driet veroorzaakt, ofschoon de ziekte der
dochter als 't ware geweken is.
Godurende het verblijf in haar vaderland
kwam de familie Roger in kennis met de
heitogin De San Lucca, die, na een bezoek
bij Roger gebracht te hebben, gravin De Moray
beschuldigde van ontrouw aan hare echtgenoot,
daar zij hare juweelen voor een groot bedrag
had verpand, om den heer Robert Burel die
eom ter hand te stellen, waarvoor zij echter
eenige brieven in ruil zou ontvangen, welke
brieven een geheim bevatten, betrekking heb
bende op zijne geboorte.
Op zekeren dag kwam de heer Burel ten
huize van graaf Roger, en nadat hy ontvangen
was door mevrouw do gravin, werden zy
plotseling verrast door den heer des huizes,
die intusschen de beleende juweelen in handen
had, welke by zyne vrouw had geschonken
als bruidsgeschenk, en haar die nu wilde
teruggeven in ruil voor de brieven van den
heer Burel.
In al hare fierheid evenwel weigert do
gravin hieraan te voldoen en geeft zy de
brieven aan den eigenaar terug, die echter
door den graaf gesommeerd wordt ze aan
hem te overhandigon, maar ook halsstarrig
bleef weigeren, en ze in het vuur wierp, waarop
hy onmiddeliyk oen kogel door do borst ont
ving en den geest gaf.
Door een en ander werd de graaf versterkt
ïn hot geloof, dat zyne vrouw hem ontrouw
was geworden, en werd het huwelyk tusschen
hen ontbonden. Hy huwde kort daarna met
de hertogin De San Lucca.
Intusschen is des graven dochter, die men
Sn hot Oosten had achtergelaten, in de
„ouderlyke woning" teruggekeerd, maar zy
miste or hare eigen moeder. Haar vader
deelde haar de geschiedenis mede, maar zy
kon er geen geloof aan slaan, dat bare moeder
zich zoo zou vernederen om zich aan ontrouw
schuldig te maken.
De gewezen gravin De Roger (door mej.
Julia Cuypers voorgesteld) was ochter niet
enkel door haren echtgenoot verlaten, maar
bovendien wilde haar vader haar niet meer
als kind erkennen. Doch op een goeden dag
ontving de graaf een bezoek van een vriend,
al. don heer Eli Drack, een oud-bekende uit
Indië, on dezen heer was tevens de zorg op
godragen om zyne kleindochter moj. Paulette
De Moray naar hare ouders terug to brengen,
on daar dezo van de heele geschiedenis afwist,
wist hy ook do dochter, hoewel door eene
7ergissing, in de ouderlyke woning te doen
binnenkomen, waarop kort daarna de klein
dochter verscheen. In dit bedrijf had men dus
ontmoetingen tusschen moeder en dochter
en moedor en kind. [Treffende oogonblikken].
In hot vyfdo of laatste bcdryf komt alles
aan den dag. Hier wordt evenwel Paulette,
tegen haren wil, uitgehuwelijkt. Zy schryft
een brief aan hare moeder, dat zy van plan is
zelfmoord te plegen als haar huwelijk vol
trokken is, niettegenstaande haar vader in
dit huwelijk had toegestemd, die door do eeno
of andere omstandigheid in geldverlegenheid
verkeerde en door dat huweiyk weder op
dreef zou komen.
Voordat de huwelijksakte geteekend was,
verscheen moeder en grootmama ten huize
van den heer Roger Do Moray, die echter
niet op dit bezoek had gerekend en waarover
hy zeer uit zyn humeur geraakte, doch na
hot lezen van den brief, dat zyne dochter
zelfmoord wilde plegen, was by ten einde
raad en kwam tevens de waarheid aan het
licht, dat zyne vrouw hem nooit ontrouw
was geweest, maar dat zy het geheim be
waarde om hare moeder voor schande te
vrywaren. Yandaar het geheim der brieven.
Do moeder bad dus haar eigen kind, zonder
dat zy het had herkend, zien doodschieten.
Na deze verschrikkelyke opheldering be-
hooren do echtelieden elkander weder toe en
wordt do tweede vrouw van den heer Roger
De Moray doodeenvoudig het huis ontzegd,
daar het tevens aan het licht kwam, dat
dezo zich onder een valschen naam had
uitgehuwolykt!
Het behoeft niet gezegd te worden dat
telkenmale daverende toejuichingen den optre
denden ten doel vielen. Niet het minst golden
die do gravin De Moray (mej. Julia Cuypers),
maar ook alle overigen kweten zich uitmuntend
van hunne taak.
Het specialiteiton-gezelschap van „De Ver-
éeniging" verschafte in do Stadszaal weder
velen eon genoeglijken avond.
Alles wat te zien en te hooren werd ge
geven, was prachtig, te veel om afzonderiyk
te vormolden. Was het dan wonder, dat ook
nu na elk nommer het daverend applaus door
do zaal weerklonk? De hoer Daniels, groot
zang- en lach clown, Charles Liflon op den
tolephoondraad, Ariso do wielryder, het Trio
Pontellis aan de Romeinsche ringen, Canova
met zyne levendo marmerbustes en nog vele
anderen oogstten zeer veel by val inbyzonder
zy hier vermeld miss OceaDa Pontellis in hare
ongelooflyko exercitiën op het gespannon
yzerdiaad. Vorder zyn er danseressen, zange
ressen, enz., enz.
Dat de zaal do verdere avonden goed bezet
zal zyn, is zeker, daar men zich van begin
tot eind uitstekend amuseert.
Hedenmiddag had er eene kindervoorstel
ling plaats, welke zeer druk bezocht was. Do
kleinen en ook do grooten, dio hen ver-
gezolden hadden zeer veel schik vooral in
hetgeen te zien werd gegeven, want dit
bestond uit het allerbelangrijkste wat voor
de avond-uitvoeringen bestemd is. Zoo werden
o. a. de verrichtingen van do acrobaten met
luid handgoklap beantwoord, de zwaaiende,
ïpringende en zingende Engelsche meisjos
met bewondering aanschouwd, nam eene
aardige pantomime, welke voor jong en oud
te gelyk vermakelijk is, aller aandacht in
beslag, enz., enz.
Het was in één woord eene voorstelling,
waarvan voor de kleinen zeer veel werk was
gemaakt, zoodat die van a.s. Zaterdag middag
zeker een niet minder groot aantal kinderen
zal trekken.
Hedenmiddag werd tevens door den heer
H. Hart, directeur van het „Grand Théatre
Palais Indien", gratis toegang verleend aan
de schoolkinderen van het H. G. Weeshuis
der Ned.-Herv. Gemeente alhier, die zich daar
kostely'k amuseerden en hoogst dankbaar en
voldaan, in zeer opgewekte stemming het
théatre verlieten.
Het middelpunt voor de kermlsgangers, die
niet naar de eene of andore tent of zaal gaan,
of daar laat vandaan komen, is ook dit jaar
weer de Lammermarkt met hare verschillende
draai- en schommeltoestellen.
Wie daar over belangstelling allerminst te
klagen heeft, is Tewe. By hem met zijne rutsch-
baan (paarden en sleden, die in golvende be
weging ronddraaien), is het bezoek buitenge
woon groot. Reeds van buiten lokt die tent
aan door de heldere verlichting en een paar
levensgroote^ beelden, die ieder aan eeno zyde
van den ingang staan. En van binnen klinkt
zoo'n vrooiyke opgewekte kermisdeun er wordt
zoo jolig gelachen en gezongen, dat geen voor-
byganger het laten kan om eens even een
kykje te gaan nemen. Als het hem gelukt
met een hossenden troep, na een kaartje ge
nomen te hebben, naar binnen te komen, dan
bevindt hy zich in eene atmosfeer als in eene
glasblazerij.
Het is stampvol met kykors en draaiers
en als er nog iemand met een zuur gezicht
op het plein mocht rondwandelen, by ga
daarbinnen en zal zyne booze bui (want wy
leven nu in een tyd van buien, zelfs van den
moest vochtigen aard, immers ook vandaag
reeds vroeg deed Jupiter Pluvius merken dat
hy er nog is, terwyl het verdor op den dag
by voortduring regende) onmiddeliyk voelen
wyken voor de vrooiykheid, die daar hoerscht.
Integendeel, er zou alle reden zyn om niet
vrooiyk te wezen, want men dringt en dringt
daar en trapt op teenen, dat het zoo'n aard
heeft en de molen draait niet langer dan één
minuut en houdt dan één minuut stil om
van lading te verwisselen en de kaartjes of
het geld op te halen. Als er menschen genoeg
zyn, draait de molen dertig malen.in een uur
zyne passagiers rond voor een stuiver en als
het erg druk is, zoodat er vele kykers zyn,
dan verschynt er een bordje aan eene der
\jzeron stangen, met het bericht, dat alle vol
gende ritten 10 cents kosten. Maar ook dat
bericht kan den hartstocht voor hot draaien
niet verminderen. Boven al het geraas, dat
het orgel en het gezang maken, hoort men
soms nog een gilletje uitpiepen van oono jonge
dame, „die er niet tegen kan" en die dreigt
van haar paard te vallen, maar dan is er dra
eene helpende hand, die haar zoo vriendeiyk
om de lendenen vat en haar in evenwicht
houdt, dat zy zóó nu nog wel eens één ritje
wil wagen. Doch dan ook maar één!
Sedert den eersten dag is er van de nu
afgeloopen TJtrechtscho kermis nog het een
en ander naar Leiden komen afzakken, zoodat
eenige open plaatsen hier en daar nog werden
aangovuld.
Als iets nieuws voor de Leidsche kermis
is by den heer Borgerding in het „Hétel
Bellevue" ook Edisons phonograaf te hooren,
welke nogal aftrek vindt. Velen maken van
deze gelegenheid gebruik om o. a. Willem Van
Zuylen en Chrótienni, nu zy hier niet aan
wezig zyn, toch met eenige voordrachten te
hooren.
Gemengd Nieuws.
Voor oen der van elders ge
komen deelnemers aan den door „All Right"
uitgeschreven wielerwcgwedstryd Leiden
Utrecht is de dag minder aangenaam ge
eindigd. Hy nam deel aan h*t diner in het
„Hotel Lovedag" en had toen zyn Road
Racer Safety (fabrikaat Allard) binnen het
hek op de stoep van genoemd hotel geplaatst.
Des avonds kwam hy tot de ontdekking dat
zyne machine verdwenen was, zonder eenig
spoor achter te laten. Inlichtingen worden,
zoo mogeiyk, ingewacht aan het bureel van
politie of by den heer Dee op de Nieuwstraat
alhier.
Van de goedkoope treinen, welke
de Holl. IJzeren- Spoorweg-maatschappy van
Den Haag, Leiden en verschillende andero
stations aan de lyn Rotterdam—Alkmaar
heden deed loopon naar Velserbeek naby
Velsen, tor gelegenheid van het chr. zangers
feest, werd door ruim 1400 personen gebruik
gemaakt.
In eene byeenkomst van inge
zetenen der gemoente Rynsaterwoude is men
overeengekomen, geene aalmoezen meer aan
bedelaars uit te reiken.
Men is te Haarlemmermeer bezig
met het leggen van een macadamweg langs
den inundatiedyk, van de Vyfhuizen tot aan
de sluizen van Haarlemmermeer, zynde eene
lengte van ongeveer 11,000 M. De weg dient
tot jaagpad voor getrokken vaartuigen.
Een groot aantal nieuwsgiorigen
was gisteren voor de Haagsche rechtbank de
behandeling komen hooren van de zaak tegen
Gerrit Van Deth (thans in het buitenland),
wien ten laste is gelegd: dat hy in eendoor
hem onderteekend, aan dr. F. Van Gheel
Gildemeestor, predikant te 's-Gravenhage, ge
richt schry ven, dezen opzettely k heeft beleedigd.
Op den meest ruwen toon werd daarin
aan de zaak-Thym herinnerd en gezegd:
„Zoo en niet anders ga het U eerstdaags,
„aangezien gy in vergelyking met uw con
frater in den Heore minstens 20 jaren tucht
huisstraf hebt verdiend voor ae meer dan
„gruwelijke onzedeiykheid, welke U op het
„geweten drukt."
In dien toon voortgaande, volgde er nog:
„De3 te gruwelijker zyn uwe wandaden,
„omdat ge een voorganger in Israël zyt,
„omdat nog zoovele goedgeloovige ouders
„hunne dochters in uwe vuile handen over
geven, in de meeDing, dat gy ze de ware
„Godsvrucht zult leeren. Schavuit, waarom
„legt ge niet onmiddeliyk uw ambt neer,
„opdat dat heilige ambt niet nog meer
„schande worde aangedaan?"
Do heer Gildomeester, als getuige gehoord,
verklaarde, Van Deth slechts oppervlakkig to
kennen. Éénmaal heeft hy zyne tusscli9n-
komst vorleon J, om dozen aan f 1000 te helpen,
waarmede hy naar Transvaal is gegaan.
De toorn van Van Deth schynt opgewekt to
zyn, omdat getuige zich indirect gemeng.'
heeft in de zaak-Neerbosch.
Het O. M. ving zyn requisitoir aan met
er op te wyzen, dat Van Deth uitstel der
zaak had gevraagd, hetgeen men echter
gemeend had te moeten weigeren, met het
oog op de dringende noodzakelijkheid, dat
er zoo spoedig mogelijk een einde kome aan
de beleedigingen, waaraan dr. Van Gheel Gildo
meester in den laatsten tyd blootstaat.
Door niets heeft Van Deth zyne beweringen
kunnen staven.
De eisch was 1 maand gevangenisstraf,
wegens eenvoudige beleediging.
Daarna werd de klacht behandeld van ör.
Gildemeestor tegen dr. L A. Bithler, beroe
pen predikant te Schiermonnikoog, wonende
te Groningen, wien wordt ten laste gelegd
dat hy in April jl. in een tweetal door hem
onderteekende „Ingezonden stukken" in het
te Groningen uitgegeven „Nieuwsblad van
het Noorden" opzettelyk den heer Gilde-
meester de beleediging heeft aangedaan, hom
aan de lezers van dat blad voor te stellen als
een persoon, „dio niet voldoet aan den eisch,
welke gesteli behoort te worden aan iemand,
die in zedelyke quaesties wordt gehoord om
daarop ten volle geloofd te worden, namelyk
dat zoo iemand zelf oen zedeiyk leven leiden
moet", en voorts hem te schetsen als een
„leugenaar, een lichtmis, een huichelaar",
althans hem met de zoodanigen gelyk te
stellen.
Zooals men weet, was ook tot deze zaak de
Neerbosch-quaestie de aanleiding.
De heer Gildemeestor verklaarde zich ver
plicht geacht te hebben, deze verschrikkelijke
beschuldiging tegen te spreken.
Bekl. beweerde de beleedigende stukken
alleen geschreven te hebben om de waarheid
en gerechtigheid te dienen en niets anders.
Do president deed bekl. opmerken, dat hy
geheel afging op geruchten en praatjes.
Bekl. hield vol, een goed doel voor oogen
te hebben gebad. Hot was volstrekt niet te
doen den heer Gildemeester te beleedigen.
Nadat voorlezing was gedaan van een ge
moedelijk schryven van den heer Gildemeester
aan bekl., waarin hy hem sommeerde, om
zyne beschuldigingen te staven of terug te
nemen, waarop bekl. in 't geheel geen ant
woord gaf, „omdat die brief hem te zoet
sappig was," werd door den heer G. eene klacht
ingediend by don kerkeraad te Groningen.
(De behandeling der zaak op kerkeiyk ge
bied is vroeger reeds uitvoerig vermeld.)
Ook uit het verdere getuigenverhoor bleek,
dat men te doen had met „on dits." Alleen
in één brief, uit Deventer, aan bekl., werden
een paar feiten genoemd (die evenwel niet
werden bewezen).
Het O. M. stelde aan een intiemen vriend
van bekl. de vraag: „of hy nooit gemerkt
had, of zyn vriend wel eens in de war was."
Getuige antwoordde hierop ontkennend; wel
was hy zeer geëxalteerd en zeer spoedig
onder een indruk.
Nadat dr. v. G. G. nog omstandig had
medegedeeld, hoe naar zyne meening de om
trent hem loopende geruchten waren ont
staan, vroeg het O. M., wegens eenvoudige
beloediging, als voortgezet misdryf gepleegd,
drie maanden gevangenisstraf.
De verdedigor, mr. P. L. F. Verschoor,
wees er o. a. op, dat de heer Bahlor door
het provinciaal kerkbestuur van Groningen
is vrygesproken, betoogde dat bekl. geen
persoonlijken aanval had bedoeld, en pleitte
voor vryspraak.
Na repliek van het O. M. werd de uitspraak
bepaald op 31 Juli.
By het jongstehevigonweder
sloeg te Hoogmade het hemelvuur in den
karnmolen b[j den landbouwer P. Zonneveld
zonder brand te veroorzaken, doch waardoor
een varken geheel werd verlamd, zoodat dit
moest worden afgemaakt. By den landbouwer
W. Van Wieringtn werd een boom van boven
tot beneden geheel van den bast ontdaan.
In de Haarlemmermeer werden by den
landbouwer M. Breure aan den Aalsmeerder-
weg 4 paarden, die in de woning stonden,
door den bliksem gedood. De woning werd
erg beschadigd, daar zware balken aan splin
ters werden geslagen. Gelukkig werd geen
brand veroorzaakt.
By B. Burghout, Hoofdweg Q 20 aldaar,
is eene bergroede doormidden gespleten.
By de wed. J. Tol is een hooirook in brand
en by verschillende veehouders zyn vee en
paarden te water geraakt.
Ook te Aalsmeer woedde het onweer zwaar.
De bliksem sloeg in de schuur van v. d. M.,
Oosteinde, aldaar. De schuur brandde af. Ver
der in een molen van v. d. B., zonder brand
te veroorzaken.
Te Ryswyk (N.-Bsloeg de bliksem twee
koeien in de weide dood, voor den eigenaar
een groot verlies.
Omtrent het opvangen van den bliksem
door den afleider boven den koepel van het
hoofdgebouw in den Zoöl. Tuin te 's-Graven
hage zijn nog de volgende bijzonderheden mede
te deelen.
De muziek, welke door het zware weder,
naar de binnenzaal was verlegd, was midden
in het derde nummer, toen velen der in de
zaal aanwezigen werden opgeschrikt dooreen
vreeselyken slag, vergezeld van een ratelend
geluid.
Sommigen dachten aan eene ontploffing,
maar voor velen was het een geluid alsof het
koepeldak instortte.
Men zag duidolyk de bliksemflits den weg
naar den grond nemen, langs ééne zijde aan
den buitenkant, later gebleken hot gedeelte,
waarlangs de geleiding tot afwering van den
bliksem is aangelegd.
De bliksemstraal ging vergezeld van een
geluid dat overeenkwam met het gesis van
een afgestoken vuurwerk.
De lievige slag veroorzaakte groote ontstel
tenis onder het publiek. Sommigen schenen
door den schrik als aan hunne stoelen vastge
nageld enkeion geraakten in een toestand
van kortstondige verdooving en by anderen
zag men de gelaatstrekken verbleeken. Eenige
dames vielen flauw on links en rechts snelden
bedienden met glazen water naar sterk ont
hutste personen toe. Op de gaanderijen ver
drongen de bezoekers zich naar de trappeo.
Eerst toen de krachtig uitgezette stem van
eenige heeren, die uitriepen dat er geen ge
vaar was, de opgewonden menigte bereikte,
herkreeg men zijne bedaardheid. De hierdoor
gewekte gerustheid heeft ongetwijfeld eene
paniek voorkomen.
Weinige oogenblikken later speelde de
muziek, die midden in een nummer was afge
broken, weer door.
Te Doorn sloeg in twee woningen, kort by
elkandor staande, de bliksem in. In de eeno
werden een varken en een hond gedood, lig
gonde in de schuur. De gebouwen zyn alleen
door het stukslaan van planken en gaten in
do muren beschadigd, doch brand werd niet
veroorzaakt. Verscheidene boomen op het „huis
Doom" en Aardenburg en elders getuigen van
de hevige buien.
Te Vinkeveen sloeg de bliksem in het huis,
bewoond door de wed. Kr. en H. De brand,
door hemelvuur veroorzaakt, was spoedig
door de brandweer gebluscht. De stoffelijke
schade is nogal aanzieniyk, zoowel voor den
eigenaar als voor do bewoners.
Te Vleuten werden door den bliksem ge
troffen en g^docd twee koeien, toebehooronde
aan den veehouder W. Van Riet aldaar.
Te Terborg is de bliksem geslagen in den
toren van het kasteel Wisch. De brand, welke
daardoor ontstond, werd gelukkig spoedig
gebluscht.
Te Zevonaar ontlastte zich een ontzettend
onweder, zooals men tot dusver niet veel
waarnam. Te Duiven sloeg do bliksem in
het huis van J. Kemper, hetwelk met al wat
er zich in bevond eene prooi der vlammen
werd. Kippen, varkens en geiten kwamen in
den brand om, terwyl ook Kemper aan zyn
been werd getroffen, gelukkig echter niet
ernstig.
Naar men uit de Tielerwaard schryft, vielen
er in de laatste 2 nachten zware regenbuien,
vergezeld van hevige donderslagen. Het vuur
was niet van de lucht. Te Varik sloeg de
bliksem in de woning van den herbergier
Visée. Ofschoon de brandspuit spoedig aan
wezig was, lag het perceel in weinige oogen
blikken in asch. Huis en inboedel waren tegen
brandschade verzekerd.
Door het inslaan van den bliksem brandden
te Oosterhout op de Voorhoide drie arbeiders
woningen af, toebohoorende aan den heer J.
De Vos. De inboeaels waren niet verzekerd.
Ook werden twee varkens in bon bok
gedood.
Nog eene woning werd getroffen zonder
brand te veroorzaken. Do dienstbode, die aan
de tafel zat by eene brandende lamp, bleef
ongedeerd, de lamp werd door den bliksem
uitgedoofd.
Ook sloeg hy in de Domeinstede, bewoond
door J. Broere, in den Koningsoordpolder te
Prinsland (N.-B.) De groote, nieuwgebouwde
schuur is met al wat zy bevatte verbrand.
Het vee liep in de weide.
Te Kalsaonk, onder Rozendaal, sloeg de
bliksem in de herbergzaal van P. Verbraak,
verbrijzelde tafels en stoelen en veroorzaakte
een spoor van brand.
Op de hofstede van den heer J. Coppens, te
Wouw, werd de schoorsteen verbrijzeld en
sloeg de bliksem een gat in den vloer der
huiskamer.
Uit Druten schryft menOmstreeks 9 uren
begon de donder in de verte te rommelen en
niet lang daarna stond de hemel voortdurend
in lichterlaaie. Een hevige storm, die stroomen
waters voor zich uitjoeg, woedde metvreeselyke
kracht; boomen werden ontworteld. Op den
weg van Druten naar Tiel vielen een hon
derdtal, waaronder enkele stevige zelfs door
midden werden gebroken. Van inslaan van
den bliksem werd gelukkig niets vernomen.
Gisteravond is te Amsterdam
een diamantslypersjongen, zoon van een schoen
maker aan den Sloterweg, by het zwemmen
in het Nieuwe Kanaal verdronken. De politie
heeft vergeefs naar zyn ïyk gedregd.
Een man, die aan de Handelskade te Am
sterdam zat te visschen, werd door den
bliksem gedood. Zyn verkoold lyk werd naar
het gasthuis gebracht.
De bootmetZondagsdienstvan
Amsterdam Aalsmeer v.v., voor 6 weken
opgericht, heeft den dienst gestaakt. Nu be
staat het voornemen eene nieuwe maatschappij
op te richten dagelykschen dienst: Nieuw-
Vennep-Hoofddorp-Aalsmeer-Arnsterdam v.v.
Van den eersten driedaagschen
excursie-trein naar Antwerpen, van de H IJz.-
Sp.-My werd gisteren reeds een druk gebruik
gemaakt.
Een onderwijzer te 's Grave n-
hago ontving het volgend briefje van den
vader van een zyner leerlingen:
„Neemt u 't niet kwaiyk, dat myn gezin
met een tweeling vermeerderd is en myn
zoon de school verzuimd heeft; mocht dat
de volgende week weer voorkomen, dan
verzoek ik u by voorbaat, dit niet euvel te
duiden."
Do zaak der valsche bankbil-
jatten zal eerst in de laatste dagen van de
maand October in hooger beroep te Amster
dam worden behandeld.
Hot bericht, als zou de officier
van justitie te Almeloo in appèl gekomen
zyn van het vonnis in de Lossersche zaak,
oemt de „Zw. Ct." tot heden geheel bezijden
de waarheid.
In een der groote hotels te
Baarn logeerde dezer dagen een persoon, die
een naam opgaf van eene der bekende Zaan-
landsche families. Hy maakte goede sier,
dronk lekker wyn, deed rijtoeren, ja vroeg
en kreeg op arglistige wyze eenig geld van
den hotelhouder. Hy is op een zyner rytoeren
verdwenen, na den koetsier eerst lekker ont
haald te hebben op kosten van den kastelein.
Misschien wil hy zyn lekker leventje op
andere plaatsen voortzetten; men zy dus op
zyne hoede; hy was reeds by de politie ge
signaleerd.
Volgens een te Nieuw-York ent-
vangen telegram uit Salvador zyn, naar thans
gebleken is, onder het bewind van den ver
dreven president Ezeta 50 millioen franken
aan landsgeld verduisterd.
BUITENLAND.
Frankrijk.
De Kamer is nog niet gereed gekomen met
de behandeling der anarchisten-wet. De zitting
van gisteren was weer zeer rumoerig, vooral
de avondzitting, toen zelfs de journalisten van
de tribune moesten worden verwyderd.
De zitting was namelyk gewyd aan de be
handeling van artikel 5.
De beide eerste paragrafen van dit artikel
luiden
„In de gevallen by de tegenwoordige wet
voorzien, en in alle gevallen waarin het geïn
crimineerde feit een anarchistisch karakter
heeft, kunnen de gerechtshoven en de recht
banken de openbaarmaking der debatten ge
heel of gedeeltelyk verbieden, in zooverre deze
openbaarmaking een ernstig gevaar voor de
openbare orde zou kunnen opleveren.
„Alle inbreuk op dit verbod zal gestraft
worden met gevangenisstraf van zes dagen
tot een maand, en een boete van 1000 tot
10,000 fr."
De republikein Denéchau verklaarde, dat
de Regeering den verkoop van buitenlandscha
bladen, welke de bedoelde processtukken en
verslagen bevatten, niet kan verbieden, daar
zulks tot internationale verwikkelingen zou
kunnen leiden.
De minister van justitie Guérin antwoordde
daarop: Men zal noch de drukkers, noch de
schryvers vervolgen, maar de verkoopers en
de colporteurs dier bladen (uitroepen van de
linkerzyde). Wy moeten zorgen, dat de anar
chisten de rechtbanken niet als een propa
gandamiddel gebruiken.
De radicaal Lockroy bestreed deze ver
klaring heftig. De minister-president Dupuy
merkte op dat de regeering de bevoegdheid
heeft, den invoer van buitenlandsche bladen
te verbieden.
De republikein dr. Denoix verdedigde art 6.
Nu begon het lieve leventje weer.
Terwyl toch dr. Denoix aan het woord
was, werd in de Kamer, maar vooral op de
tribune der pers, veel rumoer gemaakt. De
Mahy, die als voorzitter fungeerde, gaf toen
last om de tribune der pers te ontruimen.
De wacht van het Paleis en de Kamer
beambten gingen eenigszins hardhandig te
werk by de tenuitvoerlegging van het bevel,
zoodat de journalisten levendig protesteerden.
De socialist Humbert stelde voor, de zitr
ting te schorsendit voorstel werd verworpen.'
De voorzitter hief toen het consigne tegen de
pers op, maar de meeste journalisten weiger
den terug te komen.
Overigens ging de oppositie in deze zitting
weer den gewonen weg. De heer Rouannet
begon met een amendement voor te stellen,
waarin werd bepaald, dat in geen geval aan
personen, die krachtens deze wet zouden ver
oordeeld worden, het verblyf in Frankryk
zou kunnen ontzegd worden. Dit amendement
werd verworpen met 336 tegen 117 stommen.
Vervolgens stelde de afgevaardigde Sembat
voor om dan althans te bepalen, dat een
dergelyke veroordeelde wel uit Frankryk ver
bannen, maar niet naar eene strafkolonie
gedeporteerd zou kunnen worden. Deze afge
vaardigde eindigde zyne rede aldus; „De
minister van justitie schynt gisteren het
wachtwoord by den president der republiek
gehaald te hebben." De voorzitter riep den
spreker toen tot de orde, op grond dat hy
don president buiten het debat moest laten^
maar de leden der linkerzyde antwoordden op
deze tot-de-orde-roeping met luide protesten.
Tot de oppositie-leiders, die zich byzonder
weerden, behoorde vooral de radicale afga»