N°. 10334 Zaterdag 3® October. A0. 1893. (Deze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden 27 October. Feuilleton. NONDUM. LEIDSCH DAGELAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden'f 1.10. Franco por post. 1-40. Afzondorlijko Nommers °-u6- PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17}. Grootore letters naar plaatsruimte. Voor het incassoeren buiten de stad ■wordt f 0.05 berekend. Nadat in de gisternamiddag gehouden ge meenteraadszitting by de behandeling der ge- nieentebegrootiDg by de uitgaven het nieuwe eubsidie aan de Leidsche Schouwburg-vereeni- ging op f 1500 met 13 tegen 11 stemmen was gehandhaafd, kwamen aan de orde de inkomsten, welke tot geene belangryko op merkingen aanleiding gaven, zoodat ten slotte met algemeene stemmen werden vastgesteld de onvoorziene uitgaven op f 12,269; de in komstenbelasting op 160,000; de totale in komsten op f 816,200, met welk cyfer ook de gezameniyke uitgaven sluiten. Door den Voorzitter was nog medegedeeld dat waren ingekomen: Verzoeken van mr. D. A. Van Eek, J. Coert Sikkema, J. B. Jansen en de wed. E. J. Van Reeken, om afschry ving van plaatseiyke directe belasting. Mededeeling van commissarissen der Stads bank van Leening dat mr. C. Cock is benoemd tot voorzitter van commissarissen. Een verzoek van het bestuur der vereeni- ging „Nut en Vermaak" om het gebruik van een lokaal van do voorm. Oost-Indischo In richting voor het houden van repetition. Missive van den uitgever P. Gouda Quint, te Arnhem, waarby de levering van oen portret van wyien prof. Buya wordt aanbevolen. De begrooting dienst 1891 van het R.-K. "Wees- en Oudoliedenhuis. Missive van W. en F. Liernur, te Pary's, houdende verzoek om toekenning eeuer schade vergoeding voor de door wyien hunnen vader Charles F. Liernur opgemaakte plannen voor de verdere toepassing van zyn stelsel in deze gemeente. Een verzoek van A. Korenhof om restitutie van betaalde plaats, dir. belasting over de maand Mei van dit jaar. Een adres van W. H. Van Waveren, hou dende verzoek om afschry ving van recognitie voor eono aflaatpyp voor hemelwater. Een adres van J. Boot, houdende verzoek om don prys van den door hem aangovraagden grond aan het Zylhek te bepalen op G per centiare. Eene missive van commissarissen der Bank van Leening als antwoord op eene vraag in het sectie-verslag opgenomen, welk schryven aldus luidt: Aangezien de operation van de Bank van Leening reeds sedert geruimen tyd belangryk ztJn teruggegaan, bestaat er geen bezwaar het ter onzer beschikking gestelde kapitaal met f 5000 te verminderen en wenschon wy alzoo met goedkeuring van Uw College die som voorloopig terug te geven, onder uit- drukkeiyke reserve evenwel dat, wanneer de Bank later opnieuw behoefte mocht krygen aan die som of aan een gedeelte daarvan, wy daarover ten allen tyde geheel ofgedeel telyk weder zullen kunnen beschikken. Eene missive van den heer H. J. Van Nouhuys, directeur der zwem en badinrichting „Rhynzigt", waarby hy zyne inrichting te koop aanbiedt ton behoeve van de oprichting van een gemeonteiyko asch- en vuilnisbelt voor de som van ƒ15,000. De eerst op 2 November bepaalde uit voering van de Leidsche tooneel- en muziek- club „Advendo" is eene week uitgesteld en zal nu plaats hebben op 9 November a. 8., naar wy vernemen wegens ziekte van een der werkende leden. De gemeenteraad van Haarlemmermeer heeft op verzoek eervol ontslag verleend aan den heer C. P. Visser, onderwyzer aan school No. 5, ingaande 1 December a. s. Benoemd tot onderwyzeres- aan de school No. 1 mej. M. W. Van Nes, te .Stryen, ingaande 1 December a. s.tot onderwyzeres aan de school No. 4, mej. C. Vermeer, ingaande 1 November a. 8. Eervol ontslag verleend aan mej. T. Van der Wal, als onderwyzeres aan de school No. 8, ingaande 1 Januari 1894. By de verkiezing van 3 stemgerechtigde lidmaten als gemachtigden voor het kies college der Hervormde gemeente van Wou- brugge, werden op 26 dezer, als zoodanig herkozen de aftredende heeron D. Molenaar, H. Van der Boon Joh.zJ en D. Van Beyeren. Do vrywillige oefeningen in den wapen handel hebben in de gemeente Ter-Aar een aanvang genomen. Donderdag 26 October jl., in een lokaal, staande op het erf van W. Uytte- waal, te Langeraar. Zeventien jongelieden hadden zich reeds voor die oefeningen aangemeld. Die oefeningen zyn te Voorschoten den 25sten October begonnen en hebben plaats in het Ambachtshuis. Twaalf jongelingen nemen er aan deel. In het „Utr. Dbl." kwamen, geiyk wy meldden, dozer dagen eenige beschouwingen voor naar aanleiding van het pensionneeren van den kolonel Vogel van het regiment grenadiers en jagers. Naar aanleiding hiervan schryft kolonel Vogel het volgende briefje aan het „Vad.": „Blijkens het „Loidsch Dagblad" van heden heeft zich in het „Utr. Dbl." de eene of an dere gedienstige geest opgedaan als kamp vechter voor den minister van oorlog en den inspecteur der infanterie, in zake hun optreden tegenover my. Ik verklaar den schryver dier artikelen voor een schandeiyken logenaar, die, tegen boter weten in, myn naam als eeriyk en rechtvaardig chef tracht te bezoedelen." De „Amsterdammer" bevat heden in eene correspondentie do beschouwing, dat er ver leden jaar wel moeilykhedon met betrekking tot do gedragingen van des kolonels zoon zyn geweest, maar dat do behandeling daarvan toon is verschoven, om die nu, by gelegenheid, dat hy kans op bevordering had, aan de orde te stellen, met het doel om woer een hoofd officier op te ruimen. „De drang tot die opruimingen," zegt de correspondent, „komt van anderen en wel van do luitenants en van de kapiteins en in het byzonder van de officieren van den goneralen staf; die drang is verregaand immoreel. „De hooge autoriteiten leggen er zich op toe gebreken by de hoofdofficieren op te spo ren, niet om hen op tekortkomingen te wfizen en die te verboteren, maar alleen om in het wapen eene opruiming te kunnen krygen." Gisteren herdacht baron E. W. J. Six van Otorleek, te 's Gravenhage, president van de Algemeene Rekenkamer, den dag, waarop hij vóór 25 jaren by dat College van Staat als lid werd geïnstalleerd. Zoowel van de zyde van het college als van die der ambte naren van de Rekenkamer ontving de heer Six vele biyken van belangstelling. In den Koninklyken Franschen Schouw burg te 's Gravenhage wordt a. s. Maandag „Faust" gegevon, ditmaal tot huldiging der nagedachtenis van den beroemden toondichter, tevens componist dezer opera, Ch. Gounod. De Tweede Kamer zal, indien zy zich met het voorstel van de Centrale Afdeeling vereenigt, daags na hare terugkomst op 14 Nov. a. s. in de afdeelingen gaan tot het onderzoeken van do volgende wetsontwerpen Grondbelasting; bepalingen omtrent vervenin gen; wyziging der justitie-begrooting 1892; begrooting voor het weduwenpensioenfonds; provinciale belastingen over 1894; wyziging artt. 380 en 383 Wetboek van Koophandel; provinciale heffingen in Zuid Holland en Over- ysel; wyziging van de wet betreffende den drankverkoop op de Noordzee; wyziging van het hoofdstuk Nationale Schuld voor 1892; grensverandering Zwartewaal - Hoenvliot Rozenburg en Amersfoort Leusden; wijziging der vestingbegrooting voor 1892; idem der begrooting van financiën 1892 en hot wets voorstel Hartogh tot wyziging derBurgeriyke Rechtsvordering. By koninklijk besluit is bepaald, dat de stembriefjes, ter verkiezing van een lid dor Tweede Kamer in het hoofdkiesdistrict Roer mond op Dinsdag 31 October a. s. in te leveren, zullen geopend worden op Donderdag 2 Nov. daaraanvolgende. Dit besluit is waarschyniyk een gevolg van de bezwaren, van katholieke zyde ingebracht tegen de opening op den daarvoor aanvankeiyk bepaalden datum, 1 November (Allerheiligen). De kiesvereeniging „Burgerplicht" te Nieuwe Pekela stelde mr. E. A. Smidt te Winschoten candidaat voor de Tweede Kamer. Jr. mr. E. J. C. M. De Kuyper, te Maastricht, heeft in eene circulaire „aan de burgerlyke en militaire overheden en administratieve col leges in het hertogdom Luxemburg" afscheid genomen als Commissaris der Koningin in de provincie Limburg. Naar men verneemt, is de door den mi nister van fiuanciön toegezegde gedeeltolyke herziening van de wet op de personoele be lasting aan het departement byna voltooid. Eene wyziging in de successie belasting en in de zegel belasting zouden o. a. het equivalent moeten leveren voor de vermindering van ontvangsten, welke daaruit voor de schatkist voortvloeit. Het moet in de bedoeling liggen do par- tieele herziening zooveel mogeiyk gelyktydig met de bedryfsbelasting in te voeren, zoodat de indiening der voorstellen niet lang meer zal uitblyven. Dr. W. Evorts, candidaat voor de Tweede Kamer in hot district Roermond, deelt den „hoeren kiezers" ter circulaire mede, dat hy „na ryp overleg en op aandrang van een aan tal hooggeachte en zaakkundige personen" gemeend heeft de candidatuur te moeten aan nemen, ofschoon deze door hem „noch ge vraagd, noch gewenscht is." De ministers van financiën en van w., h. en n. brengen ter kennis van de daarby belanghebbenden, dat de postwissels ter be taling van vermogensbelasting voor aange- slagenen, wonende buiten de gemeente waar het ontvangkantoor voor die belasting is ge vestigd, kosteloos worden verzonden, onver schillig of de verzending plaats vindt door het post- of hulpkantoor, in de gemeenten hunner woonplaats gevestigd, of door een ander post- of hulpkantoor. Do minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat biykens bericht, opgenomen in den „Moniteur beige", de Belgische tolkantoren Bouchante, Staak (Assenode), de Tromp (Stekene), Achel (Station), Hamont (Station) en Mouland voor den invoer van rundvee, herkomstig uit Neder land, geopend zullen zyn Dinsdag 31 dezer, in plaats van den volgenden dag, zynde Woensdag 1 November, Allerheiligen. Tot 1 Januari 1894 is, bywyze van proef, de invoer van paarden, rundvee en varkens in Duitschland via „Elten" ook toegestaan. Dr. A. C. Van Ryn van Alkemade, leeraar in de wis- en natuurkundige vakken aan de H. B.-S. te Hoorn, heeft bedankt voor zyne benoeming tot directeur dezer school, en aan genomen de benoeming tot leoraar aan de Kon. H. B. school „Prins Hendrik", te Apeldoorn. De Tweede Kamer der Staten-Generaal is tot hervatting der werkzaamheden byeengeroe- pen op 14 Novomber a. s., 's namiddags te 3 uren. Naar men aan de „Haarl. Ct." mede deelt, zyn van de Nederlandsche inzenders op de tentoonstelling te Chicago nog bekroond do heeren: 't Hooft Labouchöre, te Delft, voor kunst-aardewerk; Yan Linschoten, te Kra lingen, voor marmernabootsingen; Laming, to Rotterdam, voor kaas. Het stoomschip „Juno" vertrok 26 Oct. van Cuxbaven naar Amsterdamde „Kanzier", van Hamburg en Amsterdam naar Oost-Afrika, arriveerde 25 Oct. te Napels; de „Prinses Marie", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 26 Oct. van Colombode „Roichstag", van Oost-Afrika naar Rotterdam en Hamburg, vertrok 24 Oct. van Lissabon; de „Rembrandt", van Koningsbergen naar Amsterdam, arri veerde 26 Oct. te Frederikshaven om den kolenvoorraad aan te vullen; de „Sarpedon", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 24 Oct. Perim; de „Ardjoeno", van Rotterdam naar Batavia, vertrok 26 Oct. van Marseille; de „Rotterdam", van Nieuw-York naar Rot terdam, arriveerde 26 Oct. te Boulogne; de „Spaarndam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 26 Oct. Bevezier; de „Sumatra", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 26 Oct. van Suez; de „Werkendam" arriveerde 25 Oct. van Rotterdam to Nieuw-York. By koninklijk besluit is benoemd tot substituut-officier van justitie by de arr. recht bank te Amsterdam mr. E. R. H Regout, thans ambtenaar van het openbaarministerie by de kantongerechten in het arr. Roermond, ter standplaats Roermond. Met ingang van 1 Nov. a. s. benoemd tot kantonrechter te Harderwijk, mr. Th. Thooft, thans griffier by het kantongerecht te Zalt- Bommel; tot griffier by het kantongerecht te Zalt-Bommel, mr. J. A. G. baron De Vos van Stoenwyk, thans te Schagen; tot griffier by het kantongerecht te Schagen, mr. H. L. Asser, advocaat te Amsterdam. Benoemd J. S. Yan Veen, doctor in de klas sieke letteren en candidaat in de rechtsweten schap, tydeiyk ambtenaar by het Ryks-archief in Gelderland, tot adjunct-commies by het Ryks-archief in Gelderland, buiten bezwaar van 's Ryks schatkist. Aan F. A. Halinger, geboren te Warize by Boulay, vergunning verleend tot het geven van hooger onderwys aan eene byzondoro school van hooger onderwys te Wernhout, gemeente Zundert. Yrye-Universiteits-dag. Omtrent den eersten provincialen Univer- siteits-dag voor Zuid-Holland, alhier in de Stadszaal gehouden, valt nog het volgende mode te deelen. Nadat prof. jhr. mr. A. F. De Savornin Lohman het onderwerp over de „Beteekenis van het Hooger Onderwys voor de volks ontwikkeling" korteiyk had ingeleid, dankte de heer J. H. Donner, zendingsdirector, die do vergadering na de pauze met gebed had heropend, den spreker voor zyn bezielend woord, en wees er op, dat de vruchten van de Yrye Universiteit nu reeds zichtbaar zyn. Ook deze talryke vergadering was daarvan een sprekend voorbeeld. De heeren Gijben en Bakhuis Roozoboom vroegon den spreker op onkele punten nadere inlichtingen, welke door den heer Lohman ge geven werden. Het laatste referaat, getiteld: „De Vrye Universiteit en het volksleven" werd gehouden door ds. P. Biesterveld, van Rotterdam, die do noodzakelykheid der Yrye Universiteit betoogde 1. Om den wil Gods in betrekking tot de inrichting van hot leven dos volks. 2. Om de eere van onzen Heiland, die aan Gods Rechterband gezeton over alle dingen bewind voert. 3. Om do nooden dos volks, waarvoor man non geöischt worden, die naar de beginselen door de Vrfie Universiteit gevormd zyn. Ook dit referaat, met gloed van overtuiging voorgedragen, werd met biykbare instemming aangehoord. Nadat de voorzitter, dr. W. H. Bakhui* Roozeboom, don sprekers en allen, die tot het welslagen der vergadering hadden medege werkt, bad dank gezegd, werd de samenkomst met een kort slotwoord en dankzegging door ds. M. J. Van dor Hoogt, van Katwfik, gesloten. Na afloop vereenigde zich een 80-tal aan een gemoonschappeiyken maaltyd, waar nog menig opwekkend woord gesproken werd en een gulle, broederlyke toon heerschte. Roman van R. KOOPMANS YAN BOEKEREN. 24) Op dit oogenblik, zei ik, dryft dankbaar- heidsge-oel boven. Daar straks niet. Neen, *k steek het niet onder stoelen en banken en maak van myn hart geen smoorkuil, maar verklaar ronduit: Myn eerste gevoel daareven, by 't plaats nemen op dezen stoel, by 't luis teren naar den voorzitter, was niet dat van dankbaarheid, maar van stomme verbazmg, van nieuwsgierigheid en vurig verlangen naar de dingen, die komen zouden. I Toen de president my uitnoodigde hier op zoo n deftigen armstoel, op zoo'n burgemeesters plaats, my neer te zetten, toen was ik over bluft, 't werd my groen en geel voor de oogen en ik zei zoo tegen myzelf: Zeg eens Smifje, kerel! hou je nu aan de lucht vast, de heeren zetten je kwansuis in 't zonnetje, maar metter daad nemen ze een loopje met je, om kort te gaan: het behaagt Raymundus metzynen knecht te schertsen. Vooruit maar, heeren! denk ik, gaat uw gang en doet wat ge niet laten kuntl Maar toen mynheer Streefland my recht in de oogen keek en my aansprak als jubilaris, toen was 't my, alsof 'k het in Keulen hoorde donderen. Jubilaris, denk ik, de oude 8mit vandaag jubilaris? Neen, hoor eens, puikjuweel der presidenten! ik ben niet jarig en vier geen gedenkdag, en als u 't soms mocht willen doen voorkomen, alsof u zoo iets geloofde, dan zog ik: maak dat met permissie uw grootje wysl Evenwel voor myn part mag u voortgaan met deze comedie en koolverkoopery. UEdole staat by my in de kast en in een goed blaadje, en ge moet 't al heel bont maken, eer ge 't by my verkorven zult hebben. De leden van Raymund zyn allen jongens van Jan De Wit; zy mogen een potje breken, omdat zy 't by slot van iekening goed meenen en do kat niet in duister knijpen. Laten de heeren dan voor een keer met hun bode maar eens sollen en dollen; als ze maar niet meenen, dat zy den ouden man wezenlijk een rad voor de oogen draaien en zand daarin strooien kunnen, of wel hem by den neus nemen zullen en verraden en verkoopen, daar hy by staat. Neen, neen, om 't zoo ver te brengen, daartoe zouden de jongelingen, zoo moeeiyk, nog beter by de pinken, nog frisscher uitgeslapen moeten zyn, ja, daartoe zouden ze nog vroeger moeien opstaan aan zy nu reeds doeD. Ziet, edele heeren! zoo mocht ik by myzelf redeneeren by den aanhef van des voorzitters rede, altyd natuuriyk met verschuldigdon eerbied Maar toen ik een oogenblik daarna aan alles bemerkte: 't is den president wezeDiyk ernst, toen raakte ik myn tramontanen en de kluts geheel kwijt; 'k wist er geen mouw meer aan te passen en eindelyk moest ik vragen: Schemert het my, krygik den kolder in 't hoofd, of loopen de heeren hier, om zoo te zeggen, met molentjes? Daar boor ik, dat ik vyf en zeventig maan den, zes en een kwart jaar, bode van 't ge nootschap ben. Waarlijk, dat zal, volgens Bartjes, wel uitkomen Ik vier myn tinnen feest. Wat blief je? Een tinnen feest! 'k Heb 't, by mijn zondige ziel, nooit op de viool hooren spelen. De heeren daarentegen schynen 't een gebruikeiyke zaak te vinden, zoo iets te vieren. Nu, daarvoor is de bode bode, de eenvoudige schoenlapper uit het pothuis:daar voor zyn de leden allen geleerden 1 Eindelyk blinkt de prachtige tinnen vaas my in de oogen Hoe zinkt nu mijn laatste twyfeling neer! Geen sprake meer van korts- wyi, 't is ernst; geen droom, maar werke- lykhoid. Nu blyft my niets over dan hartelijk en oprecht myn dank te.betuigen Zal ik nu nog iets zeggen, over myn ernstig voorn- men mfin vurig verlangen, om in 't vervolg het beste beentje vooruit te zotten en alles te doen, wat iD myn vermogen is, om my 't vertrouwen en de gunst der heeren waardig te toonen? Om, laat ik zwfjgen van 't geen ik doen zal, want veel zal 't in ieder geval niet zyn. Voor my toch geldt: 't is by den avond en de dag is gedaald; do nacht komt, waarin niemand werken kan. Welhaast ben ik aan 't eind der levensreis; van avond toef ik, om zoo te zeggen, aan mfine laatste pleis terplaats. Die laatste pleisterplaats, zy is voor my, door de vriendelyke attentie dor heeren, j tot een lustoord, zy is my onvergetelijk ge- worden. Nn gaan we weer verder. Vooruit maar! komaan, conducteur! Blaas nog eens een lustig, deuntje! Wat zal ik blazen? Het oude Wilhelmus; dan maak ik eene variatie, niet op de wyze, maar op de woorden en zeg Raymundus steeds getrouwe Biyf ik tot in den doodt Do goestdrift, waarmoe deze speech van den grysaard door de jongelui werd begroat, was onbeschrijflijk. Er scheen geen einde aan de byvalsbetuigingen te zullen komori. Aan handdrukjes, aan vertrouweiyk kloppen op den schouder geon gebrek. Men noemde Smit: den koning der oppassers, den Nederlandschen Demosthenes, den Amsterdamschen Piero(!) en verzekerde, dat zyn naam in eere zou blyven, zoolang er aan den Amstel een stu- dentenhart zou gloeien voor al wat waar en degelyk is. Nondum beantwoordde alle die lofspraken en toejuichingen met oen kalm, vriendeiyk glimlachje en tallooze buigingen, nu en dan afgewisseld door een goedmoedig hoofdschud den, welk laatste gebaar zooveel beteekende als: „Ja, ja, heeren! Gaat je gang! Als je maar niet meeDt, dat de oude Smitailes voor zoete koek opeet en zich de zaak te ernstig zal aantrekken." Natuuriyk moest by ook nog een glas drinken, maar het zy tot eere van de jongelui gezegd, de wyn werd hem aangeboden, niet opgedrongen, zoodat hy van deze goede gaven slechts een matig gebruik maakte. Ruim één na middernacht vertrokken eernge jongelui, waaronder Florisoen halfuur later Piero waa stadsbode te Lelden en bekend van wege zijne welbespraaktheid en vroolgke kwnkslageo. De man leeft nog voort in het spreekwoord; Hy eUoht Pioro van Lelden. de meeste anderen, maar een viertal bleef nog een oogenblik plakken. De jubilaris kreeg toen vergunning om huiswaarts te keeren, doch maakts daarvan geen gebruik, dewyi de eigenaar van de zaal hem dit niet zou toe staan. Hy vroeg echter permissie om nu vast te mogen beginnen mot stilletjes den boel oen beetje op te ruimen, 'tgeen hem natuur iyk niet geweigerd werd. Wy voegen ons nog een korte wijle by de plakkers en beluisteren bun gesprek. Wy noemen die napratersKreeft, Moppelte, Noerkie en James. „Hó, jal Dat'8 waar ook", zegt Noerkie, terwyl hy de hand in den zak steekt en oen kraut te voorschijn baalt, „heb jelui die curieuse advertentie in het „Handelsblad" gezien?" „O je meent die met het Laty'nscbo op schrift?" antwoordt. Moppelte. „Ja, en met een Latynsch onderschrift", bevestigt Noerkie. „Wat mezen jelui?" vraagt Kreeft;'t staat my niet voor, zoo'n advertentie gelezen te heoben." „My ook niet!" verzekert James Hierop leest Noerkie de ons bekende annonce voor. D« heeie: verklaarden, riu een> by beurten en dan weer by wyze van quart»i alle vier te geiyk, dat het een geheimzinnige, duistere, raadselachtige bisorie was. „Als dat Latyn er niet by kwam, dan zou 'k zeggen: 't kan wel een correspondentie tuscben twee gelieven zyn", meende Kreeft WorrU tyervolod

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 1