N®. 10312
Dinsdag 3 October.
A". 18*3
feze (gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad
Leiden 2 October.
IF* o'uXXXoton.
Op gescheiden wegen.
LEIDSCH
PRIJ8 DEZER COURANT:
▼oor Leiden per 3 maanden1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
;;v
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Van 16 rogola 105. Iedere rogol meer /"0.17J.
Grootore letters caar plaatsruimte. Voor het
incasseeren buiten do stad wordt ƒ0.05 berekend.
"Wegens het 3 Ociober-feest zal
het volgend nummer van deze Cou
rant morgenochtend in plaats van
morgenavond verschijnen.
Advertentien gelieve men dus zoo
tijdig mogelijk, liefst reeds heden
avond, in te zenden.
Door den rector magnificus der Leidsche
universiteit, prof. mr. S. J. Fockoma Andre®,
zyn tot heden voor de eerste maal ingeschreven
134 studenten, verdeeld als volgt: in de
rechten 58, geneeskunde 39, godgeleerdheid 16,
letteren en wijsbegeerte 12 en in de wis-
en natuurkunde 9 studenten.
De eerste Oostenrfiksche Dameskapel
„Willstedt" gaf gisteravond onder directie van
Fr&ulein Mascha Laumann wederom een concert
in het schouwburglokaal „Vondelhoven" aan
den Rynsburgschen singel.
Dat dit gezelschap wegens zyne vorige
muziekuitvoerigen aldaar, een gunstigon indruk
had achtergelaten, bleek uit de goede opkomst
van nu.
Do kapel kweet zich ook thans verdienstelijk
van hare taak en verschafte eenige uren van
waar genoegen en werkelijk kunstgenot.
De aanwezigen lioten dan ook niet na
herhaaldelijk hunne tevredenheid te betuigen
en het gevolg daarvan was dat aan het pro
gramma, waarop menigo opera ouverture of
-phantaisio voorkwam, nog menig ander nom-
mer werd toegevoegd.
Het is er inderdaad een heel gezellig zitje.
Morgenmiddag en -avond zal het gezelschap"
er andermaal optreden.
Gelijk wij in ons vorig nommer meld
den, deolt de Staatsbegrooting voor 1894 mede
dat prof. Hoffmann, tot dusver assistent bij
de zoölogie alhier, den titel erlaDgt van con
servator bij het zoötomiech laboratorium op
een traktement van ƒ2000 (tot dusver genoot
hij ƒ1000).
De naam van prof. Hoffmann is hierongc-
twyfeld eene drukfout op de begrooting en
men zal er zeer zeker voor moeten lezen
dr. H. W. De GraafF, tot dusver assistent by
prof. Hoffmann.
Bij de heden gehouden openbare verkoo-
ping van cokes, in partijen van 100, 50, 10
en 5 Hectoliters, waren de hoogste prijzen
40, 21.50, 4.70 en ƒ2.30; de laagste:
40, 21.50, ƒ4.50 en ƒ2.25
Het te Leiden te stichten Museum van
Natuurlijke Historie zal volgens het volledig
plan d'ensemble omvatten een oostelijk en
een westelijk voorgebouw, waartusschen te
plaatsen is het gebouw voor de zoogenaamde
Index-collectie; voorts uit een eosteiyk en
een westelijk tusscbengebouw en een westelijk
zijgebouw (dat de tegenhanger is van het be
staand geologisch-mineralogisch museum); al
deze gebouwen zijn voor den publieken dienst
bestemd. Vervolgens zal er komen oen groot
magazijn, eene spirit us-galerij, welke geheel
brandvrij wordt ingericht, en een dienstge
bouw, omvattende de lokalen voor het onder
wijs on voor de wetenschappelijke bearbeiding
der omvangrijke collection.
De bouwkosten zijn, met uitzondering van
de verwarmingstoestellen en het ameublement,
zooals reeds gemold werd, geraamd op
ƒ1,962,300.
Op de begrooting van Binnonlandsche Zaken
voor 1894 wordt tevens eene som van 10,000
aangevraagd voor den aanbouw van eene
astro-photographische inrichting en 10,000
tot aankoop van instrumenten voor deze in
richting.
„3ij den bouw en de inrichting van de
sterrenwacht te Leiden zoo wordt in de
Mem. v. Toel. gezegd ging men Indertijd
uit van de stelling, dat men ten minste op
ééne plaats in Nederland de pracüsche sterren
kunde volgens de bestaande behoeften moest
kunnen beoefenen, op welke plaats men be
trouwbare waarnemingen zou kunnen vol
brengen omtrent den stand en do beweging
der hemellichten.
Voldeod tot vóór eenigo jaren do Leidscho
sterrenwacht aan de haar bij de stichting
gestelde eischen, thans, nu doorde toepassing-
der photographic de nauwkeurigheid der waar
nemingen zoozeer kan worden vergroot, is
zulks niet meer het geval, en zullen de
Leidsche waarnemingen veel van hare waarde
verliezen, daar zij niet meer onder de meest
nauwkeurige zullen kunnen gerekend wordoD.
De Regeoring meont dat voorziening in deze,
mits op eenvoudige wijze, niet langer mag
worden uitgesteld."
180 jongens van de Kweekschool voor
Zeevaart te Leiden zijn geplaatst aan boord
van Hr. Ms. „Wassenaer" te Amsterdam.
De 2do luit. K. C. Fortanier, van hot
4de reg. inf., die tot 1 Docomber tijdelijk
gedetacheerd is bij de militaire verkenningen
te 's Gravenhage, wordt op dien datum defi
nitief bij dat dienstvak werkzaam gesteld.
Do lst9 luits. A. L. Klerk De Reus, van
het 4de reg. inf. te Leiden, "W. J. Steinbuch,
▼an het 5de rog. inf. te Amersfoort, en C. D.
De Roon, van het reg. grenadiers en jagers,
^jn tot 1 October 1894 werkzaam gesteld te
*8-Gravenhage, onder de bevelen van den chef
van den generalen staf.
In de algemeene vergadering van de leden
der Academie van Beeldende Kunsten te
's Gravenhage zfin tot leden in den raad van
bestuur herkozen de heeren dr. L. R. Beynen,
J. v. d. Sande Bakhuyzen, C. H. Peters en Ph.
Sadóe, die moesten aftreden, doch dadelijk
herkiesbaar waren.
Door 37 bewoners van den Hoogen
Rijndijk en den Zoeterwoudschen Singel is
een adres gericht aan Burgemeester en "Wet
houders der gemeente Zoeterwoude om eene
brandspuit in dat gedeelte der gemeente te
plaatsen.
Op de twaalfde lijst van de 15de jaar
collecte voor de Scholen met den Bijbel komt
o. a. voor Nieuw-Vennep mot Abbenes met
een bedrag van 205 27'/,. Voorts is gebleken
dat dit jaar te Leiderdorp minder is ingezameld
dan het vorige ƒ101.
Gedurende do maand Sept. is ten postkan
tore te "Warmond ingelegd tot een bedrag van
ƒ1753.64, verdeeld over 33 inlageD. Terugbe
taald werd er ƒ1346.79, verdeeld over 14 te
rugbetalingen.
Er werden 6 nieuwe boekjes uitgegeven.
In hot geheel zijn er thans 312 boekjes to
Warmond in omloop.
Gedurende het goheele derde kwartaal is
er ingelegd een be;rag van f 4978.92 en
terugbetaald ƒ2601.92.
Ter gelegenheid van het zilveren jubiló
van den heer J. W. Thompson, als redacteur
van' „Dg Maasbode" te Rotterdam was gis
teren, Zondag-morgen, in eene der zalen van
do „St.-Jozefs-gezellen-veroeniging" aldaar een
uitgelezen gezelschap bijeen, waaronder vele
Kamerleden en R.-K. geestelijken.
Nadat de hoor Thompson, per rijtuig van
zfino woning afgehaald, feestelijk was binnen
geleid, de Dominicaner-pater J. Hoogland,
bisschoppelijk adviseur van „Do Maasbode",
den jubilaris hartelijk had verwelkomd en er
op gewezen had, dat de waarde niet moest
worden gehecht aan de quantiteit, maar aan
de qualiteit der deelnemers, werd het woord
verloend aan den heer mr. C. J. A. Heyden-
rjjk, die begon met er op te wijzen, dat de
sympathie voor den jubilaris o. m. bleek uit
het feit, dat alle pastoors van Rotterdam aan
deze huldebetooging deelnemen. Vervolgens
schetste hy den jubilaris als journalist en als
verdediger van hot gezin, de grondslag
der maatschappy, welke by ook heeft toege
past in oigon kring. In zyne meermalen door
bravo's onderbroken rede huldigde hy den
jubilaris als man, die nooit een haarbreed
van zyne beginselen afweek, en bood hem
als een bewys van sympathie namens zyne
vele vrienden een kostbaar geschenk aan als
eene afspiegeling der door den jubilaris ver
dedigde beginselen.
Dit geschenk bestaat uit eene prachtige
bronzen groep, „la Defense du Foyer", van
E. Boissense, voorstellende een kryger, die,
met het zwaard in de vuist, vrouw en kind
verdedigt. Dit kostbare kunstwerk rust op eene
zuil van rood Italiaansch marmer met massief
koperen kapiteel en basement. Het geschenk
gaat vergezeld van een album, rustend op een
blank eiken tafeltje, gebeeldhouwd in XVde-
eeuwschen styi. In dezen zelfden styl is het
album, dat in blank kalfsleer ia gebonden
en op elk blad versierd is met een uit de
hand geschilderd kader, naar motieven van
middeleeuwsche manuscripten dor Parysche
Bibliothèque nationale. Elk blad is een waar
meesterstuk (werk uit een der Nederlandsche
vrouwenkloosters)daarop zyn de namen ver
meld der schenkers, waaronder: vele leden
der beide Kamers, Raad van State, hoogere
en lagere geestelykhoid van binnen- en buiten
land, presidenten van kiesvereenigingen, redac
ties van Katholieke bladen, bekende publi
cisten en ten slotte redacteuren van „De Maas
bode", die de feestcommisie hebben gevormd.
De heer Thompson bedankte zichtbaar aan
gedaan en verklaarde, dat deze dag een der
heuglykste van zyn leven was.
Geruimen tyd bleef men daarna nog vriend
schappelijk en gezellig onder een glas cham
pagne byeen.
By gelegenheid van haar zilveren jubiló
heeft de „De Maasbode" voor hare abonné's
hot eerste nommer van 1 Oct. 1868 herdrukt.
De minister van financiën, de heer
Pierson, en de provinciale inspecteur der
belastingen te 's-Hertogenbosch, de heer L.
E. Uyttenhoven, bezochten heden mot het
oog op de behandeling der wyziging van de
Suikerwet in de Tweede Kamer, do beetwortel-
suikerfabriek te Prinsenhage.
By koninklyk besluit is benoemd tot
hoofdcommies by het departement van jus
titie, mr. A. D. W. De Vries, thans commios
ter provinciale griffie van Gelderland.
Benoemd W. Van Sighem tot burgemeester
van Zoutolande, en A. O verduin tot burge
meester van Westkapello.
55.)
„Hoe, kent ge do blinde reeds van vroeger?"
„Ja!"
„Bemindet ge haar toen misschien?"
„Neem aan dat ik dwaas genoog was
ik zeg „was" en zeg dat opzetlelyk met
nadruk, omdat ik thans niets meer in haar
zie dan de hulpbehoevende vrouw!
„Vrouw? Zy is dus zelfs reeds gehuwd.
Nu mankeert er nog maar aan, dat ge my
deze engel met gekortwiekte vleugelen als
eene weduwe voorstelt."
„Dat is zy nog niet."
„Hoe, nog niet, zy heeft dus nog een man
en gij wilt diens plicht op u nemen?"
„Dien plicht moet ik op my nemen, omdat
ik haar echtgenoot ben."
Erika had van nature geen aanleg om in
zwym te vallen, maar toen Van Langen deze
woorden op ernstigen toon uitsprak, was zy
toch eene onmacht naby.
„Gy, gy zoudt - ach, neon, dat is niet
mogelijk," stamelde zy; „ik hid u, Arnold,
dryf geen dwaas spel met my," voer zij. met
trillende lippen, voort, terwyi zij bet hoofd
afwendde, om den vriend niet lo toonon hoe
zeer deze woorden haar hadden aangegrepen.
„Ik scherts niet en zou daar op dit oogen-
blik ook wel het allerminst toe gestemd ayn!"
antwoordde Van Langen op kolmen, schier
onbevangen too».
„Dan begryp ik niet, wat ik voor eene
freule Von Norden zou kunnon doen."
„Veel, zeer veel, lieve Erika, maar ik begin
te begrypen, dat ik by u niet veel verder
zal komen, wanneer ge niet alles weet; zoo
luister!"
Dit zeggende, dwong Arnold de zangeres
op een stoel voor hem plaats te nemen
toen zette hij zich tegenover haar en begon
haar te vertellen, wie zyue patiénte in
Mariabilf was.
„Ik werd dus niet door de barones her
kend vervolgde hy tot de opmerkzaam toe
luisterende vriendin, „ook toen nog niet, toen
ik haar geregeld kwam bezoeken. Ik bevond
dat de barones met den dag zwakker werd,
doch zichzelve geweld aandeed tegenover hare
dochter, die van haren waren toestand geen
flauw vermoeden had. 't Was intusschen op-
merkelyk, hoe myn invloed op de zieke,
geheel buiten myn wil, toenam. Was zy be
droefd, m zichzelvo gekeerd, zoo in gepeins
verzorken, dat zy hare dochter zelfs nau-
w%lyks op hare vragen antwoordde, zoodra
zy my zag heldordo haar gelaat op. Toch
was ik voor haar sleehts dokter Fernau
eerst toen haar stervensuur naderde, scheen
het, als wilde het brekend oog zich niet laten
bedriegen; zy greep myne hand, ook die harer
dochter, doch het spreken was haar reeds
ontzegd, de dood sloot haar de lippen. Kunt
ge nu begrypen, dat ik de hulpeloozo vrouw
niet verlaten kan en ook uw bystand
behoef?"
„Het eerste wel, het tweede echter niet!"
„Niet? Moet de ongelukkige dan nu geheel
alleen biyven?"
„Zyt gy dan niet by haar?"
„Voorloopig, en slechts nu en dan, wanneer
myn plicht my niet elders roept. En wanneer
ik wettig van haar gescheiden zal zyn, kan
ik toch onmogelyk langer tot haar in eeni-
gerlei betrekking staan."
Met verbaasden blik zag de zangeres Arnold
in het gelaat.
„Arnold, ik heb u verkeerd verstaan of ik
moet verklaren u ten eenenmale niet te be
grypen! Ge spreekt over eene scheiding van
de vrouw, die uwe deelneming, uw mede-
ïyden heeft opgewekt."
„"Wat heeft de deelneming in het lot van
eene hulpbehoevende gemeen iaet myne schei
ding van haar? Gyzelvo hebt de gedachte
aan eene wettige scheiding van die vrouw
by my opgewekt en dientengevolge heb ik
met Bom al het noodige tot dezen stap reeds
afgesproken."
„Maar toch niet thans, nu zy blind is?"
„Zy zal ziende worden; hare oogen zyn te
genezen; ik heb ze reeds onderzocht."
„Ge zult haar dus eerst nog opereeren?"
„Dat heb ik hare moeder beloofd; maar
nu zyn wy aan het punt gekomen, waarin
my uw bystand bovenal noodzakeiyk is; zy
wil zich namelyk niet laten opereeren."
„Om welke reden verzet zy zich tegen de
operatie?"
„Dat weet ik niet; zelfs wat hare moeder
my daaromtrent mededeelde, gaf my geene
voldoende opheldering."
„Hoe denkt ge dan dien tegenstand te
overwinnen?"
„Met uwe hulp."
„Maar, Arnold, dat is eene zeer vage hoop
Hebt ge dan vergeten dat freule Astrea en
ik een Ingeschapen afkeer voor elkander ge
voelden?"
„Omdat hare moeder uwe vriendschap
den weg stond.
{Wordt vervolgd1