N°. 10446, Maandag 12 Maart. A0. 1894, fëourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Derde Blad. Leiden, 10 Maart. ^©•O-ilXotoiOL. CERINI'S GEHEIM. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden Franco per post4 Afzonderlijke Nommore f 1.10. J, MO. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTTËN Yan 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17{. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. De heer mr. F. Was, onze nieuwe burge meester, heeft heden zijne opwachting gemaakt by den minister van binnenlandsche zaken. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van den heer A. H. Van den Oever, deelen B. en Ws. den gemeenteraad, na inge wonnen advies van den directeur der Kweek school voor onderwijzers, belast met do rege ling van het onderwijs in do gymnastiek, mede dat een van de kleedkamers der Gym- nastiekschool op de Pieterskerkgracht volgens verklaring van adressant, voor het geven van onderwijs in de Handelswetenschappen ge schikt is en dat deze kamer op [Vrijdagavond van 7 tot 9 uren beschikbaar is. Zij geven daarom in overweging aan den heer A. H. Van den Oever tot wederopzeggens te vergunnen, een der kleedkamers van het Gymnastieklokaal op de Pieterskerkgracht te gebruiken voor het geven van onderwijs in de Handelswetenschappen op Vrijdagavond van 7 tot 9 uren, tegen betaling van 10 per wekelijksch uur en per jaar en onder de ge wone voorwaarden, dat alle kosten van vuur, licht, schoonhouden, bediening en herstel van eventueel aan gebouw of meubilair toegebrachte schade komen voor rekening van den gebrui ker en dat door B. en Ws. gegeven of te geven voorschriften door hem moeten worden op gevolgd. Verplaatst is met 1 April de commies der telegraphie 2de klasse W. R. J. Hackfoort van Nijmegen naar Leiden. Voor eenige jaren is de „Vereeniging van Weesvaders" op grond van^Neerlands bereid willigheid om gajrno do tfnddende band uit te .steken, waar -dringende hulp noodig is, tot Neerlands volk gekotuon mot tie bede haar te helpen in het-worzorgen van die weezen, welke niet in een weezengesticbt opgenomen kunnen worden en toch aan eeno goede ver zorging zulk eeno dringende behoefte hobben. Door velen is aan die roepstem gehoor ver leend, door vele anderen niet. Daar echter na zes jaren werkens de levensvatbaarheid vol doende gebleken is, waagt zy nog hot maals een beroep te doen op het medelijdende hart en de milde hand. Er zyn in ons land ruim 30,000 weezen. Mogen hiervan ongeveer 13 duizend in ge stichten goed verpleegd en nog enkele duizenden door uitbesteding tameiyk wel verzorgd worden, zonder overdryving is het oen feit, dat ruim 10 duizend weezen reikhalzend naar eene betere opvoeding uitzien. Vooral ten platten lande laat de weezen verzorging nog veel te wenschen over. In de meeste gevallen worden de arme weezen tegen den luagsten prijs uitbesteed by lieden, die zelven weinig of geene opvoeding hebben genoten. De jongens leeren geen ambachten, de meisjes geen vrouweiyke handwerken, terwyl van geregeld schoolgaan geon sprake is. Veldarbeid verrichten is doorgaans het eenige doel. Mochten armbesturen al eens klachten vernemen van minder goede behandeling der weezen, zy durven meestal niet doortastend optreden uit vrees opnieuw te moeten uit besteden en dan tegen hooger bedrag. 't Spreekt vanzelf dat er gelukkige uit zonderingen zyn, maar met de groote massa is het treurig gesteld. „Tien duizend weezen zoo ten prooi over gegeven aan verwaarloozing 1" Wie huivert niet by die gedachte l En toch zegt de koude werkeiykheid dat een groot aantal weezen op die wyze niet wordt opgevoed zooals wenscheiyk is. In de overtuiging dat ieder, met een mede- ïydend hart bezield, gaarne zou willen helpen om dien toestand te verbeteren, zal dezer dagen hier ter stede, evenals elders, eene collecte worden gehouden of zullen inteeken- lyston worden aangeboden. Wij weten hot: er wordt tegenwoordig veel van de milddadigheid gevraagd, maar men houde zich verzekerd, dat geen offer voor de toekomst ryker vruchten zal afwerpen, dan dat men brengt op 't altaar der goede weezen- verzorging. De kunstschilder Jan Toorop is door Z. H. den prins-regent benoemd tot ridder 4de klasse van de orde van St.-Michaël van Beieren. Er is te Zoetormeer eene R.-K. centrale kiesvereoniging voor het district Zoetermeer opgericht. Tot leden van het dagelyksch be stuur zyn gekozen do heoren: A. P. Verhoef, president, te Zoetormeer; A. J. Heestermans, vice-president, te Moordrecht; T. P. Bohm, lste secretaris, te Zegwaard; D. Groene- wegen, 2de secretaris, te Nootdorp; C. Vol- bregt, lste penningmeester, te Bleiswyk; U. Ham, 2de penningmeester, te Hillegersberg Van Haasteren, gewoon bestuurslid, te Veur. Tot leden van de commissie, die de ont worpen grensregeling tusschen de gemeente Waddingsveon en die van Boskoop zal hebben to beoordeelen, zyn te Waddingsveen gekozen de heeren J. C. Van der Torren, Ph. Van der Breggen, C. Oadyk, J. Van der Heo, G. Van Dort Kroon, J. Nieuwosteeg, W. A. Yerbruggen, J. Vis, J. Goosoo, L. Rutten en A. Witteman. Do vertooning, gisteravond in het Theater* Van Lier te Amsterdam gegeven van „Onze Vrouw6n", gold als oere avond voor mevrouw Albregt Engelman. Met bloemen en door het handgeklap van het overigens niet talryke publiek is haar hulde gebracht. Voldoende aan het verlangen van den min. van binnenl. zaken, is door B. on Ws. van Groningen don Raad voorgesteld in de regeling der exploitatie van het nieuwe acad. ziekenhuis op te nemen: a. gedurende de universiteitsvacantiën en ook by ontstentenis der hoogleeraren wordt in den genee3-, heel- en verloskundigen dienst voorzien door de commissie van beheer, zoo mogeiyk, na gehoord te hebben de betrokken hoogleeraren b. de klinisclio hoogleeraren hebben do be voegdheid te zamen over 4000 verpleegdagen 's jaars te beschikken ten behoeve van patiën ten, wier opneming zy in het belang van het onderwys geraden achten. De aan deze verpleging verbonden kosten komen ten laste van het Ryk Het stoomschip „Prins Frederik Sen- drik," van Amsterdam naar West-Indië, pas seerde 9 Maart Dover; de „Reichstag," van O-Afrika naar Vli6singen en Hamburg, arri veerde 8 Maart te Napels; de „Werkendam," van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 9 Maart Lizard; de „Prins Alexander," van Amsterdam naar Batavia, vertrok 8 Maart van Genua; de „Hector," van Batavia naar Amstordam, passeerde 10 l£aart Bevezierjde „Koningin Emma," arriveerde 10 Maart van Amsterdam te Batavia; de „Soenda" vertrok 10 Maart van Batavia naar Amsterdam; de „Berenice" vertrok KJ Maart van Cuxhaven naar Amsterdam; de „Buhdesratb," van Ham burg en Amsterdam .naar Oeat Afrika, arri veerde 8 Maart te Lissabonde „Dubbeldam" arriveerde 9 Maart van Rotterdam te Nieuw- York. By koninkiyk besluit is benoemd G. E. O. Ribbius, met ingang van 1 Mei a. s., tot burgemeester van Roon. Aan den adelborst lsto kl. J. M. Ramondt vergunning verleend tot het waarnemen in Nederlandsch-Indio eener betrekking buiten het zeewezen, voor den tyd van een jaar, ingaande 16 April a. s., onder stilstand van non-activiteits-traktement en zonder opklim ming in doranglyst. Mot ingang van 1 April a. s.1°. de kapitein- kwartiermeester by hot corps mariniers C. J. Hazenberg op pensioen gesteld, onder toekon- ning van een pensioen van ƒ1054 'sjaars; 2°. by het corps mariniers bevorderd tot kapitein-kwartiermeester, de lste luit.-kwar tiermeester A. 0. Beydals. Pensioen verleend aan: P. G. Remmers, commies te water by 'sRyks bel., ƒ568; E. De Rooy, wed. B. Wompé, postbode, f 25. Benoomd by het personeel van den genees kundigen dienst dor landmacht, tot paarden arts 3de kl. J. M. Knipscheer, van dat personeol. Aan den reserve officier van gez. 2de kl. H. Snellen, van het personoel van don genoesk. dienst der landmacht, eervol ontslag verleend uit zyno betrekking tot de landmacht. Met ingang van 1 Juli a. s. aan J. Muus, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als directeur van het postkantoor to Edam. De uitvaart van den heer Van der Breggen. Onder een grooten toovloed van belang stellenden en deelnemondon ons telegraphisch bericht melddo dit reeds had gisteren, 9 Maart, te Waddingsveen de tor-aarde-bestolling van wylen onzen stadgenoot den heer J. Van der Breggen Az. plaats. Tegen halftwaalf naderde de sombere stoet de groeve, waaromheen zich tal van hoog geplaatste personen hadden geschaard, om do laatste eer aan don afgestorveno te bewyzen. Onder dio aanwezige personen bovonden zich o. a. de heeren mr. C. Cock, waarnemend dykgraaf van Rynland; H. F. Bultman, lid der Eerste Kamer; Snel, dijkgraaf van den Zuidplaspolder; Kley, dykgraaf van Schieland, mr. Van Bergen IJzendoorn, burgemeester van Gouda, hoofd- en verdere ambtenaren van Rynland, enz. Onder eene plechtige stilte nam de heer Cock het woord, om den edelen doodo te her denken in zyne onvermoeide werkzaamheid, zyne uitstekende bokwaamheden en zyn min zaam, degeiyk karakter. Met innige dank baarheid herinnerde hy zich de vele jaren, die hy met den overledene in 't belang van Rynland werkzaam was en met de meeste waardeering sprak hy van de adviezen, welke zoozeer op prys werden gesteld en zoo ge tuigden van het helder doorzicht, het grondig oordeel en de veelomvattende kennis van zaken, die de heer Van der Breggen bezat. De heer Bultman roemde don overledene als onvermoeid stryder voor de belangen van den landbouwenden stand, als een man van veel studio, die met al, wat in hem was, waakte voor een der voornaamste takken van Nederlands bestaan, als iemand, die pal stond voor recht en voor waarheid on bovenal door zyn treffend voorbeeld bewees, hoe hoog hy de plichten stelde, die hem als werkzaam lid dor maatschappy waren opgelegd. Namens hen, die by den heer Van der Breggen in dienst waren, sprak een der aan wezigen in een gedicht een gevoelvol woord van dank en hulde. Diep ontroerd trachtte de oudste zoon, de heer Ph. Van der Breggen, den dank der familie te vertolken voor de belangstelling by de groeve aan zyn hooggeschatten vader be wezen, en hiermede was de droeve plechtig heid afgeloopen. In menig oog blonk een traan van dank baarheid voor don waardigen doode, die zoo vaak zieken en bohoeftigen in uren van leed en smart ter zyde stond, die om zyn humaan on edel karakter zoovele ondergeschikten aan zich verbond on voor hunne belangen Zorgde. Wel bad hy sinds de laatste zes jaren de gemeente WaddiDgsveon verlaten, maar zijn oog bloef waken, zyn hart bleef kloppen, vooral voor de minderbedeelde ingezetenen. De vele en prachtige kransen, die zyne ïyk- kist bedekten, getuigden genoeg, hoe hoog men den heer Van der Breggen 6cbatte. Slechts noode scheidde men van het een voudige kerkhof, overtuigd, dat wederom iemand ton grave was gebracht, wiens plaats in do maatschappy niet gomakkoiyk zal wor den vervuld on wiens goede worken door allen zullen gewaardeerd worden. Zyno assche ruste in vrede I W. R. eene kliniek zal afstaan aan dr. Van Stockum. De by gebouwen worden voor logies der patiën-; ten gereserveerd. KOLONIËN. BATAVIA, 7—9 Februari. tJit verschillende plaatsen komen nog steeds berichten van verwoestingen, door ovorstroo- mingen aangericht. Het huis op den hook van hot Konings plein en gang Secretarie, to Bataria, vroeger bewoond door den hoor Kroegen, is in eigen dom overgegaan aan den hoer Merten van het „Hotel der Nederlanden," die hot voor Door den Gouverneur-Generaal van Nod.-IndiÖ zijn de volgendo beschikkingen genomen: Civiel Departement» Verleend: Een Jaar verlof naar Europa, wogene langdurigen dienst, aan don president van do Wcoa- en Boedolkamer te Soerabaia O. J. E. Leydb; een iwoejarig verlof naar Europa, wegens ziekte aan don eeoretarls der reaidentio Oost kant van Sumatra, L. A. Van Ryn van Alkemade; tweo jaar verlof naar Europa vregona ziekte, aan de hulpo-dorwgzeres 2de kl. G. Dgkstra en aan den echout voor de politie te Paaooroean P. O. Groeneveld. OntBlagen: Eervol uit 's lande dienst: wogena volbrachten diensttijd, de kantoorchef der 2dekLe«o by' den post- en telegraafdienst, G. Do Baadtop verzoek, mot ingang van den dag, waarop bij bot be- heer van zyn kantoor aan zijn opvolger zal hebbon ovorgegevou, do kantoorchef der Sde klasse (commies der lsto klasse) by den poet- en telegraafdienst, O. P. Copper eervol nit 's lands dienst, wegens vol- brachton diensttijd, de resident van Japara W. C. J. Oastens. Benoemd: Tot secretarie dor residentie Oostkust van 8umatra de controleur der late klasse bij hot Binnenl. Bestuur op do Bezittingen buiten Java en Madoera, Gh E. P. Van Kerokhoff. Machtiging verleend: Tot uitreiking raa Th. P. v. Eapon eonor akte van toelating tot uit oefening als apotbokors-bodiende dor arteeogberoid- kunst in N.-I. Door den directeur der Burgorlijke Openbare Wor en By don Waterstaat ou 's lands Burgorlyke Openbars Werkon: Toegevoegd: Aan don ohof dor 2de w&terstaats- afdeellng voor bot opmaken van ontwerpen in bet belang der verbetering van de bovloeiing on afwate ring in Zuid-Banjoemaa en de afdeeling Earanganjor der residentio Bagolon, de ingoniour lste klasse M. Bolland. Bepaald: Dat de aan den chef der 5do water- ataataafd^eliDg toegevoegde ingenieur 3do klasse J. C. Voorduin workzaam zal zijn ia het bel&ug van bot d&gelykecli behoor on toezicht op de voraohllleude waterwerken teSito-bondo en van de verbetering der bevloeiing on van den waterafvoer in hot gebied dor Sampean-rivior, (afdeeling Sltoebondo residentio Besoeki.) Departement van Oorlog. Vorloond: Twoo jaar verlof naar Europa wegens ziekte, aan den loten luit. der inf. W. Bronkborst; eene maand verlof naar floekaboomi wegona ziokte, aan den offic. van goz. 2do kl. S. Ujlaki. Overgeplaatst: Naar Meoster-Oornelia als kwartiermeester by bot dep.-b&t. do lste luit.* kwartierm. by de Vde afd. vau het dep. v. Oorlog T. II. Kuijl; bij de troepenmacht to Atjeh t. n. i. de 2do Init. by hot 2de dep. te MagclaDg, A. Bijkona; by bot 2do dep.-b&t. to Magelang do late luit. bij bet G. B. der Z. on O. afd. van Borneo te Kw&li K&pooas J. Kocb; bij hot G. B. der Z. en O. afd. van Borneo, do 2de luit. to Eodong Kobo B. F. Maidm&n. Geplaatst: By do' Vdo afd. van bot dop. v. Oorlog de late lnit.-kwartierm. van het intcndanco- b&reau to Batavia tor besohikking v&a de hoofd intendance C. F. Julia»; to Batavia ter berch kking van den gewest-, intondant, de lato lait.-kwtittior- moestor te Batavia J. F. Verwf*iJ. V&d Atjeh worden afgelost do lsto luitenant* dor inf. H. A. Van Lockhoret, J. Utztnann, H. iHosse laar on L. Gont Genoemde offioioren enllen do be stemming volgen, dio ban door ban dienstchef zal worden aangewezoD. Departement van Marine. Bono om d: Tot vico- commandeur voor hot vak van scheepsbouw bij bot marito-ótabllsBomont to Boorabai», J. Eomin, G. J. Scbuitomakcr on P. Hondrikso, daartoo gesteld tor beschikking vau den Goiverneur-Gonoraal vau N.-I. Ovorgeplaatet: Van Hr. Ms. wachtschip „Qedeh" naar Hr. Me. fregat „De Bnytor," do luit. :er zoo lsto kl. L. F. T. Bik; van Hr. Ms. p&ntacr- dekkorvel „Sumatra" naar Hr. Ms. w&ckiechip „Qedeh"' Co Init. ter zee 2de kl. F. L. It&mbonuet. Vorgunning vorloond: Om wegens l.ng- durig verblijf iu deze gewesten Daar Nederland terug to koeren tan de luitenants ter zoo 2de kl. F. L. Haalbonnet van Hr. Mn. wachtschip „Gedoh" en P. 11. Z. Marcella van Hr. Ma. w&chtsoliip „Bromo". 4) Eindeiyk was alles voorby, Annie had haar reiskleed aangetrokken, nam een lang, teeder afscheid van de arme rjjko moeder, en het prinselyke paar rolde in een rytuig weg. De reis ging eerst naar het zomerverbiyf van den prins; daar wild9 men een oogenbhk rusten en nog een paar noodzakelyke bagago- slukken van den vroegeren vrygezel mede- nemen. Het spoorwegstation kon van daar uit na een korten rit bereikt worden. De prins was blijkbaar zeer zenuwachtig, onrustig en gejaagd; hy gaf nu en dan ook onjuiste, verwarde antwoorden, maar hy sprak voort durend, misschien om zyne opgewondenheid meestor te worden. Nadat hy met zyne jonge gemalin een kop koffie gedronken had, zag hy op het horloge en merkte op: „Wy heb b9n nog meer dan twee uren tyd, eer de trein vertrekt. Ik heb hier eene mooie boot liggen en het riviertje is zoo aanlokkeiyk - willen wy nog een klein watertochtje maken? De streek is prachtig, het is hier zoo stil I" Annie had niet veel lust; zy hield over 't geheel, daar zy wat bang was, niet veel van watertochtjes. Zy antwoordde ontwykend; maar Giovanni list niet af. Wat kondejong- gehuwdo hem weigeren? Eindeiyk gaf zy hare toestemming. „Carlo zal roeien; hy is een by na even goed sportsman als ikzelf; hy hesft een vasten slag." „Maar wordt het niet spoedig donker?" vroeg de nieuwbakken prinses. „Zoo lang duurt de vaart niet; wy zyn weer terug, eer de schemering invalt." Zy stapten in de boot, en onder Carlo's kundige leiding schoot het vaartuig snel voor waarts. Do schemering kwam even wol eerder dan de prins verwacht had. De prins en do prinses bereikten laat in den avond Liverpool en gingen de3 morgens van den volgenden dag op de stoomboot „Eturia," die hen in don gewonen tyd naar Nieuw-York bracht. Do prinses was diep ge sluierd op het schip gekomen en bleef, daar zy zeeziek was, gedurende de geheele reis in bare hut. By de aaukomst te Nieuw-York vond het jonge echtpaar een telegram, inhoudende dat mevrouw Mac Laurie drie dagen na hun ver trek aan eene beroerte was gestorven. IV. Denzelfden avond, waarop de prinselyke buurman van professor Moore met zyne ge malin de reis naar Amerika aanvaardde, was Ethol Moore verdwenen. Alle eventualiteiten werden overwogen waar kon de vermiste heengegaan zyn? De dienstbode snelde naar de na&3te huizen, die achter den tuin lagen, en hield rondvraag. Niemand wilde Ethel Moore gezien hebben. In de vroegere woning van den prins was alles stom en stil; de menschen, heette het, die in het huis gewoond hadden, waren ver trokken. „Wolk eene verschrikkolyke gebeurtenisl" zeide de oude professor wanhopig; „zou zy verongelukt zfiu In de rivier Neen, zoo zwaar kan de Hemel my niet beproevon." „En hoe is hot boven? Is al haar goed er „Er ontbreekt niets. Ook haar zomermantel hangt op de gewone plaats; ik vermis niets." Dien nacht vonden de bewoners van hot huis weinig rust. Telkens doolde de oude man, wiens grys, lang haar in don wind fladderde, opnieuw door het huis en den tuin. Emdeiyk keerde hy uitgeput naar huis, om nog eene poos in eene andere richting te zooken, on telkens klonk het door den heerlyken, koelen Septombernacht: „Ethell Ethel l" Den volgenden morgen werden de na sporingen met hetzelfde resultaat voortgezet. Men riep de hulp der politie in. Maar de districts beambten woonden ver af en de wacht hebbende konstabel haalde de schouders op. Hy nam intusschon het signalement op en beloofde het zyne te zullen doen. Toen do professor oindeiyk heengegaan was, zeide hy tot een zyner ondergeschikten„Ik wilde het hem niet zeggen, maar ik geloof dat zy weg is met haren geliefde, enzoovoort." „Er van door gegaan, meent gy, Jenkins?" vroeg de ondergeschikte. „Ongetwijfeld I Nu, de oude looft een pond of twee uit; wy zullen dus doen, alsof wy haar zochten." En de beide waardige dienaren der open bare veiligheid zagen elkaar aan, knipoogden en lachten. Professor Moore, die geen rust had, snelde den volgenden d3g naar de stad, deèlde zyn ongeluk ook daar aan de politie mede en vroeg een detective. Maar daar hy niet ryk was en geene groote som voor het opsporen van zyn kind kon ultlovon, werd hem weinig hoop gegeven. De Eogelsche detectives werken alleen in zeer goed betaalde gevallen uit stekend en hier, redeneerden zy, waren in 't geheel geene aanwyzingen. De oude man schreef sedert jaren aan een groot werk, waarin by wilde bewyzen, dat de Indianen van Noord-Amorika van do bybel- 8che Hebreërs afstamden. Dit was zyn lievelingswerk. Doch nu staakte hy het work en zocht tolkens en telkens woor. Hy had geen succes. Dikwyis, als hy uitgeput en treurend in zyne kamer zat, verweet hy zich, dat by zyn kind veronachtzaamd, dat hy zich te weinig om haar bekommerd had. Dan sprong hy op en liep ver het land in en vroeg en zocht. Hot hielp niets. Niemand wist iets van Ethel Moore Weken gingen voorby; de koude wind veegde door de voorstad, do boomen stonden naakt en ledig, de klaagtoon van den herfst klonk om het eenzame huis. „Heeft zy my vergeten en verlaten?" zoide de oude man tot zichzelven; „ik heb haar toch zoo lief gehad. Is zy verongelukt en gestorven? Mis- schien toch in do rivier?" i Hy gaf een vlsscher eene voor z'yn doen groote som en droeg hem op de rivier af te visschion. Maar de vis&cher vond niets. Weer verliepen weken en het sneeuwtapyt bedekte het laud. Moore wydde zich weer aan zyn werk en scureef en schreef, om to vergeten. Zyne oogen worden somber en dikwyis sprong hy van het werk op, om in den met sneeuw bedekten tuin to zoeken. De menschen zeiden dat hot met den oude niet recht pluis meer was. Eensklaps, het was een paar dagen vóór Kerstmis, stormde Nancy, do dienstbodo, buiten adem, zonder aan te kloppen, do kamer btnnen. „Ze heoben haarl" riep zy, „ze brengen haar t" „Wie?" riep Moore verschrikt, „wie brengt men Nancy wooa op eenige lieden, die eeno baar droegen. „Zy is toch in de rivier geraakt!" riep zy. „Ethol onzo Ethell" „Och, ochl" kreunde do oude man. Éón der mannen, het was de visscher, trad nader en zeide: „Nu hebbon wy haar. Wy waren aan het visschen gegaan, ik en de 8troohoedvlechter, dio nu vacant- heeft, en toen wy het ys vrygemaakt ikge- slagen hadden, zeide hy tot my: Wi.mw, dat is hier niet pluis, daaronder ligt iels, hot lykt wel op eon menscb. Toen namen wjj de haken en trokken, totdat hot boven was. Maar het is niet goed te zien, mynheer, hot heeft te lang in het water gelegen. Ga mee naar don ïykschouwer; daar moeten wü het eerfct Ur n brengen." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 9