IK 10592. Maandag 3 September A0. 1894. Courant wordt dagelijks, met uitzondering van fon- en feestdagen, uitgegeven. Eerste Blad. Leiden, t September. Feuilleton. De jaarmarkt te Leerdam. LEIDSCH DAGBLAD PHIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 8 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÊN Van 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. - Grooter» letters naar plaatsruimte, wordt 0.05 berekend. Voor het incasseeren bulten de stad De uitslag Tan bet admissie examen tot de Hoogere Burgerschool Toor Jongens alhier is als volgt: Er waren 6 candidaten voor de 1ste kl., waarvan toegelaten 4, namelijk: B. H. Ver maas, G. Boekee, J. Dagevos en E. Grivel. Verder waren er 8 candidaten voor de 2de kl., waarvan werden toegelaten 2, namelijk H. P. Van Vuuren en A. A. v. d. Putten. De uitslag van de ten Raadhuize alhier door Burgemeester en Wethouders gehouden openbare aanbestedingen is als volgt: 1. a. het maken van schoeiingen aan de Havenkade en de Houtmarkt; b. hot plaatsen van stootpalen. Voor o. waren ingekomen 8 lnschryvings- biljetten ad ƒ995, f1156, ƒ1222, ƒ1290, ƒ1450, ƒ1499, ƒ1500 en ƒ1565. Burgemeester en Wethouders hebben het maken van de schoeiingen gegund aan den heer C. De Ruiter, te Zoeterwoude, voor ƒ996. Voor b. waren ingekomen 5 inschry vings- blljetten ad ƒ325, ƒ384, 384, 445 en 490. Gegund aan de heeren N. Kloots Mzn. en H. De Jongh alhier voor ƒ826. 2. Het vernieuwen der Driegatenbrug. Hiervoor waren ingekomen 9 inschrijvings biljetten ad ƒ1200, ƒ1290, ƒ1880, ƒ1460, ƒ1480, ƒ1485, ƒ1666, ƒ1777 en ƒ1989. Gegund aan den heer W. v. d. Drift alhier voor ƒ1200. 3. Het leggen van een riool met damkaat ln de Pieterskerkstraat Hiervoor waren ingekomen 8 lnschryvings- blljetten ad ƒ686, ƒ936, ƒ984, ƒ999, ƒ1062, f 1078, ƒ1093 en ƒ1800. Gunning aange houden. Naar wij vernemen, zal de „Dubbel- Kwartet.-Vereeniglng" (a capella) In den loop der maand Septembor een buitengewoon concert geven, uitsluitend van gewijde muziek, ln de Evang.-Luth. Kerk aan de Hooglandsche Eerkgracht, alhier. De contribueerde leden der „Dubbel-Kwartet- Vereeniging" zullen, op vertoon van hun diploma, reductie genieten, zooals later by advertentie zal kenbaar worden gemaakt. Op het programma prijken o. a. de namen der volgende componistenPalestrina, Vittoria, Menegali, Buffo. De heer Striening zal eenige vioolnummers Bpelen. 't Belooft dus eene schoone uitvoering te zullen worden. De EngelBche mail met berichten uit Indie kan 2 Sept. alhier worden verwacht. Maandag avond zal in den Dierentuin te 's-Gravenhage eene buitengewone muziekuit voering gegeven worden door het stafmuziek- corps van het 4de reg. inf. te Leiden, onder directie van den heer Van Erp, en wel ter eere van het vyfde .Interparlementair congrès pour l'arbitrage et la paix." Door burgemeester en wethouders der gemeente Ter-Aar is afkondiging gedaan dat de begrooting van de inkomsten en uitgaven der gemeente voor den dienst 1895 gedurende veertien dagen en wel tot den 13den Septem ber a. 8. voor een ieder ter gemeente secretarie ter inzage is nedergelegd en tegen betaling der kosten in afschrift is verkrijgbaar gesteld. Door den Raad der gemeente Ter Aar is besloten tot aankoop van eene nieuwe brand spuit in de plaats van spuit No. 1 in de Kerkbuurt. De begrooting der gemeente Voorschoten is gedurende 14 dagen t/m. den 13den Sept. a. s. ter visie gelegd en tegen betaling der koston algemeen verkrijgbaar gosteid. Het op heden te Aarlanderveen gesloten inschrijvings register voor de Nationale Militie lichting 1895 w|jst een getal van 22 ingeschre venen aan. Gedurende de maand Augustus is ten post kantore te Warmond ingelegd tot een bedrag van 2627.65, verdeeld over 122 inlagen. Terug betaald werd er ƒ384, verdeeld over 8 terug betalingen. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 357. De stichting van een wees- en oude mannenhuis to Haarlemmermeer begint door den ij ver en de werkzaamheid van het tegen woordige Burgerlijk Armbestuur veel kans van slagen te krijgen. Eene commissie uit dat bestuur beeft de geestelijken in de ge meente met de armenverzorgers uitgenoodigd tot eene samenkomst ter bespreking der hoog noodige zaak, om zoo spoedig mogelijk tot het gewenschte doel te geraken. Reeds jaren geleden is de diaconie der Herv. gemeente te Hoofddorp begonnen gelden in te zamelen tot stichting van een weesbuis, wat ten deele gelukt is, zoodat op heden ln de kas der diaconie nog een aardig sommetje voorhanden ie. Z. K. H. de groothertog van Saksen en zj|ne dochter, de hertogin van Mecklen burg, vertrokken gistermiddag 2.45 per Staats spoor van Den Haag naar Soestdijk, met het voornomen om des avonds 7.43 in de resi dentie terug te keeren. De audiëntie van H. M. de Koningin Regentes aan generaal Francesco Tosta Garcia, die als gezant van Venezuela zijne geloofs brieven zal overhandigen, is nader bepaald op a. s. Dinsdag, 4 September. De minister van buitenlandsche zaken zal Z.Exc. naar Soestdyk vergezellen en aan H. M. voorstellen. Naar men verneemt, zal de heer F. E. Van Bunge, hoofd-inspecteur van politie te 's-Gravenhage, in een adres intrekking ver zoeken van het koninklijk besluit van 29 dezer, waarbij hem de eere-medaille in goud der orde van Oranje-Nassau is verleend. De thans gehouden wordende cavalerie- manoeuvres in de provincie Gelderland wor den medegemaakt door den heer jhr. mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg, lid van de Tweede Kamer. Volgens gisteren te Helder ontvangen officiéél bericht, z(jn de Koninginnen voor nemens, na afloop der vlootrevue ter reede, op 12 Sept. a. s., ook een kort bezoek aan die gemeente te brengen en 's avonds weder te vertrekken. Het bericht, dat HH. MM. te kennen ge geven hadden Tilburg spoedig te bezoeken, is wel erg voorbarig. Uit de woorden, door de Koningin-Regentes tot den burgemeester gesproken, mag men althans niet afleiden dat men spoedig eene feestcommissie zal moeten benoemen. H. M. toch zeide volgens de ,Tilb. Crt." dat Zij zoo gaarne iets van Tilburg zag, omdat z(] den Koning er zooveel goeds van had hooren zeggen en de Koning haar ge durig sprak van de aangename indrukken, die Z. M. had behouden van hoogstdeszelfs verblijf 'n die Btad. H. M. was zeer dank baar voor de groote belangstelling en voor de huldeblijken, die de Koningin en ztjzelve te Tilburg thans mochten ondervinden, en ver zocht haren dank aan de gemeentenaren over te brengen. De minister van binnenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden dat, blijkens eene bekendmaking, voorkomende ln den Belgischen „Moniteur" van 28 Aug., de rechtstreeksche doorvoer zonder overlading van versch varkensvleesch, herkomstig uit Nederland, weder met ingang van 31 Augustus in België wordt toegestaan. Sts.-Ct Weder ontving de ,Oranjebond van Orde" een blijk van groote waardeering. Eene Amsterdamsche familie, die tijdelijk te Apel doorn vertoeft, stelde 3000 beschikbaar voor drio huizen op het Hattemsche Veld. In het eerste jaar der stichting zijn hier mede juist 25 huizen gekomen. Door den minister van oorlog is, op een daartoe gedaan verzoek van de commissie tot viering van den gedenkdag der reductie van Groningen, ln 1594, toegestaan, dat aan den optocht, welke den 19den September e.k. te Groningen zal worden gehouden, zal worden deelgenomen door 8 trompetters van het 1ste regiment veld artillerie te paard. Deze trompetters zullen in kostuum van de 16e eeuw als claroenblazers den optocht openen. By koninklijk b»luit van 30 dezer is de kolonel M. Segov bevorderd tot gen.-majoor der inf. by het leger in Ned.-Indië. Benoemd mr. G. Kortenhout van der Sluys, te Almeloo, met ingang van 1 Sept. a. 8., tot schoolopziener in hot arrondissement Almeloo. Aan dr. H. Japikse, op zijn verzoek, met 1 Sept. a. e., eervol ontslag verleend als onder wijzer aan de Rijkskweekschool voor onder wijzers te Middelburg. YerleendDe rang van generaal-majoor, aan de gep. kolonels A. I. M. C. baron De Posson, adj. in buitengewonen dienst van wijlen Z. M. den Koning, en J. M. Michfteli6; de rang van kolonel, aan de gep. luit.-kolonels E. J. L. Meuter en H. Vermeulen; de rang van majoor, aan de gep. kapiteins jhr. L. van Beyma, A. G. Wilkens en W. F. A. Scheevers, alsmede aan den gep. ritmeester H. M. Werner; de rang van kapitein aan den gep. laten luit. J. Scheuer. Met ingang van 1 Oct. a. s., aan A. Isaac son, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als directeur van het telegraafkantoor te Nijmegen. Met ingang van 1 Nov. a. s. aan don hoofd inspecteur van den Rijkswaterstaat G. Van Diesen, op zijn verzoek, eervol ontslag uit zijne betrekking als zoodanig verleend, behou dens aanspraak op pensioen en met dank betuiging voor de door hem, gedurende eene reeks van jaren, aan den lande bewezen gewichtige diensten; en voorts benoemd: tot hoofdinspecteur van den Rijkswaterstaat J. M. F. Wellan, thans inspecteur; tot Inspecteur van den Rijkswaterstaat A. M. K. W. baron Van Ittersum, thans hoofdingenieur der 1ste klasse. Met ingang van 1 Oct. a s. benoemd tot adjunct-commies bi) het departement van waterstaat, handel en nijverheid, mr. J. B. Poyrot, te Rotterdam. Verleend de titulaire rang van luit. generaal aan den gep. generaal-majoor van het leger in Noderl.-Indlë J. H. Romswinckel, die van kolonel aan den gep luit.-kolonel der inf. van het genoemde leger K. H. O Van Bennekom, en die van luit.-kolonel aan den gep. majoor der genie van hetzelfde leger C. R. Van Lennep. Eervol ontslagen mr. S. J. H. Van Walchren, op zijn verzoek, als griffier bij het kanton gerecht te Heerenveen. Gemeenteraad van Alien. Voorzitter: de Burgemeester. De vergadering is voltallig. De notulen der vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. Medegedeeld en voor konnisgeving aange nomen o. eene missive van den heer S. Van Velzen, waarbij deze heer, onder dankbetui ging voor het in hem door den Raad gestelde vertrouwen, kennis geeft dat hij de benoeming tot lid van de commissie van toezicht op de departementale Ambachtsteekenschool aan noemt; 6. twee missiven van Ged. Staten, waarbij goedgekeurd worden teruggezonden twee Raadsbesluiten tot af- en overschrijvingen op de begrooting, dienst 1894. Alsnu brengt de Voorz. ter tafel het rap port der flnantiëele commissie omtrent het door haar ingesteld onderzoek van de gemeente- rekening, dienst 1893, waaruit blykt dat dit onderzoek tot geene op- of aanmerkingen aan leiding heeft gegeven en de commissie alzoo adviseert tot voorloopige vaststelling dier rekening, in ontvangst tot een bedrag van ƒ27,477.391/,, tegen eene gezamenlijke uit gave van ƒ26,539.951/, en alzoo met oen batig saldo van ƒ937.44. Nadat de Voorzitter de gelegenheid bad opengesteld tot bespreking van de rekening in haar geheel of in onderdeelen en de flnan tiëele commissie het rapport niet nader monde ling wenscht toe te lichten, merkt de heer G. Van Dobben nog op, dat hem b(j het nazien der rekening de kosten ter bestrijding van besmettelijke ziekten over het onderwerpelyke dienstjaar zeer hoog voorkwamen, waarop de Voorzitter antwoordt, dat die kosten het on vermfidelyk gevolg waren eener goede be strijding der cholera. Immers gedurende den tijd, dat ook in deze gemeente door de cholora slachtoffers werden geëischt, is gezorgd voor goed drinkwater, door het kosteloos verkrijg baar stellen van Leidsch duinwater en dit heeft de gemeente nogal eenig geld gekost. Hierna wordt de rekening ovoreenkomstig het adres van het commissoriaal rapport vast gesteld gelijk zij ic ingediend. Vervolgens komt in behandeling de rekening van het Burgerlijk Wees- en Armhuis over 1893, waaromtrent mede door de flnantiëele commissie rapport ln goedkeurenden zin is uitgebracht. Z(j wordt goedgekeurd tot het voorgedragen bedrag en wel ln ontvangst, 3307.85, tegen eene uitgaaf van 2937.26, en alzoo sluitende met een batig saldo van 370.59. Hierna legt de Burgemeester den Raad over de begrooting van de inkomsten en uitgaven der gemeente over het dienstjaar 1895 in ont vangst en uitgaaf tot eer. bedrag van ƒ28,787,75 met de daarbjj behoorende memorie van toe lichting, alsmede de daarmee verband houdende begrooting van het Burgerlijk Wees- en Arm huis, welke stukken op voorstel des Voor zitters worden gesteld is handen van de flnan- tieele commissie, met verzoek tot het uit brengen van BchriftelUk rapport en advies. Op do voordracht ter benoeming van twee leden van het college van zetters worden ge plaatst de heeren H. Overes en Jb. Van dor Eist, aftredende leden, en de heeren W. Los en A. Pannevis. Deze voordracht zal aan den Commissaris der Koningin worden toe gezonden. Komen ter tafel de reclames tegen bun aanslag op het kohier van den koofdelyken omslag dienst 1894 van de keeren O. en R. Numans en van D. De Knegt, de eersten met verzoek om afcchrijving voor zooveel 1/12 gedeelten van hun aanslag als zij maanden van dit dienstjaar elders zijn ge vestigd. de laatste om terugbrenging van zijn aanslag van de 16de klasse ad 12 naar de 17de ad 9. Overeenkomstig hot. preadvies van B. en Ws. wordt eenparig besloten tot toewijzing van het verzoek der heeren C. en R. Numans en tot afwijzing van dat van don heer D. De Knegt. Ingekomen is een adres van den heer D. De Knegt, alhier, houdende mededeeling dat de door hem onder dagteekening van 17 Mei jl. ontvangen beslissing van d6n Raad op zijn vorig verzoekschrift zijne geopperdo bezwaren tegen de genomen maatregelen b(j de begrafe nissen op de algemeens begraafplaats niet uit den weg ruimt en alsnu nogmaals, alvorens in overleg met zyn rechtsgeleerden raadsman mr. Kranenburg, stappen to doen tot ver krijging van z(jn vermeend goed recht, aan den Raad verzoekt aan zijne bezwaren tegemoet te komen. In overeenstemming met het preadvies van B. en Ws. wordt eonparig besloten h6t adres ter zijde te leggen en over to gaan tot de orde van den dag. Besloten, na het advien van den heer Inspecteur voor het geneeskundig staatstoe zicht in Zuid-Holland te hebben ontvangen, aan de verschillende belanghebbenden het dempen eener voor de gezondheid schade lijke sloot te bevelen, liggende tusschen de perceelen van J. Van Wielingen on Ph. Stapper 4) Reeds stond ik op het punt om, onafschei delijk met mijne geliefde vereenigd, in bare armen m(j over mijne vroegere verliezen en ongelukkon te troosten toen de dood eene streep door onze rekening maakte: mijne geliefde stierf." Dit laatete zeide hy op een haastigen en min of meer bitteren toon, keerde zich toen om en hield zijne oogen zwijgend op de over blijfselen van het vuur gevestigd, dat, voor het laatst 'nog eens helder opvlammende, BtrakB daarop onder de vale asch verzonk. Het bedroefde mij, eene snaar aangeroerd te hebben, die klaarblijkelijk zulke treurige herinneringen bij mijn reismakker opwekte. Zonder hem eenige meerdere vragen te doen, Btond ik op en begaf mij naar buiten. De lucht was thans geheel opgeklaard en het onweder had de brandende hitte van den morgen in eene aangename en verfrisschende koelte doen overgaan. Ik wandelde een oogen- blik voor de huisdeur op en neder, over de woorden van den jongen vreemdeling naden kende. De openhartige wijze, waarop hy zich jegens my, een onbekende, aangaande zijne lotgevallen en omstandigheden uitgelaten had, fleed my wel is waar een gunstig gevoelen van zyn hart en karakter opvatten; doch ik wil niet ontkennen, dat het my voorkwam dat deze zelfde openhartigheid kenteekenen droeg van gebrek aan ondervinding, en om het zoo eens uit te drukken van eene L'inderlyke onbedrovenheidiets, dat voor iemand, die, gelijk hy, geheel alleen in de wereld stond, zeer govaarlyk mag goacht worden. Terwyi ik my met deze overpein zingen onledig hield, trad de vreemdeling uit de herberg. Zyn gelaat was thans meer op geruimd, en slechts nu en dan kwam er nog oen sombere trek op te voorschyn, gelyk aan den gezichteinder, wanneer het onweder voorbygetrokken en de lucht opgehelderd is, nog hier en daar eene enkele wolk zichtbaar blijft. Hy stelde my voor, onze reis nu verder voort te zetten, daar wy van het onweder wel niets meer te vreezen zouden hebben. Langzaam vervolgden wy langs een ons aangewezen binnenweg onze wandeling naar Hoogvliet, waarvan het spitse torentje ons van tusschen het geboomte in het oog viel. Binnen hot uur hadden wy dit dorp bereikt. Gedurende dit laatste gedeelte onzer wan deling kon ik niet nalaten myn reisgezel de boven gemaakte bedenkingen omtrent zyn karakter mede te deelen en hem ernstig aan te manen, toch vooral op zyne hoede te zyn en zich jegens vreemdelingen niet al te open hartig en vertrouweiyk te gedragen, daar hem dit dikwerf wreede teleurstellingen ver oorzaken moest en zelfs in vele onaangenaam heden zou kunnen wikkelen. Glimlachend hoorde hy my aan, en toen ik geëindigd had, zeide hy: »Ik geloof waarlyk dat gy geiyk hebt, en ik betuig u myn dank voor uwe welgemeende raadgevingen. Duizendmaal heb ik het my- zelven gezegd, dat het alleen myn al te goed vertrouwen was, dat my die teleurstellingen in do vriendschap berokkend beott, van welke ik u boven gesproken heb. Doch het is moei- ïyk zyn karakter eene geheel andere richting te geven; daarenboven ia het my altyd ver- kieslyker voorgekomen, op deze wyze door de menschen bedrogen te worden, dan door een al te groot wantrouwen myn medemensch onrecht te doen. Echter wil ik gaarne toe stemmen, dat men beide uitersten vermyden moet, en ik durf u beloven uwe vermaningen zooveel mogeiyk in het oog te zullen houden." Slechts korten tyd hielden wy ons te Hoog vliet op, waar ik den veerman, die my over de Maas zou zetten, moest vinden. Eer wy dit dorp verlieten, begeerde myn metgezel, die my middelerwyi ook met zyn naam Munter heette hy had bekend gemaakt, dat ik myne naamteekening zou plaatsen op een der schoone bladen van een klein vier kant boekske, dat hem tot eene soort van album scheen te dienen. „De Hemel weet het," dus Bprak hy, „of wy elkander ooit weder zullen ontmoeten; en ik zou gaarne eene kleine herinnering willen hebben aan eenige zeer genoegiyk doorgebrachte oogenblikken. Gy zult my wel licht beschuldigen, dat ik nu reeds uwe vriendelyke raadgevingen geheel uit het oog verlies, wanneer ik u openhartig beken, dat ik gedurende den korten tyd, dien wy in elkanders gezelschap gesleten hebben, eene ware hoogachting voor u opgevat heb en geene zwarigheid maak, u myne vriendschap aan te bieden." „Ik mag dezelfde verklaring ten uwen op zichte afleggen," gaf ik den openbartigen jongeling ten antwoord„ook voor my zal deze ontmoeting eene aangename herinnering opleveren." Thans voldeed ik aan zyn verlangen en zette myn naam op eene der aangewezen bladzyden, met byvoeging van een paar toe- passeiyke regels uit onzen lievelingsdichter Horatius. „Gy zult my echter ook nog wel een klein plaatsje in uw dagboek inruimen," zeide ik schertsend, terwyi ik het boekje aan den eigenaar weer ter hand stelde. „Waarom niet?" antwoordde hy. „Ik wenschte wel dat ik iederen dag eene ont moeting als die van heden op te teekenen had. Welaan," ging hy voort, „wy zullon nog een korten tyd in elkanders gezelschap doorbrengen I Ik zal u naar de overzyde ver gezellen en alsdan met den terugkeerenden veerman my weder herwaarts begeven." Wy gingen dus, door oen bejaard land bouwer, die den dienst van veerman waarnam, vergezeld, naar de nabyzynde rivier, alwaar wy in een gereedliggend bootje traden. Deze tak der Maas is in de nabybeid der zee, en inzonderheid tusschen de beide dorpen Hoog vliet aan de eene en Spykenisse aan de andere zyde, buitengemeen breed, zoodat er tot overvaren een geruime tyd voreischt wordt. In het midden dor rivier ligt eene groote plaat, die echter reeds sedert jaren ingedykt is en verscheidene honderden morgen vrucht baar bouw- en weiland bevat, het eigendom, zoo ik meen, van eene aanzienlyke familie te Rotterdam. Over deze plaat moet men heenwandelen, om vervolgens met een tweede bootje verder overgezet te worden. Er staan twee of drie woningen op, langs eene van welke onze weg liep. Ons gesprek viel op de eenzame ligging van dit huis in het middon eener groote rivier, en de afzondering, waarin de bewoners noodwendig een groot gedeelte van hun leven moeten doorbrengen. „En toch," zeide Munter, „hoe vreemd u dit ook voorkome, zou het my, dunkt me, geene opoffering kosten, op deze plaats en zoo geheel van de wereld afgoscheiden, to leven, Nu en dan zelfs is het voornemen reeds by my opgekomen om, als ik eerst oen paar jaren in de wereld rondgedoold en aan myne zin om vreemde landen te zien voldaan zal hebben, my ergens naar een eenzaam en afgelegen oord te begeven en daar, ver van het gewoel der wereld, alleen voor myzelveti en de wetenschap te leven. Wellicht dat ik. nog eenmaal dit voornemen ten uitvoer breng, en wie weet of dan niet misschien ditzelfde eilandje my tot eene wykplaats zou kunnen verstrekken, waar ik van de stormen en wederwaardigheden des levens zal kunnen uitrusten." Ik moest by myzelven over de dwepery van den jongeling lacben, die, naar bet my voorkwam, noch geneigdheid, noch aanleg had om'een afgezonderd kluizenaarsleven te leiden en voor altyd van de vermaken des levens afstand te doen. IWordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1