N#. 10335. ]>£a.aiicl£ig 30 October. A0. 1893. geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. j 'KiteTiklT LE1PSCHE HOFJEsT" Leiden, 28 October. Feuilleton. NONDUM. IEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. ■Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1-40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIES: Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Tweede Blad. Aan de Abonné's daarop, wordt by dit nommer verzonden No. 6 van Kikeriki. Gelyk in menige andere stad ontbrak het ook in Leiden reeds vroeg niet aan zooge naamde hofjes. Zy werden ook wel „vergade ringen" genoemd en bestonden uit etteiyke huisjes, die deels voor mannon en vrouwen, deels voor mannen of vrouwen of maagden alleen waren bestemd, die wel arm, maar ter goeder naam en faam bekend stonden. Zy allen genoten het vry gebruik van deze huisjes en kregen bovendien het noodige tot hun onderhoud, voor zooverre zy daarin zeiven niet konden voorzien, terwyi zy veelal in den slachttyd een voet rundvleosch en op de groote feestdagen eenig geld of ook wel eenige ver snapering ontvingen. In de huisjes, door echtparen bewoond, kon by het afstorven van den man de vrouw niet langer dan zes weken er verblijven en moest zy de goederen, die haar man had nagelaten, mot de opzieners of meestors van die gestichten deelen. Zyzelvo werd dan veelal hetzy in het gasthuis of in eenig ander hofje onderhouden. Het oudste van deze zoogenaamde hofjes lag aan het einde van de Cellebroedersgracht onder het bon van Zuid-Rapenburg en werd „Jeruzalem" genoomd. De stichter er van was Wouter Cooman IJsbrandsz. Hoogstwaar- schyniyk gaf by aan zyne fundatie den naam van Jeruzalem ter herinnering aan zyn bezoek aan het Heilige Land, toen hy zich tydeiyk i in die stad ophield. Hy stierf, vóór de huisjes gebouwd waren, in 1467 te Leiden. By deze huisjes, waarin 13 eerbare oude mannen zouden wonen, stichtte hy eene kapol, do kruiskapel geheeten, waarin eene plaats was, die het heilige graf verbeeldde. Ook had hier een ezel zyne stalling. Deze werd op Palm zondag door do oude mannen, die in die huisjes womden, langs de straten geleid, waarvoor zo allo jaar een paar nieuwe schoenen kregon. Hy werd voorafgegaan door de zoo genaamde Jeruzalemsche hoeren, poorters dezer stede, die het heilige graf als pelgrims j bezocht hadden, zoolang zyzelven nog in leven waren. Deze kapol werd in de 17de eeuw door de Engolsche gemeente alhier in gebruik genomen. Genoemde Wouter Cooman IJsbrandsz. Bchynt eön ryk man geweest to zyn, althans hy bepaalde ook in zyn testamont, dat, zoo de huisjes mochten vervallen, de oude mannon, die er dan woonden, in staat zoudon gestold worden zich eene plaats te koopen als provo- nier in oen of ander gasthuis. Het oersto hofje, voor arme mannon on vrouwen bestemd, was dat, hetwelk op den noord hoek van do Papengracht endoVoldors- gracht was gelegen en „Sion" heette. Het werd gesticht door jonkheer Hugo Yan Zwieten en zyne huisvrouw Luitgert Yan Boshuizen ten jare 1480 en werd eerst in 1505 door Gijsbert Corstenz. en daarna in 1508 door Jan Lourens, beiden bakkers te dezer stede, en eindelyk in 1634 door Luca6 Jansz. Yan Wassenaar begiftigd. Deze laatste bedacht ook bovendien in zyn testament de hofjes Jeruzalem, Emmaus, Tryn Jacob Huigens, Joostonpoortje, Stevenspoortje, St.-Jans-hofje en St.-Anna-hofje elk met 600 gulden, het St.- Barbara-hofje met 1000 gulden en het hofje van Jan Dulater met 800 gulden. Door al deze schenkingen kregen de armen het in die hofjes hoe langer hoe beter. Het eerste hofje, alleen voor vrouwen of maagden bestemd, lag tusschen de Celle- broeders- en de St.-Pieters-Achtergracht en heette Joostenpoortje. Dit en ai de andere hofjes werden gesticht „tor eere Gods, Maria, zyne gebenedyde moeder ende de twaalf apos telen". Zy, die in die hofjes woonden, moesten bidden voor de zaligheid der zielen van hen, die uit liefde tot de armon deze huisjes ge sticht en hun ter bewoning gegeven hadden. In den schenkingsbrief van het hofje „Bethaniè" of „Emmaus" aan de noordwestzyde van dat van Jeruzalem gelegen, bepaalde de geefster, Yrouwe Agatha Van Alkemade, weduwe van wyien den heer Van Kuilenburg, in zyn loven ridder, dat in deze huizen of kamers alleen zullen ontvangen worden oude eerbare mannen of vrouwen, geene bedelaars, kreupelen of blinden, dronkaards noch twistzoekers noch gebrekkigen, noch die met kinderen of schul den belast zyn, noch die by de huizen om brood gaan. Het getal hofjes, dat reeds vóór de 17de eeuw binnen Leiden niet onaanzieniyk was, werd door de weldadigheid van ryke inge zetenen, die den armen een goed hart toe droegen, nog vermeerderd. De eerste, die in de 17de eeuw alhier een hofje stichtte, was Jan Dulator, een Vlaming van geboorte, maar die in Leiden totgrooten rykdom was gekomen. Hy had by zyn uiter sten wil tot zyne universeele erfgenamen gemaakt oude, arme personen, binnen Leiden woonachtig en lidmaten van de Horvormde kerk. Zyne executeurs hebben goedgevonden omtrent de Haarlemmerpoort een ledig erf te koopen en daarop negen huisjes te bouwen, waarin oude arme mannen en vrouwen, hetzy getrouwde of vrye personen, met hun beiden in één huisje, konden wonen. Dit hofje is door schenkingen van verscheidene burgers dezer stad zeer in welstand toegenomen. Ook voor lidmaten van de doopsgezinde gemeente werd ten jare 1631 door Gerrit Frankenz. Van Hoogmade aan de noordzyde van de Langegracht een hofje gesticht, be staande in twaalf huisjes zoowel voor mannen als vrouwen, welk hofje don naam kreeg van „Bethlehem." Onder de burgemeesters van Leiden heeft mr. Jacob Van Broekhoven zyn naam ver eeuwigd door de stichting van een hofje van zestien schoone huisjes aan de oostzyde van de Papengracht in de nabyheid van het hofje van Sion. Onder dit getal huisjes zyn er vier, die aan de testementaire beschikking van zyno zuster Anna Van Broekhoven, weduwe van wylen mr. Willem Van Baarsdorp Janz., in leven raad in den Provincialen Raad van Holland, zyn te danken. Al deze huisjes zyn bekend onder den naam van „Broekhovens hof' en werden bewoond door oude, arme echt paren of door twee weduwen te zamen. Eene schoone poort van Bentheimer steen, met het opschrift „Ivb 1614 Avb", gaf toegang tot dit hofje. Deze en andere, later gestichte hofjes binnen Leiden werdon öf door de nakome lingen van de erflaters of door leden van de vroedschap öf door het college van huis- zittenmoosters beheerd. By sommige schen kingen was nog bepaald dat, zoo hot ge beurde dat eenigen uit het geslacht van de erflaters tot armoede vervielen, zy de voorkeur zouden genieten boven vreemden om op de hofjes te wonen, geiyk onder anderen door Catharina Maartonsd., weduwe van Jan Her in an sz, in loven kleermaker, bepaald werd. Deze stichtte ten jare 1621 het „Catharina Maartenshofje", bestaande uit twaalf huisjes, gelegen binnen eene poort en met eene gang, uitkomende aan de oostzyde van do Zyd- gracht. Leiden onderscheidde zich reeds vroeg gunstig van de naburige steden door het aantal hofjes, dat vermogende en liefdadige personen voor oude, arme menschen, Leide- naars van geboorte, hebben opgericht. Moge het goede voorbeeld, door hen gegeven, nog heden ten dage by allen, die met aardsche goederen zyn gezegend, navolging vinden, door, hetzy by hun leven of by hun sterven, de armen te gedenken l By gelegenheid van het 25 jarig bestaan der afdeeling Leiden en Omstreken van de Maatschappy tot bevordering der Bouwkunst zal op 23 November a. s. eene tentoonstelling van toekeningen enz. gehouden worden. Op voordracht van den minister van oorlog zyn by koninklijk besluit voor de lichting van 1894 de militaire leden van de Militie raden in do onderscheidene provinciën en hunne plaatsvervangers benoemd, o. a. te Leiden tot lid majoor Mac Leodtot plaats v. majoor Hardeman. Benoemd is tot onderwyzer aan de byzondere school voor u. 1. o. te Leiden do heer K. A. Sanders, van Rotterdam. By de heden door de Stedelyke Werk inrichting alhier gehouden inschryving voor de levering van levensmiddelen, zyn aannemers geworden de hoeren: W. B. Van Andel, gort voor 1120/ioo C-1 J- P- Fontein, ryst voor 10"/ioo C-J A- Affourtit, groene erwten voor 12®°/,©o c., capucyner erwten voor ll«%00c., bruineboonen voor 12,e/ioo c-, peper voor 48 c.; J. P. Fontein, koffie voor f 1.34, cichorei voor 18 c., stroop voor 14 c.W. F. Buiteweg, groenten voor 5 c.; D. M. Speyer, rundvleesch voor 65 c.; rundvet, J.Zand- voort voor 58 c.aardappelen, J. Peoreboom voor 2ï0/I00 c.kropbrood, do Leidsche Brood fabriek voor 8M/I00 c., alles per kilogram; zoetemelk, M. v. Nood voor 6s/% c. en karne melk, dezelfde voor 2 c. per liter. Ook de „Leidonaar" bespreekt het des kundig rapport over de Gehoorzaal, en laat zich uit in de volgende bewoordingen „Het valt hard te moeten constateeren, dat er op verregaande wyze is gespeeld met het geld en met het leven der ingezetenen, dat er knoeieryen hebben plaats gehad, die niet te vergeven zyn. Want welke meer passende benaming kan men aan de gepleegde han delingen geven dan knoeieryen, wanneer men leest dat de uitvoering, voornameiyk van die onderdeden van het gebouw, welke buiten het gezicht gelegen zijnniet genoeg veroordeeld kan worden; dat de gebruikte stoenen der buitenmuren, alleen die van den vóórgevel uitgezonderd, slecht gesorteerd, veelal, evenals de gebruikte mortel, van mindero qualiteit zyn dan in het bestek daarvoor beschreven stond; dat de beraping der zoldermuron aan de binnenzyde (en dit betreft honderdon vierkante meters) door den aannemer eenvoudig is weggelaten, niet tegenstaande zulks in het bestek als ver plichtend was voorgeschreven, om do andere ergerlyko feiten niet eens te ver melden. Die knoeieryen moeten gestraft worden. We weten het wel, de autoriteit heeft een langen arm, die somtyds nog niet lang genoeg is, doch voor zoover zy in dezon de schuldigen bereiken kan, is zy het, om to voldoen èn aan de verontwaardiging van hot publiek èn aan hare eigen reputatie, die zulke dingen niet mag toelaten, ver plicht, om haren arm zoo ver mogeiyk uit te strekken en recht te doen. Zy dieno, door een streng voorbeeld te stellen, er voor te waken, dat dergeiyke knoeieryen niet wedor kunnen plaats hebban. Wil zy hot vortrouwen der ingezetoiion blijven behouden, stolt zy er pry's op, dat dezen later geen twyfel zullen voeden, wan neer weder van gemeentewege een werk wordt uitgevoerd, waarmee hun geld en hunne veiligheid zyn gemoeid, dan straffe zij thans hen, die door haar gestraft kunnen worden, op eene voorbeeldige wyze. Zy geve daardoor aan het publiek de ovortniging, dat het is: „ééns, maar niet weer."" Men deelt mede dat de kolonel F. C. C. Bloem, commandant van het 4de reg. inf. te Leiden, zal worden bovordord tot genoraal- majoor, om op te treden als commandant der 2de divisie infantorio te Arnhem, ter vervan ging van den generaal majoor Kool, die weder in de residentie terugkeert om als sous-chef van den genoralen staf op te troden. (D.) In de jongst gehouden gemeenteraads vergadering te Oegstgeost werd op een verzoek schrift van eenige bewoners van den Stations weg, waarby dezen bezwaar maken tegon hunne jaarlykscho verhooging in den hoofde- ïyken omslag, besloten hierop acht te slaan by het opmaken van het kohier. Op het ver zoekschrift van de bewoners van den Maren- dyk, waarby om beplanting en om bestrating van het niet bestrate gedeelte van dien weg, en op dat van de bewoners van de Aloelaan, mede om bestrating van die laan, werd nog geen definitief besluit genomen. Op voorstel van den heer A. D. D. Schretlen werd be sloten eene Commissie van Financiën te be noemen, waarvoor werden gekozen de heeren H. D. Terwee als voorzitter, en de heeren A. D. D. Schretlen en J. Van den Berg als leden. Wegens hot vergevorderd uur werd besloten de vaststelling der gemeentebegroo ting voor hot dienstjaar 1894 tot eene vol gende vergadering te verdagen. In de op 26 Oct. jl. gehouden raads vergadering te Valkenburg word, na voor lezing van het koninkiyk besluit, inhoudende de herbenoeming van den heer R. T. C. De Bruyn als burgemeester dier gemeente, hem door den heer A. Bol Az. Jr., oudsten wet houder, namens de leden van den gemeenteraad een souvenir aangeboden. Het geschenk be staat uit eene vaas van faience-Roozenburg, o. m. beschilderd met het wapen der gemeente en de datums van benoeming. In de hartelyke toespraak, welke de heer Bol tot ZEA. richtte, werd gewezen op het groote voorrecht, dat Valkenburg geniet, om den heer De Bruyn weder als hoofd der gemeente te mogen be groeten. Ook de veldwachter gaf biyk van waardeering door aanbieding van een passend geschenk. De opgemaakte voordracht ter vervulling der betrekkingen van onderwyzer en onderwy- zeres aan de openbare school te Ter-Aar bestaat uit de volgendo personen: voor die van onderwyzer de heer H. De Jager, onderwyzer te Haamstede; voor die van onderwijzeres moj. A. Don- dorff, te Haamstede, en mej. M. J. Posthumus, te Gouda. Het examen in de vrye- en orde-oefeningen is te Haarlem met goed gevolg afgelegd door den heer D. Fortuin, te Sassenheim. Beroemen is te Leimuiden by de Ned.- Herv. gemeente ds. W. Van A6ch, te Eelten en Drongelen. Aan de christelyko school te Wassenaar is benoemd de heer J. Van Veelo, te Maassluis. De collecte voor de dragers van 't Metalen Kruis en do Citadel-Medaille, gehouden te Zegwaard, heeft opgebracht /T0.45'/a. Het leggen van den eersten steen der Chr. Afgescheiden kerk te Waddingsveen had met eenige plechtigheid plaats. Ds. De Groot hield eene aanspraak, waarin hy de moeiiyk- heden by don bouw aan Salomo's tempel vergeleek met de bezwaren, aan het oprichten van deze kerk verbonden. Enkele belang stellenden waren van de plechtigheid getuigen. Aan de loting voor de nationale militie te Zevenhuizen namen 38 jongelingen uit Waddingsveen deel. De cursus in de vrye oefeningen in den wapenhandel is Donderdag avond in de ge meente Alkomade geopend. Twee sergeants en een korporaal hebben do instructie op zich genomen. De leiding van den cursus berust in handen van den lsten luit. Vethake, don- zelfden officier, die verleden jaar by gelegen heid van de kormisonlusten met zyne patrouille de rust in Roolof-Arendsveen moest handhaven. Roman van K. KOOPMANS VAN BOEKEItEN. 27.) Er was echter iets, waaraan de kapitein noe me-r het land had dan aan wat h(j in de't:;; gezelschap do spitsvondigheden der theolo.ie on e kronkelpaden dor wijsbegeerte, m-ar ook wel, minder deftig, de vervelende praat der steken noemde - en dat iets was: de dienst. Lastig geval voor iemand, die zpn traktement niet kan missen en nog in jaar en dag geen pensioen hoopt te krijgen. Daarom had ook een intieme vriend, dio Kat ka' tegenzin in do soldaterij kende, hom geraden „Probeer, of je tante Let kunt trouwen, dan kun je er subiet uitloopen!" Maar onze kapi tein had geantwoord: „Neen, amice, dat's al to kras! Daarvoor is tante mij te leelpk en te oudof liever te jong. Ja, waarachtig te jong, veel te jong. Was 't monsch, in plaats van twee en zestig, zes en tachtig, nu dan zou 'k er een paar kwade jaren aan wagen, maar nu - 'k risqueorde, dat ik met dat oude kanon oen dartig jaar opgescheept bleof, ja, dat zo cijj overleefde 1 Maar ziet, daar ontmoot de kapitein op zokcron dag ten huize van tante Labberdaan onze Constantia, die in Letje eene geestver want en welora oeno vriendin gevonden had, »a nu wkeljjks kwam om de catechismus- preek van den vorigen Zoodag te recapitu- loeren. Korst nam Kurks van deze oude vrystor in 't geheel goen notitie, ja, hy vor- haastle zyn vertrek by hare kom6t. Maar een paar dagen daarna hoorde hy van tante, dat mot>aer Van Broukelon voor geen twee ton opstaat en dus eene vrouwe- lyke Nabobmag heeton, en toon vond Kurks de dochter zoo zeurig niet moor: daarop vernemende, dat dit mooie sommetje slechts in twee porties behoefde verdoold, toen werd Constantia eene belangwekkende por- sooniykhoid, en by het bericht, dac mama by de tachtig was, werd onze kapitein smooriyk verliefd op de dochtor. „Paris vaut bien une m e s 8 e", sprak Kurks en hy stapte den volgenden Zondag naar de kerk en 's Maandags naar de Oude Waal om Con- etantia's hand te vragen. De jonkvrouw nam het huweiyksaanzoek in ernstig beraad, on wel voor den tyd van oon volle weok, een tormyn, die echter op vor- eerend" verzoek tot vior en twintig uron ge reduceerd werd. Dinsdag-middag kwart voor tweeën kreeg do kapitein, neen, nog niothet rechtstreeksch jawoord, maar toch de voor- loopige en voorwaardelyko toezegging er van. Nu, mot die toezegging was Kurks zeor tevro- don, ja, zoo in zyn schix, dat hy Stans een paar dozyn kussen drukte op wang en lippen - hetgeon de maagd zich liet welgevallen. Nu kan natuuriyk een lezor over 't oon en ander oordeelon, zooals hy wil, of laat ik liever zeggon, dat eene lezeres dit mag doen Door on&chtz&&mheid mijr.orzrjda laoat mon ia een rroegor num «er over e*:i Nsboth De schrijver. lieeren nomen zulke dingen gowooniyk heel leuk op, zoo eenigszins a la Gallio op nu, dan, de lezores mag voor myn part, by 't lezon dor laatste bladzyden, het hoofd schud don, de 8choudors ophalen, den neus optrek ken, desnoods alle drie manoeuvres tegelyk uitvoeren. Maar één ding slechts verzoek ik wel te bedenken, namelyk dat Kurks was wat men noemtoen doer on door noDo man. Vooreerst een knap uiteriyk, forscbe, fraaio gestalte on eon wolbesnoden, bepaald innemond gelaat. Nu ja, hij kon zich by ge legenheid duchtig boos maken on was dan zyne driften niet meestor; maar die gelegen heden komen hoogst zelden vooiin den regel neemt hy de dingen heel goedmoedig op, en als by wat bar is in zyne uitdruk kingen on wat veel vloekt, dan is 't niet uit vcnynigheid, maar uit gewoonte. Voorts is 't een allergezelligste man, altyd opgeruimd en byzondor spraakzaam, on nu ja, diepzinnig zyn ze niet, zyne vertoogen, maar hij kan toch aardig vortellon. Voog hior nog by, dat Kurks prachtig viool-speelt, keurig toekent on eon specialiteit is in de heraldiek of wapen kunde, en het meerendeel der lezeressen zal toestemmen, dat Constantia groot gelyk had, toen zy den kapitein nam. Twaalfde Hoofdstuk. Reeds vóór tweeën kruiste Floris dien middag op de Oude Waal. Was or vaiziging in zyne plannen gokomen en het uur van hot voorgum-mon bezoeic vervroegd? Neen, dat niet; maar onze held wilde vast het ter rein verkennen en de buurt opnemen. Ook wenschto hy 't een en ander nog eens te overleggen in zyn binnenste, en meende dit best al heen en weer loopende te kunnen doen. Nu, er was stof tot velerlei overwegingen en eenige voorbereiding tot deze visite was waarlyk niet overtollig. Om te beginnen wien zou hy ontmoeten, en boe zou die per soon de zaak opnemen? Dat zyn correspon dent, zoo niet een krankzinnige, dan ten minste een zonderling moost wezen, stond vast, maar of die zonderling een gryaaard of een jongeling zou zyn, bleof geheel in 't onzekere. Dan kwam by onzen student de vraag op: Hoe te handelen, wat te zeggen, als eens die man ging opspelen on eischen, dat het geld onmiddellyk en tot don laatsten cent aan den dominee moest gegeven wor- deD? In ieder geval, zoo redeneerde Floris vorder, zal 't raadzaam zyn, zoo omzichtig mogolyk to wezen en niet te gul met con- cossies cf confessies. Dus 't consigno luidt Niet te hard van stal loopon, oen 3lag om don arm houden en do kat uit den boom kykonl O, mocht hy hiorin de oude orakel taal kunnen nabootsen, dat het hem gelukte, tolkens zulke uitdrukkingen te kiezen, dio voor meor dan éóne uitlegging vatbaar waren, zoodat hy. bemerkende, dat do zaak niet goed werd opgenomen, ze kon terugnemen m9t de verklaring: Ja, maar zoo heb ik het niot gemeend! Hot huis op do Oude Weal was spoodig gezonden. De naam Van Breukelen stoad aan de deurpost: dus Floris wist, waar hy straks wezon moest. Nu neemt hii vast hetuitoilük van den voorgevel eens op, on dat gevoltjo viol niet mee, daar 't allesbehalve deftig was. 't Was konneiyk, dat het aan eene boven woning met vryen opgang was, waar hy zich to vervoegen had en die woning zag er niet bepaald armoedig uit, maar deur en veneter en stoep, 't w$s alles zoo smalletjes. Maar 't be hoefde immers nu juist geen hoog aanzioniyk personage to zyn, die een enkel bankje van duizend gulden zona, on een Rothschild kon wel heel nederig behuisd wezen. Klokslag drie uren belde Floris aan. Dat hot hart hem daarby mot snellero slagen klopte, laat zich hooren. Een bejaarde dienst meid met een knorrig gezicht en barsche stem deed open. „Is mijnheer thuis vroeg Floris op zachten toon, torwyi hy oven don rand van zyn hoed aanraakte. „Hior woont geen mynheer. Of bedoelt u soms don kapitein „-Ik bedoel den heer Van Breukolen." „Maar dat is immers een juffrouw!" „O, zoo.... neem my niet kwaiykl Lh do juffrouw thuis?" „Thuis, ja, dat'a te zeggenWat nadt u?" {Worm vervatjd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 1