Te 's-Gravenhage is gisteren ont vreemd een geelkleurig Utrechtsch tent wagentje, met eene 14-jarige merrie be spannen. De brandereknecht W. M., oud 62 jaar, werkzaam in de stoombrandery van de firma Wed. H. C. Jansen, te Schiedam, had gistermorgen te 6 uren ongeveer het ongeluk in een bak met gist te vallen. Toen de on gelukkige er uit gehaald werd, was hy reeds gestikt. Een vr{j ernstig ongeluk, dat evenwel goed is afgeloopen, overkwam ver leden Zondag het zesjarig zoontje van W. St., te Roelof Arendsveen. Terwijl het jongetje op eene brik mocht meerijden, geraakte het sluit- bord aan de achterzijde, waartegen het waar schijnlijk leunde, los; bierdoor geraakte het zijn evenwicht kwijt en stortte van het rijtuig op den grindweg. Hoewel het knaapje zich vrij erg aan eene wang bezeerd heeft, zal die val voor hem toch gelukkig geeDe nadeelige gevolgen hebben. Tegelijkertijd had in de haven te Roelof- Arendsveen een ander ongeval plaats, hetwelk eveneens opperbest afliep. Een drietal personen uit Hoogmade was met eene zeilschuit aan gekomen. Door het zeilen schijnt het touw werk van de fok onklaar geraakt te zijn. Om dit te herstellen, klauterde een hunner in den ma6t, doch viel, door het breken van een ijzeren beugel, met mast en al, overboord. Hij werd spoedig door de medevarenden weder aan boord gebracht, waardoor hij met een nat pak en den schrik vrijkwam. Sedert onheuglijke jaren voert de firma Tilly, te Haarlem, het wapen der gemeonte, als bewijs, dat zij de echte Haar lemmerolie levert. De firma heeft het wapen echter niet gedeponeerd, wat wól is geschied door eene joDgo firma, die nu de eerstge noemde firma in rechten aanspreekt, wegens het voeren van dat wapen, zonder daartoe het recht te hebben. Yoor de firma Tilly treedt op mr. Joh. Enschedé en voor de jonge firma de zaak waarnemer Dekker. De zaak komt nog deze maand voor. Bij u i 18 p r a a k d e r r e c h t b a n k t e Utrecht werd gisteren veroordeeld: H. t. K., won. te Utrecht, thans aldaar in verz, bew., bekl. van het ontdoen van het merk der door het rijk uitgegeven postzegels, welk merk dient om ze voor verder gebruik ongeschikt te maken, en daarna als niet gebruikt weder als port to bezigen, en verduistering van de daarvoor door verkoop ontvangen gelden en wel in zijne qualiteit van postambtenaar, te dezer stede in het einde van 1893 en begin van 1894 gepleegd. De rechtbank, niet be wezen achtende wat bekl. sub a is ten laste gelegd, sprak hem daarvan vrij, maar ver oordeelde hem wegens het sub b ten laste gelegde (met vrijspraak van het meerdere hem ten laste gelegde dan bewezen is) tot eene gevangenisstraf van zes maanden, met bepa ling dat de tijd, door hem in voorloopige hechtenis doorgebracht, in mindering zal ge bracht worden. Het verdwijnen van Van Tuynen- burg sleept voor den Alg. Ned. Politiebond vele moeilijkheden na zich. Waarschijnlijk zal nog deze week, te Utrecht of te Amsterdam, eene buitengewone alge- meene vergadering van don „Algemeenen Nederland8chen Politiebond" worden belegd ter bespreking van den toestand van den Bond, nu de voorzitter en do effecten, waarin het weduwen- en pensioenfonds was belegd, verdwenen moeten worden geacht. Reeds is gebleken dat de vermiste som tus8chen 20 en 30 duizend gulden bedraagt, en dat de laatste contróle der brandkast in Augustus 1893 plaats vond. De te Antwerpen door haren echtgenoot verlaten vrouw van Van Tuynenburg is reeds door den officier van justitie gehoord, die met voortvarendheid de opsporing van den verdwenene ter hand heeft gonomen. Zaterdag avond hield het bestuur derZuid- Holland8che afdeeling van den Bond te 's-Gravenhage eene vergadering, ten einde van gedachten te wisselen over den toestand, waarin do Bond door den voortvluchtigen president van den Bond is gebracht. Het bestuur besloot twee afgevaardigden te benoemen om een nauwkeurig onderzoek in te stollen omtrent don stand der fondsen, die geadministreerd werden door den president. Het voorloopig ingesteld onderzoek hoeft treurlgo resultaten opgeleverd. Het is gebleken dat de heer Van Tuynen burg z(jne plannen, om met de kas op den loop te gaan, reeds lang te voren had beraamd. Do bestuursvergadering, door hom belegd in Mei, had hy tot 20 dezer doen verschuiven. Hjj had opgegeven zich metterwoon van Hilversum naar Utrecht te hobben verplaatst. Do heer Ortt, officier van justitie te Am sterdam, verzoekt de opsporing van den ver dwenen gewezen politiecommissaris Van Tuynenburg. De „N. R. C." kan verder omtrent Tuynen burg thans mot zekorheid mededeelen dat hy den 8ston van dozo maand van Utrecht is vertrokken, vormoedeiyk naar Antwerpen. Het bericht, dat de brandkast reeds in handen van derden zou zyn, is uit de lucht gegrepen. Do kast staat nog in de woning te Utrecht, waar tevens do administratie der fondsen is. Het verhaal, dat de drie sleutels van de brand kast, die in het bezit zy'n van drie leden van het hoofdbestuur, commissie van beheer der gelden, aan elkander geiyk zouden zyn, is evenmin juist. Of het kapitaal, bestaande uit effecten ter waardo van pl. m. ƒ20,000, met hem ver- dwonen is, zal eerst kunnen blyken als de brandkast door de justitie, die thans de zaak in handen heeft, zou zyn geopend, wat heden zou plaats hebben. Het signalement van Tuynenburg moet reeds met verzoek om opsporing naar het buiten land zyn verzonden. De vermiste gelden zyn alleen het kapitaal, belegd ten behoeve van de levensverzekering van den Bond. De kas van den Bond zelf, bedragende pl. m. ƒ5000, is onder berusting van den penningmeester te Apeldoorn. Er hadden juist eenige uitkeeringen moeten plaats hebben aan do nagelaten betrekkingen van in het fonds verzekerde politie beambten. De aanleidiDg tot het verdwynen van T. scbynt te moeten worden gezocht in het krachtig optreden van het bestuur der afdee ling Zuid Holland van den Bond tegen het willekeurig beleid van T. Het was te voorzien dat hy op de eerste algemeene vergadering gedwongen zou worden zyn mandaat neer te leggen. De pogingen van die afdeeling tot oprichting van een pensioenfonds voor weduwen en weezen van leden van den Bond zullen niet worden gestaakt, indien ten minste deleden, donateurs en begunstigers zich niet terug trekken wegens het voorgevallene. Het voorzitterschap van den bond wordt tydeiyk waargenomen door den heer Boom bergen, commissaris van ryks- en gemeente politie te Harderwyk. Het bestuur van den Bond heeft 1000 uitgeloofd voor de aanhoudiDg van den on trouwen president. Zaterdag-avond arriveerden te Utrecht twee ambtenaren van de veiligheids politie te Luik, die dienzelfden avond en den volgenden morgen onder geleide van den rechercheur "Werkmeester verschillende door hen opgegeven adressen bezochten om onder zoek te doen naar den nog altyd yverig ge- zochten dynamiet man, die zich baron Ungern- Sternberg noemt. Ook te Utrecht hadden de nasporngen echter geen resultaat, zoodat de politie-ambtenaren Zondag weder onverrichter zake naar Luik vertrokken. In 'tFriescho dorp Holwerd wordt sedert 1744 jaariyks in September eene hard- dravery gehouden. De vereoniging voor volks vermaken heeft nu besloten, om het 150 jarig bestaan van dit by do Friezen zoo geliefkoosd volksfeest recht feestelyk te herdenken. Te Gouda is vrouw M. Zaterdag moeder geworden van drie meisjes. Acht jaren geleden werd ze verrast door de komst van drio jongens. Te Sittard viel gisterochtend het 2'/2-jarig kind van den schrynwerker D. voorovor in een ketel kokende soep en bekwam daarby zulke hevige brandwonden, dat er weinig hoop bestaat den kleine in het leven te behouden. Uit Goes schrjjft men aan de „Midd. Ct.": De officier van justitie, jhr. mr. Van Nahuys, te Arnhem, heeft tegen den heer G. Van Deth eene vervolging doen instellen, omdat deze in zyne rede over „Neerbosch", uitgesproken Woensdag 30 Mei jl., in de „Prins van Oranje" alhier, gezegd heeft dat genoemde officier de bewysstukken van Van Deth contra den heer Van 't Lindenhout in den doofpot had gestopt; hy had daarmedo getoond de grootste lafaard te zyn, die in Nederland te vinden is; zoo iemand diende opgesloten te worden in een krankzinnigengesticht, enz. Verschillende hoor ders zullen als getuigen moeten optreden. Te Brussel is een opzienbarend proces aanhangig. In de Parysche „Libre Parole" verscheen in Januari een artikel, waarin zware beschuldigingen ingebracht worden tegen de zes handelmaatschappyen in den Congo-staat, in het byzonder tegen de Congo spoorwegmaatschappy, tegen den directeur generaal majoor Thys en andere be stuursleden. Daarin werd o. m. medegedeeld, dat majoor Thys een salaris van 43,200 fr. krijgt van de zes maatschappijen en bovendien 25,000 van de Congo spoorwegmaatschappy, dat majoor Thys en kapitein Laurent ieder jaar voor 7,000,000 fr. aan inkoopen doen, waarop in het geheel geen toezicht uitgeoefend wordt. Het ontwerp van den Congo-epoorweg heeft 300,000 fr. gekost, maar is voor 2,000,000 fr. gekocht. De handelmaatschappyen dry ven, volgens den schryver, een uitgebreiden handel in negers; volgens een schrifteiyk bevel van majoor Thys moet voor elke drie man, en zelfs voor !5 man, eone vrouw geleverd wor den. De handelmaatschappyen koopen slaven en houden slaven, zy betalen hunne arbeiders met geestryke dranken. Bovendien worden de gelden der maatschappy op ongehoorde wyzo verspild en laat majoor Thys, met het doel om winst te behalen, door hare agenten den koran verkoopen. De vervaardiger van dit artikel bleek een ontslagen beambte van een der maatschappyen te zyn, een zekere Van Sulper. Majoor Thys stelde een eisch tot schadevergoeding togen hem in. By het verhoor bood Van Sulper aan, het bewys te leveren dat zijne beweringen juist zyn. De advocaat van msyoor Thys merkte op, dat hier slechts sprake was van beleediging van majoor Thys; de beschuldi gingen, door Van Sulper ingebracht, gingen alleen de aandeelhouders aan. Hy erkende dat de majoor een salaris van 47,500 fr. per jaar kreeg, dat verdubbeld wordt zoodra hy zich naar Afrika begeeft. LI. Zaterdag begaf dejustitie van Dordrecht zich naar Gorkum tot het in stellen van een onderzoek naar eene geweld pleging van een 9-jarigen jongen op een 11-jarigen. De eerste nameiyk had zyn tegenstander mot een steen zoodanig tegon het voorhoofd geslagen en daarna nog met een klomp ach ter het oor geschopt, dat het slachtoffer in bedenkelyken toestand verkeert. Hedenmor gen was de knaap hoogst zorgoiyk, maar nog niet overleden. De dader is nog op vrye voeten. DC.) By de uitbetaling der loonen aan de mijnwerkers te Kar win bleek, hoevele werklieden by de jongste ontploffing in de my non aldaar het leven hebben verloren. Er ontbraken 285 mynwerkers, van wie 137 ge huwd waren. Drie der afwezige werklieden behooren tot de gewonden, die nog verpleegd worden. Het is dus zeker, dat by deze ver- schrikkeiyke ramp 232 mynwerkers zyn om gekomen. De ontploffing wordt geweten aan de on voorzichtigheid van een werkman by het laten springen der kolen door dynamiet. Hoe dit ook zyn moge, in een oogenblik tyds stond de myn, waar de ontploffing plaats had, in brand en weldra breidde het vuur zich ook in de aangrenzende mynen uit. In het geheel bevonden zich 360 werklieden in de aange taste mynen. In de uitgestrekte mynen van graaf Larisch, wion ook de getroffen mynen toebehoorden, vinden dageiyks 4000 werk lieden arbeid. Ten gevolge van deze ramp is nu in de meeste mynen voorloopig de arbeid gestaakt. Graaf Larisch heeft zich bereid verklaard voor de betrekkingen der omgekomen werk lieden te zullen zorg dragen, voor zoover in deze behoefte niet kan voorzien worden door de bydragen uit het pensioenfonds. De opstand der mynwerkers in Pennsylvania is thans volkomen geéindigd. Vrydag jl. hobben de mynwerkers te Pittsburg het te Columbus vastgestelde „vergeiyk" aan genomen. In Korea is de rust hersteld. De Japansche troepen hebben zich voor do huis reis ingescheept. In de droogkamer van de fabriek voor rookzwak buskruit, te Kazan, zyn door eone ontploffing 7 werklieden gedood. Drie gebouwen werden verwoest. Over de zeeramp, ter hoogte van Westport, op de Iersche kust, wordt nader gemeld: Do opvarenden, ongeveer 110 per sonen, waren meerendeels arbeiders, die aan land kwamen met het doel de boot voor Glasgow te nemen, welke Donderdag-avond vertrok. Een groot aantal passagiers, waar onder verscheidene vrouwen, bevonden zich in het ruim der boot en gingen met haar in de diepte. Moor dan 30 menschen kwamen om het leven; de oudste hunner is geen 25 jaar oud en allen bewoonden het Achill-eiland, waarvan de bewoners zeer arme lieden zyn, die alle jaren tydens den oogst den kost gaan zoeken in Schotland of Engeland, 't Was in Clew baai, op 2 mylen van Westport, dat de schipper, ongetwijfeld door te willen doen loeven zonder het zeil neer te halen, aanlei ding gaf tot hot ongeluk; al de passagiers op dek vielen in 't water, terwyl de boot on- middeliyk naar de diepte zonk. Voor hen, die in 't ruim waren, was geene redding moge- lyk, en velen, die in 't water waren gevallen, werden door de zeilen meegesleept. Vyf booten van het nabyiiggend atoomschip „Elm" waren byna oogenblikkeiyk ter plaatse en dit ver klaart, dat 75 drenkelingen gered werden. Toen dezen in veiligheid waren, werd er met lange haken naar de ïyken gevischt. Niet minder dan 18 werden er opgehaald, waar onder die van 16 jonge meisjes van hoogstens 20 jaar oud. Al de ïyken, op één na, werden dadeiyk herkend. Nooit vertoonde de stad en de kaai van Westport zulk een hartverscheu rend schouwspel, als Donderdag-namiddag. Vele booten hadden honderden personen van Achill-eiland naar de stad gevoerd en op de kaai bloven de arme lieden op de komst der ïyken wachten. Hartroerende tooneelen hadden plaats. Eene moeder vond tusschen de ïyken 2 harer dochters en 2 zoons. Een jongeling, die reeds in eene boot gered was, zag zyne zuster zinken. Hy sprong terug in zee, greep hare sjaal tusschen de tanden en wilde zoo naar de boot zwemmen, doch beiden zonken weg. Zy werden echter in bewusteloozen toe stand gered en beiden naar Westport-gasthuis gevoerd, waar men ze in het leven terug kon roepen. Twee magazynen werden in dooden- huizen veranderd en door de zorgen van het plaatseiyk armbestuur werden de eerste maat regelen genomen ter verpleging der geredden. Het is zeker dat, indien de booten der „Elm" niet zoo spoedig ter plaatse waren geweest, er weinige slachtoffers den dood zouden ont komen zyn. Zondagavond steeg teCrefeld de luchtschipper Lattemann op met een ballon, in gezelschap van mej. Paulus, die met een valscherm zon neerdalen. De opstyging ge schiedde naar den eisch en ook de juffrouw bereikte, met behulp van haar valscherm, be houden den grond. De luchtschipper zelf ver ongelukte echter. Toen hy zyn ballon wilde veranderen in een valscherm, geiyk hy op het programma had aangekondigd, kantelde het schuitje. Lattemann viel er uit en kwam neer op een der stadspleinen, waar hy geheel werd verpletterd. Tegenover de valsche geruchten van de „New-York Herald" (Parysche uitgave) over cholera-gevallen, welke te Hamburg zou den zyn voorgekomen, kan biykens offlciëele kennisgeving geconstateerd worden, dat deze geruchten in alle opzichten geheel uit de lucht gegrepen zyn. Er is aldaar niemand door cholera aangetast en er zyn ook geene verdachte gevallen voorgekomen. KOLONIËN. BATAVIA, 16—18 Mei. Omtrent het gebeurde te Segeri is uit Ma kasser aan de „Loc." nog geseind: De amokmaker te Segeri was een gewezen Bimaneesche bediende van den voorganger van den heer Föringer. Wegens achterstallige be lasting van ƒ1.50 had de vermoorde contro leur hem herhaaldelyk een reispas geweigerd. De Bimanee8 verwondde den controleur in den rug, toen deze zyne geldkist sloot. De echtge- noote van den vermoorde, in de voorgalerij toeschietend, werd door den moordenaar on middellijk afgemaakt. Dokter Kolthoff, die in de nabyheid woont en ter hulp snelde, raakte met den Bimanees handgemeen en doorschoot hem met eene revolverde dokter werd hierby met messteken licht gewond. De „Pinang Gazette" meldt dat toen op 7 dezer de havenmeester te Edi van zijn huis op weg was naar zyn kantoor, hy van een ouden Atjeher een steek met een rentjong bekwam. De moordenaar trachtte te vluch ten, maar werd door de politie, die toevallig dicht in de buurt was, neergeschoten. De wond is van ernstigen aard; toch neemt de patiënt in beterschap toe. Aan eene particuliere correspondentie uit Atjeh ontleent het „Bat. Nbl." het vol gende: „Het is te hopen, dat het legerbe stuur het voortdurend tekort aan officieren behooriyk aanvult. Atjeh is een onaangenaam garnizoen geworden; aangenaam is het nooit geweest, maar wel winstgevend. Daar nu ook het winstgevende is verdwenen, verlangt een ieder heen te gaan. Zy, die nog bly ven, doen het niet uit belangstelling voor de zaak, maar om andere redenen, b. v. de geldelyke nadoelen, voortspruitende uit het houden van vendutie, enz.; zy, die er met vendutie nog een slaatje uit willen slaan, zyn alleen degenen, die te maken hebben met aanbestedingen en Chi- noezen. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indiö xgn de volgonde beschikkingen genomen: Civiel Departement. Ontheven: By den Post- on Telograafdienat, vao hot beheer van het kantoor te Bangkalan en overgeplaatst naar Boerabaia, de commies dor 2do kl. C. Schreuder. Benoemd: Tot ohof van het kantoor te Bang kalan, de commies 2do kl. E. E. Van Steenbergen te Boerabaia; tot voorzitter van den landraad te Pamekaaean en Sampan (Madoera) do eorato substituut- griffier by het Hooggerechtshof iD Nederl&ndsoh- Indiö mr. Th. S. De Laat de Eanter, thans buiten gewoon voorzitter van don landraad te Bangkalan (Madoera). Bg het Hooggereohtthof: tot leten eubstituut- griffior, de 2de subalituut-griffier mr. J. Klein; tot 2den öubstituut-griffier do 8do aubst.luut-gr ffier mr. W. J. M. Phte; tot 3deu substituut-griffier de ambtenaar voor do rechterlijke macht, mr. J. Duparc. Ontslagen: Eervol uit 'e Unds dioDst de go- wezen klerk op hot bureau van het bestuur van hot Weduwen- en Weezenfonda voor bnrgeriyke ambtenaren in Hcdcrlandsch-Iudié E. G. Du Pay. Ontslagen: Op verzoek, eervol uit 's lands dierst, de griffier van do landraden te Paclang en Priam&n (Sumatra'n Westkust) E. O. Hiuze. Benoemd: Bg het Binuenlandsch Bestuur op Java en Madoera tot controleur 2do kl., J. O. 8. Van Kraagonoord en O. J. Felth laatstgenoemde thans tydelgk toegevoegd aan den inspecteur dor oultures F. A. Liefrinck, met bepaling, dat bg wordt teruggevoerd by zgn kader, en dat zgDO benoeming ingaat op 12 Mei 1894; tot adspirant-controleur O. A. De Munnick. Tot commies op het bureau van den aeaistent- resident voor de politioke aanrakingen met de onderhoorighoden on hoofden tor Noord en Oostkust van het Gouvernement Atjeh en Onderhoorigbeden. de 3de commies op hot bureau van den oiv. en mil. gouvorneur van genoemd gouvernement L. H. J. Wepf. Tot 3don commies op het bureau van den civ. en mil. gouverneur van Atjoh on Onderhoongheden, de klerk te Tolok Semawé, ten behoove van de sehcepvaartregcling ter Noord- en Oostkust van Atjeh, H. Van den Houten. Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa wegens ziekte met ingang van 2 Jnni 1894 aan den assistent-resident van Wonogiri (Soerakarta) B. A. Maurenbrocher. Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst do assistent-resident van Bidoardjo (Boerabaia) E. L. Von Czernicki. Bono om d: Tot assistent resident van Banda (Amboina), tevena algemeen ontvangor van 's lands kas aldaar, de controlour 1ste kl. op de bezittingen bu.ten Java en Madoora, toegevoegd aan den asïietent- resident voor de politie der stad en voorsteden vau Batavia H. Van dor Wolk. Departement van Oorlog. Ontelagon: Opverzook, eervol, uit Hr. Me. mil. dionet, mot behond van rooht op pensioen, de kol., chef over den gonoeek. dienst, L. O. A. Rombach, en de kol. obef van het wapen der artil. J. E. Biljardt. Eervol: Als mil. comm. van Biouw, do kapt. der inf., M. W. O. Van den Braudeler. Bevorderd: Bg den mil. geneeek.dienst, tot kol., chef over den goueesk dioDöt, de dirigeerendo off. van goz. 1ste kl. J. De Konisgh; tot dirigeerend off. van gea. 2do kl., de off. vau goz. 1ste kl. L. Prochnlk. Bg de mil. adm. tot magazgumoester 1st© kL (majoor) de mag zyDmeester lsto kl. (kapt.) A. A. O. Harting. Bg het wapen der inf. tot kapt., de 2do luitonants A. O. A. Broekhoff en F. J. Bartheleny; tot lsten luitde 2de luitenants A. O. O. Mneoh, W. Van Biyenburgh on W. Van der Wielen. Benoemd: Tot m 1. comm van Biouw de kapt. dor inf. C. F. Von Geusau. Verleend: Eon jaar verlof naar Europa, wegens langdurigon dienst, aan don majoor-mtendant bg de mil. adm. J. E. Jautze; een tweejarig verlof naar Europa, wogons ziekte, aan den kapt. der inf. H. P. Krull en aan den 2den luit. van geuoemd wapen L. Weber. Ontslagen: Op verzoek eervol uit Hr. Ms. mil. dienst mot ingang van 7 Juni 1894 wegens vol brachten diensttgd, mc-t behoud van recht op pensioen, de kapt. der inf. W. H. P. Mirandolle. Hersteld: In act., de 2de luit.-kwartierm. by de mil. adm. O. J. M. Bovene, thans op non-act. buiten bezwaar van den lande Overgeplaatst: Bg het garnizoen to Lahat de late luit.-kwartierm. van het garnizoen te Palembang, F. W. J. Von Hombracht. Verleend: Een tweejarig verlof naar Europa wegens ziekte aan den lsten lnit.-kwartierm. bg de mil. adm. J. F. Verwey. Verleend: Eene maand verlof naar Fort-de-Kock tot horetol van gezondheid aan den off. van gez. lete kl. F. J. A. Waszaktwee maanden verlof naar Soekaboemi tot herstel van gezondheid aan den kapt. der inf. F. L. Nix. Overgeplaatst: Bg het 2de depot-bataljon de kapt. bg het 7de bat. D. Do Moulin; bg het 7de bat. de kapt. bg het 2de bat. A. JoDkor; bg het 7do bat. do kapt. bg het 2do bat. H. J. Mattbes; bg bet 7 lo bat., --e 2de luit. van het 8ete bat. P. A. Jhr. Altic-g tsd Geusau; bg het 6de bat. de late luit. bg het 2de bat. W. J. Ising bg het 6de bat. do 2de luit. bg bet B. H. 4de bat. 0. A. F. Been; bg het 2do bat. de kapt. van het 2de depot-bataljon A. E. Kamerman. Gopiaatst: Eg het gewestelijk magasgn van Jdecdiag en uitrusting to Batavia de 2de luit.-kwaxtm. C. J. M. J. M. Bovens; bg het hospitaal to 8 marang de kapt.-kwartm. by het gewestolijk magazijn van kleeding en uitrusting te Batavia U* N. Beets; bg do gewestelgke intendanee te Atjeh, do kapt.-kwartierm. bg het hospitaal te Bemarang A. Voogt. Programma Tan MuziefeuItTOorlngra. BUITEN800IKTEIT „AKIOITIA". Woensdag 20 Juni, 's namiddags te halfdrie, door het Stafmuzieh- corpa van het 4do regiment Infanterie. Directeur: de Heer W. Van Erp. No. 1. „D'Weaner Burgwach komrnt", Marsch, Bohild; 2. Ungarsche Luetspiel- ouverture, Kéler Béla; 3. .Les Patineurr", 'Walzey, Waldtenfel; 4. a „Harmonie du Soir", Bomaneö pour piston-solo, Mann; 6. Wiegenlied, Brahmsj 6. Fantaisie a. d. Oper van Mozart „Die Zauberflöte^, Lau; 6. HoaaronriU, Spindler. Ben koperen feest. De „Leidsche Dilettantenclub" bestaat thans 121/, jaar en tiet dit feit niet onopge merkt voorbygaan. Z(J herdacht het op feeste lijke wjjze: Zondag-namiddag door het houden van eene Try druk bezochte recoptie in hot lokaal Ephralm, aan de Haarlemmerstraat, Toor donateurs en leden met dames, waarbij het niet aan toespraken ontbrak; lerwjjl gisteravond de feestviering met introauctie werd voortgezet in het lokaal „Zomerlust",' aan den Stationsweg. Ce zaal aldaar was geheel door de lede», enz., met hunne dames bezet. Er kwamen plaatsen te kort. Nette versieringen van groen en bloemen waren aangebracht, en, behalve de vereenigings-banier, prjjkte er een vaandel met het opschrift.Hulde aan de oprichters." Nadat eenige musici, die ook gedurende het verdere gedeelte van den avond bij afwisseling feestklanken deden hooren, een paar nommen hadden uitgevoerd, werd het samenzijn ge opend met een woord van welkom van den voorzitter, den heer F. J. De Jong, in dezelfde zaal, gelijk hij opmerkte, waar een tiental jaren geleden de zomer-uitvoeringen der club werden gegeven. Vandaar dat in de voorlaatste vergadering besloten werd dit feest ook hier te vieren. De voorzitter bracht by deze gelegenheid in herinnering dat de vereeniging gedurende haai bestaan leden verloren heeft niet alleen door den dood, maar ook door byzondere andere omstandigheden, doch dat hunne plaat sen weer door nieuwe leden werden aangevuld. Bovendien waren er hier nu twee leden, die van de oprichting af aan de vereeniging zyn verbonden geweest. Die beide jubilarissen zyn de peuningmeester en de tooneelmeester. Hetgeen zij voor de vereeniging hebben ge daan, wordt door bestuur eu leden erkend, en daarom werden zg thans benoemd tot eere-leden, waarvan de teekenen hun, onder eenige woorden van gelukwensching en onder daverende toejuichingen, werden uitgereikt, waarby tevens de hoop word uitgesproken, dat de beide hoeren nog vele jaren aan de vereeniging mogen verbonden blyven. De voorzitter weee er ook op, dat feest werd gevierd juist op den gedenkdag van den roemryken alag by Waterloo. Hy vond daarin aanleiaing om den aanwezigen uit te noodigen staande het eerste vers van het Wion Neer- landscli Bloed te zingen, waaraan uit volle borst werd voldaan. Een der leden, de heer Dam, bezorgde der vereeniging nog eene verrassing: hyzelf had nameiyk eene leden-naamlyst vervaardigd, welke penteeksning, door een ander lid in eene groots, fraaie lyst vervat, door die haar zagen werd bewonderd en der club op dit feest werd aangeboden, om daarna aan den wand eene plaats te vindeu. Natuurlijk werd den schen kers mede hartelyk dank betuigd. Ditmaal konden door de werkende leden geene groote stukken worden opgevoerd, maar hadden zy zich gelyk door den voor zitter reeds in zyne openingstoespraak was betoogd moeten bepalen tot twee vroolyke stukjes van niet te veel omvang, voornamelyk omdat voor de leden of hunne dames een tombola (zonder nieten) was georganiseerd, waarmede uit den aard der zaak nogal tyd gemoeid ging. De vertoonde stukjes waren: „De nasleep van een eersten echt" en „Verstrooidheid", twee blyspelen, welke byzonder in den smaak vielen, vooral het eerste, dat trouwens uit stekend van stapel liep, èn wegens het vlugge spel èu wegens do goede medewerking ook den beide dames, waarvan er één tevons in het tweode stukje weer optrad en daarvoor veel lof kon worden toegebracht. Tusschen beide blyspelen werden de aan wezigen onthaald op twee muzikale voor drachten, de „Vögelhandler" van Verhoy, waarby de comet uitblonk, en „scènes de ballet" van De Beriot, een viool solo, voor gedragen door den heer S. Prinsenberg, wiens verdiensteiyk spel, als gewoonlyk, een dave rend applaus ten deel viel. Behalve de tombola, welke vele verrassingen bezorgde, kon ook thans een bal niet ont breken. Na een tweetal dansen begon de tombola. De pryzen waren geëtaleerd op het tooneel op tafeltjes. Deze pryzen bestonden uit allerlei huishoudelyke en andere artikelen, zooals: cognacstellen, kaasstolpen, suikorpotten, beeld jes, bloemenmandjes, vaasjes, lepeldoosjes, déjeuners, enz. Het bestuur was in zyn geheel by de ver loting op het tooneel tegenwoordig. Door den voorzitter werden twee heeren verzocht als commissaris ter controleering te fungeeren. Aan elk lid of donateur werd door het lot een prys toegewezen en dat dit wel eens zonderling kan uitloopen, bewees dat een van het schoons geslacht de gelukkige eigenares werd van een eigarenpypjeeen ander onge huwd jongeling vereerd werd met een melk kan of suikerpot. Dat deze tombola du* dikwijls aanleiding gaf tot hilariteit, spreekt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2