Finantiëele Kroniek.
„Vervolg der Stilte" zou men een overzicht
der afgeloopen week kunnen betitelen, aange
zien in het karakter der fondsenmarkt weinig
.of geen verandering was te bespeuren, mis
schien alleen eene nog grootere terughoudend
heid van het publiek. Dit was evenwel minder
te wijten aan de houding der hoofdmarkten,
daar het buitenland over het algemeen een
gunstiger aanzien had, doch het publiek blijft
nu eenmaal in kalme afwachting van gunsti
ger tyden en noch eene gunstige ommekeer
in den handel, noch een gewijzigde meening,
worden in een paar enkele dagen te voorschijn
geroepen.
Intusschen blijft het geld overvloedig dispo
nibel en aangeboden en het wordt langzamer
hand moeilijker dit op voldoende wijze ge
plaatst te krijgen. Dat daarbij aan belegging
in onze Staatsfondsen de voorkeur wordt ge
geven boven prolongatie, waarvan de rente
sedert langeren tijd zeer laag is, blijkt o. a.
wel uit het feit, dat de 3 pet. W. Schuld
thans 1003/, genoteerd is en de 2'/a pet.
Schuld al langzamerhand op weg gaat naar
eene noteering van 90 pet
De markt der Koloniale- en Tabaks
waarden was voortdurend in levendige stem
ming. Deze afdeeling maakte wel eene gunstige
uitzondering, daar hoofdzakelijk door voort
durende flinke speculatieve aankoopen de
prijzen oene belangrijke verheffing konden
ondergaan, welke voor de A ssahan-tabak-
maatschappijen van de groot8te beteekenis was.
Van buitenlandsche fondsen waren Rus
sen in minder vaste houding er, is voor de
meeste soorten eenige teruggang te melden.
Zij ook ondervonden den invloed der ontstem
ming, welke de scherpe daling in Italianen
te voorschijn riep. Het koersverloop dezer
laatsten was verrassend en teleurstellend
tevens, daar eene dergelijke plotselinge scherpe
daling niet werd verwacht. Wel bleven Londen
en België gedurende de laatste dagen eene
zeer gereserveerde houding aannemen, in
afwachting van de plannen, welke door den
minister van financiën zouden worden voor
gelegd. Deze plannen nu zijn thans bekend
geworden en zijn in hoofdzaak gevormd op
eene aanzienlijke verhooging der belastingen
en op eene converteering der schuld. Om het
zeer aanzienlijke tekort op do .begrooting to
dekken, zullen groote bezuinigingen worden
Ingevoerd, die tot een bedrag van 45 millioon
lire zouden kunnen besparen.
Wat de verhooging der belastingen aangaat,
worden deze voorgesteld eene vermeerdering
van 100 millioen lire te zullen geven, waarvan
het grootste gedeelte door verhooging van
alle bestaande belastingen op de inkomsten
en grondbelasting zal worden verkregen.
De belangrijkste en meest ingrijpende maat
regelen, die thans worden voorgesteld, be
treffen de staatsschuld en de schatkist. De
5 pets. rente zal worden geconverteerd in
eene 4 pets. schuld, voor altijd ontheven van
belasting, terwijl eene nieuwe 4% pets. bin-
nenlandsche schuld zal worden gevormd.
Voorts wordt het invoerrecht op tarwe
verhoogd, doch daartegen de accijnzen op meel,
brood, enz. afgeschaft, hoofdzakelijk met het
doel om den te zwaron belastingdruk op Sicilië
te verminderen.
Door de aangekondigde maatregelen zullen
de jaarljjksche ontvangsten met 150 millioen
vermeerderen, waardoor het mogelijk zal zijn
om het ovenwicht in de begrooting voor lange
ren tijd te bevestigen en zoodoende het zeer
geschokte crediet te herstellen.
De belangrijkste vraag is natuurlijk wel
zijn de voorgestelde ingrijpende maatregelen
afdoende? Het is onmogelijk daarover nu
reeds eenige meening te vernemen, vooral
daar nog zooveel in de voorstellen moet wor
den verduidelijkt; doch in toongevende finan
tiëele kringen worden de scherpe daling en
het groot aanbod van fondsen in de laatste
dagen als niet gemotiveerd geacht.
Oostenrijksche waarden bleven on
geveer op gelijke koersen. Alleen kwam in de
Februari-rente eene plotselinge verhooging tot
stand, dank zij de verlatenheid der markt,
waardoor zulk eene noteoring kon geforceerd
worden.
Turken Dijjven voortdurend onder den
gunstigen invloed der sterke vraag in het
buitenland, waarvan vooral de geconverteerden
serie C konden profiteeron.
De belangrijke rijzing der aandeelen K u rs k
Charkow Azow is een gevolg van hot
bekend worden dat de onderhandelingen over
eene regeling zoo vor zyn gevorderd, dat de
voorwaarden, waarop de aandeelen zullen wor
den ingewisseld, konden worden gepubliceerd.
Voor elk aandeel ad 125 Rbl. zal ongeveer
anderhalve 4 pets. obligatie Rusland van gelijk
bedrag, benovens eene uitkeering van ongeveer
10, worden uitgereikt.
Wat de winst-aandeelen betreft, duidt de
groote sprong, dien zil plotseling maakten, ge
noeg aan dat de verwachting, die ten opzichto
der uitkeering voor deze stukken wordt ge
koesterd, een voor de houders zeer bevredi
gend resultaat in zich sluit
Op do subsidie-bewijzen Circum Etnea
wordt thans oene uitkeering gedaan van f 5.97
voor achterstalligen interest van April Dec.
1893. Tot ontvangst moeten de certificaten
naar Amsterdam worden opgezonden, doch
geschiedt de uitkeering alleen aan de houders,
die hunne oorspronkelijke stukken (subsidie-
overdrachtsbew\jzen) vóór 1 Maart ter ver
wisseling tegen certificaten hebben ingeleverd.
Over hot algemeen was de houding dor
Zuid Amerikaansche markt tamelijk gunstig.
Mexicanen, Brazilië en Ecuador konden
allen meer of min belangrijk avans behalen.
Alleen Uruguay liep eenigszins in prijs
terug, hetgeen wel tegen de verwachting is
in verband met den onlangs gepubliceerden
staat der douane-ontvangsten, welke eene niet
onbelangrijke vermeerdering aanwijzen. De
loop der Zuid-Amerikaansche waarden werd
echter geheel beheerscht door de Londensche
beurs, welker koersen hier getrouw werden
nagevolgd.
Ten einde op spoedige wyze de verplich
tingen ten opzichte der twee onbetaald ge
bleven coupons der Venezuelaansche
schuld na te komen, heeft de regeering be
sloten, te beginnen met 1 Februari, de maande
ïyksche remi8en ten dienste der schuld met
een bedrag van 875 pd. st. te verhoogen,
ten einde zoo spoedig mogelijk daardoor tot
inwisseling der oude coupons te geraken.
Goede vraag bleef verder bestaan voor oblig.
Merida en Carenero, in verband met do
zeer krachtige verbetering van den flnantiëelen
toestand van het land.
De Amerikaansche Spoorwegmarkt verkeerde
vrjj algemeen in lustelooze stemming. De
handel blijft in hooge mate onbeteekenend
bij gebrek aan eenig belangrijk nieuws. De
spoorwegontvangsten blijven hoog6t ongunstig,
waarbij de la§>6 prijzen van graan en zilver
natuurlijk geene factoren vormen tot eenige
verbetering. Waarschijnlijk zal deze toestand
wel voortduren tot een besluit omtrent de
tariefwet eenige meerdere zekerheid zal geven
en de handel een vaster grondslag zal hebben
verkregen.
Omtrent het reorganisatie-plan dor Central
Pacific wordt meer uitvoerig vernomen op
welke basis de regeling wordt voorgesteld.
De Central Pacific geeft aan de regeering eene
eerste hypotheek op al hare bezittingen, con
tracten, enz., waarbij de Maatschappij evenwel
het recht behoudt om over hare bezittingen
te goeder trouw te mogen beschikken en om
van do gelden, door verpachting verkregen,
een dividend op de aandeelen uit te keeren
als bij de wet zal worden toegestaan. Verder
zal de C. P. obligatiên, uitgeven tot een be
drag van 135 millioen dollars, rentende 2'/a
pet., welke obligatiên door de regeering voor
hoofdsom en rente zullen worden gegaran
deerd. Deze nieuwe obligatiên zullen gedeelte
lijk worden aangewend tot inwisseling der
thans ten laste der Central loopende obliga
tion, welke dus te eeniger tijd tot inwisseling
of aflossing zullen worden opgeroepen.
Rijnlandsche Bank.
Brieven xiit Amsterdam.
n.
Waaraan toch zou het toe te schrijven zijn,
dat wij, hetgeen we in onze jeugd onder
vonden, zoo lang en zoo scherp onthouden,
terwfil we feiten uit ons later leven zoo ras
vergeten? Volen meenen de oorzaak hiervan
te moeten zoeken in het zwakker worden
van 't geheugen. Maar zou het ook niet voor
een deel liggen aan het feit, dat veel wat het
kind ondervindt, voor hem niouw is en scherper
waargenomen wordt, terwijl by ons ouderen
do indrukken zoo talrijk zyn en zoo weinig
nieuw, dat. de een den anderen verdringt
zonder merkbaren indruk achter te laten. Het
is my niet moeiiyk het gouden ooryzer, do
kanten muts, de gebloemde sjaal en vooral
ook de zachte, goede blauwe oogen voor den
geest te halen eener lieve tante, sinds jaren
verscheiden, die my, toen ik kleutor was,
zooveel goeds deed. Maar zoo men my naar
de kleur der oogen vraagt van den waard in
De drie fleschjesdie my eiken middag myn
glaasje overreikt, ik zou het niet kunnen zeggen.
Ook is het merkwaardig hoe kleinigheden,
een langvergoten straatdeuntje, de stem van
oen vriend, dien we in jaren niet zagen, ja
zelfs de aanblik van een oud meubelstuk, ons
een stuk leven voor den geest tooveren, dat
we reeds lang voorgoed dood dachten.
Het is naar aanleiding van een gesprek, dat
ik met een der reünisten van do Handels
school te Amsterdam had, dat ik aldus myn
brief begin.
Onze Handelsschool oene inrichting, waar
wy Amsterdammers trotsch op zyn vierde in
deze week haar vyf-en-twintlgjarig bestaan.
Van allo zfiden stroomden oud-leerlingen toe
om de oude leeraren nog eens te spreken,
hunne dankbaarheid te betuigen voor het vele
goede, dat zy genoten hadden en ook wel om
te toonen hoe ver ze het gebracht hadden.
Wie een tiental jaren geleden op de school
banken zat als een bedeesde knaap, werd nu
als het hoofd van een voornaam handelshuis
teruggezien. Dezelfde loeraar, die zooveel
moeite had gehad om Jantje de beginselen
van 't flnancie-wezen in te prenten, ontmoetto
nu Jantje als een Jan, die, chef van een ban
kiershuis, ieder die maar wilde een lesje kon
geven in die hoogere wiskunde, waardoor de
geldhandel een ontoegankeiyk gebied is voor
ieder eenvoudig man. Welke goede resultaten
de Handelsschool oplevert bleek hier vooral
door de oud-leerlingen die, byna allen aan-
zieniyke posities innemen. En dat er niet
alleen knappe handelslieden afkomen, maar
de verworven kennis er algemeen is, mogen
oud leerlingen als de criticus C. F. Van der
Horst en de letterkundigen Arie Prins en
Frederik Van Eeden getuigen.
De verschillende feestelykheden, waaronder
vooral het bal in 't Concertgebouw uitmuntte
oen bal, waarop al wat Amsterdam aan schoone
jonge meisjes in den voornamen stand telt,
aanwezig was mogen veel genot geschon
ken hebben, de oud leerling, waarmede ik in
gesprek raakte, verzekerde my dat niets hem
zoo gelukkig maakte dan de gelegenheid, die
hem geboden werd, zyne vroegere leeraren en
zyne oude kameraden weer te zien. Heel zyn
leven van dertien tot twintig jaar zag hy
weder opblinken; al de kleine zorgen herin
nerde hy zich. En de leeraren, die de inrich
ting trouw waren gebleven en die hy nu weer
zag, wel wat ouder, maar toch nog met
dezelfde kleine eigenaardigheden, vroeger voor
hem reuzen in kennis en wysheid, waren nu
wel iets kleiner voor hom, maar toch voelde
hy nog altyd dat diepe gevoel van eerbied
en achting, dat we ons leven lang behouden
voor hen, die ons, toen we onwetende, zwakke
kinderen waren, leidden en voorbereidden voor
den moeilyken stryd om 't bestaan.
Op een der feestavonden gaven de leerlin
gen in den Artis-schouwburg eene muzikale
en dramatische uitvoering; een amateur-
photograaf vertoonde eenige dissolving-views
en, geiyk dat te verwachten is, werd op het
witte doek ook het portret onzer lieftallige
jonge Koningin getooverd. En nu kwam weer
het phlegmatieke Hollandsche karakter uit.
In welk land ter wereld zou zoo iets vertoond
kunnen worden, te midden van een hoogst
beschaafd gezelschap van consuls, gemeente
raadsleden, kooplieden en tal van jongelui,
in feesteiyke stemming, of allen zouden als
één man hebben opgestaan en met ontblooten
hoofde het Volkslied hebben gezongen. Hoe
gaarne had ik, tusschen al die styf-deftige
Hollanders, die zwart-gerokte en witgedaste
vaderlanders, hebben opgestaan om uit volle
borst een Wilhelma van Nassauwe aan te
heffen, ware ik niet, door myn ambt, ge
dwongen geweest slechts toe te zien en aan
te teekenen als een aanwezige, die er geen
belang in stelde.
Maar een hoezeetje en rrrteen nieuw
stuk. Ik weet wel dat we Oranje niet op de
tong, maar in het hart dragen, doch ik had
dezen keer toch gaarne eene hoorbare uiting
waargenomen. My dunkt, de Hollandsche
koopman vooral moet weten welk een zegen
het is, dat de oranjeboom eene zwakke loot
naliet, die, heerlyk opbloeiend, eens een boom
zal worden, in wier schaduw vele vermoeiden
rust zullen vinden.
Eene tegenstelling van de vastheid van tong
op dit feest was de uitvoering van den Mili
tair eyi Bond voor Koningin en Vaderland, eeno
vereeniging, die zich beyvert onder de militairen
de kameraadschap en de vaderlandsliefde aan
te wakkeren. Hier werd, met begeleiding van
militaire muziek, uit volle borst gezongen. Wat
vooral toe te juichen is, vind ik, dat niet
alleen op deze wyze het doel bereikt, maar
ook dat de volkszang verbeterd wordt.
Wie de liederenbundel „Voor Janmaat en
Soldaat" inziet, moge al eenige critiek oefenen
op de taal der liederen, niemand zal ontkennen
dat er geene warme liefde voor vorstin en
vaderland in al de verzen doorstroomt en
ieder zal toegeven dat, door zulke liederen
onder het volk te brengen, het walgelyke,
dreinerige, onzedelyke straatlied van tegen
woordig verdrongen wordt.
Er werd ook dien avond tooneel gespeeld
door korporaals en toen wy de volle zaal
van 't gebouw „Plancius" verheton, waar
die honderden soldaten en matrozen eens
gezind en karaeraadschappelyk byeen zaten,
terwyi de gedachten aan de kroeg verre wareD,
brachton wij eene stille hulde aan den jongen
luitenant Glockener Broussondie deze ver
eeniging oprichtte en zyne al te groote voort
varendheid geboet heeft met overplaatsing
uit Amsterdam naar eene stille garnizoens
plaats.
De afdeeling Amsterdam van den Bond
erkende de verdiensten van zijn stichter
door den luitenant tot eere-voorzitter te
oonoemen. B.
198ste vergadering van de afdeeling
Leiden en Omstreken van de Maat
schappij tot bevordering derBou wkunst.
Door tu8Schenkomst van den hoer P. De
Wilde Pz. was door de firma Brill voor de
Kunstbeschouwing het plaatwerk ,,L' Archi
tecture, la décoration, 1' ameublement" par
Eugène Prignot afgestaan, dat met veel be
langstelling werd bezichtigd.
Door den heer H. J. Jesse waren als kunst-
industriëele voorwerpen ingezonden eene groote
en eene kleine tafel, een fauteuil en een stoel,
alle vervaardigd van eikenhout doorLeidsche
werklieden. De commissie van beoordeeling
roemde zeer het goede werk, maar maakte
eenige kleine bemerkingen op den vorm der
stoelen.
Na goedkeuring der door den secretaris ge
lezen notulen, zegt de voorzitter eenige woor
den ter herinnering aan wyien onzen hoog-
geachten burgemeester, in het byzonder over
zyne belangstelling voor den door de afdeeling
gehouden wedstryd voor handwerkslieden in
1890, van welker uitvoerende commissie de
heer De Laat de Kanter eere-voorzitter was.
Aan de orde is de beantwoording van
vragen, gesteld door het bestuur der Maat-
schappy.
De heer N. De Zwart brengt rapport uit
over vraag X: „Welke maatregelen worden in
den zetel uwer Afdeeling genomen in het
belang van den bouw van woningen, die aan
de eischen der hygiëne voldoen?"
„Bestaat er ten uwent eene commissie tot
behartiging van de hygiënische belangen, en
wat werd door haar reeds v->rreicht op het
gebied van bestaande en den bouw van nieuwe
woningen
De rapporteur begint met te zeggen dat
de eisch, waaraan e.-ne woning moot voldoen,
is, dat zij een gezond en aangenaam verblyf
aanbiedt voor het gezin. De grond, waarop
de woning gebouwd wordt, mag geen aanleiding
goven tot bet ontstaan van ziektentevens
moet worden zorg gedragen voor een goeden
afvoer van hemel- en huiswater, terwyi alle
middelen moeten worden aangewend om te
maken dat de woning droog is.
Om het vormen van schimmelplanten onder
de vloeren te voorkomen, worden aanbevolen:
een beton-ondervloer 8 a 10 cM. dik, een
onder vloer van 2 lagen klinkers in sterk tras
of vloeren die bestaan uit steekwelfjes tusschen
yzeren binten. Op deze ondervloeren worden
op houten liggers de vloeren gelegd, met dien
verstande dat deze liggers los van de steenen
vloeren komen te liggen en dat gelegenheid
wordt aangebracht door luchtroosters dat ge
regelde luchtverversching onder den houten
vloer kan worden onderhouden.
De ligging van arbeiderswoningen moet zoo
danig zyn dat de vertrekken zooveel mogeiyk
zon ontvangen, terwyl een aangenaam uit
zicht aanbeveling verdient.
De inwendige inrichting van arbeiders
woningen moet zoodanig zyn, dat deze ge-
makkelyk zindeiyk kunnen worden gehouden.
Het maken van plafonds moet worden
vermeden, om broeinesten van ongedierte to
voorkomen. Voor huizen met verdiepingen
heeft deze maatregel echter zyne schaduwzyde,
omdat een enkele houten vloer oorzaak van
vele onaangenaamheden tusschen onder- en
bovenburen kan zyn. Dif kan echter voor
komen worden door het maken van steenen
vloeren over trogwelfjes tusschen yzeren
bintjes. Als maatregel voor reinheid moet
ook het aanbrengen van behangselpapier op
linnen worden vermeden. Geschilderde of wit
gepleisterde wanden verdienen verre de voor
keur. Verder wordt aanbevolen niet meer
dan de hoogst noodige kasten te maken, en
alleen by kleine woningen het maken van
ruime, luchtige bedsteden toe te passen, zoo
mogeiyk deze geheel weg te laten en den
zolder als slaapplaats in te richten. Elke
woning moet voorzien zyn van een goed
privaat met luchtraam, dat met het woon
vertrek geen gemeenschap mag hebben. Goedy
rioleering en het verschaffen van zuiver
drinkwater zyn natuuriyk onmisbare factoren
by den bouw van arbeiderswoningen.
In antwoord op het tweede gedeelte dei
vraag zegt de heer De Zwart dat te Leiden
eene commissie bestaat, die de hygiënische
belangen behartigt door het opkoopen var.
onbewoonbare woningen, deze af te breken en
terzelfder plaatse flinke, ruime woningen te
bouwen, welke geheel aan alle eischen vol
doen, zoodat de werkman in die woningen
ruim en zeer goedkoop wonen kan. Hare
leus is dan ook, dat lucht, licht en ruimte
het beste is om het den werkman aangenaam
te maken.
Nadat enkele leden hierover nog eenige
inlichtingen hadden gevraagd, dankte de voor
zitter de commissie en in het byzonder den
heer De Zwart voor zyn belangryk rapport
en bracht hulde aan de door spreker genoemde
commissio, die op zoo'n philanthropische wyze
haren werkkring opvat.
De heer Van Dam komt nog even terug
op vraag VII, in de vorige vergadering be
handeld, betreffende het gebruik van levertraan
in plaats van lynolie by het buitenverfwerk,
zooals dat in Noorwegen gebruikeiyk is. Na
gedane proefnemingen is het hem gebleken
dat de levertraan daarvoor onbruikbaar is.
De heer Splinter bracht rapport uit over
vraag V: „In vlooren, samengesteld uit yzei
en trogwelven van metselwerken of stamp-
beton, waarover eene cementlaag, vertoonen
zich gewooniyk scheuren. Wat is daarvan de
oorzaak en hoe kan men die voorkomen?"
De rapporteur zegt dat by hem vloeren
bekend zyn, waar de yzeren balken op afstanden
van 0.50 a 0.80 a 1.M. van olkander
liggen, zonder dat scheuren zichtbaar zyn;
een dezer vloeren is 0.20 M. dik en heeft
eene belasting van 6000 KG. op den M'
Het scheuren dier vloeren heeft meestal plaats
door het drillen der yzeren balken, wat natuur
lyk kan vermeden worden, of boven de yzeron
balken by den overgang van de dunne op
de dikke laag naast den balk; ook wordt hot
meermalen veroorzaakt doordat de specie, waar
van do vloer gemaakt is, te vet is. Schrale
beton is veel beter en kan zeer sterk worden
De heer Jesse geeft nog eene melange aan,
van 6 deelen sintels en 1 deel cement, ge
bruikt aan de vloeren in den Nieuwen Stads
schouwburg te Amsterdam, wat zeer goed
voldoet en yzerhard is.
De heer Planjer zegt dat het scheuren boven
yzeren balken niet plaats heeft wanneer eerst
over die balken eene strook gegalvaniseerd
draadwerk is gelegd, waardoor men eene
betere verbinding krygt.
De heer Lancel brengt rapport uit over de
vraag: „Wat behoort te worden in acht ge
nomen by het gebruik van Morley-steen,
vooral met het oog op de aanwending van de
zachte, half-harde of harde soort, by ver
schillende deelen van een bouwwerk? Welke
is de ondervinding, die hier te lande en in
het buitenland is opgedaan met dezo steen
soort?"
Hy spreekt als zyne ondervinding uit dat
deze steensoort, met oordeel toegepast, de
zachte als niet vooruitspringende banden, de
half-harde voor afdekkingen, vooruitspringende
lysten, banden, dorpels, enz. en de harde voor
stukken, die zwaar belast worden, zeer is
aan te bevolen.
De heer Mulder voegt daar nog by dat de
Morley-steen, in de laatste jaren toegepast
by de restauratie der Hooglandsche kerk,
aanboveling verdient; ook hebben de werk
lieden minder schadelyke ondervindingen van
deze steensoort.
Over de vraag betreffende vakbe6tedingen
wordt door den secretaris in het kort mede
gedeeld, wat daarover in eene der vergaderin
gen van het vorige jaar besproken is Over
partiëele aanbesteding in Frankrijk en Duitsch-
land zal door hem nader geïnformeerd worden.
Door het Bestuur worden als onderwerpen
voor eene door de afdeeling uit te schryven
prysvraag aangegeven: lo. Een lokaal voor
vleeschkeuring. 2o. De beide gevels van een
hoekhuis. 3o. Een aanplakbord.
Met meerderheid van stemmen wordt als
onderwerp: „de beide gevels van een hoek
huis" gekozen. In de volgende vergadering
zal voor die prysvraag door het Bestuur een
programma worden ter tafel gebracht.
In de vragenbus werd de volgende vraag
gevonden„Onlangs heeft men aan de Lakenhal
de natuurlijke steen van de verf ontdaan;
thans wordt voorgesteld het natuurlijke hout
(dat blank bewerkt is) met verf te bedekken^
lo. Is zulks logisch? 2o. Is 't laatste nood-
zakelyk? 3o. Zoo ja, om welke redenen? 4o.
Is daaraan ook op andore wyze te voldoen?
Deze vraag biykt niet goed gesteld te zyn,
want zeker wordt hier niet bedoeld het hout
aan de gevels, dat altyd geverfd geweest is,
maar het houtwerk in de Kunstzaal, wat, nu
blank bewerkt, eerstdaags geverfd zal worden.
De hoofdopzichter der gemeentewerken geeft
als antwoord op die vraag de noodige inlich
tingen. De voorzitter meent echter dat ook
antwoord moot worden gegeven op het vierde
gedeelte der vraag en benoemt eene commissie,
om in de volgende vergadering daarover rap
port uit te brengen.
Na de aanneming van twee nieuwe leden,
wordt de vergadering gesloten.
g. d.
De anarchisten te Londen. j
Gisteren werd de anarchist Bourdin op het
kerkhof te Finchley ter aarde besteld, waarbyt
geene ernstige ongeregeldheden voorvielen. De1
regeering had vooraf besloten eiken optocht!
en iedere redevoering op het kerkhof by del
begrafenis te verbieden. Wel poogde de an ar- j
chist Quinn eene toespraak te houden tot del
nieuwsgierigen, die de begrafenis bywoonden,
inaar de politie verhinderde het. Quinn werd
terstond in hechtenis genomen en wegge
bracht.
De lykwagen werd op den weg naar het
kerkhof gevolgd door eene talryke menigte,
^rootendeels behoorende tot den werkmans
stand. In de straten, door welke de stoet
zich begaf, bevond zich insgelyks eene talryke
menigte nieuwsgierigen. De menigte riep„Weg
met de anarchisten!" wierp den lykwagen'
met siyk en balde de vuisten tegen ben, die
gezeten waren in het rytuig, dat den lyk
wagen volgde. De dubbele ry van politie
agenten, die den ïykstoet beschermde, werd
herhaaldelyk door de menigte verbroken.
Een troep studenten in de medicijnen, ge
holpen door andere jongelui, verbryzelde
gisteren de ruiten in de anarchistische Auto
nomy-club". De politie herstelde spoedig de
orde en nam eenige belhamels in hechtenis.
De naar Londen gezonden Fransche politie
dienaren hadden eene byeenkomst met de
iioog8te overheid der Londensche politie tor
zake van het vaststellen van anti-anarchis
tische maatregelen.
Hot schynt vast te staan dat do dezer
dagen geworpen dynamietbomm^n, ook die
van Bourdin, in Engeland vervaardigd waren.
Conclusie van Antwoirrt
IN ZAKE
dc Raamlooze Vennootschap „Lc dsch Duin
icatci'maatschappij," gevestigd t Leiden. Ge- i
loogdevertegenwoordigd door den Adiocaat
Jhr. Mr. E. N. Dc Jjrauio,
Tegen
L. M. De Laat de Kanter, wonende te j
Leiden, in hoedanigheid van Burgemeester
van Leiden, en als zoodanig namens die
gemeente in rechten optredende en haar
vertegenwoordigende, Eischer, vertegenwoor
digd door den Advocaat Mr. W. Thorbecke.
Aangezien de gedaagde erkent:
a. dat zy in 1883 heeft aangelegd het
klein reservoir, zynde een bassin, gegraven I
onder Katwyk ten noorden van de terreinen
van de gedaagde aan den voet der duinen op
grond, door de gedaagde in erfpacht verkregen
van D. W. Westerbaan, in welk bassin bet
water kan wordon verzameld van eene boek,
die gevoed wordt door water uit de boven
bedoelde duinen en welk water door buizen,
enz. kan worden opgevoerd naar de filters
van gedaagde:
dat de greppels, waardoor het water uit
de duinen in genoemde beek stroomt, loopen
door afgegraven land (gedeeltelyk bollenland)
en dat bedoeld klein reservoir op geringen
afstand ongeveer 14 meter gelegen is van
de met den Ryn gemeenschap hebbende zand- j
sloot, in welke sloot daar ter plaatse echter
zoo immer, slechts onder zeer zeldzame om-
standigheden water uit den Ryn k*n komen,
dat wel is waar tusschen dat reservoiren de
zandsloot eene afvoerbuis is aangebracht ten
einde als het reservoir moet worden gereinigd
het water daaruit in de zandsloot te kunnen
laten wegloopen, doch dat die buis nimmer
is gebezigd of kan gebezigd wordon om water
uit de zandsloot in het reservoir te brengen;
en uit de inrichting daarvan klaarblykelyk
volgt, dat zy daartoe niet is bestemd, dat
voorts eene inrichting is gemaakt waardoor
men het water uit de beek naar verkiezing
in het reservoir, of als het wegens toevallige
en tydelyke omstandigheden, byvoor ld by
bemesting van het land; gewenscht zou zyn
het water niet in het reservoir te brengen,
rechtstreeks naar de zandsloot te doen af-
loopen, en eindelyk eene inrichting is gemaakt
om het water van het bovenbedoelde land
naar de zandsloot te brengen.