MENGELWERK. fc-isn—i li i Finantiëele Kroniek. De minder gunstige beweging, wolke reeds in de vorige week op de Effectenmarkt viel waar te nemen, bleef ook deze week aan houden. Bijna alle fondsensoorten hadden onder de zwakkere houding te lijden, slechts voor enkele bleef eene gunstige uitzondering bestaan. In hoofdzaak blijft de aanleiding voor de gewijzigde stemming in den ommekeer der buitenlandsche Beurzen gelegen. Zoowel te Parijs en Berlijn, als te Londen heerschte meer kalmte en moesten klaarblijkelijk de markten na de periode van voortdurende rijzing een weinig tot kalmte komen. Onze lijdzame Amsterdamsche Beurs deed niet anders dan navolgen en aangezien sedert lang de specu latie ter ruste is gegaan, is het natuurlijk, dat van haar geene krachtige houding kon uitgaan. Ook was de hoogere prolongatiekoers niet bevorderlijk tot hetj doen van veel zaken, ofschoon, toen het geld buitengewoon goed koop was, van meerdere levendigheid ook geen sprake was. De geldmarkt is dan ook iets minder ruim geworden, een verschijnsel, het welk zich gewoonlijk tegen het eind van het jaar begint voor te doen. Voor het oogenblik oefende de dezer dagen plaats te hebben storting op de Uralsk-obligatiën daarop eeni- gen invloed. Het spreekt vanzelf dat Hollandsche Staatsfondsen in verband daarmede geene willige houding konden handhaven, terwijl de 31/,-pets.-schuld nog onder ongunstigen invloed was van geruchten, dat binnen geen lang tijdsverloop de uitschrijving eener nieuwe leening noodzakelijk zou worden. Evenzoo ver keerde de markt der Indische Cultuur- en T a b a k waarden in tamelijk onzekere stemming. Vooral verkeerden aandeelen Assa il an Tabak-Maatschappij onder grooto koers- slingeringen, welke, na aanvankelijk eene niet onbelangrijke daling te hebben ondergaan, ten slotte toch het geleden verlies geheel konden herwinnen. De onvaste houding kenmerkte zich voorts voor aandeelen D e 1 i - B a t a v i a, D e 1 i-Maatschappy en Senembah, waarbij de eenige gunstige uitzondering werd gevormd door aandeelen Amsterdam-Del i. Een vry bewogen verloop valt ook te melden van aandeelen Handel-Maatschappi) op rescontre,die beurtelings eene flauwer en vaster markt hadden. Schattingen van het over dit jaar uit te keeren dividend en gevreesde invloed der zeer lage suikerprijzen werden hiervoor als oorzaken aangegeven. Wat nu de suikerprijzen aangaat, deze waren almede aan leiding tot de daling der aandeelen Sentanen Lor, terwijl do ongunstige invloed, wolke daarvan voor verschillende Indische onder nemingen wordt gevreesd, een teruggang der Indische Bankwaarden veroorzaakte. Waren Hollandsche en Indische waarden in onbevredigende houding, de Enropeescho markt was niet mindor slecht gehumeurd Onder de gowone Europeesche waarden, waar van men in den laatsten tyd niet anders dan onwrikbaar vaste koorsen gewoon was, is er geene enkele, die in de afgoloopen weok niet den invloed der onbehaaglijke stemming heeft moeten ondervindon. Wel werd op het eind der week de toestand iets beter, doch de koereen blyven toch op een lager peil. Van groote boteekenis was het koersverlies voor Honga&rsche en O o s t e n r y k sc h e waarden, terwijl ook Spanjaarden zich eenigen teruggang moesten laten welgevallen. Dit laatste fonds heeft op de Amsterdamsche Beurs weinig of geen handel meer, vandaar dat slecht8 ten deelo eene zekere strooming kan worden waargenomen; het zou anders vermoedelijk duidelijker zijn uitgekomen, dat men vreest dat de nieuwe Spaansche leenings- plannon vrijwel mislukt zijn. Portugeesche fondsen maakten op de markt geeno uitzondering. Aanvankelijk was voor hen ook het verloop ongunstig, hetgeen echter door een flink herstel werd gevolgd. Men vermoedt dat de cjjfors der Staatsinkom sten over het laatste kwartaal ongunstig zullen uitvallen, daar reeds het grootste ge doolte der belastingen geïnd en vermoedelijk buitengewone uitgaven zullen te bestrijden z|jn, die het geraamde bedrag der uitgaven wel zullen te boven gaan. Dat de Russische markt over hot algemeen flauwer was, zal wol niemand ver wonderen. Verschillende oorzaken zijn hiervoor to vinden. In de eerste plaats wekten de zeer tegenstrijdige berichten omtrent do ziekte van den Czaar eenigo ongerustheid, die niet zoo gehoel zonder grond was, in verband met een telegram, waarin werd gemeld dat Rusland in den Japanschon oorlog eene meer handelende positio zou willen innemen, en reeds krachtige toebereidselen bij do Russische vloot hiervoor plaats vonden. Verder bestond een tamelijk overwegend aanbod van Russische fondsen, gedeeltelijk in ruil voor de nieuwe 4 pets.- Uralsk-obligatiën. Hoewel de eindstemming niet zoo ongunstig is, blijft toch nog een tamelijk koersverlies te herwinnen. Dat Italië don terugslag moest ondervinden, is natuurlijk. Toch bleef dit fonds betrekkelijk vast, ten gevolge van den steun dor Duitsche markt In de donkere tyden der finantiöelo crisis worden pogingen aangewend om het land met Duitsch kapitaal te hulp te komen, in hoofdzaak door oprichting eener Duitsch Italiaansche Bank. Do pogingen, die daartoe werden io het werk gosteld, doch zonder resultaat bleven, zijn thans weer hervat en schijnen nu een gun stiger uitslag te beloven. Turksche waarden waren, in aansluiting b\j Parijs, zeer ongunstig. De Russische Spoor wogmarkt had ook een minder kalm verloop. In Bal- Us oho, Fas to wo-, Lose wo- en Zuid- We s t-waarden had meer of minder be langrijk aanbod plaats. Naar men verneemt, zou de conversie der Losowo-obligatiën zeer spoedig te verwachten zijn. De houders van voorloopige bewijzen voor 4-pcts.obligatiën Wladikawkas zijn op het laatste oogenblik uit de onzekerheid ge bracht ten opzichte der rente-ontvangst op 1 October. De definitieve stukken zullen eerst in het laatst van October worden uitgegeven en de rente kan ontvangen worden tegen inlevering der voorloopige bewijzen. De nieuwe leening der stad Madrid, over welker uitgifte de onderhandelingen spoedig zouden aanvangen, is voor eenigen tyd van de baan geschoven, daar de Spaansche regee ring niet voornemens is de zaak ter hand te nemen, alvorens de plannen aan de Cortez zullen zijn ovorgelogd, hetgeen eerst in November zou kunnen plaats hebben. De stemming voor Z u i d-A m e r i k a a n- sche waarden was zeer verdeeld. In Mexi canen was zoo goed als geen handel. Nu de Berlynsche Beurs een weinig in reactie was, hield ook de vraag voor Duitsche reke ning op. Voor Braziliaansche fondsen was de markt bepaald ongunstig. De geruch ten, die eenigen tyd omtrent oene nieuwe Braziliaansche leening circuleerden, doch door de regeering werden tegengesproken, schynen in zooverre waarheid te bevatten, dat pogingen tot het plaatsen daarvan werkeiyk hebben plaats gehad, doch dat deze, als geheel mis lukt, van de baan zyn geschoven. Gunstiger was de stemming voor Dominicanen, die, op zeer belangryke aankoopen voor Belgi sche rekening, aanzieniyk konden stygen. Voor Venezuela bestond evenzoo goede vraag, welke zoowel voor ons publiek als voor Londensche rekening moest worden bevredigd. Het scbynt dat in laatstgenoemde plaats meer aandacht voor deze waardon begint te ont staan, in verband met pogingen tot het herstel der politieke betrokkingen, terwyl spoedig eene nieuwe uitgifte der Nationale Bank van Venezuela op die markt wordt verwacht. De Amerikaansche Spoorweg- markt was zeer stil en de stemming dóór en dóór lusteloos. Te verwonderen is dit niet. Algemeen was de verwachting gevestigd, dat, als maar eenmaal de tariefwet zou zyn aan genomen, de toestand van handel en nyverheid zou verbeteren. Nu is er voor het oogenblik wel eenige verbetering, doch nog zeer luttel, zoodat by velen teleurstelling is gewokt. Het govolg daarvan is, dat veel fonds verkocht wordt, hetgeen in de verwachting eener spoe dige ryzing was gekocht, en de toestand der markt is voor dit oogenblik van dien aard, dat er hoegenaamd geeno neiging tot koopen bestaat. Dat daardoor eene meer dan lustelooze stemming moet ontstaan, is duidelyk. Werd in eon vorig overzicht reeds ge wezen op ongunstige berichten omtrent het uit te keeren dividend der Chicago Rock- Island spoorweg, thans is daarvan met zekerheid bekend dat het slechte x/a pet. in plaats van zooals gewoonlyk 1 pet. zal bo dragen. Dit feit, in verband met geruchten dat ook de New-York Central Hudson ge- ïyken maatregel zou nemen, was aanleiding genoeg om ongunstige koersen in het leven te roepen. Voor aandeelen Central-Pacific biy- ven do geheimzinnige aankoopen voor Lon den aanhouden. De netto-ontvangsten in Juli bedragen 178,000 doll, mindor, en toch zou over dividend-uitkeering worden gedacht?! Tegen het einde dezer maand wordt eene mededeeling der directie tegemoet gezien en waarschyniyk is hot, dat de jongsto ryzing daarmede in verband wordt gebracht. Do ontvangsten der Wabash bleven in het 30 Juli jl. geëindigde boekjaar 600,000 doll, beneden de vaste lasten, tegen een over schot van 250,000 doll, in het voorgaande jaar. Rijnlandsche Batik. 3)e dood van den matroos. Uit het Fransch van PIERRE MAËL. Het strand is bedekt met veldtenten, be trokken door de Fransche mariniers en door het vroemdonlegioon. Om den anderen dag komt de admiraal de ronde doen by zyne manschappen, de over winnaars in menig bloedig gevocht. Hy is veel meer de vader dan de chef van de jonge Franschen, dio zonder morren de verzengende Oostorsche zonnehitte trotseeren, om oorlog te voeren onder zyn bevel. Zy weten niet, zooals hy, dat de dood hem sinds lang tot zijne prooi gekozen heeft, en dat eene ondraaglyke inwendige pyn hem het gaan by na onmogelyk maakt. En hy kan gerust sterven, na twaalf maanden aanéén slechte room voor zyn dierbaar Frankryk In geoogst te hebben. Zoo dikwyls hy zich vertoont, vervullen zyue matrozen de lucht met hunne hoezees, evenals de vreemde soldaten, die op het strand gekampeerd zyn. Als één man begroet men den held, die hen tot de overwinning geleld heeft Den vorigen avond is men met de Chinee- zen slaags goweest en ook nu heeft de trom- potter het signaal tot verzamelen geblazen. Ieder grypt naar do wapenenadmiraal Cour bet neemt persooniyk het commando op zich. „Leve Frankryk l" Alles is voorby. Zeshonderd marsgasten, kanonniers en fuseliers hebben het oosteiyk bolwerk aangetast en onder oen regen van kogels is hot hun gelukt, het groene vaandel der Chineezen te veroveren. Met eene bom heeft men de haven laten springen, om het zelfde oogenblik man tegenover man de zonen van het Hemelsche Ryk te bevechten; met de bajonet waren zy op de arme drommels met hunne lange staarten ingetrokken. En welk eene slachting was er aangericht! Die Chineezen hebben ook zoo'n geheel byzondere manier van oorlogvoeren: zoodra zy zien dat men hen aanvalt, werpen ze zich met op geheven armen ter aarde, onder het slaken van den kreet „Han," waarna zy vol eerbied het hoofd ter aarde buigen en zich eenvoudig laten afmaken. Als men ze niet doodde, zouden zy na een poosje heel verbaasd weer opstaan, zich verwonderend dat zy nog in leven waren, en van aangevallene aanvaller worden. Van zich over te geven op eene andere manier hebben zy geen begrip. Men heeft Kelung overrompeld en de bol werken om de stad geslecht. En toch is dit nog maar het begiD van den grooten stryd. Op twee kilometer afstands ligt 6en geheel leger van 20,000 man opgesteld achter de versterkte heuvels. Morgen zal het neersabelen en het overrompelen dus opnieuw beginnen. Nu is men bezig op het slagveld de dooden en gewonden te zoeken. In twee lange ryen heeft men ze nedergelegd, achter de man schappen, die nog in staat zyn het geweer te houden. De kapitein doet met zyne luitenants de ronde, een leest de namen op en uit do verschillende afdeelingen klinkt het antwoord soms forsch, meestal zwak of onverstaanbaar. Dan nadert de kapitein de gewonden om te zien waar zy gekwetst zyn, en vloekond, om zyne aandoening te verbergen, geeft hy zyne orders. Weer klinkt het „present" uit den mond van een jong soldaat, wiens beide wangen doorschoten zyn. Het bloed golfde hem uit den neus en over de lippen, toen hy antwoordde. Met eene vreeseiyko verwensching gaf de kapitein bovol den gewonde weg te voeren. Twee fuseliers schoten toe om hem to steunen, maar te laat: de ongelukkige wankelde en viel met een doffen smak ter aarde. De luitenant van dienst gaat steeds voort met de namon af te lezen. „Le Guern", her haalt de kapitein. Een kwartiermeester treedt naar voren, duidelyk zichtbaar kost het mili tair saluut hem groote inspanning. „Kapitein," zegt hy, „ik heb een kogel dwars door het ïyf gekregen." Men ziet dat de officier bewogen is. Onbe- weegiyk, rechtop biyft de kwartiermeester Pol Léon Le Guern voor hem staan, Hy' is vyf en twintig jaren en van eeno herculische gestalte; zyn schoon gelaat is wasbleek. „Laat zienl" beveelt de kapitein. Le Guora maakt zyn doorschoten hemd los. Ter hoogte van de vyfde rib bevindt zich eene bruinachtig© plek, een zeker teeken van ernstige inwendige kneuzing. In het midden der plek is een groot zwart gat, waaromheen eon donkerblauwe kring. Vloekend wenkt de officier den schoeps dokter, dio juist aan wal is gezet. Hoofdschuddend onderzoekt deze de wond, waarna hy onmiddeliyk twoe hospitaalsoldaten doet roepen met een brancard. „Naar de ambulance!" beveelt hy kort. Dienzelfden dag heeft men reeds 400 zieken en gewonden binnengebracht, waarvan er hoogstens een vijftigtal mogen hopen op ge nezing; al do anderen worstelen tevergeefs tegon de herhaalde aanvallen van typhus of dysenterie. Le Guern was een dapper matroos, do oudste van vier broeders, allen visschers op de kust van Morbihan. Hy is reeds vyf jaren in dienst en al dien tyd heeft hy zyn leven gewaagd voor het vaderland. By Son-Tay heeft hy een vaandel veroverd en twoe kanonnen vernageld en by Fou Tcheou was hy het, die alleen drie houwitsers in den romp van de „Yaog-Wu" dreef en daarna nog twaalf jonken lek maakte. Daarom had men hem tot kwartiermeester bovorderd en eer de veldtocht afg6loopen is, zal hy zeker tot den rang van opperschipper zyn opgeklommen. Daarbfi komt dat hy liever in oorlogstyd dan in vredestyd matroos is; daarin aardde hy naar zjjne voorvaders, die allen bekend stonden voor stoere zeelui en ferme kerels. En nu ligt hy daar uitgestrekt te midden van zijne gewonde en stervende kameraden. Zyne wond is niet doodeiyk, maar de doktor verliest geen oogenblik uit het oog, dat de genezing niet zoo spoedig volgen kan te Kelung, op de kuat van Formosa, waar de zon heviger brandt en blakert dan in het vaderland. En de kogel is niet te vinden. De dokter heeft herhaaldeiyk de wond met de sonde gepeild, doch zonder eenig resultaat. Duidelyk kan men den weg zien, welken de kogel genomen heeft, van onder naar boven, van links naar rechts, het cellen weefsel van de long scheurend, maar het hart gelukkig intact latend. Was men slechte in Frankryk, of zelfs maar in eene minder gloeiende atmos feer dan juist in het door de hitte geteisterde Kelung. Met zwakke stem heeft de gekwetste ver teld hoe hy de wond gekregen heeft. Juist toen men landde, had hy zyn luitenant zien vallen. Door zyn Jiangs toeschieten was de Chinees op de vlucht gegaan en de officier er heelhuids afgekomen. Daarna was hy met een der Moutagnards slaags geraakt, met de bajonet had hy hem neergeveld. Met eene uiterste krachtsinspanning richtte de doodeiyk getroffene zich op, om zyn aanvaller met een pistoolschot te treffen. Het was alsof ik een zweepslag onder myn oksel kreeg, dat was de kogel, welken ik voelde binnendringen." En dat vertelt hy met een glimlach om de lippen, de dappere matroos l Zyne wonde doet hem niet veel ïyden, maar de verstikkende warmte put hem uitdaarom geeft de dokter last hem naar boord te transporteeren. Daar zal hy ten minste niet zoo onophoudeiyk ge plaagd worden door de muskieten. Met hem tegeiyk brengt men ook den marsgast over, wiens beide wangen doorboord zyn door een kogel. Beiden zyn dankbaar weer in hunne hangmat te liggen. Nauwkeurig neemt de scheepsdokter den onloochenbaren voortgang der ontsteking waar. Zooals gewooniyk, wanneer de dood zyne prooi gekozen heeft, was hot ook hier: eene 8cbynbare beterschap trad in; er sprak weer hoop uit de door het ïyden onnatuuriyk groot geworden oogen van den zieke. Om hem niet te verontrusten, had men hem voorspeld dat hy binnen veertien dagen weer de oude zou zyn. En nog goene week later was zyn toe stand zoo verergerd, dat de dokter aan geene beterschap meer geloofde. O, hy heeft al menigeen tevergeefs aan den Grooten Maaier zien te betwisten, deze grijs aard met zyne vaste hand en zyn scherp oog, maar nog nimmer heeft h^j zoo hardnekkig om het behoud van een loven gestreden, en zoo stap voor stap den dood zyne prooi betwist als nu. Hy is zelf een Bretagner van geboorte en hy kent deD jongen Le Guern, evenals zyne geheele familie, zulk een braaf matroos, goed zoon en veelbelovend zeeman! Als men hem naar den zieke vraagt, klinkt het steeds op ruwen toon, brusk, om zyne aandoening te verbergen „Weet ik het? Misschien komt de kogel nog eens vanzelf te voorschyn. Nog liever had ik dat het maar ineens gedaan was." lederen morgen komt de admiraal persoon iyk naar den toestand van den gewonde vragen, op den voet gevolgd door den geesteiyko. Alleen de patiënt zelf heeft nog hoop; hy lydt ook te weinig, om te kunnen meenen dat zyn toestand inderdaad ernstig is. Plotseling overvalt hem midden in don nacht een gevoel alsof hy zal stikken, hy voelt zich de keel toeknypen, doodsangst slaat hem om het hart, zyne slapen kloppen en gloeien als vuur. Op hetzelfde oogenblik golft het bloed hem uit den mond. Men snelt naar den dokter, die onmiddeliyk komt. Hy constateert dat de zyde opgezet is en het borstvlies gescheurd. „Het zal spoedig gedaan zyn, ik heb hier niets moer te doen," fluistert de oude man, zich afwendend. Le Guern voelt dat het hem niet gemakkeiyk valt van het leven te scheidon. „Och, het is toch eigeniyk maar hetzelfde wie er eerst gaat, de een of de ander," zegt by met gobroken stom en een glimlach om den mond, „de beurt komt toch aan iedereen. Oorlogvoeren kost menschenlevons." De matroos is bereid heen te gaan; steeds zachter gaat de ademhaling, langzaam vlooit het leven weg. Om hot sterfbed staan zyn-) kameraden geschaard, onderzoekend ziet hy hen in het bedrukte gelaat. De stilte des doods heerscht reeds in het vertrek. Eensklaps echter ontstaat er eenig geschuifel, vol eerbied treden de mannen achteruit. Met ontbloot hoofd laten zy iemand voorbygaan. Hot is admiraal Courbet; nu staat hy naast het doodsbed, rechtop, het hoofd ongedekt. De stervende richt zich halverwege op. Zyne oogen stralen nog eenmaal met den vroogeren glans, verbaasd staart hy in het bleeke eo vervallen gezicht van zyn chef Had de doou hem ook al niet reeds tot zyne prooi gekozen De admiraal neemt de hand van Le Guern en drukt die. Toen zeide hy plechtig, op ieder woord den nadruk leggend: „Pol Léon Le Guern, uit naam van uwe chefs en uwe kameraden kom ik u zeggen dat gy steeds een dapper en edel matroos zyt goweest, die zich waardig getoond heelt voor zyn vaderland te strijden. Ik breng u de medaille, die gy met uw bloed hebt verdiend. Zy, die voor het vaderland vallen, sterven niet, zy leven voort tot in eeuwigheid." Plechtig geeft hy den stervende het teeken der overwinning in de krachtolooze handen Met eene laatste krachtsinspanning brengc by do medaille naar zyne lippen, eenige oogenblikken houdt hy die er tegon gedrukt. Daarna laat hy het moede hoofd in het kussen zinken, terwyi nog steeds zyne vingers de medaille omklemd houden. Do doodsstryd is ingetreden, strak houdt de stervende de oogen gericht op het crucifix, dat de priester hem voorhoudt. En terw\jl deze de gebeden der stervenden opzegt, langzaam en met nadruk, verheft de ziel van den matroos zich reeds boven den tyd en diens afmetingen. Waar zwerft zy heen? Naar het verre vaderland metdegryze rotsen, waartegen het witte schuim hoog opslaat. Is dat niet zijne oude moeder, die vrouw, die daar voor haren bidstoel in gebeden verzonken ligt, en zyn dat niet zyne drie broeders, die forsche jonge mannen, die zich eveneens opmaken om hun vaderland te dienen ïn vreemde gewesten, zooals hun oudste broeder gedaan had, hun oudste broeder, dien z|j spoedig thuiswachten, wie weet, wel met eer gekroond. Of zou de dolende ziel, in die korte oogenblikken voor den dood, hun komen vertellen van de verleende onderscheidingde droeve troost, dien het aando9nlyk schouwspel biedt, van eene decoratie, ontvangen op een sterfbed. Al langzamer en zachter gaat de adem haling van den stervende, de oogen breken, onhoorbaar gaat de onderkaak naar beneden, de mond blyft half geopend, evenals de oogen Pol Léon Lo Guern Is niet meer. Algemcene kennis van Thorbecke. Toen Thorbecke professor in de rechten ta Leiden was, hadden enkele studenten, die aan den Thor een hekel hadden, het voornemen opgevat om by oen theebezoek ten zynent hem het land op te jagen, door onder elkaar te spreken ovor een onderwerp, waarvan h^1 zoo ze meenden, geen verstand had, on hem zoo in het gesprek voor spek en boonen te laten zitten. Ze kwamen de een voor, de ander na op de thee, en spraken onder elkander over paarden en paardendressuur. Thorbecke zweeg eene poos en liet hen druk doorpraten, zich houdend of hy hunne onhoffeiykheid niet be- greep en van het onderwerp niets wis# Eindeiyk mengde hy zich in 't gesprek, dal buiten hem om in zyne tegenwoordigheid werd gevoerd, door te zeggen„De heeren schyneii veel met paarden en paardendressuur op ta hebben en er veel van te wetenmaar hebben de heeren dan het laatste boek, dat over paardendressuur in Duitschland uitgekomen is, al gelezen?" Algemeen stilzwygen, niemand had het gelezen. „Welnu, laat my dan den heeren iets daaruit mogen mededeelen, dan zullen ze misschien nog iets kunnen loeren omtrent een onder werp, waarover zy met zooveel belangstelling zaten te praten." De heeren verlieten den Thor met de over tuiging, dat hy nog iets knapper was danzty dachten. Middel tegen slapeloosheid. Lord Rosebery, Engelands premier, had eerst bedankt voor het voorzitterschap van hel Kabinet, omdat hy aan voortdurende slape loosheid leed. Een Schotsch lid van het Parlement vreet, hom onlangs hoe hy toch van die lastige kwaal was afgekomen. „Wel," antwoordde de Premier, „zoo gauw do couranten vermeldden dat ik aan slapej loosheid leed, zond men my uit het geheele lard de onmogeiykste middelen daartegen.' Het eerste het beste, dat uitvoerbaar wat, probeerde ik, en ik moet zeggen met succes. Het probate middel was: iederen avond vooK het naar bed gaan een glas water, zoo hcol mogeiyk, te drinken. Sinds dien tyd ken il; geene slapeloosheid meer." Professor Lomhroso, de bekende Italiaansche geleorde, heeft uitgemaakt dat vreuwen ni6t minder kleinzeerig, maar minder gevoelig zija voor pyn dan mannen. Tot deze conclusie is hy gekomen nadat hy honderd vrouwen era evenveel mannen dezelfde kleine operatie had doen ondergaan. Men zegt dat veel chirurgen on dentisten dit reeds lang vóór hom v8$jj klaard hebben. Een slimmerd. De familie van Moritz en Max is zeer go steld op netheid; alles blonk en glom dan ook in huis als een spiegel. Op een goodec dag bracht Max eene buitengewoon leeltjko editie van een hond mede; natuuriyk wa3 dadeiyk de heele familie in opstand. Zyn© oudste zuster kreeg hem eindeiyk zoo ver, dat by het dier aan den eerste den beste pre* sent zou geveD, die het wilde hebben. Maar dat kwam doordat zy hem stilletjes een kwartje in do hand had gestopt. Een uurtje later komt Max binnen mei het onschuldigste gezicht ter wereld. „Nu, Max, aan wie heb je het mormeldier gegeven?" vraagt voormelde zuster dadeiyk.' „Aan Moritz," antwoordt dr slimmerd doodleuk. Kinderlijke bedreiging. Jantje heeft zoooven van zyn vader dofli scbryvor een duchtig pak ransel gehad. „Wacht maar", roept de veelbelovende knaap woedGnd, „tot ik groot ben, vadertje, da$ word ik recensent." In verlegenheid. „Meneer, ik wilde graag een paar dagen verlof hebben, myne grootmoeder is gestorven." „Wat, uwe grootmoeder! Dat is nu minstens de vierde maal, dat die gestorven is." „Ja, mijne grootmoeder was eene merkwaar^ dige vrouw." Goede raad. Zy: „Welke piano zou je me raden te koopen?" Hy: „Nu, ik zou nog maar eens wat wach-] ten. De piano's worden met den dag verbeterd, misschien vindt iemand nog wel eens zoo'n ding uit, dat hoelemaal geen geluid geeft." Het zodelyk bewustzyn, dat men verplicht* is elkaar te helpen, niet alleen op stoftélyk,' maar ook op geratel yk gebied, is verloren gegaan en men heeft er xich afgemaakt door van zyne schatten een uiterst gering deel tod te werpen aan minder gegoeden, die men juist daarvoor demoraliseerde. Trip. Onze macht om gebreken te overwinnsa ligt grootendeels in gelouterd verstand. Soms zwicht ons gezond verstand voor onze recht matige verontwaardiging en berispen wy don schuldige op een toon, met eene taal en in eene gemoedsstemming, misschien nog lakens] waardiger dan de fout, die onze verontwaaij diging heeft gewekt. Ritter. Kortstondig van duur zyn de bloemen, die daar worden gezien op het land; de bloemen^ die den jaardag vereeren; de bloemen, die da bruiloftezaal tooiende bloemen, die den graf heuvel sieren; maar de bloemen des geloof*, en der hoop, die vallen niet uit; dat zyn d' ware immortellen. Laurillard.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2