen bleven zeer
pryshoudend. Do finantiéele toestand van dit
land biyft steeds meer en meer de aandaebt
trekkon. Hoewel de dezer dagen door den
minister van financiën ingediende begrooting
oen kleiner saldo aanwyst dan do vorige, had
men toch vóór do indiening eene minder gün-
stige opinie, daar do uitgaven eene niet on
belangryke vermeerdering aantoonden. Nu
echtor de ontvangsten ook een hooger cyfor
aanwyzen, is de ongunstige verhouding daar
door weggenomen. Zoowel de 4 pets. goud-
leening, als de spoorwegleening, wyzen een
niet onbelangritken vooruitgang aan.
Yoor Italië was do opinio minder gun
stig, hoewel de lang voorbereid zyndeoprich
ling eener Duitsch-Italiaansche Bank eindelyk
haar beslag hoeft gekregen. Het is nu maar
to hopen dat dezo instelling zal beantwoorden
aan de verwachtingen, aan haar oprichten
vastgeknoopt, nl. het verbeteren van den han
delstoestand, hoewel de pogingen daartoe uit
don aard slechts zoer bescheiden kunnen zyn.
Portugal hoeft mede van do gunstige
stemming kunnen profiteeren. Al is de ver
betering voor deze fondsen niet buitengewoon
groot, toch bleef do houding der markt be
vredigend. Spaansche fondsen wordendoor
de Pavyscho Bours zeer sterk gesteund, al
waar do markt voor de nieuwo leening moet
worden voorbereid. Het nieuwe ieeningsplan,
hotwolk reeds langer dan een jaar in de
lucht heeft gehangen, is thans in afgeronden
vorm openbaar gemankt. In November zal do
Cortez daarover hebben to beslissen. De
niouwo loening zal 5 pet. rente dragen, tegen
den koers van 90 pet. worden uitgogoven en
oen gedeelte dor tabakopbrengst tot waar
borg hebben.
In den laatsten tyd is do stemming voor
T u r k 8 c h o waarden niet zoo geanimeerd
als sedert lang het geval is. Waarschijnlijk
wordt dit fonds, hetwelk te Pnrys do hoofd
markt heeft, oonigszins verwaarloosd. Belang
rijk is hel in het thans openbaar gemaakt
uitvoerig verslag oen blik te slaan, in verband
met do vraag omtrent eene aanstaando ver
hoogde rentebetaling op de geconver
teerde Turken. Hoewel hierover in den
laatsten tyd van verschillende zyden mee
ningen zyn uitgesprokon, is een beslist ant
woord nog niet gegeven. Het is daarom niet
te onpas in het kort de positie der geldmid
delen van Turkye, voor zooverre zy met boven
bedoeld vraagstuk in verband staan, te be
spreken. Het nominaal bedrag der schuld is
in 1893/94 met ruim 1,460,000 T. ponden
verminderd, terwyl het fonds, waaruit de ver-
hooging van den interest zou moeten worden ge
vonden, vermeerderd is met 108,000 T. ponden.
Aan het bedrag om op de geconverteerde
schuld pet. rente meer uit te betalen, ont
breekt nu nog 68,000 T. pond, welk bedrag
men ovenwei verwacht dat in het loopend
jaar gemakkelyk zal kunnen worden opge
bracht.
Is dan het noodige fonds voorhanden om
de Maart-coupon op den voet van 1'/, pet. te
voldoen, eene andere vraag blyft dan echter
te beantwoorden, welke wellicht de verhoogde
rentebetaling voor de eerstkomende jaren nog
zou kunnen tegenhouden. Het is nameiyk nog
niet uitgemaakt of de uitkeering van pet.
extra reeds mag plaats hebben, zoodra het
beschikbaar bedrag daarvoor (voor dón coupon)
aanwezig is, dan we) of daarmede zoolang
moet worden gewacht totdat het reservefonds
zoodanig zal zyn aangegroeid, dat daaruit ook
de verhoogde uitkeering voor moerdera vol
gende coupons zal kunnen geschieden. Eene
beslissing hieromtrent Bchynt nog niet ge
nomen.
Hoowol de middelen in 1893/94 niet zyn
vooruitgegaan zooals in 1892/93 het geval
was, wordt toch do verwachting gekoesterd,
dat zy voldoende zullen blyven toenemen.
De Russische Spoorwegmarkt was
zeer levendig. In den laatsten tyd heerschte
voor deze waarden eene geanimeerde stemming,
welke ten deele wordt in het loven geroepen
door verschillende geruchten omtrent naasting
van spoorwegen door de regeering. Nu worden
echter in een der toongevende Russische
finantiéele bladen op in hst oog loopende
wyze dezo geruchten tegengesproken en ge
waarschuwd tegen de opdrijving der koersen
van verschillende spoorweg-aandeelen. Van do
aandeelen Russ. Zuid-We et-S po or wordt
verklaard dat van eventueele schadeloosstelling
by de overname van dezen spoorweg geen
sprake zal zyn en evenzoo wordt gewaarschuwd
tegen enkele voorstellingen aangaande de
voorwaarden, waarop de overname derWar-
schau-Weenen, Fastowo en Balti-
sche Sporen zou geschieden. Hoewel het niet
onwaarBchyniyk, is dat de conditiën ten op
zichte der laatstgenoemdo spoorwegen toch
nog gunstig zullen zyn, is toch de bedoeling
van het Russische blad, nl. te waken tegen
speculatie op ovordreven geruchten, niet anders
dan te billijken.
Het valt overigens te betreuren dat do
aandeolen Russ. Zuld-West-Spoor uit
de handen der houders zullen moeten gaan,
daar de ontvangsten dezer lijn in buitengewone
mate blyven toenemen en vooruitzichten op
een zeer gunstig extra dividend opleveren.
De markt der Zuid-Amerikaansche
waarden bleef zeer kalm on de verschillende
soorten geven gcene aanleiding tot eonjgerlei
bospreking.
Do Amerikaansche Spoorweg-
markt blyft moer dan treurig. De handels
berichten blyven dan ook zeer teleurstellend.
Niettogenstaando de katoenoogst reusachtiger
i3 dan ooit, zullen de zeer lage pryzen weer
oorzaak zyn, dat het profijt voor do spoor
wegen, door de lago tarieven, slechts van
weinig beteekenls kan zyn. Een der kwade
punten blyft steeds de A t c h i s o n-geschie-
denis, waaromtrent ln den laatsten tyd ge
ruchten wordon vernomen, dat eene bevoor
rechte leening boven de 4-pet.-obligatiën zou
worden gesteld. Hoewel nog geen definitief
reorganisatieplan bestaat en dus bovengenoemd
gerucht niet andors dan als zeer voorbarig
moet worden aangemerkt, werkt toch de
langdurige crisis der Atchison doodend op de
geheelo spoorwegmarkt.
De onderhandelingen, welke reeds langertn
tyd gevoerd worden omtrent do overneming
der 6-pcts. obligation Chesapeake Sc Ohio
S. W., scbynen nu daartoo te hebben ge
leid, dat men hoopt voor deze obligatiën een
koers van 104'/» pet. te kunnen bodingon,
daaronder niet begrepen het bedrag dor beide
onbotaald gebleven coupons, hetwelk nog
afzonderlyk zal worden vergoed.
Iiijnlandschc Bank.
INGEZONDEN.
Lombok.
Geachte Redactie!
Mogelyk is het voorbarig of overbodig, maar
zoo mogelyk zag ik onderstaand in uw blad
opgenomen.
Er is op 't oogenblik in den lande geene
zaak, die meer de aandacht trekt dan de expe
ditie op Lombok on do mannen, die daaraan
deelnemen. Terocht hoerscht er eene algemeeno
deelnoraing met lien, die daar als slachtoffers
van hun plicht er. militaire disciplino zyn ge
vallen en nog zullen vallen, dikwyis bevelen
opvolgend, dio later gebleken zyn onjuist te
zyn goweest.
Toch kan ik my by al die oproepingon, enz.
om steun voor de nagelaten betrekkingen van
hen, dio op Lombok vallen en znllen vallen, een
zekeren wrevel niet onderdrukken.
Is er buiten Lombok geene plaats meer in
den Archipel, waar onze dapperen ons pres
tige moeten ophouden? Is er geen Atjeh
meer, waar eene voortdurendo waakzaamheid
noodig is, om niet eiken dag of eiken nacht
overvallen te worden, dat zeker een afmat
tender toestand teweegbrengt dan eene gere
gelde expeditie?
Zooals de Lombok zaak thans staat, zal er,
hopen wy, spoedig beslist worden, doch wan
neer zal de Atjeh zaak geëindigd zyn en niet
jaar in jaar uit slachtoffers vragen? My dunkt,
voor de nagelaten betrokkingen van officieren
en minderen is het tamelyk hetzelfde of hun
kostwinner op Lombok of op Atjeh gevallen
of voor altyd verminkt ia. Het verlies, dat
geleden is, is oven zwaar; waarom dan alleen
gelden verzameld voor 'de nagelaten betrek
kingen der deelnemers apn de Lombok-expe
ditie?
Is er misschien van militair oogpunt
verschil; wy, leoken, mogen daarin geen on
derscheid maken.
Die in Aljeh vallen, zyn niet minder slacht
offers van hun plicht, dan die in Lombok.
Men diene dit in het oog te houden en
daarnaar te bandelen I
Onder dankzegging, Hoogachtend,
Haarlem, UEd. Dw. Dienaar,
11 October '94. Sp.
[Wy horinneren den inzender dat het vol
strekt niet de bedoeling is enkel aan de op
Lombok gevallenen te denken. Het centraal-
comité voor het „Nationaal Fonds" wenscht,
zooals ook in zijne oproeping met vette letters
gedrukt staat:
„In den ruimsten zin des woords werk
zaam te zyn in het belang van do nagelaten
betrekkingen van allo militairen, behoord
hebbende tot leger of vloot, die in of door
den strijd tegen den vijand in Indiö, of door
zi6kto en vermoeienis, als gevolg van den
dienst in de tropen, vielon of in don vervolge
zullen bezwyken."
De commissie heeft die wyde omschrijving
gegeven van haar doel, omdat ook zij vermoedt,
dat velen, indachtig aan den nog immer voort-
durenden stryd tegen Atjeh en do telkens
terugkeerendo expedities naar verschillende
deelen van den Indischen Archipel, gaarne
eeno ruimere bestemming aan do door hen ge
storte gc-lden wenschen te geven. Zy vertrouwt
dat de Lombok commissies, door wier krachtig
initiatief reeds zooveel verkregen werd, met
haar onderlinge aaneensluiting wenscholyk
achton en als plaatselyke comités of sub-com
missies van het contraal-cohuté werkzaam
willen blyven.
Zy vraagt dus bydragon tot het byeou-
brengen van een Nationaal Fonds voor
bet bovengenoemde ruime doel.
Blijkt het later mogelyk, dan zal men den
werkkring uitbreiden door ook ondersteuning
te verlecnen aan die militairen, die, na een
eervollen dionst by land- of zoomacht, door
ziekto of verwondingen onbekwaam zyn te
blyven dienon, en, in Nederland teruggekeerd,
riiet in staat zyn in het onderhoud van hun gezin
to voorzien; maar hoofddoel blijft: onder
steuning der nagelaten betrekkingen. Red j
IV o t e n.
Uit hel Fransclc eau Jules Charelie.
Ik zit in de grijze schemering voor het
vroolyk brandond vuurtje, dat daareven is
aangelegd omdat de avonden al zoo kil wordeD,
en onder myn raam boor ik de schrille stem
van den een of anderen Israëlietischen ventor.
„Noten, noten!" schreeuwt by en zyn ge
roep klinkt my in de ooren als het luiden
eener doodsklok, de doodsklok der zonnige
dagen en warme avonden van den zomer, die
helaas weder achter ons ligt. Nog lang dringt
het kryschende geschreeuw tot my door:
„noten, noten I" en ik voel my droefgeestig
gestemd worden. Het is alsof een somber
floors over myn gezellige kamer wordt uit
gespreid; er vermengt zich zelfs rook met de
helder opvlammende houtblokjes.
Gowooniyk ziet men ze voor het eerst aan
tafel, de hatelyke vrucht, juist op het oogen
blik dat de digestie begint en het gesprek,
dat daareven nog zoo opgewekt was, begint
te verflauwen kleine Bacquos die ons
komen verkondigen dat de winter ophanden
is. Zonder ons ook maar eenigszins op hun
komst voor te bereiden, liggen ze daar eens
klaps voor u op de kristallen dessertschaal
en de anekdote, die ge nog pas half verteld
hadt, blyft onvoltooid; het goestigo woord
besterft u op de lippen, terwyl één gedachte
zich geheel van u meester maakt: vaartwel,
schoons dagen en lichte zomornachtende
natte, koude winter staat voor de deur.
En zu vertollen u verder dat het nu gedaan
is met de sappige vruchten, de donkerblauwe
druiven en do fluweel-zachte perziken. De
zomer is voorbygesneld, nu begint het seizoen
van de noten: do herfst.
En overal op de straten hoort men het
droefgeestig geroop van: „noten, noten 1"
weggalmerid in de vochtige lucht over de
natte daken en half ontbladerde boomen.
„Mag ik u de noten eens presenteeren?"
Men kan oven goed zeggen: „hier is uw
aandeel in den winter met zijne guro regen
dagen, vorst, Ijs on sneeuw."
En men moet het wel aannemen, het
wordt ons arme stervelingen niet gevraagd
of de dagen ons te kort en de koude ons te
streng is. In het bosch kraken reeds de
dorre takken, waar nog onlangs da voet
wegzonk in het zachte mos; do boomen
prykon reeds in hun herfstdos: verdorrende
bladeren in alle nuances van geel tot rood
bruin en goud toe. Hat is stil in de natuur,
een enkele maal het lichte geritsel van een
vallend blad, als een onuitgesproken klacht,
verder oen drukkend stilzwijgen. En in de
atad het nimmer eindigend geroep van:
„noten, noten 1"
II.
„Noten, noten I" Wat al onaangename dingen
brengen ons die enkele woordon niet in herin
nering 1 En al die misères, al die humeur-
bedervende kleinigheden staan ons ook nu
weer te wachten. Een verschiet van sombere,
donkere dagen, ochtenden als men ontwaakt
door den piassenden regen die gestadig neer
valt, dagen ja weken lang, gryze luchten,
morsige straten en wat nog het ergst ia van
allesoene kille vochtige koude, die de huizon
binnendringt en de kleoderen, en die ons tot
op het gebeente doet rillen. Dat alles zegt
ons het geroep van den armen Israëliet, die
daar geduldig, den gansehen langen dag, zyn
handkarretje voortschuift.
Hoort go hem wel schreeuwen? Duidelyk
klinkt zyn stem uit, boven het verward ge-
druisch op de straat, voor my ten minsto, die
den onBChuldigen venter zou kunnen haten,
alleen om de waar die hy zoo luidruchtig
tracht aan den man te brengen.
Ja, ik haat ze die herauten van den winter
met hen komt ook do gure regen, de mist
en de modder der straten, de alles doordrin
gende vochtigheid van het notenseizoen.
En toch ontmoetto ik laatst iemand, die
durfde beweren dat de noten wel degelyk
ergens goed voor zyn, nameiyk tot dooding
van den tyd.
Nu, voor sommigen is dit een groot voordeel,
en aan hen gun ik gaarne het genoegen een
lofdicht op de gehate vrucht te vervaardigen
of eene pleitrede er voor op te stellen. Myne
inzichten zullen er niet door gewyzigd wor
den, al zou een verstokt notenliefhebber de ge
wraakte vrucht ook nog zoo ophemelen. Ik
weot heel goed dat zoo iemand zou aanvoe
ren dat het gezelligo van het noten-eten be
staat in het langzame, in tegenstelling van
allerlei gerechten, die mon zoo snol mogelyk
moet verorberen, uit vrees dat die anders
smelten of stollen eer men ze naar den mond
gebracht heeft. Hoe geheel anders is dat met
de noten 1 Eerst kraakt men ze voorzichtig,
om vooral de zoeto, witte kern niet te be
schadigen. Het is eene inspanning om de
vrucht zoo te pellen, dat er geene stukjes los
laten: met gebogen rug, geheel oor en oog
voor do noot, dio hy onderbanden heeft, zit
daar de notenliefhebber, zyn geheels wezen
gaat op in de zaak, lichaam en ziel behoort
hy de noot toe. En onder het ingespannen
pellen vergeet hy de teleurstelling van giste
ren, de vermoeienissen van heden en de be
zwaren van morgen.
Hy vindt troost en vergetelheid in de
vrucht, wier naam alleon my reeds kregel
maakt. Want terwyl hij bezig is, verloopt do
tyd, dio gewapende vyand. Men tracht hem
to dooden met speldenpiikken, zoo lang dat hy
ons zonder eenige waarschuwing afmaakt met
éun slag van zyne scherpe byi. Dat is zyne
manier van doen als hy lang genoeg gewacht
heeft en zyn geduld uitgeput is.
III.
En toch, in spyt van dat alles, herzeg ik,
dat ik de noten haat: die boodschappers van
slechte tyding. Er is niet meer aan te ver
anderen, van die droevige werkelykheid ben ik
overtuigd, de herfst heoft zyne intrede gedaan.
Welnu, do tyd is aangebroken om dichtby
don haard en het kunstlicht te. blyven, den
gebeelen langen avond, of om den schouwburg
of de bals te bezoeken, de voeten beklemd
in te nauwe schoenen en de banden in knel
lend chovreauleder, terwyl men tovergeefs
den hals tracht te wenden in het hooge, wit-
gesteven linnen.
Daar zullen wy geduldig mot heldenmoed
de ondraaglykste warmte doorstaan, afgewis
seld met yzigen tocht uit een raam dat kiert;
daar zullen wy uitbundig lachen, met eene
leegte in het. hart, om zotte romancen on nog
zotter vaudovilles. „Noten, noten!" dat wil
zoggen de tyd nadert van de concerten/waarop
zich beroemdheden d09n hooron op de viool,
op de plano, op de fluit, op do trombone, ja
waarop niet al, beroemdheden, welker namen
onveranderiyk eindigen op „k(j" en „rmann."
Helaas, de avonden zyn voorby, dat we aan
de muziek dor vogelen genoeg hadden, de
heerlijke zomeravonden, wanneer het een
genot was naar de kleine gevederde zangers
te luisteren, die nu zwygen of naar verre
streken vertrokken zijn.
„Noten! Noten!"
De stom van den armen venter sterfc lang
zaam weg in de modderige straat, de scheme
ring valt reeds; kom, laten wy do lamp aan
steken Vaarwel schoons, bloomen en sappige
vruchten; vaarwel, tot een volgend jaar, het
is nn de tyd der noten.
Onherstelbaar.
Uil het Franoch van Pierre Loti.
De volgende kleino geschiedenis is my
verteld, door Yves, den avond, waarop hy mot
zyne boot eene lading veroordeelden voor Nieuw-
Culedoniu naar hot groote transpoitschip
bracht. Onder hen bevond zich een oud man,
een grysaard van minstens zeventig jaar, die
met groote teederheid een vogelkooitje met
eene kleiuo musch er in op do knieën hieid.
Yv63 had, om den tyd te dooden, een praatje
met don oude gemaakt. Hy was met een
yzeren ketting gebonden aan een jeugdigen
aristocraat mat een lorgnet op den dunnen
bleeken neus, en die zeker niet om zeer
aristocratischo handelingen tot de galeien was
veroordeeld.
De grysaard vertelde aan Yvee dat hy
reeds voor do zesde maai wegens diefstal en
landloepery was veroordeeld; „als men een3
gestolen heeft en men ie zonder werk, en
niemand laat zich aan u gelegen ligger,
waarom zou men het dan niet voor den tweeden
keer doen", voegde de ongelukkige er by,
„men moet toch eten op de oene of andere
manier." De laatste maal ben ik veroordeeld,
omdat ik oen zak aardappelen, eene zweep
en wat knollen van een land had meege
nomen. En kon men my nu daarom niet in
Frankryk laten sterven, in plaats van my
op myn ouden dag nog zoo ver weg te
zenden?
Daarna had hy Yves zy'n vogeltje getoond,
het kostbaarste wat hij op aarde bezat, kin-
derlyk verheugd dat iemand hem zyne aandacht
schonk en met een zweem van medelydon
aanhoorde.
Een jaar lang had hot diertje zyne ge
vangenis gedeeld, en wat had het hem eene
moeite gekost, het to mogen meevoeren naar
Nieuw Caledonië! En by liet den goedhar-
tigen zeeman vol trots zyn kooitje zien,
„gy begrypt, hy moest toch een geschikt
verblyfje hebben gedurende den overtocht."
In myn vryen tyd heb ik het geknutseld
van wat hout en een weinig yzordraad; de
groene verf heeft het heelemaal opgeknapt
Ik herinner my nog woordelyk wat Yvee
zoide
„Het arme muscbje had niets dan wat
grys gevangenisbrood om te eten, en toch
huppelde het zoo vroolyk zyn kooitje op en
neer, alsof het zich daar recht gelukkig voelde."
Eenige uren later, toen men het transport
schip bereikt bad en de gevangenen werden
ontscheept, kwam Yves toevallig langs den
ouden galeiboef, dien hy reeds weer ver
geten was.
„Hier, neem gü het maar," zeide de arme
oude op geheel veranderden toon, terwyl hy
hem het kooitje toehield; misschien hebt gy
er nog iets aan."
„Volstrekt niet", bedankte Yves, „neem gy
het veel liever mede, dan hebt gy nog ge
zelschap daar."
„Acb, hot muechje is er niet meer in;
wist gü het niet, dat het weggevlogen ie?"
En twee tranen, zichtbare teekens van
zyn onbeschrytlyk verdriet, rolden hem over
de wangen.
Gedurende het traject was door oen schok
het deurtje opengegaan en hot arme muscbje
was van schrik er uitgevlogen om dadelyk
weer neer te vallen in zee. Zyne vleugeltjes
waren immers gekort, hoe kon het dus ook
anders 1 O, dat ontzettend oogenblik, toen hy
zyn kleinen kameraad zag worstelen tegen
den dood, zonder iets te kunnen uitrichten 1 En
hy moest het lydeiyk toezien. Eerst had by nog
willen roepen om hulp, Yves willen smeoken
zyn beestje te reddenYves, die van het geheele
geval niets gezien had; maar het volgend
oogenblik had by zich bedacht. Wie zou hem
willen heipon, ham, den on teerde; wie zou er
iets voelen voor zyn verdriet, de emart van
zulk een verstokten ellendeling; hu kon toch
niet vragen of men even stil wilde houden
om zoo iets onbeduidends als een verdrinkend
vogeltje en dat nog wet van een ouden
galeislaaf te reddeDl
En hy was weer bedaard gaan zitten,
uiteriyk kalm het kleine gryze lichaampje
nastarend, dat zich nog steeds tevergeefs
trachtte op te hetlèn uit het witte, wolligo
schuim der zee. Nu was hy voor altyd alleen
groote tranen, tolken van onuitgesproken
wanhoop en eenzaamheid, verduisterden zyn
bliktotdat hy door een uitbundig gelach
weer opmerkzaam gemaakt werd op zyn
medereiziger, die aan hem vastgeketend was.
Is er ook iets grappigers te bedenken dan
een weenenden grysaard en dan nog wel om
oen vogeltje 1
Nu zijn kleine kameraad er niet meor was,
wilde bij het kooitje ook niet meer houden,
dat by met zooveel liefde voor den kleinen
doode vervaardigd had; nu wilde by het den
vriendelykeii matroos geven, die zoo geduldig
zyn verhaal had aangehoord, als een aan
denken oer hy zyne groote en laatste reis begon.
En Yves had met een bedroefd hart het
goschenk aangenomen, om den armen ver
latene geen verdriet aan te doen, alsof het
kooitje, waaraan by zoovool arbeid gehad had,
hem to min was.
Ik geloof met dat het my gelukt is al het
aangrypende van de eenvoudige geschiedenis
neer te leggen in d6Ze weinige, koele woorden.
Des avonds lag ik nog lang wakker, vervuld
met het onherstelbare verlies van den ouden
man. Ik, die zooveel bloedige tooneelon, zoo
veel drama's, zooveel aangrypende gebeurte
nissen had bygewoond, zonder daardoor hevig
geschokt te worden, kon nu den slaap niet
vatten, denkonde over de doffe wanhoop en
de algeheels verlatenhoid van den grysaard.
„Kon ik hem maar een ander vogellje
zenden
„Daar heb ik ook al aan gedacht, misschien
kunt u morgen nog eon mooi vogeltje koopen
by een handelaar in de stad en hem dat nog
z9ndon vóór het vertrek. U alleen kunt daartoe
do toestemming veikrygen, en dan kunt u
hem het zelf brengendat ia do eenige manier.
Maar, men zal het wel vreemd vinden."
„Dat zou mon zeker, daaromtrent moet men
zich nooit illusies maken, laat men zich daar
gerust vroolyk over makon
Toch hob ik mijn plan den volgenden mor
gen niet ten uitvoer gebracht; by het ont
waken was de eerste indruk geweken en
schoon my kinderachtig en belacheiyk toe.
Dat verdriet was niet te lenigen met een
enkel geschenk. Arme, eenzame galeislaaf, de
mooiste paradysvogel zou do eenvoudige
musch, met hare gekortwiekte vleugels, niet
kunnen vervangen, die had vermocht het oude
verharde hart to verteederen, dat reeds byua
gestorven was.