N°. 10486. Maandag 30 -A pvil. A0. 1894. §eze jouraat wordt degelijks, met uitzondering van (gon- en feestdagen, uitgegeven. Feuilleton. IN BLOEI GEKNAKT. LEIISCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden. 1.10. Franco per post .....-•••• 1.40. Afzonderlek© Nommers0.05. PRIJS DE% AD VERTEN TJÜN Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron bulten de stad wordt 0.05 berekend. Eerste Blad. De Bedrijfsbelasting. De altyd jonge Meimaand, niet verre meer van ons verwijderd, wier welkome boden ons reeds hebben bereikt, de meest bezongene der twaalf zusteren, ze zal ons met al hare poézie ook proza, ze zal ons de Bedrijfsbelasting brengen. Den laatsten van Grasmaand daalt de patent belasting ten grave, in den ouderdom van vyf en zeventig jaren. Hoewel zy dus, „naar den men6ch berekend", een hoogen leeftijd heeft bereikt, sterft zij niet aan verval van krachten, maar bezwijkt zij, by het klimmen harer jaren er niet sterker op geworden, voor de yzeren macht van het „directe" op belasting gebied, m. a. w.de opheffing van het patent is oen uitvloeisel van de afschaffing of ver mindering van accynzen en de invoering eener gesplitste inkomstenbelasting. Verleden jaar bracht Mei ons de Vermogensbelas ting; thans komt mèt Bloeimaand de be dryfsbelasting voor het eerst aan onze deuren kloppen, ten minste als we ons brood, enz. (want by brood alléén zal de mensch niet leven) niet te danken hebben aan het land- bouwbedryf. Immers, het zy hier herinnerd (geiyk dit geheele artikel eene „herinnering" beoogt te wezen) dat het landbouw bedryf, evenals by het patent, van deze belasting is vrygesteld. Inkomsten uit in ons land gedreven land-, tuin- of boschbouw, bloembollen- of boom- kweekery, veehoudery of veendery vallen buiten de bedryfsbelasting. Als Dinsdag het patent begraven of ver brand is, kan „elk en een iegeiyk", zonder complimenten met een ontvanger, voortaan zonder eenige belemmering, een bedryf of eene nering gaan.„doen", zullen we maar zeg gen. „Je doe maar" wordt nu steeds meer de leuze. Prettig, nietwaar, zoo vry te zijn? Hm, voor dezen wel, voor genen nietl Onder die „genen" byv. predikanten, onderwyzers, amb tenaren en vasto-traktements-personen, die er nu eene nieuwe belasting, in veler oogen eene zeer billyke, in hunne eigen oogen eene overbodige, by krygen. Want: allo bedryvon, boboudens de zooeven genoemde uitzondering, zyn in de nieuwe belasting begrepen. En was de porsoneele belasting nu maar wat verlicht oftewel minder zwaar gemaakt 1 Geduld: misschien een volgend jaar! Minister Pierson „leeft en waakt" nog. Ja, maar als hy nu moet aftre.St! We spreken nu over de bedryfsbelasting, hè? Tot de orde dus, lezer! Het ligt natuurlyk niet in onze bedoeling alle bepalingen der wet op de bedryfsbelasting hier te noemen; enkele, van het meeste be lang voor den eenvoudigen lezer, zullen we slechts releveeren. Inkomsten uit het bedryf minder dan/650 worden niet aangeslagen, althans van per sonen, die niet door de vermogensbelasting 2yn getroffen. Wie een vermogen heeft van minder dan f 13000, betaalt niet in de ver mogensbelasting, maar zoo hy toch eenig kapitaal bezit, wordt van iedere f 1000, die hy heeft, 40 als winst voor de bedryfs belasting in rekening gebracht. Iemand, die byv. ƒ800 verdient en ƒ8000 bezit, wordt dus in do bedryfsbelasting aangeslagen tegen f 800 (8 X ƒ40) ƒ1120. Zy, die hunne inkomsten niet uit een ver mogen èn bedryf of beroep ontvangen, maar uitsluitend uit een bedryf of een beroep, wor den naar een anderen maatRtaf aangeslagen. Men raadplege nu het volgende staatje l Voorniet- Voor aangesl. In de aange- alageoeo Vermogensbel. in do Belastbaar vermogon van: Inkomsten: "bLTnf 713000 off 14000: /-ÏMOOVÜOO.OOO: f 250 - f 2 - f 1.25 300 - 2.75 2.- 350 - 3.50 2.75 400 - 4.26 3.50 460 - „5.- 4.25 500 - 5.75 5.- 550 - 6.50 5.76 600 - 7.25 6 60 650 ƒ1.- 8.— 7.25 700 „2.- 8.75 8.- 760 2.75 9 60 8.75 800 3.50 10 25 9.50 860 „4.26 „11- „10.25 900 „5.- „11.75 „11— 950 6.76 12.50 11.76 1000 6.50 13.26 12.50 1060 „7.26 „14— „13.25 „1100 „8— „14— De niet aangeslagenen in de Vermogens belasting moeten verder van iedere 60 meer dan ƒ1100 inkomen 76 ets. betalen. Zyn de inkomsten uit het bedryf hooger dan ƒ1500, niet meer echter dan f 8200 dan moet betaald worden eene vaste som van f 14, benevens 2 voor elke geheele som van f 100, waar mede zy de 1500 te boven gaan. Boven ƒ8200 i6 verschuldigd eene vaste som van ƒ148 en ƒ3 20 van elke geheele som van f 100, boven het bedrag van 8200. [Voorbeelden: Inkomen ƒ1450, of7 X 50 meer dan 1100; te betalen 8 -f- (7 x ƒ0.75) f 13.26. Inkomen 6000, of 45 X 100 meer dan 1500; te betalen 14 4- (46 X ƒ2. ƒ104. Inkomen ƒ12,000, of 38 X ƒ100 meer dan 8200; te betalen f 148 -f- (38 X 3.20) ƒ269.60.). By een belastbaar vermogen (dus by aan slag in de Vermogensbelasting) van 13,000 of ƒ14,000 is voor inkomens uit het bedryf boven ƒ1050 verschuldigd de vaste som van f 14, benevens 2 voor elke geheele som van ƒ100, waarmede zy het bedrag van ƒ1050 te boven gaan. Bedragen echter de inkomsten, gevoegd by vier ten honderd van het belastbaar vermogen, meer dan ƒ8150, dan is over dat meerdere nog ƒ1.20 voor elke geheele som van ƒ100 verschuldigd. By een belastbaar vermogen van ƒ15,000 en meer, tot ƒ200,000, moet betaald worden voor inkomens boven ƒ1100 eene vaste som van 14, benevens 2 voor elke geheele som van ƒ100, waarmede het bedrag van ƒ1100 wordt te boven gegaan. Bedragen echter de zuivere (dit woord staat in de wet overal voor inkomsten) inkomsten, gevoegd by vier ten honderd van het belastbaar ver mogen, meer dan ƒ8200, dan is over dat meerdere nog ƒ1.20 over elke geheele som van ƒ100 verschuldigd. Indien het belastbaar vermogen meer dan ƒ200,000 bedraagt: 3.20 voor elke geheele som van f 100 der inkomsten, waarmede zy het bedrag van ƒ200 te boven gaan. Van de inkomsten uit het bedrijf mogen afgetrokken worden: verschuldigde uitkee- ringen en zoogenaamde „onkosteD", in het beroep te maken, als voor onderwyzers byv. boeken, voor predikanten (om hunne preek te maken) en journalisten (om artikelen op te stellen) eene studeer kamer, medebrengende het bewonen van een huis met meer kamers. Nu kan ieder, het voorgaande gelezen heb bende, zien of hy wat met de nieuwe be lasting heeft te maken en zoo ja, berekenen op hoeveel die verwantschap hem zal te staan komen. De voorbereidende maatregelen voor de be dryfsbelasting zyn in vollen gang; de ambte naren wedy veren met moeder Natuur in werk zaamheid. Met dit onderscheid evenwel dat de moeder geeft en de zonen nemen, m. a. w. dat de bedoelde maatregelen veel geld kosten. In Mei en Juni denkeiyk komt de sneeuwbui, o noen, dat gaat niet: de stortbui dan van biljetten; drie soorten, waarvan we er hier 6locht8 twee zullen noemenA, om er op te zetten den naam van het bedryf of beroep, dat men uitoefent; B, om er het belastbaar inkomen op aan te geven. Met biljet B zullen niet allen vereerd of wil men liever lastig gevallen worden. Uit gereikt aan of in de bus gestopt wordt het voortaan telken jare o. m. by hen; lo. die vermogensbelasting betalen; 2o. wier bedryfsinkomsten hoofdzakelyk geacht worden te bestaan uit vaste traktementen3o. die in het vorig belastingjaar voor een bedrag van ƒ2000 of meer in de bedryfsbelasting waren aangeslagen 4o. die den ontvanger der directe belastingen uiteriyk op 16 Mei schrifteiyk hun wensch te kennen geven een biljet B te willen erlangen. Ontvangt ge biljet B niet, dan wordt ge ambtshalve aangeslagen. Als ge er nu maar voor zorgt uw biljet eerlyk in te vullen en dat ge wat apart hebt liggen als het op betalen aankomt, dan zal de bedryfsbelasting u uwe rust en vry held niet benemen, al zult ge misschien even onvrien- deiyk kyken en wat tusschen de tanden brommen als uwe vrouw u op zekeren dag by uwe thuiskomst de biljetten, later het aanslagbiljet, overhandigt of als gyzelf het vindt. Bereid er u op voor, dat i6 het bestel En troost u met de gedachte dat elk welge steld Nederlander, behalve de landbouwer, uw lot deelt. Wy hopen voor een ieder dat zyn aanslag met het jaar terecht stygel Leiden, 28 April. Gedurende de 1ste helft der maand April zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet besteld konden worden: J. Van der Kar, B* Nuis, L. M. Schregel, Am sterdam; A. Rotteveel, Carstons, 's-Graven- hage; P. J. Rekkers, Hilversum; J. H. Mül- ler. LeeuwardenK. Babel, LeidenA. Vos, Rotterdam; J. Van Egmond, J. Van der Dool, niet vermeld. Briefkaarten: M. Via, Amsterdam; J. M. v. d. Berg, H. Starkenburg, A. Kamers, 's Gra venhage; E. E. Vry dag, niet vermeld. Tot tegen8chatters voor de personeele belasting voor het dienstjaar 1894/'96 zyn door B. en Ws. van Oegstgeest benoemd de heeren J. Schoneveld en J. Kortekaas, aldaar. Ter secretarie der gemeente Hillegom zyn kosteloos voor de ingezetenen verkrygbaar verzoekschriften ter bekoming van jacht- en vi8chakten, alsmede ter bekoming van ver gunning tot het schieten van schadeiyk gedierte. Tot tegenschatters voor de personeele belasting voor het dienstjaar 1894/95 zyn voor de gemeente Hillegom benoemd de heeren H. Myndera en W. A. Philippo, beiden aldaar. Het gevolg, dat Hare Majesteiten gedu rende Haar verbiyf te Soestdyk vergezellen zal, bestaat uit: jonkvrouwe Van do Poll, sur-intendante der opvoeding van de Koningin baron esse Van Ittersum en baronesse ReDgers, Hofdames; mi86 Saxton Winter, gouvernante van H. M kapitein-ter-zee baron Van Hogen- dorp, adjudant; jhr. De Ranitz, particulier secretaris van H. M.E. L. graaf Van Limburg Stirum, kamerheer; luitenant graaf Schimmel- penninck, ordonnance-officier, en jhr. mr. Gevers Deynoot, waarnemend directeur van het Kabinet der Koningin. Gisterochtend is uit Den Haag naar Antwerpen vertrokken het detachement be- wakingstroepen van het regiment grenadiers en jagers, bestaande uit een sergeant-majoor, een korporaal en vyf minderen in rang, dat bestemd is om toezicht te houden op de Nederland8che inzending ter tentoonstelling in de Scheldestad. Hare Majesteiten de Koninginnen hebben een bezoek gebracht aan de openbare burger school aan het Alexanderpark, hoofd de heer Ykema, te 's-Gravenhage. Het smulhuis te Amsterdam, „Restaurant Riche", schynt geene buitengewoon voordeelige zaken in 1893 te hebben gemaakt. Ten minste, de aandeelhouders moeten zich over dat jaar met een dividend van 1 pet. tevreden stellen, terwyi van de 31/, pet. obligatieleening 3000 wordt afgelost. Koningin Victoria zal eerst. Zondag mor gen 29 dezer te 8.50 te Vlissingen arriveeren. Het bericht, dat kolonel Benschop den dienst met pensioen zou verlaten, wordt van goed ingelichte zyde tegengesproken. Aan de universiteit te Gent ls het arts examen afgelegd door dr. Schouten, arts te IJzendyke. De minister van waterstaat, handel en nyverbeid heeft, krachtens art. 7 der wet van 15 April 1891, gewyzlgd by de wet van 30 Deeember 1893, houdende bepalingen ter uitvoering van de op 16 November 1887 te 's Gravenhage gesloten internationale over eenkomst, tot het tegengaan der misbruiken, - welke voortvloeien uit den verkoop van sterken drank onder de visschers op de Noordse® buiten de territoriale wateren, en tot het tegen gaan van soortgelyke misbruiken in de territo riale wateren des Ryks, het volgende bepaald: Het merkteeken, dat ingevolge het aango haalde wetsartikel gevoerd moet wordon door schepen of vaartuigen ten behoeve waarvan* eene vergunning volgens het eerste lid van art. 5 is afgegeven, zal bestaan uit eene boven in den grooten mast geheschen witte vlag, waarop in het midden in zwarte kleur de letter S. De afmeting van do vlag zal zyn twee meter in het vierkant, die van de letter S één meter hoog by twee decimeter dik. (Sta Ct.) Te Vlissingen zyn gistermiddag aangeko men de koninkiyke Engelsche stoomjachten „Victoria Albert" en „Osborne." Zy werden vergezeld door de Engelsche oorlogsschepen „Melampus" en „Aurora". De minister van buitenlandsche zaken a. L brengt ter kennis van belanghebbenden dat blykens eene bekendmaking, voorkomende in den Belgischen „Moniteur" van 22 dezer, de tolkantoren, langs welke de invoer van run deren en schapen uit Nederland in Belgiö gewooniyk des Donderdags wordt toegelaten, ter gelegenheid van den Hemelvaartsdag den 3 Mei a. s. gesloten zullen zyn, doch in plaats daarvan geopend zullen worden op de hierna te noemen dagen en urenSelzate (station) op Vrydag 4 Mei van 2 tot 4 uren 's namiddags Arendonck en Maaseyck op Woensdag 2 Mei van 10 tot 12 uren 's morgens. Krachtens koninkiyke machtiging is toestemming verleend tot de toetreding van Luxemburg, te rekenen van 1 Mei a. s., en van België, te rekenen van 1 Juni a. s., tot de op 13 Juni 1893 te Bern getroffen schikking, houdende byzondere bepalingen voor het inter nationaal spoorwegvervoer tusschen Nederland, DuitBchland, Oostenryk-Hongarye en Zwitsor- land, opgenomen in de Staatscourant van 22 Februari 1894. (Sts.-Ct.) By koninkiyk besluit is benoemd tot notaris binnen het arr. Zutfen, ter standplaats de gemeente Olst, G. H. G. Van Beest, thans notaris te Haaksbergen. Goedgekeurd dat H. P. M. W. Van der Wedden, burgemeester van do gemeente Hurwenen, is benoemd tot secretaris dier gem. Aan den eervol ontslagen schipper en gezag voerder van het opnemingsvaartuig „Buyskes", P. Hofman, een pensioen toegekend van f 896 's jaars. Aan den milicien J. Duindam, van het rog. grenadiers en jagers, vergunning verleend tot het dragen van de zilveren medaille, bem toegekend door de Brit6che regeein Ier erkenning van hulp, in November 189.J ver leend aan de bemanning van den gestranden Engelschen schoener „Transit." Met ingang van 1 Juli a. s. aan M. M. Versput, op zyn versoek, eervol ontslag ver leend als directeur van het telegraafkantoor, tevens brievengaarder te Werkendam. De gewone audiöntie van dun minister van justitie zal op Dinsdag 1 Moi a. s. niet plaats hebben. 55) „Maar slechts onder éóne voorwaarde," zeide Laura lachend, „nameiyk, dat u my eerst be looft met uit de school te klappen." „By myne eerl Dat zal ik niet doen," ant woordde de graaf, wiens nieuwsgierigheid zeer geprikkeld werd." „Nu dan, luister goed; weet ge wel dat ge bemind wordt?" „Ik l" riep de graaf verrast, terwyi een vurig rood zyn fraai gelaat overtoog. „Ja, gyik heb het u al meermalen onder bedekte termen te kennen gegeven, maar ge schynt het niet te willen begrypen." „Eindeiykl" riep de graaf, terwyi hy op sprong en naar Laura toesnelde. Maar deze weerde hem af met de woorden „Maar, waar denkt ge aan zoudt ge waarlyk willen, dat ik by de wieg van myn kind u zou trachten over te halen zyn vader te be driegen? Graaf Kiehl, dat zou toch Al te erg zyn l Neen, eene schoone roos staat in vollen bloei in den bloemeuhof en ik geloof dat die roos zich gaarne door u zal laten plukken. Kunt ge raden wie ik meen?" „Eline Yon Schönhausen?" zeide de graaf op teleurgestelden toon; „ja, ik moet beken nen dat zy schoon en lieftallig is, maar, mevrouw, eisch niet van my dat ik uw wensch zoo spoedig reeds bevredig. Wat later mis- sohien zal gebeuren, weet ik niet, maar zoo lang myne liefde voor u nog niet onder drukt is, zou ik myzel ven een schurk noemen, als ik, met een ander in het hart, het lot van eene vrouw aaD het myne zou verbinden." „Ik kan u niet dwingen," zeide Laura, „maar ik wilde u nog iets vrageD, en hoop dat aan mffn wensch ditmaal door u voldaan zal worden." Wanneer het niet in verband staat met het zooeven behandelde, dan kan ik reeds vooruit met zekerheid zeggen, dat niets my aangenamer zal zyn, dan aan uw verlangen te voldoen," zeide de graaf galant. „Neen," antwoordde Laura, „het heeft niets met het andere te maken." Zy verhaalde hem daarop het voorgevallene met Liescheu en Heinrich, en de graaf beloofde zoo spoedig mogelyk te zullen trachten, alles tusschen die twee in orde te brengen. „Maar ik begryp niet wat Heinrich voor reden tot zyne handelwyze kan aanvoeren," zeide de graaf. „Ik ook niet," antwoordde Laura, „maar in de afreis van Hulda en het er mede ge paard gaand overhaast vertrek, is iets duisters en geheimzinnigs." „Het is maar het best zich over niets te verwonderen en niet te voel naar iets onder zoek te doen," zeide graaf Kiehl ernstig. „Ik raad u in gemoede aan, daar maar niet verder over na te denken. Maar, wat zou er toch zyn? Ik hoor zulke luide stemmen," ver volgde hy, en toen men Von Sehnwitz op be velenden toon hoorde roepen„Ik beveel u heen te gaanl" zagen beiden elkander ont steld aan. Even daarna boorde men het toeslaan van de voordeur en alles was stil. Toen Von Sehnwitz daarop met een verhit gelaat de kamer binnentrad en Laura zeide: „Maar, Lu, wat was dat antwoordde hy „Ach, eene arme vrouw, die ondersteuning kwam vragen; ik ben er van overtuigd, dat het mensch met waard is, dat wy iets aan haar geven, en ik heb haar dus weggezonden. Eerst wilde zy niet goedschiks heengaan. Ik heb haar toen by deD arm gepakt en de deur uitgezet. Ik werd doldriftig gemaakt door die vrouw l" „Maar, Lu, dat ben ik niet van je gewoon; ge hadt immers eene kleinigheid kunnen geven," zeide Laura medelydend, „maar, zeg my het adres van die vrouw, dan zal ik onderzoeken of zy het waard is geholpen te worden." „Haar adres?" riep Von Sehnwitz, zenuw achtig lachend; „nu, kind, bezoedel je maar niet door de aanraking van dat mensch 1" Laura staarde haren man met bevreemding aan. Waarom lachte by? Een arm mensch ongetroost weg te zenden was toch waarlyk niet grappigl Zy wilde echter niet verder vragen en stelde voor iets te zingen of te spelen. Toen zy zich aan het klavier zette en vroeg wat de heeren het liefst wilden hooren, zeide Von Sehnwitz: „Ik ben in geene vroolyke stemming; ik denk dat het mistige, natte weer my zoo gedrukt maakt, en nu zou ik gaarne iets vrooiyks willen hooren. Zing maar eens: „Als der Gros9vater die Gross- mutter nahm." Laura nam haar muziekboek en zong „Ala der GroasTtter die Groaamatter nahm, Da wueeie man nlchta von Mamaell and Mad&in. Die zflohtige Jungfran, dan haaal:che Woib, Sie waren Acht deateoh noch an Seel' and Leib. Ala der Grosevater die Groeamnttor nahm, Da berreohte noch eittig vereohleiorto Soham; Man trng aioh fein ehrbar, and fand ee nioht echön In grieohischer Nacktheit aaf Strassen zu gehn. Aio der Groaevater die GroBamntter nahm, Da war ihr die Wirthaohaft kein w.drigor Kram Sie laa nioht Eoinane, ale ging vor den Herd Dnd mehr war ihr Kind ala ein Scbloeehund ihr worth. Ala der Groaavater die Groaemutter nahm, Da war ea ein Biedermann, don aie bekamt Ein H&ndachlag zn jener hoch rümliohen Zeit Galt mehr ala im hentigen Leben ein Eid. Ala der Groaavater die Groaamntter nahm. Da rnhte die Belbeteneht, gcfewelt und zabm; Sie war nicht, entbrochon den Banden der Scbea Jotzo ein allee veraohlingender Len. Ala der Groaavater die Groaemutter naho», Da war noch die Thatkraft der M&noer Dicht lahm, Der wcibiacho Ziorling, der feige Fantaat, Ward aelbat von den Fraaen verhöhnt and gehaast." „Een aardig ding, dank u wel, mevrouw," zeide graaf Kiehl, toen Laura het lied ge ëindigd had. „Wat waren het in dien tyd gelukkige menschen," zeide Von Sehnwitz op ontevreden toon. „Eenvoudig en waar en met een gerust geweten." „Zoudt ge niet donken/' zeide graaf Kiehl, „dat de beecbryving van de deugden onzer voorouders niet ietwat overdreven is? Mij dunkt, er zullen toen, evenals nu, goede en j slechte menschen geweest zynen w it de dames, die nooit lezen, maar steeds by den baard en in de keuken verbiyf houden, aan gaat: die zouden my niet erg bevallen. Ik heb ze liever wat meer ontwikkeld." „En ik zou gaarne willen," zeide Von Sehnwitz knorrig, „dat zy voor niets of nie mand oogen hadden dan voor hare buis- houdeiyke plichten. Do „prócieuses ridicules" studeeren, m plaats van bet oog op de be dienden te houden; de geheele huishouding loopt in het honderd en de arme man, het hoofd van het huisgezin, wordt als een duI beschouwd en mag het aanzien dat zyne vrouw door anderen het hof gemaakt wordt." Laura staarde Von Sehnwitz verbaasd aaD zy wilde antwoorden, maar graaf Kiehl was haar vóór. „My .dunkt, Von Sehnwitz," zeide hy, „dat gy, wat u betreft, niet de minste reden hebt, om zoo iets op zulk een toon te zeggeD. Als er een is, die alle denkbare vrouweiyke deug den in zicb vereenigt, dan is het myne be- kooriyke gastvrouw." Toen Von Sehnwitz den spreker met een grimmigen blik aaDzag, zeide Laura, die het gezegde van haren echtgenoot liever als In scherts gedaan opnam: (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1