No. 10615. Zaterdag SO September. A0. 1894. (Qourant wordt dagelijks, met uitzondering van fpn- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Lelden, 28 September. Feuilleton. LIEFDE OF PLICHT? LEIISCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT; "Voor Leiden per 3 maanden. 1.10. Franco per post .....-.**»»•••«« 1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AD VERTENTIËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17j. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseren bulten de stad wordt /"0.05 berekend. Officiëele Kennisgevingen. Nationale Militie. KENNISGEVING. Burgemeester en Wethouders tan Leiden Gelet op art. '28 der Wet van den iOden Angnstuu 1861, betrekkelijk de Nationale Militie (8taateblad No. 72), zooals zij ie gewijzigd I q de Wet van den Aden April 1892 (8taatablad No. 66); Brengen tor algemeens keoDie: dat het regieter van ineohrgving en de alpbabetisohe naamlijst der in 1894 voor de Nationale Militie ingesohrevenen van den 21sten September tot en met den laten October e. k. ter gemeente-Seoretarie ▼oor elk tor lezing worden nedergelegd. Dat bezwaar togen register en lijst, bionen den tijd dor nedorlegging, kan worden ingebracht aan den Commissaris der Koningin in deze provincie, sohriftelijk op ongezegeld papier, bij den Burgemeester in te leveron. Burgomeester en Wethoudera voornoemd. Leiden, F. WA8, Burgemeester. 90 Sept. 1894. E. KIST, Seoretaris. Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Nederl.-Oost Indiö (met uitzondering van Atjeh en Padang), door middel van het stoomschip „Lawoe", van Rotterdam vertrekkende. Ten postkantore alhier moeten de brieven, enz. uiterlijk Zater dag-morgen om 7.50 bezorgd zijn. De wijze van verzending behoort duidelijk op het adres vermeld te worden. Van verschillende zijden wordt beweert dat de Hertog van Orleans zich te 's-Gra- venhage bevindt, gelogeerd in het .Hotel des Indes". Tot dit gerucht heeft waarschijnlijk aanleiding gegeven de aankomst, begin dezer week, in genoemd hotel van twee heeren, die vermoedelijk uit Londen kwamen, aldaar een paar dagen hebben doorgebracht, en toen naar Brussel reisden. Genoemde vreemdelingen droegen Italiaan- scha namen en dat de zoon van wyien den graaf van Parjjs zich .Incognito" achter een dezer namen zou verbergen is wel veronder steld, maar heeft zich niet bevestigd. Het stoffelijk overschot van Martinus Nyhoff werd gisteren op „Eik-en-Duinen" ter aarde besteld. Een schat van kransen dekte het lijkkleed. Onder de velen, die als Vakgenooten of in andere hoedanigheid met Nyhoff of zijne firma hobbende samengewerkt, hem de laatste eer bewezen, bevonden zich o. a. de heeren: J. Funke, ds. Maronier, ds. Ten Cate, prof. R. Fruin, prof. H. C. Rogge, J. L. Beijers, de toonkunstenaar Nicolal, J. O. Loman, Alb. S(jthoff, uitgever, dr. W. P. L. Knuttel, onder bibliothecaris der Konink lijke Boekerij, Arnold Ising, mr Veegens. Voorts hadden do Vereeniging tot bevorde ring der belangen van den boekhandel en de directie en redactie van het .Vaderland" zich doen vertegenwoordigen. Aan de groeve schetste de heer Ising den ijverigen, bedryvigen, hulpvaardigen, knappen Nyhoff, die door eigen kracht en studie het vak zijner keuze tot zoodanige hoogte heeft gebracht, dat de naam zijner firma thans be kend is door heel de beschaafde wereld. Voorts herdacht hy den ontslapene als stichter en handhaver, ondanks bezwaren en tegenspoed, van den „Nederlandschen Spectator,1' en sprak h\j met bijzonderen lof van zjjne zorgen voor dat tydschrift gedurende 84 jareneene hulde, die hij hem juist moest brengen du, op den „Spectator"-dag. Namens de Vereeniging tot bevordering van do belangen van den boekhandel deed haar bestuurslid de heer De Vries meer bijzonder het licht vallen op de bekwaamheden van den heer Nyhoff als uitgever, die den naam zijner voorvaderen hoog gehouden heeft in het vak, waarin hy ook als antiquaar groote bekend heid had verworven en die de werken van de eerste schryvers heeft uitgegeven. Met een dankbaar hart herinnerde hy verder aan het geen Nyhoff voor de Vereeniging van den Boekhandel, die hem onder hare eereleden mocht tellen, had verricht. Zyn naam zou in de annalen van den Nederlandschen boekhandel eene eereplaats blijft innemen. Nadat de heer C. R. Kras uit naam van het personeel, zoo talryk vertegenwoordigd, in gevoelvolle woor den had vertolkt hoezeer de herinnering aan hun patroon, tevens hun raadgever en steun, allen heilig blyft, dankte de heer P. Boele van Hensbroek allen belangstellenden voor de deel neming en vriendschap, zyn schoonvader be toond betuigingen van liefde en vereering, die der familie zooveel troost schonken in de rouwe, over haar gebracht. De bewyzen van die vriendschap en ge negenheid bleven achter op het graf in den vorm van een tiental kransen, waaronder, blykens het opschrift van de linten, een van de vennootschap „Het Vaderland," den „Nederl. Spectator" en de Vereeniging voor den Boekhandel. Het laatst vaarwel, door zoovelen Nyhoff toegeroepen, gold niet alleen den bekwamen boekhandelaar, maar ook en vooral de be mlnneiyke persoonlykheid, uit den kring van collega's en vrienden weggenomen In eene algemeene vergadering van de 's-Gravenhaagsche coöperatieve Broodbakker^ en Verbruiksvereeniging „de Volharding" is naar aanleiding van een voorstel van 13 leden tot het stichten van een fonds ter onderstouning der werklieden van de Ver eeniging, by ouderdom of invaliditeit, voor loopig besloten om te beginnen met het vormen van een pensioen- en weduwen-fonds voor de werklieden der inrichting. Uit de mededeelïngen bleek, dat het aantal leden van het ziekenfonds ruim 4600 bedraagt. Als advocaat en procureur by den Hoogen Raad zyn heden beeedigd mrs. J. G. C. Milders en H. Philips. Baron Gericke van Herwynen, Neder- landsch gezant te Madrid, is heden naar Brussel afgereisd om van daar naar zyn post te vertrekken. De attaché by de Duitsche legatie te 's-Hage, graaf Von Schwerin, wordt, zoo ver neemt het „H. Dgbld.", wegens bevordering in den krygsdienst, eerlang door een anderen titularis vervangen. Een aantal kiezers voor den gemeente raad van Kralingen heeft zich tot de Tweede Kamer gewend met het verzoek het wets ontwerp, houdende voorstellen tot vereeni ging van de gemeenten Kralingen en Rot terdam, niet goed te keuren. Na de oudste inrichting tot opleiding van officieren voor de landmacht, die Dinsdag bezocht werd door HH. MM. de Koninginnen, was gisteren de jongste inrichting aan de beurt: de Cadettenschool te Alkmaar. Het programma van dit bezoek geleek uit den aard der zaak veel op dat van twee dagen geleden; er waren echter afwykingen, reeds dadeiyk by de komst van HH MM., toen zy naast de eerewacht der schutterij geschaard vonden de leden van dekoninkiyke handboog- schuttery „St -Sebastiaan" Den geheolen voormiddag en een goed deel van den namiddag brachten HH MM. door in de Cadettenschool. De cadetten voerden verschillende exercitiën uit; in den namiddag woonden de Koninginnen eenige lessen by, terwyi een militair assaut in de schermzaal tot besluit gegeven werd. In de recréatiezaal van de Cadettenschool waren een aantal militaire en burger-overheden de gasten van HH. MM. aan een déjeuner. Ook een cadet van het oudste en een van het jongste jaar zaten aan dezen disch aan By het dessert nam de Koningin Regentes het woord en sprak de volgende tafelrede uit: „Myne heeren! Ik wensch u voor te stellen, met de Koningin en my een dronk te wyden aan den bloei van de Cadettenschool en van de gemeente Alkmaar. Het was der Koningin en my zeer aangenaam, na ons bezoek aan de Koninkiyke Militaire Academie ook met de Cadettenschool kennis te maken, en ik ver trouw, dat deze instelling, waarvoor de stad Alkmaar zich zulke groote offers getroostte, zeker zal bydragen tot den bloei en den voor spoed van deze stad. „Ik verwacht echter, dat niet alleen de be langen van Alkmaar, maar die van geheel ons vaderland t,ullou~ ttoiUoii godiond door du joug dige inrichting, waarin wy ons op dit oogen- blik vereenigen. Blinde gehoorzaamheid aan gegeven bevelen, orde, tucht en plichtsbesef zyn in het leger alloreerst noodzakeiyk, en die eigenschappen kunnen hier worden ver kregen door hen, die later eene plaats hopen te verworven in het Nederlandsche officiers corps. Hier wordt reeds op jeugdigen leeftyd eene kiem gelegd, die later ryke vruchten zal geven voor leger en vaderland. Daarom heeft deze school recht op ons aller belangstelling, en dat hier niet tevergeefs zal worden gewerkt, het bleek ons heden door de voorbeeldige orde in het gebouw, en door do militaire houding der cadetten, zelfs van het jongste studiejaar. „Ik verheug my, mynheer de burgemeester, dat de Cadettenschool in uwe stad werd ge vestigd. De stad Alkmaar mag trotsch zyn op haar verleden, en ik hoop van harte, dat het haar ook in de toekomst moge welgaan. Ik ben oprecht dankbaar voor de hulde, ons heden gebracht. Dat zoodra onze komst alhier bekend werd, jong en oud zich inspanden om de Koningin en my feesteiyk te ontvangen, bleef natuurlyk voor ons geen geheim, en de herinne ring aan het bezoek aan uwe stad zal ons steeds aangenaam zyn, niet het minst door de bewy zen van trouw en liefde, welke ons heden ten deel vielen. „Myne heeren! ik stel u voor, te drinken op den bloei van de Cadettenschool. Moge zy steeds een sieraad zyn van deze stad, en op den voorspoed en de gelukkige toekomst van Alkmaar en Alkmaars burgery". De directeur-commandant der Cadettenschool dankte Hare Majesteit voor deze waardeerendo toespraak. Na het déjeuner brachten 1460 met de nationale en oranjekleur getooide schoolkin deren, van do openbare en byzondere scholen, eenige liederen ten gehoore. Omstreeks drie uren ving de rytoer door de stad aan. In de Groote Kerk, de ambachts school en het stadhuis vertoefden HH. MM. eenigen tyd. In het stadhuis, waar de ge meenteraad HH. MM. opwachtte, werd als herinnering aan het bezoek een album aan geboden, met 17 stadsgezichten. Op haren weg zagen HH. MM. nog menige merkwaardigheid van Alkmaar. By het Victoria- monument op het Friescho bolwerk, dat is opgericht als herinnering aan Alkmaars ontzet in 1573, hield het rytuig stil; de voorzitter der Vereeniging voor de vieriDg van den dag van het ontzet, mr. Cohen Stuart, hield hier eene korte toespraak. Langs den ganschen weg ondervonden HH. MM. de ondubbel zinnige biyken van de genegenheid der be volking Onder de talryke bloemruikers, die werden aangeboden, was er een, die door de oudste ingezetene van Alkmaar, do 96-jarige weduwe De Jonge, werd overhandigd. Na het bezoek aan het stadhuis werd de rytoer voortgezet naar Heiloo. Daar werd een bezoek aan den Willebrordusput gebracht, waar de schooljeugd het „Wilhelmus" zong en bloe men strooide. Kort daarna begon het te hagelen en te regenen. Om 6.20 des avonds vertrokken de Koningin- li o li "TTodoi naoi 'o-Graroubago. De bevolking van Alkmaar zette des avonds het feest nog voort met muziek-uitvoeringen, illuminatie en vuurwerk. De Mient met de arabesken van lampions aan de waterzyden van den grachtkant en de geïllumineerde lynen der bruggen, waarvan de bogen zich in 't water tot vurige cirkels completeerden, de groote kleurige kronen van lampions op de Laat en de kleinere in de Botorstraat, waren slechts enkele van de talryke mooie punten der illuminatie. Ook het. vuurwerk, dat aan de Kanaalkade werd afgestoken, was waariyk uitstekend. Enkele stukken, zooals een chassinet in ver schillende kleuren, „Eere het leger 1" en een ander „Hulde aan onze Koninginnen", werden, als ze plotseling uitknalden, met de gebrui kelyke uitroepen begroet. Alkmaar heeft getoond, uitstekend een Oranjedag te kunnen vieren, als mon maar eerst eens op dreef is. Het is gelukkig dat het weer nog betrekkelyk zoo goed heeft mee gewerkt, want in dezen tyd des jaars waren er wel erger buien te wachten. HH. MM de Koninginnen keerden gister avond op het aangekondigde uur, 7 u. 53 m uit Alkmaar in de residentie terug, aan het station der H. IJ.-S.-M. opgewacht door eenige militaire autoriteiten, terwyi op het Stationsplein eene vry talryke menigte op do been was om de Koninginnen by aankomst te begroeten. Dat Alkmaar niet achter heeft gestaan bg de andere gemeenten, welke Hare Majesteiten bezochten, in het geven van biyken van liefde voor het Vorstenhuis, bleek uit den enormen bloemenschat, welke de Koninginnen uit Noord- Holland medebrachten, waardoor de salonwa gen als het ware in een bloemenhof was herschapen. Langs Zieken en Spui reden HH. MM. van het station in een gesloten rytuig naar het Paleis. Tot onder directeur der gasfabrieken to Rotterdam is door Burgemeester en Wethouders benoemd de heer M. SissiDgb, thans ingenieur by de Duinwatermaatschappy te Amsterdam. Van de 17 luitenants van het 6de regi ment infanterie, die aanvrage hebben gedaan, gedetacheerd te worden by het leger in O.-I., zyn de heeren Joekel, Van Swichem, Gerrit sen, Pliester, Vethake en Phaff nader voor een geneeskundig onderzoek naar 's-Gravenhage opgeroepen Alle berichten', in andere bladen voorkomende, omtrent reeds bepaalde deta cheeringen, zyn voorbarig, aangezien eerst na deze keuring uit alle opgeroepenen een 35 tal voor detacheering in aanmerking komt. Te Neerbosch overleed pater Bern. C. J. Dietvors, in den ouderdom van ruim 68 jaar. De overledene, kapelaan aan de parochiekerk van den H. Dominicus en prior van he1, klooster te Nymegen, had gedurende 20 jaren door zyn eenvoudigen, hartelyken omgang zich vele vrienden verworven. By koninklyk besluit is aan don heerR Von Schmidt Pauli, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend uit zfine betrekking van consul-generaal der Nederlanden te Hamburg. Diet! lieoi lo Tviilvt toiguuiiliig veil'JUUU tot het aannemen der versierselen van officier der orde van de Eikekroon. (Sts.-Ct.) Het stoomschip „Gelderland", van Batavia naar Rotterdam, vertrok 27 Sept. vanPerim; de „Koningin-Regentes" arriveerde 27 Sept. van Batavia te Amsterdam; de „Salak", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 27 Sept. van Marseille; de „Spaarndam" arriveerde 27 Sept. van Nieuw York te Rotterdamdo „Admiral", van Hamburg naar Oost Afrika, vertrok 26 Sept. van Napelsde „Schiedam" vertr. 27 Sept. van Nieuw-York naar Amsterdam; de „Veen- dam", van Rotterdam naar Nieuw-York, pas seerde 27 Sept. Lizardde „Werkendam" arri veerde 27 Sept. van Rotterdam te Nieuw-York. Gr e ui e n gf cl Nieuws. Een meisje, dat gisteravond rustig haren weg in de Nieuwsteeg alhier vervolgde, werd plotseling pyniyk in U u nek getroffen door een paar schoten. Zooals later gebleken is, kwamen deze uit eene wind- kamerbuks, afgeschoten uit een raam door e a jongeling. De „aardigheid" (men zegt dat het jonge mensch „in 't wilde" schoot) liep nu 18) „Hélène alleen zal voortaan voor hem moeteD, maar ook willen zorgen. En mocht hy wat de Hemel verhoede weer ziek worden, dan zal ook Hélène alleen het recht hebben zich aan zyn ziekbed te plaatsen." „Dus zouden wy alle aanspraken verloren hebben, zoowel op hem als op haar?" vroeg Wighart met bevende stem; „zouden ze ons nimmer meer noodig hebben en hunzelven genoeg zyn?" Sophie knikte zwygend. „Maar ze zyn beiden zoo harteiyk - ze zullen ons niet loslaten", meende hy. „Sophie, Ik zal er nimmer aan kunnen gewennen buiten hen te leven.en misschien, mocht ooit kommer of verdriet hun treffen, zouden ze ons het geluk gUDnen hen te helpen." „Je bent een egoïst", viel Sophie uit; „in plaats van je te verheugen in hun geluk, denk je alleen aan jezelven." Wighart stond beschaamd en verlegen na deze terechtwyzing en vond zlchzelven al zeer slecht. Sophie vond het echter beter te zwy- gen, om niet te verraden, dat hare stem op dat oogenblik ook zoo heel vast niet was. Kort daarop traden zy het magazyn van Gersen binnen. „Wy wenschten witte atlas te koopen", zei Wighart. „Eigeniyk eerst eens te zien en naar den prys te hooien", verbeterde Sophie, Wighart bestraffend aanziende. En terwyi de winkel bediende naar de kast ging, om aan haar verlangen te voldoen, beet zy hem in het oor: „Hoe kun je nu toch zoo maar direct zeggen: koopen. Misschien vinden we hier niets, dat ons ïykt; dan gaan we immers liever naar een anderen winkel?" Hare vrees bleek echter ongegrond te zyn, de bediende legde haar genoeg stalen voor, die haar inderdaad wel aanstonden. Aldra had zy hare keus bepaald, legde hare hand op het stuk en zag haren broeder aan. Het hem aangeboren ontzag voor zyne gestrenge zuster verbood Wighart zyne beurs te trekken of zelfs op eenigerlei wfize te kennen te geven, dat hy besloten had, deze japon voor Hélène te koopen. Sophie wachtte eene halve minuut, daarop wendde zy zich, met een ongeduldigen, schier verachtelyken trek op het gelaat, tot den bediende. „Ik koop deze japon." En ze haalde hare beurs voor den dag. „Het schynt dat het myn broeder wat te duur is." Maar nu liet Wighart zich óók gelden, en het zou byna tot een twist tusschen hen beiden in den winkel gekomen zyn, daar geen van beiden elkaar zulk eene „verkwis ting" wilde toegeven, zoo niet de winkel bediende lachend had voorgesteld, dat de dame en de heer elk de helft zouden betalen, waarin Sophie mokkend en Wighart verheugd toestemde. Hoe zwygend, hoe opgeruimd en hoe snel spoedden zich beiden daarna langs de straten Sophie kon nauwelyks meekomen, Wighart had ook zulko ellenlange stelten 1 Zy pruttelde echter niet, maar maakte liever kregelig drie kleine passeD, wanneer hy slechts eenmaal den eenen voet voor den anderen zette. Na verloop van drie kwartier stonden zy buiten adem voor Hélènes deur en hadden drie minuten noodig om op hun verhaal te komen, vóór zy aanschelden. „Hélènebegon Wighart, nadat zy elkaar harteiyk de hand geschud hadden; toen zweeg hy. „Hélène.zei Sophie en zag daarby haren broeder aan, die het papier, waarin het atlas gerold was, onder den arm hield. „Wat hebt jelui?" vroeg Hélène lachend. „Jelui trekt zulke geheimzinnige gezichten 1 Kom, Sophie, ga jy daar eens op de sofa zitten mama zal zoo dadeiyk te voorschyn komen; zy zet even eene andere muts op ter eere van freule lm hof. Geef my de muziek, Wighart - waarom hebt ge ze zoo ingepakt?" Zy nam de rol van hem aan en begon de bandjes, die er om gestrikt waren, los te maken, terwyl zy vroeg: „Je hebt toch, hoop ik, dat trio in C mol niet vergeten?" Wighart zag haar verlegen aan. Hélène merkte reeds dat er geene muziek In het papier was; nieuwsgierig wikkelde zy het laatste vloei er af en spreidde de verblindend witte stof uit. „Wat is dat?" stamelde ze. „Dat is voor u, Hélène", riep Wighart uit, en omhelsde het slanke meisje zóó heftig, dat zy dacht aan zyne breede borst, door zyne sterke armen omvat, te zullen stikken Maar in het volgende oogenblik liet hy'haar weder los en nu viel Hélène Sophie om den hals, weenond, overgelukkig, niet in staat zelfs een enkel woord van dank te stamelen. Wighart ging naar het venster en haalde zyn zakdoek voor den dag; hy nam niet de minste notitie van de beide meisjes, totdat eene kleine, tengere hand, die hem op den schouder gelegd werd, hem weder tot de werkeiykheid terugriep. Hy zag om en blikte Hélène in de met tranen gevulde, van vreugde stralende oogen. „O jou ondeugende, verkwistende Wighart 1" En de kleine, tengere hand tikte hem rechts en links op de wangen. Mevrouw Sauvage trad de kamer binnen; ook zy was verrast, maar by hare aandoening en hare dankbaarheid drong zich de bittere gewaarwording op: „En zoo'n kleed moet myn arm kind nu van vreemden cadeau krygen." Geen zweem van zulk eene deemoedigende gedachte kwam in Hélènes ziel op: hare vreugde was rein, haar geluk onbegrensd. Zy gevoelde dat ook Wighart. en Sophie eene reine vreugde, een onbegrensd geluk smaakten by het schenken van zulk een kostbaar cadeau. Zy wi8t dat Wighart on Sophie met evenveel genot zouden ontvangen hebben, als waarmede ze haar nu gaven, wanneer het lot haar en niet broeder en zuster, eene ryk gevulde beurs In den schoot geworpen had. Zy waren zóó rond en zóó open onder elkaar, dat zy nimmer elkaar in verlegenheid zouden laten waar het op geld aankwam, en de stoffeiyke eischen van het leven nauwelyks telden. De kleine familie wachtte in spanning Henri's komst af Wat zou hy wel zeggen? Zou het zfino ydelheid niet opwekken, wanneer hy zich voorstelde, hoe prachtig de bruid getooid zou zfiu, die hy naar het altaar zou leiden? Maar toen Henri emdeiyk aanschelde, hoordo Wighart, die naar de voordeur yide om hem binnen te laten, hem buiten reeds lachen, en hoorde hy tevens hoe eene vrooiyke meisjes stem met zyn gelach instemde. Hy riep naar de kamer, dat de freule reeds meekwam, en Hélène verborg schielyk het. atlas, om het vreemde roeisj9 geen getuige te doen zy»ï van eon tooneel, dat het verwende kind, aan overtollige weelde gewoon, wellicht t-bn modo- lydend lachje kon ontlokken. Hélène had gisteren Adelheide bezoek be antwoord en was door deze allerharteiykst ontvangen. Met eene behaaglyko verbazing had Hélène rondgekeken in het huis, dat niet alleen ryk, maar ook smaakvol was ingericht, en eene schaduw van afgunst wac op hare ziel gevallen. Zy stelde zich voor,' hoe heeriyk het zou zyn, als zy met Henri eens zulk een huis kon bewonen, en hoo juist Henri's naar kunst en smaak dorstende ziel zich in zulk eene omgeving op hare plaats zou gevoelen. Adelheid liet juffrouw Leiser verzoeken binnen te komen en stelde haar Hélène voor. {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 5