Dr. LAM'S IELKSDI&ES PERSOVERZICHT. De Haarlem8che Kermis (men zou ze eene der „bloeiendste" kermissen kunnen noemen), heeft in de laatste jaren nogal aan leiding tot beweging, ook op het papier, gege ven, door tijdsverandering en verkorting of inkrimping. Nu is de cholera te Haarlem weer oorzaak geweest, dat meer bijzonder de aandacht op die kermis, nu we dit schrijven bijna afgeloopen, werd gevestigd. De Standaard schrijft er onder het opschrift jToch Kermis" o. a. van: Er was in Haarlem heelwat te doen. De Burgemeester had Damelijk den Raad voor eene spoedeischonde vergadoring opge roepen, om de vraag te overwegen of het niet raadzaam zou zijn, met het oog op het voor komen van enkele cholera-gevallen, de kermis niet te doen doorgaan. De geneeskundige inspecteur had het laten doorgaan van de kermis afgeraden; de Burgemeester wilde den Raad laten beslis sen, en de Raad besliste: dat het toch ker mis wezen zou. Dat de Raad deze beslissing nam, kunnen we, daar de kermis dienzelfden dag zou wor den ingeluid, en het niet doorgaan daarvan wellicht tot groote moeilijkheden zou aanlei ding geven, begrijpen; al was het zeer stellig meer in 't belang der gemeente geweest, wan neer de beruchte Haarlemsche kermis voor de dreigende cholera ware teruggetreden. Maar pijnlijk doet het bovenal aan te ver nemen, dat de beslissing van den Raad met zooveel hartstochtelijke belangstelling door de kermislievende Haarlemmers werd verbeid. Men hunkert dan wèl naar al de bacchanalen van de Haarlomsche kermisnaar de toonee- len van dronkenschap en ontucht, die daar altijd te aanschouwen zijn. De ontzettende ziekte dreigt; de anders in Noderland schier alvermogende geneesheer waarschuwt; niets mag baten; do kermis moet er komen. Het geeft geen hoog denkbeeld van dit doel van Haarlems bevolking. En dat in een land, waar men zoozeer vreest voor besmetting, dat men er eene vaccinevereering vindt, die in het bespotte lijke loopt; waar eene vrouw uit Maassluis wordt veroordeeld tot drie dagen gevangenis straf, omdat ze naar eene vriendin te Rot terdam ging, wier man aan de pokken was overleden. Waarlijk, het is merkwaardigi Voor den doktor moet alles zwichten, maar de kermis is van zóóveel gewicht, dat do doktor er zelfs niet tegenop kon. Moge Haarlem het zich niet te laat bekla gen, dat de Raad onder de toejuiching van het publiek de kermis deed doorgaan I En naar aanleiding van het in den loop dezor woek verwerpen door den Raad van twee voorstellen tot kermisbekorting, zegt De Standaard: „En zoo zal Haarlem dus in de lengte en in do breedte gelegenheid behouden om kermis te vieren, in den volsten zin van het woord, met al de afschuwelijke tooneelen, die daarbij worden aanschouwd. Dót is nog eens oen gemeenteraad, die met het waarachtige belang der ingezetenen rekent." Omtrent het bezingen van den 1 o f van don huidigen minister van justitie door den Haagschen correspondent van de Zaanlandsche Courant met betrekking tot de Haagsche Koffer-historie, door ons naverteld, zegt De Standaardna ook het verhaal gedaan te hebben: „Tot zoover de briefschrijver, die misschien niet zoo heel en al ongelijk heeft. Alleen valt er de opmerking by te maken, dat we in een zonderlingen tyd leven, waarin als Iets buitengewoons den volke wordt ver kondigd, dat een minister van justitie.... het recht handhaaft". De Lochemsche Couranthet brieven- vervoor ten plattelande besprekendo, wenscht dat van de zyde van het bestuur der posteryen ook eens onderzocht werd hoe de bestellingen soms geschieden. Mon zou dan, zegt zy, tot de wetenschap komen, dat tal van couranten in winkels, herbergen of aan do school biyvon liggen, om daar Dinsdag of Woensdag eerst te wordon afgehaald, terwyi ze Zaterdag of Zondag reeds op de plaats harer bestemming moesten zyn. Daardoor wordt de courant door velen gelezen, die daardoor vry zyn een abonnement te nemen. Een maatregel, die aan dat misbruik een einde zou maken, zoudon wy zeer toejuichen. De Amhemsche Courayit had een abonné, die op de grenzen van Qorssel, maar toch nog op Larensch grondgebied woondo. De be steller van Laron moest daar ongevoer vyf kwartier om loopen; zyn collega, de bode van Gorssel, zou dat huis in vyf minuten kunnon bereiken, maar dat mag by de nu bestaande bepaling niet. De abonnó, die gaarne de courant leest, vindt het onaangenaam, dat do bode voor hem zoo ver moet loopen, maar kan van Gorssel uit de courant niet besteld krygoo. Do Arnhemsche Courant noodigt hare col lega's, die eene courant uitgeven, welke ook in landbouwgomeenten wordt gelezen, uit, baar te borlchton, of zy ook wel eens derge- ïyko ervaringen opdoen. Zondor het te willen, werkt de post, 't zy door te hangon aan de letter van de wet, 't zy door onwillige boden, do belangen van de uit gevers tegou, en daardoor ook die van de posteryeu, want al is elke courant maar een halve cent, wie weet, hoeveel duizenden halve centen er by eene betere regeling meer in de kas der posteryen zouden vloeien! De Haagsche correspondent der Zutfensche Courant heeft met een hooggeplaatst Katho liek een onderhoud gehad en hem gevraagd waarom de Bisschop van Haarlem aan dr. Schaepman het houden van poli tieke lezingen in zyne diocese heeft ver boden. Vreesde men dan, dat dr. Schaepman, over politiek sprekende, stellingen zou ver kondigen in stryd met de Katholieke leer en daardoor het Katholieke geloof zou kunnen schaden? Het antwoord, dat de correspondent daarop ontving, is merkwaardig genoeg om het hier voor een deel over te nemen: Wat men ook onzen doctor ten laste kan leggen - zoo sprak hy zeker niet, dat hy ooit iets leest of verkondigt, dat in stryd is mot eenig leerstuk van de Kerk. Toch geeft zyne houding ergernis, groote ergernis aan ean groot deel van de Katholieke party in Neder land, maar die ergernis heeft met geloofs- quaestiea niets te maken. Eene Katholieke staatsparty is uit den aard der zaak in Neder land geheel iets anders dan in menig ander land. Wy, Katholieken, genieten hier te lande Diet alleen volkomen vryheid, maar zien onzen invloed voortdurend toenemen. De school- quaestie is voor een groot dool in onzen geest opgelost en wy moeten eeriyk erkennen, dat wy altyd in aanmerking genomen, dat wy hier in de minderheid zyn over achteruit zetting al heel weinig hebben te klagen. Zelfs de klacht, dat te weinig Katholieken tot be- laögryke Staatsbetrekkingen worden benoemd, wordt veel minder gehoord dan vroeger, en er schynt in dit opzicht werkeiyk verbetering merkbaar. Onder die omstandigheden ia het zeer ver klaarbaar, dat ook by de Katholieke staatsparty andore doeleinden op den voorgrond traden, en zoo is by ons onder den invloed van do toongevende kringen en volstrekt niet alleen onder den invloed der geestelykbeid do party meer en meer geworden streng conser vatief en streng protectionistisch. Door pro tectie voor te staan, komt men de groot- industriöelen donk slechts aan Tilburg, Maastricht, Eindhoven, Helmond en ook de landbouwbevolking van 't Zuiden in 't gevlei; door zich by de conservatieven aan te sluiten en ingrypende sociale hervormingen, zooals de kiesrechthervormingen, tegen te werken, meent men het best gewaarborgd te zyn tegeD veranderingen, die, naar men vreest, de positie der Ned. Katholieken als zoodanig wel slechter, maar niet beter kunnen maken Tot voor betrekkoiyk korten tyd had de gegoede Katholieke burgory, met hulp van do geesteiykheid in die richting sturende, byna geen tegenstand van eenige beteokenis te duchten. Maar toch er komt verandering. Do democratische strooming doet langzamerhand ook in ons land in Katholieko kringen hare intrede. Uit den aard der zaak het meest geprononceerd m het Noorden, maar ook in het Zuiden begint het reeds hier en daar een weinig te spoken. In Den Bosch gaat het nog uitstekend, maar te Maastricht deden zich reeds drie jaren geleden verontrustende ver- schynselen voor. Als een donderslag by onbewolkten homo! kwam twee jaar geleden de Pauseiyke Encycliek over het sociale vraagstuk uit de lucht vallen. Dat was eeno misrokoning voor do conserva tieve leiders der party. Waarschuwend werd als het ware aan de machthebbenden in de Katholieke Kerk toegeroepen„Houdt rekening met den geest der tydenl" Alleen door hot sociale vraagstuk flink onder de oogen te zien en do gobrekiydende, verdrukte mensch beid te hulp te komen, zal do Kerk ook in de toekomst hare schoone roeping met goed gevolg kunnen verwachten. Wees er zekor van, dat die Encycliek ook hior te lande grooten invloed heeft uitgeoefend. De groote meerderheid der jongere geestelyken is op sociaal gebied de nieuwere ideeën toe gedaan. Meestal voortgekomen uit die lagen der bevolking, waar de stryd om het bestaan zoo moeiiyk is, zyn zy reeds door geboorte en opvoeding moer aangewezen om mee te stryden in het leger der democratie, dan span diensten te verrichten ten behoeve van het conservatisme. Als zy maar durfden! Maar de druk is van boven nog zóó groot. Welnu voor die jongeren, voor die ook in hot Katholieke leger aangroeiende democra tische bataljons is Schaepman do man, de leider, in wlen men vertrouwen heeft, omdat men weet, dat hy aan de Kerk gohecht is met hart en ziel, maar dat hy tevens hart heeft voor de noodon van het volk en do democratische beginselen niet zal verloochenen. Op hem is al hunne hoop gevestigd, inde stellige verwachting, dat deze talentvolle staatsman ten slotte alle bezwaren zal over winnen en allengs eeno groote party om zich zal vormen. Is het wonder, dat de toongevers der tegen woordige Katholieko party, de conservatieve by uitnemendheid, dien aanvoerder gaarne onschadeiyk zagen gemaakt? Wat wy nu zien gebeuron, ia een stryd van aristocratie tegen democratie, maar het heeft met het Katholieke geloof niets te maken. Arbeid in bakkeryen en brood fabrieken. Daar telkens ook in Leiden het aantal broodfabrieken met vele werkkrachten nog vermeerdert on we hier behalve de eerste groene wagens met witte lettertjes, de jongere roode met gele letters, nu ook gele wagens met zwarte letters en nogal andere dageiyks door Leiden zien rollen als zoovele herinneringen aan al die oude en nieuwe fabrieken, meenden we het onder staande in ons overzicht te moeten opnemen. Door het Kamerlid Pyttersen is in do Juli- Augustus aflevering van De Economist een gefingeerd wetsontwerp mot eene Memorie van Toelichting geplaatst. Het bevat bepalingen tot het tegengaan van overmatigen arbeid in brood-, beschuit- en koekbakkeryen en brood fabrieken. De 8chryver laat er het volgende aan voorafgaan: „Door den ondergeteekende is als fictie aangenomen, dat een wetsontwerp als het hier achter volgende, met bybehoorende Memorie van Toelichting, by de Tweede Kamer der Staten-Generaal is ingediend. Deze fictie kan een feit worden. Alvorens dit mocht geschieden, stelt hy er evenwel prys op, het oordeel van bevoegden te vernemen. Zoolang geene Kamers van Arbeid zyn in gesteld, ontbreekt het den arbeid aan het orgaan om van zyne wenschen te doen biyken, invloed uit te oefenen op wetten, waarby zyno belangen zyn betrokken. Het doel dezer voorloopige uitgave is aan belanghebbendenpatroons en werkliedenaan bevoegden: zy, die zich met wetgevenden arbeid bezighouden of belangstellen in sociale wetgeving, de gelegenheid te openen van hunne inzichten te doen biyken en hem daarmode in kennis te stellen, ten einde by een definitief voorstel daarvan gebruik te maken. Men beoordeele dezen arbeid in den geest, waarin hy werd verrichtniet als een streven naar hetgeen het liefst mocht worden go- wenscht, maar als eene ernstig bedoelde poging om het thans bereikbare te verkrygen. Van den arbeid der Staatscommissie, in gesteld by koninklyk besluit van 29 September 1892, No. 50, is een ruim en dankbaar ge bruik gemaakt." Do heer Pyttersen wil verboden hebben, personen boneden veertien jaren arbeid tef doen verrichten in fabrieken of werkplaatsen, en den arbeid van personen beneden zestien jaren te doen aanvangen vóór vyf uren des voormiddags; dien van personen tusschen zestien on achttien jaren vóór vier ureri dos voormiddags. Het aantal uren, gedurende welke de arbeid mag worden verricht, mag, volgons dit ontwerp, gedurende de eerste vyf werk dagen der weok niet meer bedragen dan zos uren, voor personen beneden zestien jaren, en dan acht uren, voor personen beneden achttien jaren, en op den zesden werkdag met niet meer dan twee uren worden verlengd. Voor personen boven achttien jaren stelt het ontwerp het maximum van het aantal uren gedurende de eerste vyf werkdagen der week op tien, en op den zesden werkdag op zestien uren. Het zal voor deze personen evenwel ver gund zyn, gedurende zes etmalen per week driemaal twee uren overwerk te doen ver richten. Dit overwerk moet worden berekena naar een niet lageren maatstaf dan voor den gewonen dieri3t is aangenomen. Het is voorts verboden, dat volle nachtarbeid meer dan eenmaal in de drie otmalon door denzelfdon persoon worde verricht, onder dien verstande evenwel, dat in den nacht van Vrydag op Zaterdag arbeid mag worden verricht, ook wanneer daaraan in het afgeloopen etmaal nachtarbeid is voorafgegaan. Tusschen Zatordag, des namiddags zes uren, en Zondag, des nachts twaalf uren, mag in do fabrieken en werkplaatson goen arbeid worden verricht, uitgezonderd door hen, wier voorbe reidende werkzaamheden eon vroeger aan- vangsuur noodzakelyk maken. Dözen zullen hunnen arbeid niet vóór zes men in den namiddag mogen aanvangen. Voor personen,, behoorende tot een kerk genootschap, dat den werkeiykon rustdag niet op Zondag viert, geldt al hetgeen in deze wet omtrent den arbeid op Zaterdag en Zondag is bepaald, voor den dag voorafgaande aan en 'voor dien, waarop de door hun kerkgenoot schap aangenomen rustdag ia vastgeatold, met dien verstande, dat de arbeid in eeno fabriek of werkplaats steeds eenmaal 's weeks, ge durende het bepaalde aantal uren, moetwor den gestaakt. De arbeid moet worden afgewisseld door een rusttyd van ten minste een uur en door twee schafttyden van ten minste een vierde uur, met dien verstande, dat de gezamenlyke rust- en schafttyden ten minste bedragen twee uren. De rusttyd kan worden gewijzigd of ver minderd, met dien verstande, dat daardoor het aantal uren, gedurende welke arbeid wordt verricht, niet grooter worde dan in de artt. 6 en 7 is veroorloofd. In 8poedvereischende gevallen kan door den burgemeester, voor niet langer dan twee achter eenvolgende werkdagen, schrifteiyk vergunning worden verloend, het aantal uren, gedurende welke arbeid mag worden verricht, met twee uren te vermeerderen; door den Commissaris in de provincie kan die vergunning tot een duur van zes achtereenvolgende werkdagen worden verlengd; tot meer alleen na eene Kamer van Arbeid, waarin het bakkersbedrijf is vertegenwoordigd, te hebben gehoord. Het toezicht wordt opgedragen aan de in art. 12 der wet van den 5den Mei 1889 be doelde inspecteurs, aan wie het verboden is, middeliyk of onmiddeliyk deel te nemen aan bedryven of ondernemingen van fabrieks- of handworksny verheid. Overtreding van een der bepalingen dezer wet, door hen, die arbeid hebben doen ver richten, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen, of geldboete van ten hoogste vyf en zeventig gulden. IndieD tydens het plegen van het feit nog geene twee jaren zyn verloopen sedert eene vroegere veroordeeling van den schuldige, wegens eene diergeiyke overtreding, onher- roepeiyk is geworden, kunnen de straffen worden verdubbeld. Met bet opsporen van de overtredingen, zyn, behalve de by art. 8 van het Wetboek van Strafvordering aangewezen personen, be last de bepaaldeiyk daarvoor aangewezen ambtenaren van ryks- en gemeente-politie, en voorts de marechaussee, alle overige ambte naren van ryks- en gemeente politie, alsmede de inspecteur. Hiermede hebben wy de voornaamste be palingen van het ontwerp aangegeven, dat niet op banketbakkerijen, niet op hotels en restaurants en gelegenheden, waar alleen voor eigen gebruik brood gebakken wordt, en niet op werkplaatsen en fabrieken staande onder het beheer of toezicht van het Ryk, van toepassing is. Aan het slot van de tamelyk uitvoerige Memorie van Toelichting, zegt de heer Pyttersen, dat elke politieke tendenz aan dit ontwerp vreemd is. De sociale wetgeving moet, zegt hy, zal zy aan haar doel beant woorden, in geenerlei opzicht het merkteeken dragen van eenige politieke partyzy behoort de vrucht te zyn van de samenwerking van alle partyen en door haar, zy het ook maar zydellngs, het karakter te verleenen eener staatkundige partywet, wordt hare bruikbaar heid voor het practisch leven, waarvoor zy alleen bestemd is, belemmerd. RECLAME». a 25 Cents per regel. By de Kindervoeding heeft men h?t meeste succes met in bussen van 1/1 Kilo inhoud a 9® Cis. en Vt Kilo a 26 Cis. 4772 10 Chemisch zuiver en klemvr®, uli dc ftederlandsche Albumlnefabrlek, Lelden. Gemengd Nieuws. Morgen, Zondag 12 Augustus, zal er op het terrein der „Leidsche Cricket-Club" aan den Maresingel een crickot-wedstryd wor den gehouden tusschen de clubs „Excelsior", uit Don Haag, en do „Leidsche C.-C.", alhier. Men meldt uit Rotterdam: Reeds vroeger is gemeld dat langs het zoogenaamde Bjerengat, in het oosten der stad eene kade is gemaakt, die in het verlengde valt van do Nieuwe Haven en vooral ten bate komt van do binnenschippers, wier vaartuigen in die haven geone voldoende ruimte vonden. Da nieuwe kade wordt reeds met huizen bebouwd en de tram rydt er roeds langs, maar een naam draagt zy nog niet. Thans hebben B. en Ws. haar den naam gegeven van „Admira liteitskade." Deze naam herinnert aan de dagen van het verleden, toen hier de admiraliteit van de Maze bestond. De scheepswerf van deze admi raliteit, aan den Oostzeedyk gelegen, kwam van achteren uit aan het Boerengat, waar ook de scheepshelling was. En aan deze marine werf grensde de scheepswerf van de O.-I. Compagnie. Op het torrein van eerstgenoemde werf worden thans ^veor straten aangelegd, die van de Nieuwe Kade naar den Oostzee dyk voeren, en aan eene dezer straten is do naam Admiraliteitsstraat gegeven. Eene dub bele herinnering dus aan den tyd, toen Rot terdam ook oorlogshaven was. De tweede straat, het oostelijkst gelegen en waarvan de aanleg nog minder vergevorderd is, heeft nog geen naam gekregen. Op ongeveer 10 minuten afstands van Brielle, op de plek, waar in den Spaan- 8chen tyd 17 uit Gorkum derwaarts gevluchte katholieke priesters vermoord worden, verheft zich sinds tal van jaren een schilderachtig bedehuis, en op het terrein van het gebouw vindt men den sedert historisch geworden „heiligen put." In de zomermaanden van elk jaar komen er, door stoombooten aangebracht, duizenden geloovigen in 't anders vry stille stadje aan, om onder geleide van hun geesteiyke de ge- wyde plek te bezoeken. Yele burgers van de oude vesting, vooral rytuigverhuurders er. caféhouders, trekken daarvan profyt. Dit jaar werden de graven der „Gorkumsche martelaren" bezocht door 10734 personen, af komstig uit Noord Brabant, Noord- en Zuid- Holland en Gelderland. Alle watermolens en stoomgema len in de polders van "West-Friesland ziet men thans weder in werking. De krachtige regens der laatste dagen hebben namelyk het water in de slooten zeer snel doen stygen, zoodat uitslaan hoog noodig werd, vooral voor de laaggelegen landoryen. De vele regens werken zeer nadeelig op de te veld staande zaden-ryen. Van dorschen is natuuriyk geen sprake en zelfs het nog niet gemaaide verwatert. In de „Nieuwe Provinciale Gronin ger Crt." leest men het volgoDde raadselach tige berichtje: Een treurig drama is in deze provincie in de laatste dagen afgespeeld. Een landbouwer tq Uithuizen ontving van een rechtsgeleerde uit GroniDgen eene aanmaning om eene groote som gelds te zynen kantore te storten. Toen door den man hieraan voldaan was, eischte de advocaat nog meer geld. De land bouwer is plotseling gestorven. De familie van den overledene stelde den officier van justitie te Groningen met de zaak in kennis, en naar men zegt, is ook de rechtsgeleerde niet meer in 't land der levenden. Aan de „Temps" worden eenig© byzonderhedon gemeld omtrent het verbranden van het stadje Kazan, in Bulgarye. Op den dag van den brand woedde er een hevig© storm, die vele woningen vernielde. Om drie uren des middags brak de brand uit - door welke oorzaak weet men niet on weldra stond de gansche stad in vlammen. Vele be woners hebben geen tyd geh& om hunne woningen te verlaten en vonden daar ee& ver8chrikkeiyken dood. Zy, die wisten te ont snappen, dachten er geen oogenblik aan om nog iets te redden, doch namen de vlucht naar de vlakte. De brand heeft zes en dertig uren geduurd en heeft het drie vierde gedeelte der stad, waaronder alle openbare gebouwen, verwoest. De eerste hulp kwam opdagen uit de stad Silimno, acht uren van de plaats des onheils verwyderd. De Bulgaarsche regeering heeft onmiddeliyk levensmiddelen gezonden en vyftig duizend francs aan specie. Tot nog toe heeft men 130 lyken uit de puinhoopen te voorschyn gehaald. Het stadje Kazan was gelegen in eene be- kooriyke vallei van het Balkan-gebergte. De bewoners waren allen vry welgestold. Thans hebben zy alles verloren. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur l De „getrouwe lozer" vau Uw blad dwaalt m. i. in zyn ingezonden stuk (in het Lommer van Vrydag 3 Aug. jl.) betreffende het rapport van het Dagelijksch Bestuur omtrent het voorstel-Van Hoeken, wanneer hy als zijne meening te kennen geeft, dat by de benoeming van een gemeente ambtenaar, indien doze do benoeming aanneemt, door den benoemde en dengene, die hom benoemt, oene wederzydschs verbintenis wordt aangegaan. Het onder scheid tusschen privaatrechtelijke en publiek- rechtelyko verhoudingen schynt den geëerden inzender niet bekend te zyn; vandaar de scheeve voorstelling, die hy zich maakt van de boteekeni8 van het woord „ambtenaar/" Immers, hetzy deze eene lands-, provincialo of gemeenteiyke bediening vervult, elk dier betrekkingen is van zuiver publiekrechteiyken aard en heeft met de naar het burgerlijk recht uit overeenkomst voortspruitende rech ten en verplichtingen niets te maken. Een regeeringslichaam, dat al dan niet door eenige wetlelyke bepaling daartoe ver plicht voor de richtige waarneming van zyne taak ambtenaren in zyn dienst aanstelt, handelt ten deze niet als party by een gewoon civiel contract, geltyfc b. v. by aanbestedingen van publieke werken, maar uit kracht van het hem met velerlei attributen toegokond openbaar gezag, dat juist daarom geacht wordt niet anders te kunnen bandelen dan enkel uit overwegingen, rakende den openbaren dienst, a fortiori de openbare rechtsorde in den Staat of de gemeente. De eenige gelykenis, welke de zoodanige ambtelyke dienstbetrekking met den contrac- tueelen rechtsband vaD het privaatrecht op levert, is slechts deze, dat zy ontstaat door den vry en wil, die echter hier, in plaat3 vrr eene civielrecbteiyko verbintenis, e6ne uit het publiek recht voortvloeiende machtsverhouding schept tusschen den ambtenaar en het regce- ringsgezag, hetgeen ten aanzien van eerst genoemde in zich houdt de belofte van trouTT en gehoorzaamheid aan diezelfde macht, dh. hem tot het ambt benoemde, hetwelk door dezen vry willig werd aanvaard. Duidt 3lreeds die byzondere machtsverhouding op de meer-* dere of mindere mate van ondergeschiktheid, welke de positie van den ambtenaar in hot algemeen kenmerkt, dan is daarmede tevens aangetoondlo. dat van stipulatie zou van de eene als van de andere zyde geen spraak kan zyn, want zy behoort alleen op het gebiod vai het privaat recht thuis, en 2o. dat de ver schillende machten in den Staat (zooals i* casu de gemeenteraad of het college van i£ en Ws.) rechtens wel degelyk bevoegd zyn instruction en regelingen ten aanzien van de haar dienende ambtenaren te maken niei alleen vóór of by hunne aanstelling, ma*»- ook daarnaindien de belangen van den dienst of die van de rechtsgemeenschap zulks vor deren. En nu hangt het, behalve in somraig gevallen van bloot plaatselijke omstandig heden, dikwerf alleen van de meerdere or mindere liberaliteit dier openbare bestuurt,, machten af, of de hierbedoeide door haar latar to maken instruction of regelingen voor do betrokken ambtenaren meer of minder druk kende voorschriften behelzen. Het is echter eene misvatting om don grond dier bevoegdheid te willen zooken in het Burgeriyk Wetboek, dat zich alleen bezig houdt met de regeling van de rechtsbetrekj kingen tusschen do byzondere personen. Kenschetsend tor aanduiding van de hier besproken verhouding tusschen den ambte naar en het overheidsgezag z(jn de woorden van wyien den hoogleeraar mr. Buys: „Schen nis van dienstplicht aan de zyde van den ambtenaar is daarom geene contractbreuk, maar eene disciplinaire overtreding." Ik meen met dit korte betoog te kunnen volstaan en naardien alzoo bevat de door den „getrouwen lezer" gewraakte ïitspraak van B. en Ws. in de door hem uit het rap port aangehaalde woorden, wel verre van eene juridische spitsvondigheid, integendeel eene uit een oogpunt van recht onbetwistbare waarheid, a. Dk Rochemokt. Leiden, 8 Augustus 1894.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2