Uk 10537. Zaterdag 30 «Juni. A°. 1894. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van gon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 29 Juni. Feuilleton. De Misdaad in de Rue Lafltte. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco por post 1-40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIEN Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt 0.05 berekend. De muziek- en tooneelvereeniging „Nut en Vermaak", alhier, vierde gisteravond haren 20sten verjaardag met eene „Oudejaarsavond- party" in 't Schouwburglokaal „Vondelhoven." Behalve deze officiéele wijding zal het twintig jarig bestaan ook nog gevierd worden met eene Receptie op Zondag 1 Juli in den Foyer der Stadszaal en een groot concert in „Zomer zorg" op Maandag 2 Juli. Wanneer de volgende feesten dan even ge lukkig van stapel loopen als de oudejaars avond, dan zal het feest by alle leden de aangenaamste herinneringen achterlaten. In het breede kunnen wy deze intieme samenkomst niet bespreken, alleen kunnen wy met genoegen melden dat de „soirée" uitstekend gelukt is. Behalve de gebruikelijke nieuwjaarswenschen door bestuur en leden onderling, zong het Acapella koor der Vereeni- ging eeno feestcantate, werden tal van geestige voordrachten gehouden, en werd er natuuriyk ook gedanst. Het glanspunt van den avond was zeker wel de aanbieding van een nieuw vaandel door tachtig dames, die by de goede wen schen, welke uitgesproken werden, ook zeer lief een vaandellied zongen. By het vaandel was een album gevoegd, waarin de namen der dames stonden, welke namen, benevens een keurig titelblad, artistiek door een lid der Vereeniging waren gecalli- grapheerd. De prettige, gezellige toon, welke er heerschte, doet ons verwachten, dat de volgende feest dagen even zoo genoegiyk zullen gevierd worden. Ten behoeve van het ryksmuseum van oudhoden te Leiden zyn door mevrouw de weduwe Leemans-De Virieu, mej. M. H. Leemans en den heer W. F. Leemans, inspec teur van den waterstaat, ten geschenke ge geven de in vier doelen verzamelde aanteeke- ningen, uittreksels, enz. van wyien dr. C. Leemans, betrekkeiyk Grieksche, Romeinsche, Indische en Assyrische oudheden, benevens Excerpta Aegyptiaca. Aan de schenkers is de dank dor regeering betuigd. Voor de bevoegdheid van apothekers bedienden zyn to Groningen geëxamineerd drie vrouweiyke kandidaten, waarvan éón werd afgowezon. Toegelaten werden de dames B. A. Mulder, gob. to Sappemeer, en H. B. M. Keyzer, geb. te Leiden. Door don heer G. J. Koops te Valkenburg is met goed gevolg te Doetinchem het gym nasiaal eindexamen afgelegd. De door de besturen van de Oudendyk- sche, Vler-Ambachts- en Veender polders, te Woubrugge, te dryven zomer-schouwen, zullen plaats hebben respectieveiyk op 4, 6 en 25 Juli aanstaando. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat blykens telegraphisch bericht van Hr. Ms. ge zant te Berlpn do Duitsche grens geheel voor den invoer van fokvee uit Nederland is gesloten. (Sts.-Cf.) De leden van de Eerste Kamer der Staten- Generaal zyn byeengeroepen tegen Donderdag 5 Juli e. k., 's namiddags te drie uren. De heer jhr. E. J. De Stuers, by koninkiyk besluit van 4 dezer benoemd tot consul te Luxemburg, en de heer J. Stevenson, inge volge koninkiyke machtiging benoemd tot vice consul te Middlesborough, zyn in die hoedanigheid door de respectieve regeeringen erkend. De generaal-majoor, chef van het wapen der infanterie in Nederl.-Indië, J. A. Vetter zal de expeditie naar Lombok commandeeren. In verband hiermede zal genoemde generaal- majoor den dienst vooralsnog niet met pen sioen verlaten, geiyk vroeger werd gemeld. De lste luitenant Leyh, van het O.T. leger, is weder goedgekeurd voor den Indischen dienst en zal in het laatst van Juli naar Indiö vertrekken. By den Raad van Utrecht was gisteren ingekomen eene voordracht tot beschikbaar stelling van meerdere gelden voor stichtings- kosten van het universiteitsgebouw. Daaruit blykt dat de kosten van dat gebouw hebben bedragen 269,818.17, waarvan ten laste der gemeente blyft ƒ168,818.17, d. i. ƒ23,815.17 meer dan in Juni 1890 is geraamd. De bouw kosten hebben bedragen f 161,200. Onze Koningin Regentes zond mevrouw Caraot het volgend telegram: Vulpera, 25 Juni. Mevrouw Gamot, Parijs. Ik verneem zooeven, welk wreed verlies gy geleden hebt. Het is my eene behoefte, u de verzekering te geven van het levendig aandeel, dat ik neem in het verschrikkelyk ongeluk, dat u treft, en bied u myn oprecht rouwbeklag aan. Emma, Koningin-Regentes der Nederlanden. Het „Journal Officiel" bevat van onzen ge zant te Pary8 het volgende schrfcjvon Parvjs, 26 Juni. Mijnheer de Minister I De Regeering van H. M. de Koningin der Nederlanden heeft my opgedragen aan de Regeering der Fransche Republiek over te brengen de uitdrukking harer gevoelens van levendige verontwaardiging en smartelijke sympathie naar aanleiding van den gruw- zamen aanslag, waarvan het Hoofd van den Staat het slachtoffer is. By de opening der Conferentie van Inter nationaal Privaatrecht, Maandag jl., hoeft de Minister van Buitenlandsche Zaken den lof verkondigd van den waardigen en betreurden President der Republiek en hy heeft voorge steld aan de Conferentie, welke met algemeene stemmen zich daarmede vereenigde, om ten teeken van rouw de zitting op te heffen. My kwytende van de bevelen myner Regeo- ring, is het my eene behoefte hieraan toe te voegen de meest hartelijke betuiging van myn persooniyk rouwbeklag. Ik heb de eer, enz. Db Stoers. Tot directeur der op te richteD zuivel fabriek te Kruiningen (Zeeland) is benoemd de heer P. Damstó, te Oosterwolde (Fr.). De commissie van beoordeeling voor een ontwerp van een diploma der internationale bakkery-tentoonstelling te Amsterdam bericht dat 51 antwoorden zyn ingekomen. Zy adviseert f 75 toe te kennen aan de inzending onder het motto „A. B. C." en de overige f 150 te verdeelen onder de inzenders van „By", „Koek", „Korenbloem" en „Kriek". Deze vyf heeren, waarvan de naambriefjes nog niet geopend zyn, worden uitgenoodigd uitgewerkte teekeningen in te zenden. De „Yereeniging tot veredeling van volks vermaak" te Amsterdam stelt zich voor, den 31sten Augustus, den verjaardag van H. M. de Koningin, weder luisterrijk te vieren, In de eersto plaats komt op het programma voor „Groot Festival" van harmonie en fanfare corpsen, waarvoor hunne medewerking bereids hebben toegezegd de corpsen „Caecilia", te Oudendyk; „Excelsior", te Warder, „Concor dia", te Beets; fanfarecorps te De Rypfanfare corps te Oosterbeek; de Beverwyksche har moniekapel „Crescendo", te AvenhornBeem- 8ters fanfarecorps; Harmonie „de Adelaar", te Weesp; „Excelsior", te Zwaag; „Vrienden kring", te Broek-op-Langendyk„Crescendo", te Bussum; „Trou moet Blycken", te Amster dam; Edam's fanfarecorps; Waterland's fanfare corps te Nieuwendamfanfarecorps te Uitgeest. Te zamen ruim 450 excecutanten. De leiding van dit gedeelte van het feest is in handen van „Amstel's fanfarecorps" en de heeren H. F. R. Brandts-Buys en David Koning Jr., muziekdirecteuren. De toetreding van meerdere corpsen is opengesteld tot 5 Juli. De gezelschappen zullen op verschillende plaatsen in de stad uitvoeringen geven. De volksliederen en een feestmarsch zullen des morgens door alle corpsen te zamen op het feestterrein worden uitgevoerd. Des avonds zal een watertocht met ver lichte vaartuitron door «ie "t-worden gehou den, waarby de verschillende vereenigingen zich zullen doen hooren. Ook bestaat het plan tot het doen houden van oen wedstrijd van twee luchtballons en het geven van ver- makeiykheden voor kinderen op het feest terrein, volk8roeiwedstryden op den Amstel en vuurwerk. Door de verkiezing van mr. Van Basten Batenburg in het district Eist is nu eindeiyk de Tweede Kamer voltallig. De tegenstanders van finale kiesrechtuit- breiding, in den geest van het ontwerp Tak, hebben eene meerderheid van 8 stemmen in de nieuwe Kamer; zy zyn 54 leden sterk, de voorstanders 46. Sedert de herstemmingen op 25 April hebben de voorstanders drie zetels (Haarlem, Katwyk en een der Haagsche zetels) gewonnen en éón (Eist) verloren; totale winst dus twee plaat sen, waardoor de meerderheid van de tegen standers van 12 tot 8 is teruggegaan. Van de 54 tegenstanders zyn 23 liberalen, 24 katholieken, 6 anti-revolutionnairen (fractie- LohmaD) en 1 conservatief. Van de 46 voorstanders zyn 35 liberalen, 7 anti revolutionnairen ifractie-Kuyper), 1 ka tholiek (dr. Schaepman) en 3 radicalen. Het stoomschip „Koningin Emma", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 28 Juni te Port-Said; de „Koningin-Regentes", van Amsterdam naar Batavia vertrok 28 Juni van Genua; de „Obdam" arriveerde 28 Juni van Rotterdam te Nieuw York, do „Werken dam", van Rotterdam naar Nieuw York, pas seerde 28 Juni Prawlepoint; de „Prins van Oranje", van Batavia naar Amsterdam, pas seerde 28 Juni te Dungeness; de „Amsterdam" arriveerde 28 Juni van Nieuw York te Rot terdam; de „Merapi" arriveerde 28 Juni van Batavia te Rotterdam. By koninkiyk besluit is aan den leeraar in de scheikunde aan de Koninkiyke Militaire Academie, met den personeelon titel van hoogleeraar, dr. L. Aronstein, op zyn verzoek, met ingang van 1 Sept. a. s., een eervol ont slag uit zyne betrekking verleend. Aan mr. J. K. Hummel, op zyn verzoek, met ingang van 1 Juli a. s., eervol ontslag verleend als ambtenaar van het openbaar ministerie by de kantongerechten in het arr. Leeuwarden, voor de kantons Leeuwarden, Berlikum, Dokkum en Bergum, ter stand plaats Leeuwarden. Benoemd, tot rechter in de arr. rechtbank te Rotterdam, mr. H. L. Lindaal Jacobs, thans substituut griffier by de arr. rechtbank te Amsterdam; tot notaris binnen het arr. Dordrecht, ter standplaats Molongraaf, G. B. Stehouwer, candidaat-notaris te Middelburg; met ingang van 1 Sept. a. s. tot directeur der Rijkskweekschool voor onderwijzers te Groningen L. Leopold, aldaar, thans onder- wyzer aan die inrichting; tot leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te 's-Hertogen- bosch dr. H. W. Heinsius, thans leeraar aan de hoogere burgerschool te Amersfoort, mede met ingang van 1 Sept. a. s. Benoemd by het departement van financiën tot administrateur der registratie, hypotheken en kadaBter, de heer G. Van Tteraoh, thans hoofdinspecteur der registratie en domeinen, biyvende hy belast met het verleenen der machtigingen volgens art. 27 der wet op de vermogensbelasting. De dirigeerende officieren van gez. lste kl. by de zeemacht B. H. Thomson en J. O. Harthoorn op pensioen gesteld, en hun toe gekend een pensioen van ƒ2100 'sjaars, be nevens eene verhooging van dat pensioen, ingevolge artikel 1, c, der wet van 1 April 1875 van ƒ1125 en ƒ1350 'sjaars. Voorts bevorderd by de zeemacht: tot dir. officier van gez. lste kl., do dir. officieren van gez. 2de kl. L. P. Gysberti Hodenpyi en F. H. L. Roessingh van Iterson, onderschei- deniyk met ingang van 1 Juli en 1 Aug. a. 8.; tot dir. officier van gez. 2de kl., de off. van gez. lste kl. dr. C. Alers, met ingang van 1 Aug. a. s. De kapitein J. W. C. Wolterbeek, bataljons adjudant by het regiment gronadiers en jagers, op pensioen gesteld en het bedrag van het pensioen vastgesteld op ƒ1300 'sjaars. Benoemd tot adjudant by het regiment grenadiers en jagers, de lste luit. A. J. S. Schotman, van het corps; by het personeel van den geneesk. dienst der landmacht, tot paardenarts lste kl., de paardenarts 2de kL J. J. Westbroek, van dat peisoneel; by bet personeel van den geneeskundigen dienst, tot officier -van gez. 2de kl., de burgergeneeskun digen (artsen) H. W. Boele, N. Schrijver, J. E. Muschart en C. E Graswinckel. De Oost-Indische ambtenaar met verlof H.< A. F. Freydanck, laatstelyk bewaarder lste kl. van het kadaster in Nederlandsch Indiö, op zyn verzoek, eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. TWEEDE H491ER. Onteigening te Amsterdam. Het sectie-onderzoek van het onteigenings- ontwerp voor de ontpoldering van een gedeelte van den Stads en Godshuispolder, en voor den aanlog van kaden, grachten, straten en bouw blokken, tusschen de Potgieterstraat en de Noordelijke Hugo-De-Groot kade le Amster dam, gaf aanleiding tot verschillende opmer kingen. Amsterdam biyxt met ontpoldering te bedoelen onttrekking van een gedeelte polder aan het polderverband. Men vroeg, of met hot oog op art. 90 der Grondwet, dat bestuur daartoe wel bevoegd is. Ouk bleek niet dat Gedep. Staten van Noord-Holland omtrent de voorgenomen ontpoldering zyn gekend en zich daaromtrent hebben uitgesproken Wel kunnen Gedep. Staten na de tot-stand-koming der wat die vraag wellicht overwegen, doch daarmede wordt het doel niet bereikt. De considerans toch van het ontwerp doet die ontpoldering door den wetgever verklaren tot oen werk van algemeen nut. Mocht inderdaad aan het woord ontpoldering in dezo niet do gewone Staatsrechtbriyke beteekeus worden gegeven, dan achtte men het algemeen wonschelyker dat woord ook niet te gebruiken. Voorts trok het de aandacht dat hot ge meentebestuur van Amsterdam niet alleen de beschikking verlangt van don grond voor den aanleg van straten en kaden, maar bovendien van het tusschengelegen terrein, wellicht om dit later met winst te kunnen verkoopen en dat niet benoodigd is voor den aanleg va publieke verkeerswegen. By deze onderneming zou dus het publiek belang niet voldoende vaststaan, tenzy worde bewezen het publiek belang, dat Amsterdam ook kome in het bezit der bouwblokkon. Nadere inlichtingen werden hieromtrent gevraagd. Bedrijfsbelasting» De by de beschryving voor de belasting op bedryfs en andere inkomsten uitgereikte be schrijvingsbiljetten behooren aan den ontvan ger der directe belastingen of zyn gemach-' tigdo te worden teruggegeven, oi ten kantoro van dien ontvanger te worden terugbezorgd. Wil men voor de inlevering van dio biljetten gebruik maken van de post, dan zy men ge waarschuwd, dat zy niet portvrij worden vor- zonder, en de ontvangers geen met port bey zwaarde brieven behoeven aan to nomen. On- gefrankeerde brieven van den hier bedoelden aard loopen dus gevaar hunne bestemming niet te bereiken. (Sts.-Crt.) 22) In tegenwoordigheid van het iyk zou hem die zelfbeheersching wel verlaten en zou hy all on pogingen om zich good te houden ten spijt, eene onwillokeurige oeweging van schrik, van huivering, niet kunnen weerhouden. Er is geen enkel misdadiger, die niet sid dert by den aanblik van zyn slachtoffer, en hierop rekende Jarilot thans. Doch nlots van dit alles gebeurde. Jacques naderde eerbiedig bet bed, hield lang don blik op het iyk gevestigd, zyn gelaat drukte slechts droefheid en medolyden uit en ein delijk brak hy in een hovigen tranenvloed los. Hy gaf zich zóó geheel aan zyne droef heid, aan zyne smart over, dat hy alles om zich heen vergat, tot zelfs het doel, waarmede men hem bier gebracht had. Het was hetzelfde gevoel, dat hem be- heerscht# als toen hy, nog een kind zynde, aan het doodsbed zyns vaders stond, die eveneens op zulk eene noodlottige wyze om het leven was gekomen. Zyne beide bewakers deden een paar schre den achteruit en zagen elkander veelbetee- kenend aan. „Het wordt my hoe langer hoe duis terder", sprak eindeiyk Jarilot; „het is de eerste maal In myn leven, dat ik zoo iets ondervind; ik beo er geheel door uit het vad geslagen." Maar hoe zonderling het ook schyne en hoe zeldzaam dit ook voorkome, kan zich toch het geval voordoen dat het gezicht van zyn slachtoffer den moordenaar om zoo to zeggen hypnotiseert, beheerscht en hy door geen onkel uitwendig teeken zyne innorlyke ont roering verraadt; alsdan blyft der justitie slechts één middel, namelyk hem aan zyne be goocheling te ontrukken, en hiertoe nam Jarilot ton Blotte zyne toevluchthy naderde Jacques Varlay, gaf hem een slag op den schouder en riep: „KomI" De jonge man wendde langzaam het hoofd om en zonder dat zyne stem de minste ontroering verried, antwoordde hy zacht: „Ik volg u." Toen knielde hy voor het bed neder, nam de hand van den doode, die op het dek rustte, in de zyne, drukte er eerbiedig een kus op en sprak met zachte, van aandoening bevende stem „Myn weldoener, heb dank voor alles wat ge voor mj gedaan hebt; de ure is gekomen om u daarvoor myne erkentelykheid te toonen ik zweer u dat ik myn plicht zal doen, vaarwel 1" Deze tragische, hartstochtelyke scène maakte op beiden den diepsten indruk. Onbeweegiyk, met ingehouden adem, zagen zy, zonder een woord te uiten, op den knielende neer. Deze richtte zich op en wendde zich, mis schien nog meer aaDgedaan dan de anderen, tot Jarilot; zyn oog schitterde met onge- wonen glans en zyn geheele voorkomen drukte moed en wilskracht uit „Thans", sprak hy, ,ben ik gereed u te volgen, maar alvorens dit huis te verlaten, heb ik u eene gunst te verzoeken." „Toegestemd, wat verlangt ge?" „Sta my een kort onderhoud onder vier oogen toe met Maurice Bertin." „Een geheim onderhoud met Maurice Bertiu Met welk dool?" „Het is waarschyniyk, dat hy myne werk zaamheden aan de ka9 zal overnemen. Ik heb hom eonige bijzonderheden daaromtrent mede te deelen. Ik bid u ons alleen te laten. Ik zal niet trachten te ontvluchten, heb daar voor geene vrees. „Welnu", antwoordde Jarilot, „het zy u toegestaan Hy begaf zich Daar de kamer van mevrouw Bertin en riep Maurice. „De heer Varlay", sprak hy, „verlangt een geheim onderhoud met u." „Met my, waartoe?" „Dat zal hy u zelf zeggen." „Maar", bracht Maurice hier aarzelend tegen in. „He kunt hem dit niet weigeren, ik raad u zelfs het hem toe te staan." „EnfinI Ik kom.... weeB zoo goed ons alleen te laten." XII. De Plicht der Dankbaarheid. Toen de politie beambten vertrokken waren, vroeg Maurice Bertin aan Jacques: „Gy hebt verlangd my te spreken, myn- heer, wat hebt ge my te zoggen?" „Ja, mynheer, ik moet u spreken en ons gesprek kan alleen plaats hebben voor het iyk van den heer Bertin. Uw vader alleen mag er getuige van zyn!" „Ik luister." „Wat ik thans zal zeggen, is plechtig, want ons beider eer, ons beider leven hangt er van af. Gisteravond is de kas, die aan myne zorg was toevertrouwd, bestolen, en zyn de achthonderd duizend francs, die zy bevatte, verdwenen. Slechts de heer Bertin, gy en ik waren met het geheim van het slot bekend." „En men heeft uw sleutel by de kast gevonden 1" „Daar met opzet neergelegd door hem, die hem my ontstolen heeft, om de kast te openen." „Wat wilt ge daarmee zoggen?" „Dat gy het geheim kendet en gisteravond geld noodig badt." „Zoodat ge my van den diefstal durft bo- schuldigen „Laat my uitspreken", vervolgde Jacques bedaard en op een toon van gezag, die indruk maakte, terwyi Maurice zich m9t ongerustheid afvroeg waar de ander hoenwilde. „Gy hadt geld noodiggy hebt er my om gevraagd. Ik weigerde, op bevel van uw vader. Maar gy wildet geld, ge moest geld hebben en ge zoudt het hebben, al zou er ook een ongeluk gebeuren; dit waren uwe eigen woorden. Ze hebben my te zeer getroffen dan dat ik ze had kunnen vergeten. Juist op dat oogenblik borg ik voor uwe oogen in de brandkast het depot van den heer Caetillac; ge hebt zelf, over myn schouder heen, het requ gelezen, dat ik er voor schreof, ge ziet dat ik my allee zeer goed herinner. Vervol gens zyt ge heengegaan, opgewonden, woe dend tegen uw vader, die zulk eene onormo som in ontvangst nam en u een ellendigo dertig duizeud francs weigerde, wederom uwe eigen woorden. Ge waart dus zonder geld?" „Zeker, maar wat heeft dat mot den dief stal te maken?" „Kort daarna, boven, hebt ge gespoeld, verloren en uw verlies, dat niet gering was, betaald: met welk geld? Met dat van het depot I" „Zoodat ge blyft beweren, dat ik den dief stal hob gepleegd I" „Het zou de eerste niet zyn. „EllendelingI" stoof Maurice op en trad met dreigend gebaar op Varlay toe; deze verloor echter zyne tegenwoordigheid ven geest niet, en den slag afwerende, dien Maurice hem wilde toebrengen, vervolgde hy: „Voordat de kas my werd toevertrouwd, hebt ge haar drie dagen gehouden, en gedu rende die drie dagen zy.. er drie belangryke tekorten gevonden." „Dat is eene beleedigingl „In de boeken is het bewys te vinden van hetgeen ik zeg, endit bewys is getee- kend door door uw vader en door my, als uw opvolger!" Jacques Varlay richtte zich in zyDe volle lengte op: van beschuldigde was by nu be schuldiger geworden en onder zyne verplet terende aanklacht had Maurice allen trote laten varen. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1