Dat een Engelschman de hulp van onze Koningin Wilhelmina inroept om van een lastigen haan bevryd te worden, klinkt zeker al heel zonderling, maar toch ie het gebeurd, en wel in 1890. Eerst nu is de zaak aan het licht gekomen. De bedoelde Engelschman, zekere heer Larmuth, woonde destjjds aan de Thornfield- road te Londen. Zyn buurman, de heer Yan den Berg, kanselier der Nederlandsche lega tie, bouwde een kippenloop, waarin ook een haan werd gehuisvest. Daar nu de haan bij zonder kraailustig was en de loop zich vlak onder de slaapkamer van Larmuth bevond, had deze veel last van het gekraai. Hy klaagde daarover by zijn buurman, maar deze sloeg hem do deur voor den neus dicht. De Engelsch man wendde zich toen tot het Home-Office, maar daar werd hem te verstaan gegeven dat hij, krachtens eene wet uit don tjjd van koningin Anna, gegeeseld zou worden, als hy het durfde wagen een lid van eene buitenlandsche legatie in rechten te vervolgen. Nu schreef Larmuth aan wylen den Nederlandschen gezant, maar deze antwoordde dat de zaak onder het depar tement van buitenlandsche zaken ressorteerde. Inmiddels maakte de haan met zyn gekraai Larmuth het leven ondraagiyk, of althans het slapen onmogelyk. Als het een gewone haan was geweest, zou hy hem hebben dood geschoten, maar zyn kwelgeest etond onder bescherming der Nederlandsche legatie. Ten einde raad, schreef de geplaagde man aan Koningin Wilhelmina, die, naar hy gelezen had, een „charming young lady" moest zyn. Er kwam geen antwoord, maar de brief had toch dit effect, dat de lastige haan werdver- wyderd, en zoo bereikte Larmuth, gelyk hy dankbaar erkende, door den invloed van onze Koningin wat de geheele wet van Engeland niet voor hem had kunnen doen. Het geval zou waarschyniyk nimmer rucht baar zyn geworden, als Larmuth niet ver zuimd had, zyn zaakwaarnemer te betalen. Deze diende eene vordering van 2 pd. st. 19 s. tegen hem in, en de zaak, die eer gisteren voor de Londensche rechtbank diende, bracht 'smans lijdensgeschiedenis aan het licht. Een a p o or w e g wachter te Laeken (België) zag eergisteravond een kind op den spoorweg, dat by het sluiten der boomen daarbinnen was gebleven. De trein was vlak by en het kind zag hem niet. Do moedige wachter, het gevaar ziende, sprong op het kind toe, greep het en slingerde het op zy, toen de trein nog een drie meter was ver- wyderd. Nog even streek de trein langs den redder hoen, maar deerde hem niet. Het heldenstuk was gelukt en de held was behouden De cholera te S t.-P etersburg biyft afnemen, ten minste volgens de officiëele opgaven. Op 8 Aug. werd aangifte gedaan van 22 ziekte- en 14 sterfgevallen, eene aan- merkelijke vermindering in vergeiyking met de cyfers der laatste dagen. Tevens spreekt de regeoring het bericht tegen, dat de epidemio zich vertoond heeft te Nishni-Novgorod. De jaarmarkt, welke daar wordt gehouden, is in vollen gang en is dit jaar zelfs byzonder druk bezocht. Daarentegen biyven de berichten uit Polen ongunstig. De epidemie biyft daar in dezelfde mate heerschen en vermindert nog niet. De verwoesting van den Grooten Bazaar te Konstantinopel is eene zware ramp voor do hoofdstad van Turkye. Deze bazaar was de uitgestroktste en de belangrykste van het Oosten. Hy bevatte 7056 winkels en magazyoen; 82,000 personen verdienden er hun brood en 250,000 anderen (handelaars, bankiers, commissionnairs, enz.) bestonden door middel van deze inrichting. Het bedrag der handolszaken, die er jaarlyks omgingen, kan op meer dan 200,000,000 geschat worden, lorwyi de middellyke en onmiddeliyke inkom sten, welke de Staat van doze handolsinstel- llng trok, ongeveer 80,000,000 per jaar be droegen. De pest te Hongkong is nog niet geheol verdwenen. Ofschoon de toestand steeds beter wordt, biyft toch de ziekte nog heer- Bchon. Volgens het laatste telegram, te Londen uit Hongkong ontvangen, zyn tot dusver in dezo Chineesche haven 2500 personen aan de pest overleden. Ocoiccaleraad van Oegatgeeet. Voorzitter: de Burgemeester. Afwezig de heer A. Den Haan, met kennis geving. De notulen der vorige vergadering worden door den secretaris gelezen en goedgekeurd. Ingekomen stukken: lo. Eene missive van don heer L. Den Ouden, hoofd der school aan de Morsch, waarby wordt medegedeeld, dat by hem aan ▼rago door Riotboven is gedaan tot plaatsing van zyne drie kinderen op die school. Waarop afwyzend wordt beschikt. Eene missive van H. Yan den Ameele, waarby dezo mededeelt, dat hy genegen is ƒ25 by te dragen in de kosten van afwatering van het porcoel wyk I No. 105, welko missive voor kennisgeving wordt aangenomen. 3o. Eene missive van de Leidsche Duin watermaatschappy, waarby wordt medege deeld, dat genoomdo Maatschappy genegen is tot de herstrating van don Morschwog over te gaan, onder voorwaardo, dat dit niet ge schiedt als oen herstel van hot door die Maatschappy slecht afgeleverd werk, maar om aan het verlangen van het Gemeente bestuur te voldoen, om in den Morschwog eono geheele goedo bestrating te erlangen. Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat Burgemeester en Wethouders met de directio dier Maatschappy zullen confereeron, ten eindo dlo zaak nader afdoende te regelen. Hierna wordt ter tafel gebracht een request van een vyftigtal, waaronder de voornaamste, ingezetenen van de gemeente Oegstgeest, van den volgenden inhoud: „De ondergeteekenden, allen inwoners van de gemeente Oegstgeest, hebben de eer het volgende onder uwe aandacht te brengen; dat het hun gebleken is uit de verslagen der laatsto Raadsvergaderingen, dat men van plan is, een telephoonstation te vestigen op het Raadhuis; dat zy van eene dergeiyke inrichting weinig nut verwachten voor de inwoners dezer ge meente, en de kosten betrekkeiyk hoog zullen zyn; dat daarentegen eene groote behoefte be staat aan eene telephonische verbinding dezer gemeente met het Ryks- telegraafkantoor te Leiden, daar de telegrammen, voor Oegstgeest bestemd, eerst één a twee uren nadat ze te Leiden ontvangen zyn, hun adres bereiken, en bovendien aan bodengeld voor ieder telegram nog 35 a 65 centen, naar gelang van den afstand, moet betaald worden; dat, zooals biykt uit hot Kon. besluit dd. 15 Sept. 1886 art. 2 (Staatsblad 164), eene dergeiyke verbinding door het Ryk op aan vraag van het gemeentebestuur wordt aan gelegd, zonder kosten voor de gemeente; dat voor den by dat besluit bedoelden kan toorhouder, de chef van het hulppostkantoor tegen eene billyke vergoeding gaarne zal optreden, en hy bovendien eene zeer geschikte lokaliteit tot het plaatsen van het toestel ter zyner beschikking heeft. Redenen waarom adressanten zich tot uwen Raad wenden met het beleefd verzoek, het noodige te willen doen tot het verkrygen van eene telephonische verbinding van het hulp- postkantoor te Oegstgeest met het telegraaf kantoor te Leiden." Op genoemd request werd nog geen afdoend bosluit genomen, zullende in eene volgende vergadering van den Raad hierop nader wor den teruggekomen. Vervolgens kwamen nog de volgende pun ten der agenda ter tafel: lo. Benoeming van eene onderwyzeres aan de openbare lagere school in de Leidsche Buurt (hoofd de heer P. W. De Jong) (vaca turemej. S. L. Kühlman.) Door Burgemeester en Wethouders waren op do voordracht geplaatst: lo. mej. A. C. H. Lovius, te Leiden; 2o. mej. J. Key, te Leiden, en 3o. mej. M. De Vries, te Leiderdorp. Benoemd werd met algemeene stommen mejuffrouw A. C. H. Lovius, onderwyzeres te Katwyk aan Zee, wonende te Leiden. Vervolgens wordt door Burgemeester en Wethouders aangeboden de rekening van inkom sten en uitgaven der gemeente over 1893, sluitende met een batig saldo van f 604, waarna wordt overgegaan tot de benoeming eener commissie van onderzoek daarvan, waar toe werden benoemd de hoeren A. D. D. Schretlen, J. Van den Berg en J. C. Spaar garen; zullende de rekening gedurende 14 dagen ter visie worden nedergelegd, en tegen beta ling der kosten verkryg'oaar worden gosteld, van welke ter-visie logging en verkrygbaar stelling openbare kennisgeving i6 geschied. Ten slotto komt nog in behandeling een één-en-veertdgtal reclames tegen den aanslag in den hoofdelyken omslag, welke in eeno vergadering met gesloten deuren worden be handeld. Hierna wordt de vergadering door den Voorzitter gosloten. INGEZONDEN. Voor my liggen twee beoordeelingen van den roman Nondumvan den hoer Koopmans van Boekeren, de eene warmer in hare waar deering dan de andere, doch beide niet geheel afbrekend. De beoordeelingen, welke ik op 't oog heb, zyn die van „De Portefeuille" van onzen bekenden Taco de Boer en die van „Het Vaderland", 9 Augustus. Voor eiken lezer en criticus is 't moeilyk een onbevangen oordeel over do persoonlyk- hoid eens schryvers te vellen, wanneer dezo hem alleen uit zyne werken bekend is. Die werken toch ademen niot altyd denzelfden geest: soms zelfs is 't moeilyk te gelooven, dat zy door één auteur geschreven zyn Dit is echter niet van toopassing op de penne- vruchten van den heer Van Boekeren. Of men een van 's mans eerste werken ter band neemt of wel 't laatste, men zal getroffen worden door denzelfden toon, die allo ge schriften bebeerscht. Terwyi in de laatsle jaren de litteratuur eene groote verandering onderging, terwyi er gestreefd wordt naar natuurgetrouwheid (met helaas! dikwerf tegenovergestelde uitkomst), terwyi niemand er wel aan twyfelen zal, of de heer Van Boekeren wel kennis zal ge nomen hebben van de beweging op letter kundig gebied, is hy zich zeiven gelyk ge bleven: hy is het individu ft orakelwoord van onzen tyd) by uitnemendheid. In zyn werk geeft hy zichzelven, hy met zyne be hoefte, zyn drang om de wereld van eene betero zyde te beschouwen, met zyn op go- wekten aanleg, die den ernst niet geheel uitsluit. Daarby vergete men niet: de schryver is predikant en predikant pursang dus met zyn preektoon, die velen niet weinig binderon zal. Zóó is de schryver en zóó is de mensch. Ik wensch niet te treden in de byzonder- hedon en zwyg dus over de samenstelling, de intrige, en de zedeiyke strekking van den roman. Zooveel ie zeker, dat een werk als Nondum in den tyd, dien we nu be leven, blootgesteld zal wozen aan tal van beoordeelingen, al Daar gelang de lezer eischen steltdeze zal het boek als gansch verouderd verre van zich werpen, een ander wederom zal twyfellachend de schouders ophalen, en er zullen er zyn, die den intrige-roman met zoo'n heerlyken afloop met gretigheid zullon opsmullen. Wat my betreft, 't geheel doet my denken aan een goed uitgevoerde, dames zouden zeg gen „gezellige" teekening, waarop het oog met welgevallen rust, en waarin wy, al zyn de kleuren soms wat grillig, de figuren ietwat caricatuurachtig ik denk hier aan die rom melzoo van latynsche citaten en uitdrukkin gen, aan de blauwkous Constantia en haren centurio waarin wy, ondanks dat alles, de geoefende hand herkennen. Waar ik nu evenwel de aandacht op wil gevestigd zien, is dit. Nondum is een merkwaardig verschynsel in dezen tyd. Zoo verouderd als het boek schynt, zoo frisch is het. Het is het werk van een man, die is zooals hy was, die was zooals by is, en die blyven zal zooals hy was en is. Niet velen zullen dit van zichzelven kunnen getuigen, de meesten onzer ondergaan den invloed der tydsomstandigheden en worden geslingerd in gedachten en daden door de bewegingen om ons henen op stoffelyk, geestelyk en zedelyk gebied. Ik geloof dan ook wel niet, dat 't, zooals de verslaggever in het „Vaderland" meent, juist de kracht is van inertie, die het individu zichzelven gelyk doet blyven. Men moge dat veronderstellen van eene oude baker, die van 't gegons in de wyde wereld om haar henen niets hoort, doch zeker is die veronder stelling misplaatst ten opzichte van een man, die wel degeiyk van de evoluties op verschil lend gebied notitie neemt, die verwerkt en met waardeering van het schoone en goede ze toch van zich werpt, omdat hy geen lust gevoelt kunstmatig aan te kweeken wat niet een deel van zyn wezen uitmaakt. En biermede heb ik gezegd al wat ik te zeggen had over Nondum, het verder aan de lezers overlatende of het hun kan strekken tot een middel van ontspanning of verkwikking. Iris. Programma vnn Muziekuitvoeringen MU8I8 SACRUM. - Zondag 12 Ang.. to balfacht, door het Stafmnziekcorps van het 4de regimont Infanterio. Dircctonr do Heer W. Van Erp. Eerate afdeoliog: No. 1. Koninginne-Fccat-Marach, Vink; 2. Ouvertore „Dio lnatigen Wevber von Windaor", Nicolaï; 3. SouvoLir do l'Opéra „Le grand Mogol", Audran; 4. „Eapaiïa", W&lzor nach Em. Cliabrier'a berühmtor Rhapaodio, Wal teufol; 5. Fantaialo xiber R. WagDer'e „Der fliogende Hollander", Loiotier. Tweede afdeeling: No. C. Ouicrtaro „8i j'ótaiaRoi", Adam, 7. „Lo Lac", Meditation Poótiquc, Nieder- meyer; 8. a„Len Ranieanx", Melodie (arr. Mann), Faure; b. „Poluisohe National Tanze", Soharwonka; 9. Fantoiaie über Wobera „Freiscliütz'', Msbd. ZOMERZORO. Dinadag 14 Aug., te halfacht, Harmouio concert van liet Stafmuziokcorpa van het 4do R' gimeut Infanterie. Directeur: de lieer W. Van Erp. Eerato al'deeling: No. 1. Marach a. d. Opev „Tunnhiiuaor", Wag ur; 2- Ouverluro „Dor Froisohiitz", r. Weber; 3. a Fi'flbflingilied, Gonnod b Variations (arr. Mann), Uaydn; 4. Grunde Valao BrillaDte, op. 18 (arr. Vink) late Uifcv*.), Chopin, G. Fantaiaio aar „L'Africaino", Meyerbeer. Tweede afdeeliDg: No. G. Onvertuio de l'Opé.a „Miguon" (arr. Vink) (late Uitv.), Thomaa; 7. „Cosmoi olia", DiTerti88ement Allegorie. Maun; Pa. Zvrei Molodiën (arr. Oostelaar), Orieg; Pb. Marcbe hoDgroiao; 9. Fantaiaie de l'Opéra de Wagner „Lohengrin", Mano. Aangekomen badgasten te Katwijk a/Z. Hotol „du Rhin": Do hoer C. J. O. Prince, de heer J. Van Mona, do heer on mevr. mr. C. E. Van Marle. üroot-liadLotel; Herr und Frau C. F. Kart- hana, de hoer en mevr. de. A. J. Eijkman, mr. A. Stieglitz and wife, sir Frank B. Hcrrmaon. „Hotel Peneion": De heer C. Hoogendijk,do heer J. Stofftl n cchtgenoote, do heer O. Wilkena. Badhotel „do Zwaan": Do heer J. B. Beeanson, de hoer J. M. L. O. Zoegera. Villa Zoeruet": Mevr. do wed. Kropü' en fjmilie. Wijk B No. 190: Mej. A. Velderman. Wijk C No. 7b: Do heer N. Roele en familie. Wyk C No. 116: Dr. G. J. Micbaelu en zoon. Wijk C No. 127 Do lieor en mevr. H. v Rijckevorael. Te Kutwijk aan den Rijn. Hotel „do Roe kam": Do heer J. H. Dijkhoff. Wijk I No. 21: Do hoer O. A. v. Aeaendelft. BUITENLAND. Frankrijk, De „Figaro" maakt een schryven openbaar van den heer Turpin aan het comité, dat een oordeel heefc uitgesproken over zyne uit vinding. Hy vraagt teruggave van de door hem afgestane plannen en ontwerpen en deelt mede dat by de proefnemingen met zyne uitvinding zal voortzetten wanneer en waar het hem zulks noodig voorkomt. Ein- deiyk protesteert by tegen de conclusie van het comité, zooals deze door de dagbladen openbaar gemaakt zyn, op grond dat zy ge baseerd zyn op politieke overwegingen. Do president van den Oranje-Vrystaat zal van Parys naar Gonève gaan, van daar naar Duitschland en vervolgens eerst Schotland en Ierland bezoeken. De nieuwe anarchisten-wet is gisteren te Dyon in toepassing gebracht. Op grond van deze wet veroordeelde de jury den ge wezen directeur van een anarchistisch blad, Mounod, tot vyf jaren dwangarbeid en tot verbanning buiten Frankryk, op grond, dat hy in zyn blad den moord van president Camot had verdedigd. De Fransche admiraal Gervais, de be kende commandant van het eskader, dat Kroonstad bezocht, zal vermoedelyk dezer dagen aftreden als chef van den generalen staf dor marine. Admiraal Gervais zal be noemd worden tot commandant van het eskader in de Middellaudsche Zee. Zyne aftreding is het gevolg van een verschil van meening met de leden der bekende parlemen taire commissie, welke met het onderzoek naar den toestand der Fransche marine is belast. Als opvolger van admiraal Gervais als chef van den generaion staf wordt ge noemd admiraal Humann. Den 9den September a. s. zullen de kiezers te Nogent-sur-Seine ter stembus wor den geroepen om een afgevaardigde te kiezen tot vervanging van den heer Casimir Périer, den president der Fransche republiek, die tot nu dit district in de Kamer vertegen woordigde. Door de republikeinen is nu reeds voor deze verkiezing candidaat gesteld de heer Edmond Robert, de prefect van Isère, die voorheen als onder-prefect te Nogent werkzaam was. Dezer dagen werden door eenige Fran sche bladen ongunstige berichten medege deeld betreffende de gezondheid van den graaf van Parys, den Franschen kroonpre tendent, het tegenwoordige hoofd van he huis Orleans. De „Figaro" beweert nu precies te weten, wat er van aan is. Het blad bevestigt dat de toestand van den graaf van Parys te wen- schen laat. Nadat de pretendent uit Spanje en Engeland was teruggekeerd, werd hy aan getast door neuralgische pynen, maar deze ziekte wordt door de geneesheeren niet als ernstig beschouwd. Volgens het advies van dokter Guyon zal de graaf van Parys deze ongesteldheid binnen weinige weken te boven zyn. Do minister van justitie heeft tot de procureurs-generaal oen rondsehryven gericht over de toepassing der nieuwe anarchistenwet. In het rondsehryven wordt aangedrongen op een krachtig optreden, maar tevens wordt onder de aandacht gebracht, dat het de bedoeling van den wetgever is geweest, alleen de aan hangers van de „propaganda door de daad" te treffen. De wet is niet gericht tegen degenen, die hunne leerstellingen door wettige middelen trachten te doen zegevieren. Tachtig leden der Kamer hebben eene nieuwe groep gevormd, die zich noemt „Vereeniging voor de republikeinsche her vormingen." In een manifest aan het volk verzekeren zy „dat het land, het wachten op de altyd uitgestelde beloften moede, eene hervor mingsgezinde regeering eischt" en geven zy als hunne overtuiging te kennen, „dat de tegen woordige richting van het bewind tot resul taat zal hebben, het volk los te maken van de republiek". Door het oprichten van eene groote politieke vereeniging willen zy de ver snippering van de republikeinsche krachten voorkomen. De groep bestaat voor het meerendeel uit tamelyk onbekende grootheden. Tot de meest bekende behooren de generaals Riu en JuDg, en Vuillod, „rhomme-canon." De Parysche bladen bespreken alle de onthullingen van Vitrac Desroziers in de „Figaro," (zie Gemengd Nieuws) en weten blykbaar niet wat zy or van moeten gelooven. Dat de regeering herhaaldelijk bladen heeft gesubsidieerd uit geheime fondsen, is van al gemeene bekendheid, maar het onwaarschyn ïyko van Victrac's verhaal is hierin gelegen, dat de minister, in plaats van dergelyke zaken zelf of door tusschonkomst van een vertrouwd persoon af te doen, er een aantal personen by haalt, van wier trouw en bescheidenheid hy volstrekt niet zeker is, zoodat hy kon verwachten dat het geknoei te eeniger tyd aan de groote klok zou worden gehangen. Als de onthullingen waar zijn, geven zy een armzalig denkbeeld, zoowel van de handig heid des ministers en van den politie-prefect, als van de beroepseerlykheid dor personen, die zy voor hunne geheime zaken gebruiken. Aan het ministerie van binnenlandsche zaken noemt men de onthullingen een verbaal van pure fantasie, terwyi men aan de pre fectuur van politie ook de juistheid er van loochent. De heer Boisandré, van de „Libre Parole" bevestigt echter het verhaal van Vitrac, voor zoover hy zelf daarby genoemd is. Intusschen heeft Vitrac het land verlaten, om, naar hy zegt, zyne documenten, die zyno wapenen zyn, in veiligheid te brengen. Duitsohland* Het gerucht, dat het recht van vereeniging in Pruisen nog meer zou worden beperkt, heeft velen aangemoedigd verschillende reactionnaire plannen aan te bevelen. De metsten roepen om eene uitzonderingswet tegen de socialis ten en anarchisten, maar de „Köln. Ztg." ver langt eene andero wyze van verkiezing van den Ryksdag van Duitschland, welke „meer de ziekteverscbynselen dan de kracht en de ntelligontie van het volk weerspiegelt". Er wordt alleen op het getal en niet op het gewicht der stemmen gelet. De eerste oorzaak van het kwaad ziet de „Köln. Ztg." in de sociaal-democratische strooming, welko in toe nemende mate den Ryksdag elementen toe voert, welke voor hunne taak niet zyn be rekend. Maar niet alleen daardoor is de Ryksdag slechter geworden; antisemieten, particularisten, demagogen, enz., die als de bond der landbouwers slechts hun eigenbelang op het oog hebben, dragen het hunne er too by. Het blad geeft toe, dat het onmogelyk is, allen dezen slechten elementen eene vertegen woordiging in den Ryksdag te ontzeggen, maar het moet worden verhinderd, dat die verkeerde stroomingen in den Ryksdag de bovenhand krygen. De tegenwoordige kieswet, „deze doctrinaire misgeboorte", moet worden herzien, de tirannie van het getal moet op houden. Men moet daartoe een voorbeeld nemen aan de Belgische kieswet, die meer dan ééne stem verleent aan hen, van wie een hooger begrip der Staats aangelegenheden mag worden verwacht. Ook moet een leeftyd van 30 jaren zyn bereikt om kiezer te zyn. Onder alle Duitsche bladen kampt de vrye conservatieve „Post" het hevigst voor de be perking van het recht van vereeniging en vergadering in Duitschland en zy beveelt ook scherper maatregelen aan tegon de sociaal democratie. Deze acht zy na de gebeurtenis sen van den laatsten tyd hoog noodig. Ook de „National Ztg.", een der voornaam ste organen der nationaal liberale party, wil de socialistenwet doen herleven. Tegenover d» provocatie8 der sociaal-democratie, zegt zy, is de regeering verplicht, waar de wetten blyk baar niet voldoende zyn, aan eene aanvulling der wetgeving te denken en niet te wachten/ totdat de plotseling losgebroken driften in bloedige daden zich uiten. Deze sociaal-demo cratische opruiing tot oproer en geweld is van het anarchisme niet duidelyk te onder scheiden, maar vloeit daarmede samen. Daar om moet zy door de wetgeving hetzelfde worden behandeld. Of evenwel tot bestry- ding van dit revolutionnair tweelingpaar eene beperking van het recht van vereeniging en vergadering voldoende zou zyn, is zeer twyfel- achtig. Scherpe maatregelen tegen socialis tische en anarchistische aansporingen tot op roer en geweld zyn noodig. BelglS» Onlangs is men te Vilvoorde begonnen met de afbraak van het hospitaal. Onder de grondvesten van dit gebouw, dat meer dan 300 jaar bestaat, heeft men talryke geraamten ontdekt. Deze zyn in 5 groepen verdeeld, van ongeveer 40 elk, zoodat men het getal ge raamten ongeveer op 200 schat. Geen twyfel of die 200 personen werden ineens begraven; Volgens deskundigen, kunnen de geraamten onder den grond slechts 150 tot 200 jaar bewaard worden. Doch vermits het gobouw meer dan 300 jaar bestaat, kan men op dezo bewering niet steunen. Volgens de archieven van Vilvoorde had eene plundering der stad plaats in 1489 en eene besmetteiyke ziekt© (pest) in 1578. Aan deze laatste kan men echter niet denken, daar onder de geraamten geen enkel is van eene vrouw of van een kind. Men weet dan ook niet, welk voorval de oorzaak mag zyn der begraving van do twee- tot driehonderd lyken. Blykens nadere berichten uit Brussel be treffende de inhechtenisneming van den Ita- liaanschen sociaal-democraat Cipriani, werd tot dezen maatregel door de politie besloten, op grond, dat de socialist weigerde gehoor te geven aan het bevel om Belgis te verlaten. De politie besloot daarom Cipriani in hechte nis te nemen en zal hem nu heden over de Belgische grenzen brengen. De rechter van instructie, die belast i& met het onderzoek in de zaak Joniaux, heeft te Spa verschillende getuigen gehoord, die lid waren van den „Cercle des Etrangers", toen mevrouw Joniaux daar in 1887 vertoefde. Zy moet zich toen aan valsch spel hebben schuldig gemaakt, waarom haar de toegang tot de speelzaal werd ontzegd. Naar aanleiding der tentoonstelling ta Antwerpen (Nederlandsche afdeeling, - uit stalling van den Nederlandschen Boekhandel,) verzocht men ons het volgende te plaatsen: Op de Tentoonstelling te Chicago lag ifc Blooker8 Cacao molen een register, waarin die Nederlanders naam en adres konden tee kenen, die als leden wenschten by te treden tot een te stichten Genootschap tot versprei ding van de Nederlandsche Taal. dat zyne leden zou tellen overal, waar leden van onzen Stam gevestigd zyn. Het zou werkzaam zyn om onze taal te handhaven en te verspreiden, waar het mogelyk is. Het zou, waar het kon, de zedeiyke en stoffelyke belangen van den Nederlandschen Stam behartigen. Opdat bet Genootschap groeie tot een machtig organisme, dat zegenryk moge werken in 't belang van onzen Stam, hebben wy de eer alle, aan hunne taal gehechte Nedor- landers onder dezen naam begrypen wy: Hollanders, Vlamingen, Kapenaars, Trans- valers, Oranjevrystaters, Nataleezen en Boeren en Nederlanders, gevestigd in andere deelen van Zuid Afrika; verder Nederlanders uit de Kolomen van Oost en "West en uit de Ver- eenigde Staten die de Tentoonstelling mochten bezoeken, te bidden, leesbaar hun Naam en Adres te schryven iq het register, dat daartoe neerligt in de Afdeeling van den Nederlandschen Boekhandel. Het voorloopig comité bestaat uit de heerer. Peter Benoit, -Tulius Obrie, Jan Te Winkel, Max Rooses, Paul Fredericq, Joz. Vercoullie, Pol De Mont, Jul Sabbe, Leo ce DucaUllon, Jul. Mac Leod, Heet. Planquaeit, L. Smeding, A. Moortgat, H. Meert. In de jury van de internationale tontoon stelling to Antwerpen zyn de volgende 28 Nederlanders benoemd: Dr. C. P. Burger, LeeuwardenP. L. M. Boele van Hensbroek, Den Haag; Alfred Daniels, Amsterdam; J. G. Rueb, Breda; J. B. Timmermans, Waal wyk; Jos Th J. Cuy- pers on C. A. A. Dudok do Wit, Arasterdam; H. Van Aubel, Maastricht; ror. A. A. M. Smits en J. C. Boldoot, Amsterdam; 1. R. J. Albers, Dordrecht; Chr. Grootes Wzn West- zaan; John Schmitz en Louis Ilieb-r, Amster damKrayenhoff v. d. Leur. Antwerpenmr. Th Stuart, Amsterdam; Jacques De Kuyper, AntwerpenE. H. Crone, AmsterdamL. Snits ier, Antwerpen; W. Prins, Wormerveer; dr" C. B. Tilanus, Amsterdam; H. Van Oordl» Antwerpen; jhr. H. J- Ortt van Schonauwen. Haarlem; A. Lips, Breda; Ant. Prinzen, Hel- mont; H. G. Jansen en W. J. Cremers Jr., Amsterdam; E. J. Van der Heyden, Gouda. Te Bergen (Henegouwen) is het negende internationale congres voor geschiedenis ea oudheidkunde geopend. Tal van geleerden» waaronder wy alleen professor dr. Jan Ten Brink voor Nederland noemen, nemen aan het congres deel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 8