N°. 10401. Donderdag X® Januari. A°. 1894. <§eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. l Feuilleton. HET SLOT ELKRATH. LÏIDSCK DAGBLAD. PHIJS DEZEE COUBAUT: Voor Leiden per 3 maanden Franco por post Afzonder!ijko Nommers f 1.10. 1-40- 0.06. imSSm PRIJS DER ADVERTENTIÊK: Van 1 6 regels 1.06. Iedere regel moer 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend. Dit nommcr bestaat nit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieiëole Kountagerinjfon. MTBO^iALE MILITIE. Burgemeester on Wethouders van Loiden brengon te_* fclgom.euo kennid, dat ingevolge art. 18 der Wot Ttn den I9den Augustus 1861 (Staatsblad bo. 72), gowijzigd bij de Wet vaa don 4den Apr 1 1892(Staats blad no. 66), alien, die voigena art. 16 dier Wet voor do naiiooale millüe behooren te worden ingeschreven (zij dio op den leten Januari hun 19de jaar waren ingetreden 6d alzoo do geborenen in 1876), verplioht rijn zioh daartoe bij Bar ^emoe^-ter en Wothondere aan te geven tnesclion den lflten en den 3l8ten J-.nuari; dat by ongesteldheid, afwezigheid ofont- ifèntonid v~n den milnieplicbtige, zyu vader, of, ia deze overleden, zijne moeder, of, z(jn beiden overleden, Ejn 7oogd tot hot doon van die aangifte verplicht ie; en dat overtreding vaB het aangehaald art. 18, kraoh- ieoa art. Iö3 der mo rgomeldo wet en art. 11 der Wet van 15 April 1866 (Staatsblad no. 64), gewij zigd brj de Wet van den 19don April 1880 (Staats blad no. 92), wordt gestraft met boete van ten hoogste ƒ10 0. Voor hen, die verzuimden zioh op do door het Oemoentobeetuur bepaalde dagen ter inschrijving aan to melden, wordt mitsdien daartoe alsnog gelegenheid gegeven ter gemeonte-eeoretar.e, van des voormidda e 10 tot des namiddags 3 uren, op iederen werkdag tot en met den Sisten Januari aanstaande, op weiken dag hot register van inschrijving, des namiddags te 4 uron, voorloop g wordt gesloten. Burgemeester en Wethouders voornoomd, Leiden, DE KANTEB, Burgemeester. 15 Jan. 1894. E. KIST, öeoretaris. Do Leidscke Brugwachters. Aan don gemeenteraad deelen B. en Ws. mede dat do heffing van bruggeld in deze gemeente werd goedgekeurd bi) koninklijk besluit van 6 Juli jl., terwjjl op den staat be- hoorende by het aangehaald koninklijk besluit was aangeteokend tot 31 December 1893. Vermits vóór dien tfid de verbeterde vaart tusschen Rijn en Schie niet zoude zyn ge opend en de daarmede in verband staande - .herziening van de heffing van bruggelden met het oog op eene kostoloozo bediening van de doorvarende schepen, niet zoude zijn tot stand gekomen, hebben B. en Ws. G-ed. Staten ver zocht alsnog te willen bevorderen dat de koninklijke goodkeuring worde verlengd tot 31 December 1894. Gedoputeerde Staten hebben daarop bericht dat, aangezien de gemeente b(J Raadsbesluiten van 4 Oct. 1983 en 10 en 31 Jan. 1884 de verplichting heeft op zich genomen tot koste- looze en vlugge bediening by dag en bij nacht ten behoeve van de scheepvaart van de bruggen binnen het territoir dezer gemeente in de lichting Schrijver8brug, Haven, Oude Vest, Gal ge water en de verbeterde vaart tusschen Rijn en Schle van het Galgewater af tot Den Haag en Delft reeds spoedig zal worden ge opend, zij niet kunnen voldoen aan het verzoek tot bevordering eoner langere verlenging van do daarby bedoelde koninklijke goedkeuring dan tot uit. Februari 1894. Tevens hebben Gedeputeerde Staten B. en Ws. uitgenoodigd het daarheen te leiden dat van den nader te melden dag der opening af, die afhangt van den datum der goedkeuring van het door de Staten vastgesteld politie reglement op de vaart tusschen Rijn en Schie, geen bruggeld aan de bedoelde bruggen meer worde geheven, maar integendeel de bediening bi) deze kosteloos en vlug overeenkomstig de bepalingen der overeenkomst geschiede, ter wijl z\j zich aanbevelen, om ten fine van bet overleg bedoeld sub No. 3 van gezegde over eenkomst, met eenlgen spoed een voorstel te ontvangen tot aanwijzing der voor de scheep vaart meest doelmatige stations (bruggen) voor de minstens 6 brugwachters, die gedurende den nacht voor de bediening steeds beschik baar moeten zijn. Ter voldoening aan de bij bovenvermelde raadsbesluiten genomen bepaling, nu moenen B. en Ws. dat in de eerste plaats zal moeten worden beslist, dat geen bruggeld wordt ge heven voor bet openen van de in de boven bedoelde vaart gelegen bruggen en wel van de ScbriJversbrug, de Groote Havenbrug, de Pauwbrug, de Janvossenbrug, de Marebrug, de Turfmarktsbrug en de Blauwpoortsbrug. Het verlies aan bruggeld zal bedragen on geveer ƒ5365 per jaar. Wat de bediening van de bruggen by nacht betreft, waarvoor minstens zes brugwachters moeten worden aangewezen, hebben B. en Ws. aan Gedeputeerde Staten de navolgende rege ling voorgesteld: als twee brugwachters te plaatsen aan de Havenbrug voor de bediening van die brug en de Pauwbrug; tweo idem aan de Marebrug, voor de bediening van die brug en de Janvossenbrug; twee idem aan de Blauwpoortsbrug, voor de bediening van die brug en de Turfmarktsbrug, terwijl thans reeds ook des nachts een brugwachter is gestation- neerd aan de Schrijversbrug. Het aantal brugwachters bedraagt 18, tor wijl nu 2 brugwachters zich gedurende den nacht bevinden aan het politiebureau, ten einde steeds voor de bediening van do bruggen be schikbaar te zijn. Het getal brugwachters zoude ten gevolge van de gewijzigde regeling van den nacht dienst met zes moeten worden vermeerderd en gebracht op 24, in welk geval tevens twee brugwachters des nachts kunnen worden ge- stationneerd aan de Schrijversbrug. Een derde gedeelte van het personeel zal dus met nachtdienst worden belast volgens rooster. De jaarwedde bedraagt ƒ400 plus ƒ65 voor kleeding, zoodat de vermeerdering van de uit gaven zal bedragen ƒ2790, waarbij valt op te merken dat de brugwachters aan de bruggen in de richting Schrijversbrug, Oude Singel, Blauwpoortsbrug, zullen worden ontheven van de inning en verantwoording der bruggelden. Vermoedelijk zal eenige verhooging van jaarwedde noodig wezen met het oog op den vermeerderden nachtdienst. Deze voorloopige regeling is aan Gedepu teerde Staten medegedeeld waarop nog ant woord wordt verwacht; in tusschen is gebleken dat het wenschelijk wordt geacht, in plaats van twee brugwachters te stationneeren aan de Blauwpoortsbrug, voor de bediening van die brug en de Turfmarktsbrug aan beide bruggen elk één brugwachter te stationneeren. Leiden, 17 Januari. Nadat in de gemeenteraadszitting van 22 Juni jl. in beginsel was beslotoa tot de uit voering van het overgelegd gewijzigd plan tot vernieuwing van de Turfmarktsbrug, waarvan de kosten waren geraamd op 18,600, en de bijdrage uit de Provinciale fondsen daarvoor was bepaald op 6300, werd na afloop van de gehouden openbare aanbe steding ad 13,935 bfi Raadsbesluit van 24 Augustus jl. de begrooting alleen verhoogd met het juiste bedrag der aannemingssom ad f 13,935, in uilgaaf Volg. 92a Kosten der vernieuwing van de Turfmarktsbrug en in ontvangst Volgn. 52 Geldleening ƒ9215 en Volgn. 52a Bijdrage uit de provinciale fondsen in de kosten der Vernieuwing van do Turfmarktsbrug^ 472Ö. Met het oog op de onzekerheid, welke meerdere uitgaven dan de aannemingssom zouden noodig zijn, kon destijds geen hooger bedrag worden aangevraagd. Sedert is gebleken dat de palen voor het dr&aihoofd in plaats van 8 meter echter 12 meter moesten zijn, dat behalve de in het bestek genoemde hardsteen werken bovendien nog 2.04 M* noodig is, dat de houten af- sluitboomen in het bestek genoemd door ijzeren afsluithekken moeten worden ver vangen, dat door vervanging der beschreven traespecie door cementmortel met het oog op het winterseizoen de kosten van het metselwerk verhoogd worden, terwijl mede een post noodig is voor het dageliJksch toezicht. De meerdere kosten voor een en ander benoodigd bedragen ongeveer f 1200, blij vende het geheel der kosten alzoo nog ongeveer 3400 beneden de raming bovenvermeld. In die meerdere kosten zal blijkens bericht van de Gedeputeerde Staten uit de Provin ciale fondsen in dezelfde verhouding worden bijgedragen als voor de aanriemingssom en wel ongeveer 406. B. en Wa. geven den gemeenteraad op grond van een en ander in overweging ge noemd bedrag van ƒ1200 beschikbaar te stellen, te welken einde wordt aangeboden een suppletoire staat van do begrooting voor 1893, strekkende tot verhooging in ontvangst van Hoofdstuk V Volgn. 62 Geldleening ter voorziening in de kosten van buitengewone werken 794 en Volgn. 52a Bijdrage uit de Provinciale fondsen in" de kosten der ver nieuwing van de Turfmarktsbrug 406 en in uitgaaf Hoofdstuk II Volg. 92a Art. 4a Kosten der vernieuwing van de Turfmarktsbrug 1200. Tevens stellen zy voor, in overeenstemming met het Raadsbesluit van 24 Augustus jl., te bepalen dat gedurende tien jaren, aanvan gende 1894, telken jare een tiende deel van genoemd bedrag van f 794 op de begrooting in uitgaaf zal worden gebracht tot aankoop van inschryving Grootboek of buitengewone aflossing van schuld, of zooveel minder als na afloop van het werk zal biyken ten laste van do gemeente te komen, zullende dan ook eerst daarna het cijfer der Provinciale bijdrage definitief worden vastgesteld. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van den heer O. Ripping deelen B. en Wa. den gemeenteraad mode dat de zoon van adressant de Hoogere Burgerschool voor Jongens op 18 November jl. heeft verlaten, omdat met het oog op zijne beroepskeuze (cadettenschool) eene andere opleiding noodig werd geoordeeld, zoodat er, huns inziens, termen bestaan voor eene gunstige beschik king op het verzoek. Zy geven mitsdien in overweging aan adressant vrystelling of terugbetaling te ver- leenen van schoolgeld voor zyn zoon, vroeger leerling der Hoogere Burgerschool voor Jon gens, over de laatste drie kwartalen van den cursus 1803/94. Commissarissen van de Stedeiyke Gas fabriek deelen den gemeenteraad mede dat het hun noodzakelijk voorkomt, met het oog op mogelijk voorkomende werkstakingen in de mynen, of andere eventualiteiten, een kolenvoorraad te hebben voor 2 wintermaan den, zynde eene hoeveelheid van ongeveer 500 waggons. Reeds in een vroeger verslag werd op deze zaak de aandacht gevestigd, met de opmerking dat, „indien een groote kolenvoorraad gehand haafd moet biyven, gebrek aan kasgeld ont- staaD zou en vermeerdering van bedryfs- kapitaal noodig zou zijn." By den tegen woord igen prys van ruim ƒ75 per waggon, vertegenwoordigen deze 500 waggons eene waarde van dt ƒ38,000. Commi88an88en voornoemd achten eene ver meerdering van bedryf8kapitaal met ƒ30,000 evenwel voldoende en verzoeken mitsdien hun bovengenoemde vermeerdering toe te staan. Zy hebben lang geaarzeld met het doen van een dusdanig voorstel, aangezien ver grooting van het bedryfakapitaal vermeerdering van rentelast ten gevolge heeft. Evenwel zouden zy zich niet verantwoord achten, indien zy langer aarzelden. Door den minister van binnenlandsche zaken is, met iDgang van 16 Jan., benoemd tot amanuensis aan de Ryks Hoogore Burger school te Warffum de heer G. J. C. Metselaar, te Leiden. Gedurende de 2de helft der maand Dec. zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid dor geadresseerden, niet besteld konden worden: D. Gerritsen, Van den Bosch Manuel, Wed. De Haan, Amsterdam; Kapellen, Wed. G. J. Momma, Den Haag; Offerman, Helder; Wed. Knuif, Krimpen a/d. LekJ. A v. d. Oever, LeidenD. Zéllüer, J. Koster, Rotterdam G. Gerritsen, UtrechtJ. Van S. Leest, Win schotenA. G. J. Binnendyk, P. Van Dyk, niet vermeid. Briefkaarten: P. De Jong, Amersfoort; G. T. Schilperoort, Den HaagA. B. Berkhout, Rotterdam. Brieven, verzonden geweest naar Duitschland E. Schmidt, Beriyn; naarFrankrykA.Keuls, Parys; B. en O. Liberg, Rosenfors. De luitenants ter zee der 2de klasse C. C. Zegers Ryser, gedetacheerd by de Kweek school voor Zeevaart te Leiden, en E. Maes, dienende aan boord van Hr. Ms. instructieecbip „Admiraal van Wassenaer", worden met den lsten Februari a. 8. op non-activiteit gesteld en vervangen resp. door de luitenants ter zee 2de kl. jhr. E. G. Wichers en L. Hamming. De adelborst lste kl. Z. G. P. Marcella, dienende aan boord van Hr. Ms. wachtschip te Amsterdam, wordt 22 dezer op non-activiteit gesteld. By den burgeriykon stand te Alfen wer den gedurende het jaar 1893 aangegeven 157 geborenen, 109 overledenen, terwyi er werden voltrokken 37 huweiyken. In het jaar 1892 was dit aantal respectie- velyk 144, 140 en 24. Men schryft ons uit Sassenhoim: Op Donderdag 18 Januari a. 8., des avonds te halfzeven, zal, geiyk reeds werd aangekondigd, in de Gereformeerde kerk alhier optreden ds. Biesterveld, uit Rotterdam, tot het houden van eene lezing over het onderwys. Zoowel lezer als onderwerp doen genoeg goeds verwachten, zoodat de moeite van daar heen te gaan ruimschoots beloond zal worden. Geref. Kerken. Beroepente Oudewater W. Ringnalda, te Groningen. Bedankt: voor Hoofddorp (Haarlemmermeer), door S. Oudkerk, te Zalk en Veecaten. Voor Sneek (vacat.-Landwehr), door F. M. Ten Hoor, te Franeker. Uit 's Gravenhage meldt menEene treurigo gobeu •"enis heeft gisteren Jozef Israels getroffende. grooten schilder is nu zyne vrouw door dsn dood ontrukt. Op de viering van zyne schildersjubilé dat den 27aten dezer zou plaat6 hebben, zal deze gebeurtenis zeker eene donkere schaduw werpen. De kapitein 0. A. Sprenger, van het 4de reg. infanterie te Haarlem, is voor don militairen dienst afgekeurd en zal dienten gevolge den dienst met pensioen verlaten. De gep. luitenant-generaal baron Klerck, adjudant-generaal van wyien den Koning, is, naar men verneemt, ernstig ongesteld. gemeente ontvanger te Heteren is benoemd mot zes stemmen de heer J. C. Van Eek, gemeente-secretaris te Randwykop den heer E. H. Van Veelen, te Hoteren, werden vyf stemmen uitgebracht. Naar de „Utr. Ct." verneemt, is de heer C. H. Bingham, oud-voorzitter van den „A. N. W. B.," commissaris der Simplex Co., door Z. M. den Sultan van Turkye benoemd tot officier van de Medjidieordo. Uit Apeldoorn meldt men aan de „Haarl. Crt." Uit goede bron kunnen wy meedeelen, dat de op te richten Ryks Tuinbouwschool alhier zal worden gevestigd. De pogingen door de gemeente Naarden in het werk gesteld, kunnen als mislukt worden beschouwd. De commissie van rapporteurs over het by de Tweede Kamer aanhangige wetsvoorstel- Hartogh voor de herziening van de Burgeriyko Rechtsvordering is gisteren vergaderd geweest. Blykens by het dep. van marine ont vangen bericht is Hr. Ma. flottielje vaartuig „Borneo," onder bevel van den luit. ter zee der lste kl. H. Volthuyzen, den lödon dezer te Aden aangekomen en bestond het voor nemen den 17den daaraanvolgende de reis te vervolgen, met eerste bestemming naar Co lombo. Aan boord was alles wel. DOOR GOLO RAIMUND. 64) „Bedeesd is een commis-voyageur nooit," riep do referendaris, „dan kent gy dat ras al zeer slecht; want juist zyn onbe schaamdheid en zelfvertrouwen, die hen zoo onverdraagiyk en grappig tevens maken, hunne voornaamste karaktertrekken. Neen, let maar eens op, die zal wel zoo in het oog vallend inogelyk optreden, voor zyn eigen geld oere- poorten laten bouwen, de schooljeugd liederen laten zingen en voor lichzelven vuurwerk laten afsteken. Ik ken dat, en de goheele omtrek verheugt zich ook reeds in dit voor uitzicht." Een kellner, die hen met het groote vreem- dellngenboek voorbyging, stoorde hen weder oen oogenblik in hun gesprek. „De postpaarden zyn vóór, mynheer," zeide hy, zich tot den jongen man wendende, die nog op zyn beschaduwd plaatsje zat met oen *viiri voor zich, „de pakkage is reeds benei er», mag ik u verzoeken uw naam in te achiyven?" De vreemdeling nam zwygend de hem aan geboden pen, schreef zyn naam in het boek en giDg, evon zyn hoed afnemende, den referendaris en zyn vriend voorby, het huis In. Zy volgden de troteche eo zekere houding van den vreemdeling met hunne oogen; er lag iets in de voorname kalmte van deze verschyning, wat den referendaris een goed keurenden blik afdwong. „Wy willen toch eens zien, wie dat is," zeide hy, terwyi hy naar de tafel ging, want de kellner, die den vreemdeling gevolgd was, had het boek voor een oogenblik nedergelegd. Hy nam het mede, ging op zyn gemak zitten en sloeg het open „Voor den duivel," schreouwde hy, terwyi hy met drift opsprong, „dat ls eeDe fataio ontmoeting; weet gy wol, wie die man was, Egon „Welnu?" vroeg deze, een weinig minder phlegmatiek dan tot nu toe. „Graaf Wolfgang Van Elkrath." Getroffen en zwygend zagen zy elkander aan, de referendaris vond het eerst zyne spraak weder. „Hy heeft hoogstwaarechyniyk ods geheele gesprek gehoord," zeide hy niet zonder eenige verlegenheid. De andere lachte. „Nu, gy wildet immers eene grap hebbenof hy die nu heeft of gy, daarop zult gy in uwe gewone edelmoedigheid toch wel niet zien." „Houd uwe aardigheden maar voor u," zeide de referendaris verdrietig, „het is toch niet aangenaam beluisterd te worden." „Pardon, myn waarde, wy kwamen na hem, en hy zat vlak in ons gezicht. Maar waarom wilt gy u nu plotseling voor een commis-voyageur opwindenis er, sedert hy zyn naam heeft ingeschreven, iets in den stand van zaken veranderd; is zyne afkomst edeler, zyn verleden beter geworden „Neen, ik ben alleen maar geërgerd door de wyze, waarop hy ofis voorbyging en groetteer lag daarin iets je n e s a i s q u o idat ik hem na het gezegde niet toe geschreven zou hebben." Egon lachte. „Hy oefent zich in zyne rol, en die man heeft talent, ingeschapen talent, zooals gy ziet. Het eerste tooneel was zeer goed gespeeld; wees rechtvaardig en beken het, al waart gy ook medespelerkunstonaars- nyd staat altyd leeiyk." De referendaris haalde minachtend de schou ders op en zweeg; voor heden was zyne goede iulm totaal bedorven. Inderdaad, het was Wolfgang geweest, die zoo ongeroepen en ongestoord de bittere aan merkingen had gehoord, zonder dat zyn bloed daardoor in gisting was geraakt. Hy was veel veranderd sedert wy hem te Nieuw-York hebben verlatende ernst, die uit zyne oogen sprak, was diep gevestigd en eene zekere teruggetrokkenheid had zyoe vroegere opge ruimdheid en zyn mededeelzaam vertrouwen vervangen. Zyn lot was op eene zonderlinge wyze ver anderd en had hem in ééne minuut alles ge geven, wat opofferingen en tranen, wat arbeid en inspanning, wat Magdalenes gewelddadige dood en de toornige vastberadenheid van den houtvester niet hadden kunnen verwerven; graaf Stephan was overleden, zonder testa ment te hebben nagelaten, en Wolfgang dus in het bezit gesteld van zyn rechtmatig erfgoed. Tevergeefs brak men zich het hoofd, hoe dit mogeiyk had kunnen zyn, want zooveel tegenstrydigheid en zulk eene groote nalatig heid in zaken kon men van graaf Stephan nauwelyks veronderstellen. En toch was het een onbetwistbaar feit; or was by de recht bank geen testament gedeponeerdde notaris, die reeds sedert vele jaren de zaken van den graaf had bestuurd, was een paar maanden vóór hem gestorven en in de archieven van het slot werd niets gevonden, dat op eene laatste wilsbeschikking geleek. Of zwakte hem verhinderd had een besl!83enden maat regel te nemen, of dat een laat berouw den ouden man had overvallen, of eindeiyk toch de stem des bloods gesproken had, nadat hy zyn kleinzoon gezien had en dit hem had aangespoord datgene te vernietigen, wat hy vroeger had bepaald het bleef alles een raadsel. De opgewondenheid onder den adel in den omtrek was buitengewoon groot: immers, het was niet onverschillig, wie als gelyke in ban midden zou moeten worden opgenomen, wie de eigenaar zou zyn van zulk een groot vermogen en van zooveel voorrechten als daaraan verbonden waren. Men koos vóór en tegen Wolfgang party, ofschoon de eerste klein in getal waren. Hy was volstrekt onbekend, had niemand, die voor hem sprak en men wist slechts tot zyn nadeel, dat hy de zoon was van Magdalene, die door hare liefde eene geheele familie in tweespalt gebracht en ongelukkig gemaakt had. De oude geschiedenissen werden weder nieuw, alsof zy gisteren eerst hadden plaats gehadmen sprak over de aanmatigingen der lagere standen en toonde daardoor ten duide- ïykste, hoe weinig de hoogeren in ontwik keling waren vooruitgegaan. Toch kon men de uitspraak der rechtbank niet te niet doen noch onderdrukken, die don kleinzoon opriep om zyne erfenis te aanvaarden, on gaf men zich aan de meest uiteenloopende beschou wingen omtrent zyn persoon en karakter over. Yoorlooplg echter moest men zyne nieuws gierigheid nog bedwingen; hoewel de oude Adam eenige aanwyzingen wist te geven om trent het verbiyf van don jongen man te Nleuw-York, ondervond de zaak toch nogal eenige vertraging. Wolfgang was reeds naar Europa vertrok ken, toen het bericht daar aankwam; hy ontving het te Breslau, en wol op oen tydstlp, dat hy nog te weinig zeker was van zyne kalmte en zelfbeheersching, om zich opnieuw te wagen aan het regelen van toestanden, waarby in do oerste plaats bedaardheid ver- ei8cht werd. Het bericht zelf maakte weinig indruk op hem; het deed hem zelfs onaangenaam aan in den gemoedstoestand, waarin hy zich be vond, omdat hy voor zichzelven moest be kennen, dat het voor hem persooniyk weinig waarde had, nu zy, die het gelukkig had kunnen maken, in het graf rustten of levend dood voor hem waren. {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1