N°. 10508. Maandag; 3® Mei. A0. 1894 (gourant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Derde Blad. Leiden, 26 Mei. Feuilleton. Het houtvestershuisje te Tauberbach. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandon. i f 1.10. Franco por post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIÜN" Van 1—6 regels 1.05. Iedere regel meer f 0.17Grootero letters naar plaatsruimte Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0 05 berekend. OfGciëelo Kennisgevingen. Hoogerc Burgerschool voor Meisjes. Burgomeester en Wothondere der gemeente Leiden brengen ter algemeene kennie, dat de gelegenheid tot inaohrijving ran leerlingen voor de Hoogero Burgerachooi voor Meiajee wordt opengeateld gedurende de maand Juni op eiken Maandag, van 2 tot 4 uren in den namiddag, in hot echoolgobouw aan de Garenmarkt. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAB, Burgemeester. 25 Mei 1894. E. KI8T, Secretarie. Ingevolge beslissing van den min. van oorlog is de 1ste luitenant. J. M. H Kroese, than6 gedetacheerd bp bet leger in Neder- landsch-Indië, overgeplaatst by het 4de reg inf. alhier. Genoemde luit. wordt by aankomst alhier ingedeeld by de 3de comp. van het 4de bat., alhier in garnizoen. - Door den minister van koloniën zpn de heeren H. D. Canne, oud-gouverneur van Sumatra's Westkust, en mr. J Spanjaard, hoogleeraar-directeur van de Indische instel ling te Delft, benoemd onderscheideniyk t.< lid en voorzitter en tot lid en secretaris van de commissie, welke in 1894 in Nederland zal afnemen het groot-ambtenaars examen voor den Indischen dienst, bedoeld by afdeeling I van het kon. besluit van 29 Aug. 1883, en bet eerste gedeelte van het groot ambtenaars examen voor den Indischen dienst, bedoeld by art. 2 der Bepalingen beboorende by bet kon. besluit van 20 Juli 1893, en tot leden de heeren mr. L. W. C. Van den Berg, hoog leeraar aan de Indische instelling te Delft, J. A. Van den Broek, leeraar aan die instelling F- S. A. De Clercq, oud-resident, vao Riouw ea OnderhoorighedenJ. S. A. Van Dissei, leeraar aan de Inaische instelling te Delft, J ft P. F. Gonggrpp, hoogleeraar aan die instelling, mr. G. J. Grashuis, lector aan de Upks- universiteit te Leiden; dr. J. J. M. De Groot, hoogleeraar aan die Universiteit; mr. J. C. Th. Heyligers, hoogleeraar aan de Indische instelling te Delft; mr. A. J. Immink, oud raadsheer in het hooggerechtshof van Ned. Indië; dr. H. Kern, hoogleeraar aandeRpks- universiteit te Leiden; E. B. Kielstra, oud lid van de Tweede Kamer; mr. P. A. Van der Lith, hoogleeraar aan de Ryks univorsiteit te Leiden, G. K. Niemann, hoogleeraar aan de Indische instelling te DelftG. Poenson, boog leeraar aan dezelfde instelling; A. J Spaan, oud-resident van Soerakarta; dr. A C Vreede, hoogleeraar aan de Ryks-universiteit te Leiden A. D. W. De Vries, hoofdcommies by bet departemont van justitie, gewezen advocaat en procureur by den Raad van Justitie te Soerabaia, en L. Wessels, oud-resident van Japara. De vastgestelde rekening over 1893, van den drooggemaakteo Veender en Lpkerpolder te Alkemade, bedraagt aan mkomsten 3980,79, uitgaven ƒ3135,900, batig saldo 844.886. De begrooting voor 1894, aan inkomsten en uit gaven, een gelyk bedrag van ƒ3287.005. De omslag voor 1894 ƒ2.50 per hectare. Tot bestuursleden werden met nagenoeg al gemeene stemmen herkozen de heeren A. Los en J. Ca6teiyn. De visschery is publiek verpacht voor 366, de jacht voor f 35. Bedankt is voor het beroep naar de Ned.-Herv. gemeente te Boskoop door ds. H. H. Schermerhom, te Beets (cl. Hoorn). De inspectie van de verlofgangers van de gemeenten Zoetermeer en Zegwaard zal plaats hebben op Donderdag 14 Juni, te 10 uren voormiddag, te Stompwyk, gemeente Leidschendam. In de to Zoetermeer gehouden vergade ring van ingelanden van den Zoetermeerschen of nieuw drooggemaakten polder onder die gemeente is ter vervulling der vacature van dykgraaf van dien polder gekozen de heer J. Scheer aldaar. Wegens de stygende uitgaven van het lager onderwijs en het. burgeriyk armbestuur, is de boofdeiyke omslag in de gemeente Haarlemmermeer met. 20 pet. verhoogd. Aan do drukkerij van do firma Ten Hagen, to s Gravenhage, was het eergisteren feest rer gelegenheid van het zilveren jubiló van den drukker R. Cools. In tegenwo yi.jigheid van hot geheel© perso neel werd de jubilaris door een der firmanten, den heer F Ten Hagen, op recht hartelyke wyze toegesproken, waarna hem eene fraai ma honiehouten linnenkast, als geschenk zyner patroons werd aangeboden. Daar in de drukkerp geen feest gevierd kon wordon, maakte bet personeel, daartoe door de patroons in staat gesteld, een rytoer naar „De Vink", by Leiden, waar de patroons des avonds ook kwamen en waar menige hartelyke toost werd geuit Op 3 Mei, den eigenlpken feestdag, ontving de jubilaris van zyne kameraden eene prachtige hanglamp en zes stoelen, doch wegens verbou wing kon het jubileum toen niet gevierd worden. Door het bestuur der werklieden-kies vereeniging .Ontwikkeling", te 's-Gravenhago, is thans uitvoering gegeven aan het plan om den oud-minister Tak van Poortvliet na zyn aftreden een nationaal huldebiyk der Neder- landscbe werklieden aan te bieden uit erken telykheid voor zyne poging om het kiesrecht t.e regelen op dien breeden grondslag, dat ook de werkman tot de stembus zou worden toe gelaten. Het voorloopig plan bestaat een Album aan te bieden met calligraphische opdracht, be vattende de namen der vereenigingen, die aan deze hulde deelnemen, benevens de onder teekeningen van voorzitter en secretaris. Het bestuur van „Ontwikkeling" heeft zich thans tot bestuurders van werklieden en vakbonden eo vereenigingen gericht met het verzoek zedelpken en finantióelen steun te verleenen, ten einde dit plan te verwezeniyken. Het bestuur wensebt dat geene porsoons- vergoding, maar alleen bet rechtvaardigheids beginsel de dryfveer der deelneming zp. In iedere bydrage, boe klein ook, zal het bestuur het bewps zien, dat de geest van den Nederlandschen werkman, na de geleden nederlaag, niet dood is en dat hp met kracht protest blyft aanteekenen tegen de houding van die mannen, die, ondanks zyn herhaalde lyk en bescheiden vragen, niet geaarzeld hebben gehoor te weigeren aan zijne billpke wenschen. Voor het Indische Genootschap te 's Gra venhage is de dag van heden een belangrpke dag, daar veertig jaren geleden die vereeni ging werd gesticht en op 26 Mei 1854 hare eerste vergadering hield onder leiding van den heer jbr. J P Cornets de Groot van Kraayen burg In do algemeene ledenvergadering, beden- middag onder presidium van den heer H. D. Canne gehouden, is dat feit herdacht door den secretaris, den heer J. Boudewynse, die sedert eene reeks van jaren deel van lu r bestuur uitmaakt. In een zeer merkwaardig verslag gaf hy een overzicht van de lotgevallen der vereeniging, die samenhangen metdegewich tigste koloniale-politieke gebeurtenissen in deü loop van datzelfde veertigjarig tpdvak. Zoo is de oprichting van het Genootschap het ge volg van de zucht om de koloniale belangen meer op den voorgrond te doen treden en zp valt samen met de indiening en behandeling van het nog vigeerend Indisch regeerings reglement. Zoo houdt do reglementswijziging van November 1861, eene zeer gewichtige episode in het leven van het Genootschap, verband met den strpd in het toenmalig kabinet Van ZuylenLoudoü over de koloniale quaestie, de optreding van het tweede ministerie— Thorbecke met den minister Uhlenbeck En zoo ook vindt de aftreding in 1865 van den heer Van der Linden als president van het Genootschap hare verklaring in den6tryd,die in het. kabinet-Thorbecke was ontstaan tus- schen dien leider en den heer Fransen van de Putte. Do heer Boudewynse lichtte elk dezer ge beurtenissen toe met. eene breedvoerige her innering aan den polilieken toestand van die dagen en deed duidelpk doorschemeren dat het Genootschap door zpne werkzaamheid indirect grooten invloed heeft uitgeoefend op de kolo niale politiek. Die arbeid is steeds geweest een van voorlichting. Aanvankelpk wilde men eene kiosvereeniging van het Genootschap maken en noemde men het het Indisch vóór- parlement, maar men heeft spoedig ingezien dat het veel krachtiger leven en bloei kon genieten als het zich onthield van rechtstreek - schen invloed, van het aannemen van moties en dergelpken. En zoo is het Genootschap dan ook geworden en gebleven een gezelschap van Indische deskundigen en belangstellen den, waarin alle Indische quaestion, dio de gemoederen bezighouden, onpartpdig worden ter sprake gebracht en door mannen van kennis en praktyk ouder de oogen worden gezien. De publioeering der voordrachteu en discussiën geeft gelegenheid tot nader onder zoek en overweging. Sedert die weg is inge slagen wint het Genootschap jaariyks in ledental en belangstelling bp staatslieden en Indische ambtenaren. Op 1 Mei jl. bedroeg het 290. Daarby is de bibliotheek eene biy vendo en hoogst belangrpke vrucht van zpn bestaan. Van de 28 leden-stichters zpn nog twee in leven, de oud-hoogleeraar dr. P. J Veth en het togonwoordig bestuurslid, de heer G. H. Van Soest. Het verslag, dat uit een historisch oogpunt zeer belangwekkend is, werd zeer toegejuicht. Heden werd te 's Gravenhage op de begraafplaats „Eik en-Duinen' ter aarde besteld het stoffelpk overschot van den met den titulairen rang van schout-bp nacht gepen- sionneerden kapitein ter zee J. W De Ruyter do Wilde, in den ouderdom van 82 jaar te Maarsei overleden. Als jongeling van 15 jaar werd do ont slapene geplaatst als cadet op de Artillerie Genie school to Delft, en twee jaar later overgeplaatst naar het Instituut te Medemblik. Het volgende jaar werd hy benoemd tot adelborst lste kl. en in 1835 tot luitenant ter zee 2de klasse. Vervolgens klom hy voort durend in rang op, totdat hp in 1863 tot kapitein tor zee werd bevorderd, waarna in 1869 zyne ponsionneering volgde. Gedurende zpn langdurigen dienst, als zee officier voerde de overledene by herhaling het commando over onderscheidene bodems; in 1865 was hp o. a. commandant over hot wachtschip te Makassar. In het jaar 1859 was hij gedetacheerd by 'sRyks werf te Hellevoetsluis ter waar neming van de betrekkingen van equipage meester en van havenmeester der marine aldaar. De eerste audiëntie van den minister van marine sedert zyn optreden word gisteren bezocht door onderscheidene vlag- en hoofd officieren der zeemacht, o. a. door den schout by-nacht Kruys, benoemd commandant der zeemacht in Indië. Men verneemt dat do baron Guillaume, Raad van Legatie by het Belgisch gezantschap te 's Gravenhage, is benoomd tot gezant van België te Athene Men bericht dat de internuntius te 's-Gravenhage heden die stad verlaat tot het bezoeken van do provinciën Noord-Brabant en Limburg. Uit Kiol wordt het volgende gemeld De keizer van Duitschland zal 22 Juni a. 8. vandaar uit met zyn jacht „Hohenzol lern" eene reis van eenigo weken aanvangen, met het voornemen in do eerste plaats eenigen tyd aan het Nedorlandscho Hof te komen vertoeven. Do kapel van meer dan 50 man der eerste matrozendivisie zal mede aan boord gaan, om in vereeniging met de matrozen van de „Hohenzollern" in Den Haag voor Neerlands Koninginnen do Nedorlandscho Volksliederen voor te dragen. Ook Amsterdam zou dan weer met een bezoek worden vereerd. Van Nederland, waar bet verblpf eene week zou duren, zou Duitschlands keizer een be zoek gaan brengen aan Cow66, alwaar bp dan de groote zeilwedstrpcfeh "jjfóti fep wónen. Van Cowes uit gaat hqéjlÓaii herder naar" Schotland, waar door den tëklzer'zal worden deelgenomen aan groote jachtpartyen. (In verband met de voorgenomen reis onzer Koninginnen naar Zwitserland, dient alsnog op eene nadere bevestiging van bovenstaand bericht te worden gewacht.) Ton overvloede wordt reeds aan de „Köln. Ztg." uit Berly'D geschreven dat het bericht uit Kiel, volgens hetwelk keizer Wilhelm tegen het einde van Juni eene reis naar Nedor- land en Engeland zou maken, onjuist biykt te zyn. De keizer zal waarschynlpk in het laatst van Juni den zeilwedstryd te Kiol bywonen en in bot begin van Juli met de keizorin een tocht maken naar Noorwegen, met de „Hohenzollern;" in het begin van Aug zal de keizer den zeilwedstryd by Cowes bjjwonen en in het begin van September de groote manoeuvres De leden van de Tweede Kamor zyn gisteren uiteengegaan om don 19don Juni hunne werkzaamheden te hervatten. Als biyk van instemming met het doel der Vereeniging, ontving de Zeemansbond te Rotterdam van H M de Koningin eene gift van ƒ100 en van H M. do Regentes eene van f 50. Zy, dio zich aan het examen voor de hoofdakte, waarvan het schrifteiyk gedeelte op 26 Juni a. s zal plaats hebben, terwpl het mondeling onderzoek op 16 Juli daaraanvol gende zal aanvangon, wenschen te onder werpen, gelieven zich vóór 10 Juni a. s. aan te melden by den voorzitter der commissie, voor welke zy verUugbxi te verschynen, met overlegging van: a geboorteakte, b getuigschrift van zedelpk gedrag; c. reeds verkregen akte en toelatingen; d. bewy* van tweejarige werkzaamheid aan eene of meel scholen Do voorzitters dor commission zpn voor de comruissio te Breda, J. Ringeling te 's-Hertogenbosohto Arnbem, jhr. mr. J. B. A. J. M Verliepen te 's Hertogen boschte 's Gravenhago, J C Fabius te Delft; to Amsterdam, mr J Gerdenior te Bussumte Leeuwarden, mr C J Prakken te Leeuwarden; te Zwolle, mr Th Ruy« te Kampen Deze aankondiging, tot uitvoering van art. 62, 3de lid, der wol op het lager ondorwys, wordt door de voorzitters der commission alleen in de „Nedorlandscho Staatscourant" geplaatst De voorzitter dor commissie te 's Graven hage noodigt hon, die zich bp hem aanmelden, uit, om bpzondere wenschen ten aanzien van het tpdstip voor het mondeling examen, reeds bp de aangifto, met opgave van redenen, ken baar te maken. Voor de betrokking van directeur van de Academie van beeldende kunsten en technische wetenschappen to Rotterdam komt als No 1 op de voordracht van het bestuur aan B en Ws voor do heer A. Nolen, van Schiedam. De katholieke loden der Tweede Kamer hebben Woensdag avond eene vergadering gehouden Te dezer gelegenheid zyn de jongste gebeurtenissen op politiek gebied besproken, vooral in vorband mol do samenstelling van het ministerie. (Centrum.) 2) „Zorg goed v0or Wallach, want hot paard naast hem eet al <le haver op," zeide de boor. Ignaz verdween. „Wat had hp daar voor een pak in de hand?" vroeg de boer aan zyne vrouw. „O, hy heeft gisteren voor Mine een iakje als Kerstgeschenk gekocht „Nu, dat zal eene vreugde zpn! Ja, die I heerlpke Kersttpdl O denneboom, o denne I booml Maar, och hó! nooit wordt er hier in I het bosch meer gestolen dan nu 't Is om I den moed te verliezengisteren nog lagen I er in het woud drie prachtige dennen geveld. I Als de opperhoutvester dat ziet, zal het me I een leventje geven, ea toch kan ik er met I den besten wil niets aan doen. Zy bestormen I het bosch van alle kanten als raven op het I aas. Tk zal wat blpde zyn als het Kerstfeest I achter den rug is." Gedurende dit gesprek zat Ignaz op den I voederbak in den stal hp had het jakje, I zpn geschenk voor Mine, uitgepakt en bekeek het van alle kanten hy rukte aan de knoopen, om te zien of zp goed vast zaten, bevoelde de voering en het goed, keerde de zakken om en werd niet moede, dit kostbare stuk van alle kanton te bekyken. Van tyd tot tyd echter keek hy naar de paarden, streek toen het verkreukelde nieuwsblad glad op zyne knieën, beet in een stuk brood en begon langzaam ie spellen. T Waa het opschrift van eene annonce: „Honderd gulden belooning aan hem, die juist weet aan te wyzen, waar zich de vierjarige knaap „Willie Lüning" ophoudt. Het kind heeft blauwe oogen en een vrooiyk gezichtje. Berichten onder No. 195 aan het Bureau dezer Courant." Ignaz keek een poosje naar den zolder, van waar lange, bestoven spinnewebben af hingen, las toen de annonce nog eens drie of viermaal, altoos naar de zoldering starend. Mme trad den stal binnen en riep: „Kom, lieve jongeD, sta maar eens op en haal wat hout naar beneden!" „Drommels I" riep Ignaz. Honderd gulden l „Mine, als wy die honderd gulden eens kregen, dan waren wp geholpen." „Kom, Ignaz, haal hout naar beneden; waar zouden wp die honderd gulden van daan krpgen?" Ignaz las haar het antwoord voor. „Weet ge, Mine, dat alles komt met den vreemden jongen hier uit; hp heeft immers blond krulhaar? En gisteren heeft hp my van Beriyn vertelddeze courant is uit Berljjn. Misschien krygen wy er antwoord op, ala ik schrpf. Zal ik het doen?" „Haal hout naar beneden, Ignaz, droog hout en laat my met rust," antwoordde Mine. Toen Ignaz het hout in den oven had ge bracht en Mina den gloed regelde, stootte Ignaz haar met den elleboog in den rug en vroeg: „Zal ik Bchrpven, Mine?" „Laat my met rust," was het antwoord. Toen hij na eeo poosje in den koestal kwam en hy het baar weer vroeg, zeide zy zonder hem aan te zien: „Ignaz, schrpf." Toen ging Ignaz m den paardenstal en Bchreef. Buiten aan de deur stond intusschen de vrouw, knoopte Willie's manteltje atpf vaat om zyn hals en drukte de pelsmuts (liep over zyne blonde lokken. De kippen, eenden en duiven schaarden zich weldra in een dichten kring om hem en de kleine stedeling had zooveel schoons en nieuws te zien en moest over do zonder linge gebaren der eenden, het kirren en draaien der duiven zóó harte)yk lachen, dat vrouw Birkholz er zich over verheugde. Van over den weg kon men het ratelen van wielen hooren; kort daarop reed een rytuig de schuurdeur voorbp en hield bp de huisdeur stil. De opperhoutvester, een zwaarlpvig heer met gryzen baard, klom uit het rytuig en naderde vriendelijk groetend vrouw Birkholz. „Nu zie ik meteen uw kleinen bescherme ling," riep hg; .goeden morgen, mijn jongen." „Ooml" riep de kleine een weinig teleur gesteld, „waar is Papa?" „Die komt, als wp den Kerstboom gaan aansteken, myn jongen." Willie vroeg ook naar zpne moeder, maar de opperhoutvester deed alsof hp zpne vraag niet hoorde. „Och, dat zal voor Willie eene vreugde zyn, al dat mooie speelgoed en het lekkers en de appels en noten," zeide hy. „Ja, maar Mama moet ook komen." De opperhoutvester wist niet wat te zeggen Hp was blyde dat hp Mine aan zag komen, die geschilde appels naar den oven droeg. De appels lokteo den jongeD, hy liep het meisje na en daalde al keuvelend de trap met haar af, die naar den kelder voerde. De opperhoutvester verzocht nu vrouw Birkholz eenigo oogenblikken met hem in de kamer te gaan, daar hij met haar wilde spreken. „Myn vriend, de advocaat Lüning, heeft mp zooeven een telegram gezonden, dat hy tegen Kerstavond hier hoopt to wezen. Ik. hoop dan ook een uurtje te komen, langer kan ik niet weg Zorg dat er een mooie denneboom aangestoken kan worden, dien moet uw man maar afstaan, daar helpt niets aanmaak ook een heerlyk eouper klaar, reebok, haas en gevogelte den wyn zal ik zenden." Vrouw Birkholz beloofde haar best te doen. De opperhoutvester vroeg naar haren man, naar de boerdery, naar de pryzon der boter, maar men kon bemerken dat hy nog meer op het hart had. Zy begonnen nu weer van den kleinen Willie te spreken. „Mynheer," waagde de vrouw te zeggen, „als ik den kleine met liefde moot oppassen, dan meet ik weten waaraan ik my te hou den hebl" „O, de heer Lüning is heel ryk." „Dat bedoel ik niet; ik wilde graag weten waarom men den kleine hier zoo verbergt. Ik wil niet gaarne onrecht in de handwerken." „Maar, lieve vrouw, gy doet er geen kwaad aan; ikzelf heb myn vriend geraden den jongen bp u to brongon; gp zpt goed, stil- zwygend en verstandig. Eón ding mag ik u echter wol zoggenmyn vriend hooft met zpne vrouw verschil gehad. Zp zpn beiden nogal driftig, daarom ben ik wol eens be vreesd, dat de zaak niet goed zal afloopon." „Hoe is hot mogeiykl" nop de vrouw, „dat de menmhon elkaar zoo ongelukkig kunnen maken." „Ja, lieve vrouvr, wy, boschbewoners, mer ken niet veel van de stormon, die in de vlakte woeden." Mpn vriend heeft hot altoos druk met zyne zaken, hp kan zich zou niet aan zpn huis gezin wpden als wp. „Dan hoeft hy de mooato schuld." „Mpn vriend, weineen, die is onschuldig en zoo deugdzaam als goud. Maar jaloezie moet de vrouw blind gemaakt hebben en dat is eene ondeugd, die do sterkste bandon vanoen scheurt." „Doch als de vrouw daar nu in 't geheel geene reden voor heeft „Zeker niet, en toch óón 'moet er aan dit nare geval schuld hebben. Dat is zeker, dat is zeker 1 Hoe meer ik over de zaak denk, hoe duidelpker my dat wordt, en dat ver ontrust en kwelt my." De oppci I outvoster was opgestaan en wan delde heen en weer in de kamer, zette zich toen weer neer en streek met de hand over het voorhoofd. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 7