nieten vrjje geneeskunde handeling op denzelfden voet als burgerij© Europeesche ambtenaren en worden by opneming in een militair hospitaal verpleegd tegen betaling van de voor ambtenaren op hetzelfde inkomen bepaalde kosten." (Sts.Ct.) Tot dijkgraaf van den Zoetermeerschen Meerpolder, onder Zoetermeer en Stompwyk, is in plaats van den heer Arkesteyn te Stomp wyk, die periodiek moest aftreden en ook over leden is, gekozen de heer C. Van Haastert, te Zoetermeer. De heer J. Delfos, onderwijzer aan de school der Martha-Stichting te Alfen, is als zoodanig benoemd aan de Herv. Diac. school te Rotterdam. Aan eerstgenoemde school is tijdelijk aangesteld de hoer F. H. Van Ommeren, van Nieuwveen. Door het hoogheemraad6chapsbestuur van de Mark en Dintel werd te Breda aan besteed het baggerwerk in de rivier in 3 perc. en in massa, te zamen '24700 M3. volgens be stek no. 2. Raming 8300. Minste voor perc. I A. A. F. Volker, te Sliedrecht, 5997voor perc. 2. C. Vranken, te Gastel,/" 438, voor perc. 3 dezelfde ƒ606; voor do massa was inge schreven door C. De Ruiter, te Zoeterwoude, ƒ7370. Het stoomschip „Ardjoeno", van Batavia naar Rotterdam, vertrok 16 Mei van Port-Said; de „Bundesrath", van Oost-Afrika naar Rotter dam en Hamburg, vertrok 13 Mei van Zan zibar; de „Burgemeester Den Tex" vertrok 16 Mei van Batavia naar Amsterdam; de „Salak", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 16 Mei van Southampton; de „Soembing", van Rotterdam naar Batavia, vortrok 16 Mei van Port Said; de „Drente", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 15 Mei van Suez; de „Prinses Marie", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 15 Mei van Aden; de „Prins Mau- rits" arriveerde 14 Mei van West-Indiö te Nieuw-York; de „Koningin Emma", van Ba tavia naar Amsterdam, passeerde 16 Mei Dungeness; de „Maasdam" arriveerde 16 Mei van Rotterdam te Nieuw-York; de „Prinses Wilhelmina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 16 Mei te Genua; de „Sumatra", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 16 Mei te Genua. By koninklijk besluit van 15 dezer is aan de Staten van Zuid Holland en van Utrecht machtiging verleend tot het gemeenschappelijk regelen van eene wijziging van het reglement van het grootwaterschap van Woerden. Met ingang van 1 Aug. a s aan dr. J. C. Koningsberger, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als leeraar aan de Rijks hoogere burgerschool te 's Hertogenbosch. Met ingang van 1 Juni a. s. benoemd tot plaatsvervanger van den districtsveearts, wien '8-Gravenhage als standplaats is aangewezen, de veearts D. A. De Jong Jzn., te Leiden. Aan J. H. Ramaekers, burgemeester en secretaris van Mesch, toestemming verleend om te Withuis, gemeente Eysden, en aan O. R. L. J. Magnée, secretaris van Maaswiel, om te Roermond te wonen. Tweede Kunstbeschouwing. Voor de Commissie der Kunstbeschouwin gen is ook deze avond een volledig succes geweest. Haar streven om zooveel mogelijk van elke richting iets te laten zien, kan niet genoeg worden gewaardeerd. Het geeft eene buitengewone frischhoid aan iedere kunst beschouwing en doet deze met de meeste be langstelling tegemoetzien. In de portefeulllo, door mevr. de wed. C. M. Tutein Nolthenius—We\jmar, te Amsterdam, welwillend afgestaan, waren een aantal wer ken uit vroegere perioden van vreemde en eigen meesters. Het is een weemoedig gevoel, als een gaan langs gevallen bladeren, die teeke- ningen te zien, waarin de artist nog niet heeft bereikt wat zijne hoogste kunst ie gebleken. Zal ik wijzen op dit meisje en op deze Italiaansche, door J. Maris, nog geheel volgens den sleur, maar toch reeds verradond den eigenaardigen colorist, op Mauve, op Bosboom, op Israels? Brengen sommige toekeningen ons niet de vraag op de lippon: wat toch het geheimzinnige iets is, dat aan 't kunstwerk een blijvend loven verleent, oen loven buiten alle tjjden? Uit de collectie van mevr. de wed Artz- Schemel waren mode eenige goode aquarellen, o. a. zeer fraaie „Irissen", van mej. v. d. Willigen. Van een tamelijk schilderij van H. Qunne- weg gaf onlangs de „Kunstkroniek" eene goede reproductie; in betrekkelijk zeer weinig tyd heeft deze artist zich echter verbazend opgo- werktde door hem ingezonden aquarel ,,Bleeker\j" een bleekveld in den vollen dag, met twee groote figuren op den voorgrond is door kleur, kranige opvatting en knappe techniek van bijna overbluffende werking. Onze stadgenoot A. Van Eek zond eene goed geslaagde „Vischbrug"; Th. Van Hoytema verschillende teekeningen, waarbij eene eigen aardig opgevatte „Lente". J. G. Veldheer, te Haarlem, en A. H. Van Daalhoff, in Den Haag, zonden symbolieke teekeningen. Eerstge noemdo heeft weor studie, maar is minder oorspronkelijk; „Storm" b. v. is geïnspireerd door Toorop; Daalhoff is minder geoefend artist, maar oorspronkelijker en voelt teerder, getuige zijne lijnexpressie „Weemoed". Kamer lingh Onnes zond „Bloemen", vlot gedaan, maar van gezocht effect. Bloemenmooi heeft waarlijk het purper der ondergaande zon niet noodig als repoussoir. De „Bloemen" van Ver ster doen mooi door zichzelf. In z\jn „Indische Kers", laatst in den Haagschen Kunstkring geëxposeerd, vallen het „pate" der verf en de krachtige kleur te bewonderen, terwijl het andere schilderij een frisch lentebloemstuk is van paars en getemperd wit; maar waarom dit in die zielloos witte lijst? Meende de Commissie van haar standpunt, om geen werk van dilettanten toe te laten, te moeten afwijken, wij kunnen haar met deze uitzondering op den regel niet anders dan geluk wenschen. Mag de heer J. W. Nortier, te Leiden, dilettant genoemd worden? Aan zijne aquarel „Avond aan den Vliet" te zien, ja 1 Er is daarin bij veel goede bedoeling veel onbeholpens. Maar zijn schilderij „Leidsche visschers" is van een schilder pur sang, een fijn kleurvoelend schilder, die penseel en verf naar zijn wil zet. En wie op de enkele (kleine trouwens) zwakheden in dit stuk let, is geheel en al overtuigd voor het kleinere schilderij „Op het ijs". Men verbaast er zich over dat zulk werk niet genoemd wordt, zoo goed als niet bekend is, terwijl minder dan middel matige dingen voor Verzamelingen worden aangekocht. Of is deze onbekendheid wellicht te wijten aan zeker al te groote bescheiden heid van den heer Nortier? Nog waren er enkele schilderijen uit de collectie van den heer F. J. G. Bosman, te Rotterdam, waarbij oen fraai „Stilleven" door Fouace, stukken van Bosboom, Breitner, Mauve en eene boerderij van F. Verster. L. Zijl, te Amsterdam, zond twee portret busten en photographieën naar door bem uitgevoerde oorspronkelijke modellen Uit al het werk van den heer Zyi blykt dat hy iemand is van ernstige studie, aan wien die studie niets heeft ontnomen van het oor- spronkelyke, het spontane, dat als 't ware de ziel van het kunstwerk is. Deze artist is eene kracht en aan dezulken bestaat behoefte. Jozef Merckelbagh, te Utrecht, zond leder werk (uit do hand bewerkt) en bewerkt met smaak. Aan de Commissie ten slotte een woord van dank voor do fraaie groepen faïence Rozenburg en de waariyk artistieke pioen versiering. A. v. D. TWEEDE KAMER. Zitting van Woensdag 16 Mei. Geopend te 8 uren. De heer Van der Schrieck opent de ver gadering en zegt: „Als oudste lid dezer ver gadering valt my do eer te beurt deze eerste byeenkomst weder te leiden en ik open deze zitting met een van ganscher harte oprecht gemeend welkom. „De omstandigheden, die tot ontbinding van de voorgaande Tweede Kamer hebben geleid en do daaruit voortgevloeide gebeurtenissen, staan u allen nog te levendig voor den geest dan dat ik daaromtrent in byzonderheden be hoef te treden. Met my betreuren zeker velen uwer de afwezigheid van menigeen onzer vroegere afgevaardigden; maar ik meen te mogen zeggen, dat de leden, die in hunne plaats zitting nemen, hunne voorgangers niet alleen zullen opvolgen, maar stoeds ook hun- nerzyds met geheele on volkomon toewyding de ons wachtende werkzaamheden zullen vol brengen. En by dion arbeid, is het myne meest stellige overtuiging, dat wy van onzen onafwysbaren plicht ons bewust zyn om met volkomen toewyding en nauwgezette onpar- tydigheid het belang des lands te behartigen en het wezeniyk welzyn des volks te bevor deren. Onze eer, onze eod en ons geweten vorderen dat alzoo, en slechts door getrouw heid aan dien eed zullen wy met de meeste vastberadenheid kunnen zorgen dat de rechten en vryheden des volks ongekrenkt worden gehandhaafd, en dat wy beantwoorden zullen aan het opnieuw in ons gesteld vertrouwen. „De Alwyze schenke ons zyne daarvoor onmisbare voorlichting l Met onbegrensde dankbaarheid opwaarts ziende voor het my opnieuw geschonken zoo groote voorrecht om op myn leeftyd in deze omstandigheden weder deze plaats te mogen innemen, aanvaard ik deze betrekking. Ik herhaal daarby de uit den grond des harten voortkomende wenschen, waarmede hier steeds ten ondubbelzinnigste ingestemd is, dat het God behagen moge H. M. onze zeer geëerbiedigde Koningin-Weduwe- Regentes te biyven ondersteunen in het vol brengen van Hoogstderzelver zoo uiterst gewichtige, hoogst moeilyke en omvangryke taak en voor H. M. onze zooveel voortreffelyks belovende Koningin Wilholmina de meest gunstige ontwikkeling in allo opzichten te doen voortduren tot heil van het haar zoo by uitnemendheid getrouwe en liefhebbende Nederland." (Toejuichingen). Ingekomen zyn de geloofsbrieven van de nieuwbenoemde leden. Deze worden gesteld in handen van twee commissiön, en wel voor de gekozenen in de districten Groningen tot en met Helder de heeren De Beaufort (Am sterdam), Kerdyk en Mutsaers, en voor de gekozenen in de districten Amsterdam tot Vechel de heeren Yan Delden, T. Mackay en Veegens. Aan de beide betrokken commission zyn tevens verzonden de bezwaarschriften tegen de verkiezingen te Eist en te Beverwyk. Morgenmiddag te halftwee zullen de com mission rapport uitbrengen, waarna de nomi natie voor het voorzitterschap zal worden opgemaakt. EERSTE K.1MER. Zitting van Woensdag 16 Mei. GeopendteS1\uur. Na voorlezing van het Kon. Besl. van de benoeming van mr. D. Van Naamen van Eemnes tot voorzitter, aanvaardde deze het voorzitterschap met deze korte toespraak: Miöne Heeren 1 „Het vertrouwen van H. M. onze geëerbiedigde Koningin-Regentes heeft my opnieuw geroepen uwe zittingen te leiden. Buitengewone om standigheden, waarvan de eigenlyke oorzaak nog niet openbaar is, hebben deze buitengewone zitting noodig gemaakt. Ik vlei my ook in het vervolg op uwe voor my onmisbare mede werking te mogen rekenen. Ik verklaar het voorzitterschap te hebben aanvaard." De geloofsbrieven van de heeren Pynacker Hordyk en Scbimmelpenninck van der Oye worden tot onderzoek in handen gesteld eener commissie. Na eene korte schorsing der zitting wordt op advies der commissie van onderzoek tot toelating besloten van de hoeren mr. C. Pynacker Hordyk en J. E. N. Schimmelpenninck van der Oye, die vervolgens in handen van den Voorzitter, daartoe gemachtigd, de gevor derde eeden afleggen. Ingekomen is het bericht van de heeren Pynappel en Van Gennep, dat zy, wegens hunne benoeming tot lid der Tweede Kamer, hun ontslag nemen als lid der Eerste, onder dankbetuiging voor de ondervonden blyken van vriendschap. Ingekomen is het bericht van overlyden van den heer J. Van der Breggon, in leven lid der Eerste Kamer. De voorzitter brengt hulde aan de nage dachtenis van den heer Van der Breggen, wiens overlyden hem diep heeft getroffen. Door zyn karakter had hy zich vele vrienden verworven en zyne kennis op menig gebied werd algemeen erkend. Zyne nagedachtenis zal by ons in eere blyven. Moge de Almach tige zyn diepbedroefde weduwe en kinderen kracht naar kruis schenken, om in dit zwaar verlies te berusten! Vervolgens worden medegedeeld de kon. besluiten betreffende het ontslag en de benoe ming der ministers. Na mededeeling van tal van stukken, be noemt de voorzitter tot leden van de com missie voor de verzoekschriften, de heeren jhr. mr. L. Van Nispen, mr. Van Lier, mr. Rahusen, Breebaart en jhr. mr. Godin De Beaufort, en tot leden der commissie voor de stenographie mr. Vening Meinesz, mr. Vlielander Hein en mr. Rahusen. Daarna wordt overgegaan tot het samenstellen der afdeelingen. De zitting wordt hierna opnieuw geschorst. Na de heropening wordt medegedeeld dat gekozen zyn tot voorzitters der afdeelingen de heeren Storck, Coenen, Geertsema, Fransen van de Putte en Alberda van Ekenstein en tot ondervoorzitters de heeren Verheyen, Viruly, Pyls, E. Cremers en Van Nispen. Tot voorzitter der commissie voor de ver zoekschriften is benoemd de heer Rahusen. Tot leden der huishoudeiyke commissie worden herbenoemd de heeren Viruly en Vlielander Hein. Niets meer aan de orde zynde is de Kamer tot nadere byeenroeping gescheiden. Nederlandsche Opera la dca nieuwen Stadsschouwburg te Amsterdam. Uit zeer vertrouwbare bron vernemen wy dat door eenige voorname kunstbeschermers en kunstenaars van elke richting het plan tot rypheid wordt gobracht om, nu de nieuwe kunsttempel op het Leidsche Plein zyne vol tooiing nadert, aldaar naast het Nederlandsch Tooneel eene Nederlandsche Opera te vestigen. Er wordt een flink kapitaal byeengebracht, ten eerste: om aan de nieuwe onderneming vastheid van bestaan te verzekeren; ten tweede: haar in staat te stellen, in verband met hare artistieke omgeving, aan hoogere kunsteischen te kunnen voldoen. Hierdoor, zoowel als door eene ruime beoefening der werken van het Duitsche repertoire en het engageeren van uitstekende echt Nederlandsche krachten, hoopt zy de sympathio en den steun te erlangen van alle rangen en standen der kunstminnaars. Binnen enkele dagen zullen wy in staat zyn volledige officiëele mededeelingen te doen en wekken alvast door dezo regelen op tot algemeene medewerking en ondersteuning van dit schoone nationale kunstplan. Gemengd Nieuws. Van de werf der Koninkiyko Nederlandsche Grofsmedery te Leiden werd heden met het beste gevolg te water gelaten eene stalen schroefstoomboot, bestemd voor het vervoer van passagiers tusschen Amsterdam en Buiksloot, ten behoeve van de „Tweede Noord-Hollandsche Tramweg-Maatschappy" onder directie van den ingenieur Sanders. Ketel en machine zyn in dezelfde fabriek vervaardigd. Voorts zyn op stapel gezet een vaartuig voor goederenvervoer, ingericht om door een pretroleum-motor gedreven te worden, benevens eene stoomboot, bestemd voor het vervoer van passagiers en goederen tusschen Beverwyk en Amsterdam voor rekening van de „Tuinders- Vereeniging" te Beverwyk. Ketel en machine voor deze boot worden mede in genoemde fabriek vervaardigd. In de pa ardens1 achtery in de St.-Jorissteeg alhier viel heden eene werkvrouw van eene ladder en kwam met een haak in aanraking, welke haar vry diep verwondde, zoodat geneeskundige hulp raadzaam werd geacht. Een zeer droevig ongeval heeft eene Leidsche familie onverwacht in rouw ge dompold. Gisteravond omstreeks zeven uren is namelyk uit de Zyi, naby Spanjaardsbrug, het ïyk opgehaald van het 15 jarig zoontje van den heer H. K., meubelmaker alhier, dat daar aan het zwemmen was In een schuitje werd het lyk vervolgens naar de ouderlyke woning aan de Aalmarkt vervoerd. Onverschillig, als gold het eene doodgewone zaak om voor „de heeren" te ko men, verscheen heden voor de Haagsche rechtb. de melkboersknecht B H., uil Leiden, die op den 19don April by vrouw B., op de Binnen vestgracht alhier, in drift een aantal glas ruiten had ingeslagen. Zyn eenige excuus was dat hy dronken en driftig was en de woning binnen wilde gaan, hetgeen hem ge weigerd werd. Voor dit woeste heer vorderde het O. M. 3 dagen. Ook had zich heden nog uit Leiden te verantwoorden H. J. G., sjouwer alhier, die op den Ssten April den gemeenteveldwachter uit Katwyk en een persoon, die hem hulp wilde verleenen, mishandelde, toen zy een persoon wilden arresteeren, die zich dronken op de stoomtram bevond. De gewone verdediging werd weer gevoerd: de 22 jarige man was beschonken geweest. Het O. M. vorderde 8 dagen en voor A. K., voerman te Katwyk, die op den 16den April jl. zekeren d. V., die zeesterren te Scheveningen was gaan halen, met een klomp tegen het hoofd sloeg en een paar kleedingstukken van dien man in zee wierp uit nyd dat de man hem een vrachtje had afgesnoept, 14 dagen. L. K., werkman te Alfen, was gedagvaard ter zake dat hy einde November van het vorige jaar te Aarlanderveen, van een vaartuig in den Ryn, eene scheepslantaarn had weggenomon en zich toegeëigend, omdat hy geene lantaarn had en gevaar liep bekeurd te worden wegens varen zonder licht. De beklaagde was niet verschenen, zoodat zyne veroordeeling by verstek gevorderd werd tot 1 maand gevangenisstraf. Toen kwam H. d. "W., arbeider te Oegstgeest, het bankje voor de beklaagden innemen, omdat hy op den 23sten April jl. zyne woede had gekoeld aan eene hanglamp van den tapper d. Hte Oegstgeest, daar deze hem niet meer wilde tappen. Beklaagde kon dit echter niet toegeven. Wel had hy een stoel opgenomen, maar niet met het doel om de lamp stuk te slaan. Ja, als men 't zaakje goed beschouwde, was de tapper zelf de schuld, want die had den stoel gegrepen en daardoor was de lamp geraakt. Een volgende getuige sprak dat tegen en zoo achtte het O. M. het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen en vorderde 6 dagen gevangenisstraf. Bedremmeld en angstig naar het podium, waarop de rechters gezeten zyn, kykende, trad daarna een 17-jarigo knaap, F. J. B., koperslagersknecht uit Hazers- woude, binnen. Toch was het klantje zoo ver legen niet, want met groote brutaliteit had hy op 22 Dec. van het vorige jaar ten huize van de wed. K., te Hazerswoude, waar hy eene gerepareerde parapluie moest bezorgen, uit het kabinet een bedrag van 4 weggenomen en ten eigen bate aangewend, terwyi hy waarvoor hy evenwel nu niet terechtstond in April jl. by zyn stiefvader had ingebroken en ƒ2.50 had gestolen. Eene ernstige straf achtte het O. M. dan ook noodig en het vorderde 6 maanden om den knaap eens in de gelegenheid te stellen ernstig na te denken. Uitspraak in alle zaken over acht dagen. Het gerechtshof te 's-Grave n- hago bevestigde gisteren het vonnis der rechtbank te Rotterdam, waarby toegewezen werd de vordering van dykgraaf en hoog heemraden van Schieland tegen de gemeente Gouda tot betaling van het onderhoud van een gedeelte van den hoogen Schielandschen Zeedyk. Gisternacht brak te Haarlem brand uit ten huize van H. Van Niel, kleer maker, aan het Klein Heiligland. De bewoners, man, vrouw en twee kinderen, benevens eene oude vrouw, die boven woonde, zyn door de politie met moeite gered en hebben door overklimmingvaneen muur aan den achterkant het perceel moeten verlaten. De werkplaats is geheel en het beneden achterhuis gedeel- telyk uitgebrand. De politie heeft den brand met haar slangenwagen in korten tyd gebluscht. Alles was verzekerd. Oorzaak onbekend. Een achttal Amsterdamsche diamantslypers maakten gisteren eene pleizier- reis naar Den Haag en Scheveningen en keerden over Rotterdam naar Amsterdam terug. Zy hadden een lot in de Staatslotery en waren naar Den Haag gegaan om den prys van f 50,000 in ontvangst te nemen, die op hun lot gevallen was. In hooger beroep werd gisteren door het gerechtshof te Amsterdam behan deld de zaak tegen Geel en De Schaaf, door de rechtbank aldaar vrygesproken van deel neming aan geweld en verzet tegen de politie by het relletje op den Tweeden Kerstdag. Het O. M. vertrouwt dat het Hof alles zal doen om het gezag te handhaven en in deze ook in de gelegenheid zal zyn zulks te doen. De feiten zyn wettig en overtuigend be wezen en vallen onder art. 141 van het Wet boek van Strafrecht „het openlyk met ver eende krachten geweld plegen tegen personen". Het O. M. eischte de veroordeeling tot 6 maanden gevangenisstraf voor elk der be klaagden. De verdediger van De Schaaf, mr. De Joncheere, concludeerde tot bevestiging van het vonnis der rechtbank. Hierna trad mr. W. Paap op als verdediger van bekl. Geel. Ook deze pleiter vroeg be vestiging van de uitspraak der rechtbank. Aangezien het O. M. geene repliek wenschte, werd de uitspraak terstond bepaald op Dins dag 29 dezer. Behalve het gouden horloge met inscriptie, dat de machinist Pigge van de H. IJ.-S.-Maatschappy ontving voor zyn flink gedrag by het jongste spoorwegongeluk te Barendrecht, wacht hem nog eene rangs- verhooging van machinist 3de klasse tot 2de kl., waarmede eene traktementsverhooging van 50 cents daags gepaard gaat. Do zaak van den onbezoldigd ryksveldwachter K., t$ Wykel (Fr.), die door het kantongerecht te Heerenveen was ver oordeeld tot 15 boete, wegens het schieten van eene eend in verboden jachttyd, maar daarvan in hooger beroep door de rechtbank te Heerenveon werd vrygesproken, vooral op grond der verklaring van den ryksveldwachter V., zal nog een staartje hebben. Van goeder hand verneemt men dat eene klacht tegen V. is ingediend, wegens het pogen om iemand als getuige om te koopen. Hy moet nl. een der klagers by zich ontboden en hun geld beloofd hebben, als deze voor de rechtbank eene andere verklaring wilde afleggen dan voor 't kantongerecht. V. moet dit reedc voor den officier bekend hebben, waarop schorsing volgde. Als eene zeldzaamheid wordt gemeld dat de kastelein B. Benkema, in 't Friesche dorp Oosterzee, reeds voor de tweede maal dit jaar een stuk land heeft gemaaid. Beide sneden lieten in qualiteit en quantiteit niets te wenschen over. Tegen zes ingezetenen van Zutfen, die verleden week Woensdag m6t hunne paarden moesten verschynen op de veemarkt, om door eene militaire commissie te worden gekeurd voor den ryksdienst, doch hieraan niet hebben voldaan, is proces-verbaal opgemaakt. Door den klompenmaker G. De Bieman, te Wamel, zyn gisteren geplukt twee manden rypo Meikersen. Een meisje van mej. V., te Heezej was met een kaatsbal aan het spelen op den provincialen weg, toen eenö zwaar beladen kar het kind aanreed en het geheel verplet terde. De arme kleine bleef op de plaats dood. De politie te Luik heeft den dader van den aanslag op de woning van dr. Renson nu in handen. Het is een zekere Muller, Duitscher van geboorte en bloedverwant van de herbergier ster Schlebach, die zich ook in hechtenis be vindt. Muller stond in betrekking met den geheimzinnigen Russischen baron, die in den nacht na den aanslag uit Luik is verdwenen. Hy heeft reeds bekend dat hy schuldig is aan den daar gepleegden jongsten dynamiet^ aanslag. Er bestond te Luik een komplot, onder leiding van den Russisch en baron, dien men nog steeds zoekt. Deze vervaardigde de bom men. Het voorwerp, waarmede de aanslag tegen dr. Renson werd gepleegd, werd door hem gemaakt te Maastricht en van daarnaar Luik gebracht. Onmiddeliyk na den aanslag maakten beiden zich uit de voeten. Naar aan leiding van de beschrffving, door Muller van den Rus gegeven, hoopt de politie nu ook, dat het haar zal gelukken den „baron" in handen te krygen. Omtrent dezen persoon, die, als verdacht; van medeplichtigheid aan dezen aanslag, te Amsterdam hechtenis werd genomen, ver neemt de ,,Ind<;pendance" dat zffn ware naam is: Guérin, en niet Aubert. Hy moet een Fransch anarchist zyn, by wien de zoo genaamde Russische baron eenigen tyd heeffc gewoond. De Fransche regeering heeft de uitlevering van Guérin aangevraagd. Te Weenen hebben een 10jarig zusje en 7-jarig broertje, kinderen van da weduwe van een inspecteur van politie, zicli samen in den Donau verdronken, voornameiyk uit vrees voor straf wegens het herhaaldeiyk schoolverzuimen. Het kleine meisje was als 't ware verslaafd aan romans, welke zy aan haar broertje vertelde. Zy nam een 10-jarig vriendje mee, verzocht hem, aan den Donau gekomen, hunne boeken en hoeden te dragen, nam toen harteiyk afscheid van haren kleinen minnaar, gaf haar broertje de hand en sprong met hem in de rivier, waarin de kinderen spoedig waren verdwenen. Zy lieten een brief aan hunne moeder na, waarin zy om ver geving smeeken en verzekeren dat zy „heusch geen lust in het leven hebben." Te Antwerpen zyn uit eene der grachten opgevischt de aan elkander gebonden ïyken van een jongeling en een jong meisje, beiden van 19 jaren. Ze wilden trouwen, de ouders hadden daar wel wat op tegen, met het oog op hun leeftyd en daar er van beide kanten geen vermogen was. En de jongelieden be-» sloten daarop een einde aan hun leven to maken. Eene ontaarde moeder. Te Ludwigshafen is dezer dagen eene treurige misdaad gepleegd. De vrouw van een dag- looner, die sedert eene week van haren man gescheiden leefde, trachtte hare kinderen, onderscheideniyk 2 en 6 jaar oud, levend te verbranden. Daarvoor bracht zy een hoop spaanders in de kamer en sloot de kinderen in dit vertrek op, nadat zy den houthoop in brand had gestoken. De twee kinderen liepen naar het venster en riepen allerwanhopigst om hulp. Do geburen hoorden de angstkreten der kleinen, trapten do deur in en doofden het vuur. Het tweejarige kindje is spoedig daarop gestorven aan zyne brandwonden, de toestand van het andere kind is hoogst zorgelyk. Eene dure redding. De kosten van het reddingswerk, om de in het Lügbach- hol opgesloten onderzoekers te bev^de!!,' hebben 15,000 florynen bedragen. Treurig ongeluk. Eene berg plaats van timmerhout aan den oever van heft Oswogo-kanaal naby Syracuse (V. S.) werd Vrydag morgen door brand vernield. Eene zendelingsboot, de „Good News" genaamd, die dichtby de bergplaats aan den kant gemeerd lag, geraakte eveneens in brand en de drie opvarenden, kapitein "Wilson, zyne vrouw eii zyn schoonbroeder, sprongen te water om zich

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2