LEÏDSOH N*. 10302 Donderdag; 151 September i 4 IvjuO. feze <€oarant wordt dagelijks, met uitzondering van (ZfOn- en feestdagen, uitgegeven. Dit nomrncr bestaat uil T VïLL, Bladen. Eerste Blad. Leiden, 20 September. i^oullleton. Op gescheiden wegen. Lo in?'o PRIJS DT^ZBR COURANT: foor Leiden per 3 maandenf 1.10. Tr&nco per po^t1.40. Afzonderlijka "Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 rogels f 1-05. Iedere regel meer ƒ0.17$. Grootere latte-rs naar plaatsruimte. Voor hot incassoeren buiten do stad wordt f0.05 bcrokend. Offlciëele Honnisgevlns^n. De Burgemeeeter on Wethouder! van Tjtiden doen te weten, dat door den Raad dier p^meento. ia lijne vergadenog van den lSden Juli 1893 is ra t- gwsestd de volgende verordening RAADSBESLUIT, lro*dcndo wgziging van het Raadöbeeluit van den 22aten October 1877, regelende de heffing van «ene riaateelijke Directo Belasting te Leidon iGemeontc- blad No. 4 van 1878), gewijzigd bij Raadsbesluiten van don lGden December 1878 (Gemeenteblad No. 1 van 1879) van den 6dcr. October 1881 (Gemeente blad No. 5 van 1882), van deu 2Saten December 1886 (G nteentelslad No. -1 van 1887) oa van den 1 lden November,'I7den Decouibor 1890 (Gemeente blad No. 1 van 1891). De Raad dor gemcerte Leiden heeft besloten: Het Raadsbesluit van den 22sten October 1877, regelende de heffing van eeno Plaatselijke Directo Belasting do Leiden (Gemeenteblad No. 4 van 1878), gcwjjzigd d>jj do 'Eaadebeslurten van den lGden December 1878 (Gemeenteblad No. 1 van 1879), van den 6den'October 1881 (Gemeenteblad No 5 van 1882), van den G3dten December 18Ö6 (Gemeenteblad No. 4 vao 1887) en van don lldon Novomber/l7deo December 1890 ((Gemeenteblad No. 1 van 1891) in d er voege te w^aigen, dat artikel 3 werrdo gelezen als volgt: Dienstboden, dio by hunne meeatera inwonen, „worden in dezo belasting niet aangeslagen „onder dienstboden cijn uitsluitend te varatacn „dienstmeiden en knechts." G-ofiasn te Leiden ter openbare Raadsvergadering vaa den lSdcn Juli 189S. De Burgemeester, DE KANTER. De Secretaris. E. KIST. D.jode de beffiDg vaa dezo belasting goedgekeurd bg Loninküjk besluit van den 29stou December 1881 No. 30 en laatste lijk bij dat vnn 23 Augustus 1893 ho. »17, waarbij tevens is aaDgeha&ld de verordeuing, regelende de invordering dier belasting, van deu 2tsten October 1877 (Gemeontobkd No. 5 van 1878), gewyzigd b do veierdening van don 6den Oot./8ston Doe. 1881 (Gemeenteblad No. 6 van 1882). Eu is hiervan af kondigiog geschied waar het beboert, doc Jl9den September i893. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE KANTER, Burgemeestor. E. KIST, Secretaris. BS AWH WET. Bnigemeoatcr en Wethouders -der gemeente Leidon brengen bij dezo ter algemeens kennis, dat door A. VAN LEEUWEN, wonende te Katwijk, een verzoekschrift is ingediend om vergunning voer den kleinhandel in sterken drank in hot perceel Breeetraat No. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Lorden, >DE KANTEK,, Burgemeester. 19 Sept. 1093. E. KIST, Secretaris. Zekere G. F. D. schrijft .aan de „Aroh. Crt." o. a. het volgende: De vorige week te Leiden zijnde, woonde ik het afscheidsconcert van Gottfried Mann in „Zomerzorg" bij. Was hjj op zijn eerste afscheidsconcert in „Musis" op Donderdag 14 Sept. met eerbewijzen overladen, ook Vrijdag was daaraan geen gebrek. De vele ovaties, den heer Mann gebracht, moeten hem wel de overtuiging geven, dat het Leidsche publiek zijn afscheid van h9t 4de regiment zeer be treurt. Het iB dan ook niet te verwonderen, door de bewonderenswaardige hoogte, waarop Mann in die acht jaren zijn corps heeft ge- braoht. Ik heb werkelijk Donderdag met zeer veel genoegen de muziekuitvoering bijgewoond. Eenige weken geleden hoorde ik drie uitvoerin gen van de Grenadiers en Jagers teBussum, doch vergelijkt men die met de uitvoeringen, welke ik Donderdag-avond te Leiden van het 4de regiment bijwoonde, dan helt de schaal in vele opzichten erg over naar het 4de. Hier was zuiverheid, goede manier van spelen en heel veel nuance in de voordrac t. Het geheele programma op den voet te volgen zou mjj te ver voeren, doch ik mag niet zwijgen van de waarlijk muzikale wijze, waarop een solist het concert voor Es clarinet (een zeer goed muziekstuk) voordroeg; evenmin de aria uit de D Dur-Suite van Bach, door Mann voor trombone-solo gearrangeerd, en last not least de tweede mazurka van Benjamin Godard, eveneens door Mann op briljante wijze voor harmonie gezet. Dit laatste nummertje w end met eene be schaving en kleur gespeold, waarover men waarlijk bü een mfiitair harmonie corps ver baasd staat. Het is voor het corps van het 4de te betreuren, dat het zijn bekwamen aan voerder verliest, want juist de groote, veel zijdige talenten van Mann hebben hem tot een aanvoerder gevormd, welken men tevergeefs b\j de andere militaire corpsen zal coeken. Maar aan den anderen kant kan ik me best voorstellen, dat een kunstenaar als hy met langer onder de bestaande toestanden by een militair eorps wil dienen. De optocht van de Regentes naar de Troonzaal ter opening van do nieuwe Kamer zitting had onder gunstig weder plaats, zoodat de trein van staatsierytuigen en cavalerie met de traditioneele glazen gala-koets", waarin, H. K. was gezeten, als middelpunt, van het Paleis tot aan het gebouw der wetgevende macht langs dubbele ryen toeschouwers, aan. beide zyden van de straat geschaard, voorbij trok. H. H. werd allerwegen met hoezees en. gewuif van handen en zakdoeken begroet. Vóór de aankondiging van het binnentredem der Regentes vertoonde de vergaderzaal wederom het eigenaardige schouwspel, dat eene groote ruimte, waarin zich velen in gala- kleeding of schitterende uniform bevinden, oplevert. Slechts een drietal afgevaardigden was in deftige burgerkleeding verschenen, de heeren: Heldt, Pyttersen en Yalette. Aan beide zijden waren de tribunes geheel vol en aan vele dames waren de voorste ryen ingeruimd. De groote tribune werd ditmaal bezet door de leden der conferentie voor internationaal privaatrecht. Men zag hen vóór de opening der vereenigde vergadering aan hunne medeleden, tevens volksvertegenwoor digers, de inlichtingen vragen, welko een vreemdeling, ook in deze omgeving, gaarne verneemt. De gezanten, waarvan verschillende, wegens uitlandigheid, door hunne zaakgelas tigden werden vertegenwoordigd, waren in de voor het corps diplomatique bestemde loges, de meesten vergezeld van hunne dames, die voor deze gelegenheid groot toilet haddon gemaakt. Te kwart over éónon verscheen de Vorstin in de zaal, op haren gang naar Haren zetel ter zyde van den Troon links en rechts de afgevaardigden met eene buiging groetende. H. M. droeg een zwart kanten kleed en werd onmiddellijk gevolgd door baronesse Van Hardenbroek, grootmeesteresse. Zittende las H. M. duidelijk do troonrede voor, om vervolgens, na minzame groeten, met haar hofstoet naar het paleis terug te keeren. Zoowel by Haro komst als toen zy naar de koninklyke koets terugkeerde, onderhield de Regentos zich met jhr. Van Eysinga, het eerstbenoemdo lid der H. M. begeleidende commissie. Als buitengewone adjudanten werden in het militaire govolg, dat te paard de acht- spannigo koets omgaf, opgemerkt do goneraals Schneidor, Van Helden, Alewyn, benevens de kolonels Beyerman, Simon en jhr. Baud, laatstgenoemde commandant der H&agsche dd. schüttery. Do leden van den Raad van State, van do Algeineene Rekenkamer en de divisie-com mandant generaal Hennas woonden de opening der zittir.g in de zaal b^, alwaar vele Kamer leden cich lieten voorstellen aan den nieuw- opgetreden vice-president van eerstgemeld Staatslichaam, jhr. Van Panhuys, voor de eerste meal hierby aanwezig. By het vertrek en der. terugkeer van den stoet stond Koningin Wiikelmina aar. een dor vensters, groeten wisselende met Hare moedor. 1 Hare Majesteit Koningin Wilhelmina zal morgen by de plechtige uitreiking vau nieuwe vaandels en standaards in de Maliebaan te 's Gravenhage aan de regimenten der infan terie en der cavalerie de eereteekenen, welke gohecht zyn aan de vaandels van twee der regimenten van eerstgenoemd wapen, eigen handig bevestigen aan de nieuwe vaandels van die corpsent. w. lo. aan het vaandel van het regiment grenadiers en jagers: liet Metalen Kruisge dragen door wyien Zyne Majesteit Koning Willem II, hetwelk namens wijlen Zyne Majesteit Koning Willem III, op den 3den April 1849 door wylen Zyne Koninklyke Hoogheid Prins Hendrik der Nederlanden aan het vaandel van dat corps werd vastgehecht; 2o. aan het vaandel van hot 7de regiment infanterie: de medaille der Citadel van Ant werpen, gedragen door wylen den generaal der infanterie D. H. baron Chassé, welk eere- teeken, indertijd door hem by testamentaire beschikking vermaakt zijnde aan de gemeente Tiel, door den Raad dier gemeente werd aangeboden aan wylen Zyne Majesteit Koning Willem III en ingevolge het Koninkiyk Be sluit van 13 Juni 1857 No. 143, in tegen woordigheid van wylen Zyne Majesteit, op den 17den Juni d. a. v. door wylen Zyne Koninklyke Hoogheid den toenmaligen Prins van Oranje aan het vaandel van dat corps werd bevestigd. De heer Geertsema, lid der Tweede Kamer voor Enschedee, die gedurende ver scheidene maanden door ziekte belet werd de Kamerzittingen by te wonen, was gisteren hersteld in de zitting teruggekeerd. Ook den heer Roéll, tydens de behandeling der Kieswet lijdende geworden, zag men gisteren weer met genoegen in de Kamer terug. Naar wy met leedwezen vernemen, laat. de gezondheidstoestand van Hr. Ms. buiten gewoon gezant en gevolmachtigd minister by het Engelsche hof, C. M. E. G. graaf Van Bylandt, veel te wenschen over. Zyn zoon, mr. W. P. graaf Van Bylandt, commies bij het departement van buitenlandsche zaken, een der socretarissen van do conferentie voor internationaal privaatrecht, is naar Londen vertrokken. (H. D.) De Haagsche correspondent der „Zutf. Cf' spreekt het bericht tegen, dat het zeker is dat de Krijgsschool van Den Haag naar ©doda zal worden overgebracht. De zaak is wel in onderzoek, maar de Krygsschool kan niet worden overgebracht zonder, dat daartoe by do wet machtiging is verleend. 31.) „Astrea, ge weet niet wat ge zegt", riep de barones hare dochter vermateend toe, terwjjl ook de raadsheer de jonge vrouw ge troffen aanzag. Jlaar Astrea scheen de stem harer moeder niet gehoord te hebben en evenmin sloeg zy acht op den blik van <4en ouden heer, die van warme belangstelling sprak. Op vasten toon voer zij voort: Het leed, dat ik hem iheb berokkend, verblind, medegesleept door het oogenblik, moet reeds noodwendig onze scheiding ten gevolge hebbenhijzelf sprak ze dan ook uit, waarom blsót hij er mij nu nog een prijs voor?" Gjj vergeet uwe toekomst, mevrouw!" Hjjne toekomst? O, die is mij zoo mogelijk nog meer onverschillig dan hem do .zijne; want mfln geluk ligt met in de zucht naar rijkdom." .Maar ik eisch dien voor ui" Wederom hield zich Aslrea als hoorde zij niet wat hare moeder zeide, maar toch klonk hare »tem, toen zy aan haro woorden toevoegde: „Zeg hem daarom, dat ik hem niet weer onder de oogen zal komen, dat ik hem ontwyken zal en dat ik in alles zal toestemmen, wat hu ook saoge .verlangen." „En wat hy u aanbiedt?" „Wgs ik beslist van de hand." „Op dit «ogenblik ten minste, mevrouw!" „,Op dit oogenblik en voor altyd, veer zoolang als ik hier op aarde zal moeten leven I" Boze woorden, gepaard aan de eu trotsch opgeheven houding der jonge vrouw, brachten ten eiotte den taadsheer tot de overtuiging, dat verder aandringen van zyn kant noode- loos zou zyn; eene diepe, eerbiedige buiging makende voor haar, die daar fier opgericht vóór hem stond, wilde hy het vertrek ver laten. Maar op hetzelfde oogenblik, dat hy de deur wilde openen, riep de barones hem na: „Mynheer de raadsheer, myne dochter zal eerst later haar besluit kenbaar makenwat zü nu, in hare opgewondenheid, gezegd heeft, kunt u niet ais eene verbindende verklaring aannemen „Mijnheer de raadsheer kent thans myn besluit, mama, en zal dit mijnheer Tan Langen overbrengen." D» oude keer keog nog eens -voor do jonge vrouw eu verliet het vertrek, niet ziende, ■dat op hetzelfde oogenblik de barones als •eone van woede blazende tygerin «p hare dochter toetrad. Haar opgeheven arni ecRor viel ais ver lamd langs hare zydo neder, toen Astrea zeifs geen sttvp terugweek, integendeel onbe vreesd hare moeder in de woest blikkendo oogen zag. „ik zal u voor gek laten verklaren!" krysdite doze dolzinnig. „Ee daar zoudt gy wèl aan doeD, wantik geloof dat ik hel benzeide de bleeke vrouw, met kianklooze stem, terwyi zy als vernietigd t>p oen stool nederzeeg. Hare smart vond echter geen weerklank in het gevoelloos hart der moedor, die in hare woede andermaal begon ,£s het denkbaar, is het niet ongehoord, een vorstelijk inkomen slaat zy af, om een enkel oogenblik do verheven trotsche te spelen, en tegenover wien? Tegenover een ouden, verschrompelden jurist, die haar aohter den rug nog op den koop toe uitlacht. Hon gerlijden wil zy, worstelen om een droog stuk brood, ten einde een huichelaar van baar geld mooi weer te laten spelen, een veinzaard in overvloed to 'aten zwelgen. O, had ik maar aan de oersle icspraak van myn hart, om dit huis dadelyk te veriater, ge- v&lg gegeven; dan zou hem althans do ge legenheid zyn benomen, om voor u, ver dwaasde, zyne huichelaarsrol (ot h6t einde toe af te spelen." „Nog steeds is Van Langen in uw oog dus de huichelaar, de erfenisroover, maar hebt u dan niet gehoord of hebt u niet be grepen wat by my aanbood?" „Dat behoeft ge volstrekt zoo niet op den voorgrond te stellen, want hy heeft niets gedaan dan wat een man verplicht is tegen over zijne vrouw te doen en waarop de vrouw ten volle aanspraak heeft." „Voor zyne vrouw - mama, zjjt gij het niet geweest, die my beloofd hebt, my nim mer er aan te zullen herinneren, dat ik zyne vrouw ben, en nu noemt gyzeive my zoo?" „Kan ik anders, dwingt gy my daar niet tee* AVanneer gy uwe rechten en de plaats, waar gy behoort te staan, vergeet, moet ik dan niet voor in de bres springen! Want nu vraag ik uwaarom hebt ge dien man getrouwd?" „O, mama, hy heeft het reeds erkend, dat ik uit beretf-ening, uit eigenbaat handelde." I Wordl t ervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 5