KOOPT An ENGLISH Lady Vervolg der Advertentiën. EENE JONGEDAME, I1B F. F. W. HEINTZ Co., K. YIJLBRIEF, NIEUWSTRAAT 33. BHEISTEU. DUINZAND Vrijwillige Verkooping. II DE INTE «Ti»., liapenbiir» 75. Phoenix-Brouwerij, COETS DE BOSSON, AMERSFOORT. Alle Bieren der Brouwerij, als: Pilsener, Miinchener, Beiersch, Lager en Gerstebier zijn zoowel op fust als gebotteld verkrijgbaar bij den Agent 47H 40 A. C. M. VAN NOOBT, Telephoonnummer 159. Levendaal 26. BottelarijGalgewater 16. Feuilleton. Op gescheiden wegen. Oltman, uit Naarden. Ook verscheidene offi cieren, burgerpersonen en ook militairen, niet tot die gezindte behooronde, bevonden zich rondom den spreker. Na vooraf met gebed de oefening te hebben aangevangen, verzocht spreker aan allen om met hem te ziDgen Gezang 12 vers 1 en 6. Er waren door middel van het 4de regiment infanterie gehecto- grapheerde blaadjes uitgegeven, waarop de voorzang en nazang waren uitgeschreven. Door de muziek begeleid, werd dan ook door allen het volgende aangeheven: Voorzang. Qezang 12 vs. 1 en 6. O goedheid Gods, nooit recht geprezen, Heet hjj een mensch, dien gy niet treft? Hoe snood ondankbaar moet hy wezen, Die 't hart niet vrooiyk tot U beft I Neen, alles aan God dank te weten Zy steeds myn plicht, mijn werk, mijn lied. De Heer heeft nimmor my vergeten; Vergeet myn ziel! den Heer ook niet. Dat Uwe zorg en trouwe hoede Myn God! my steeds voor oogen zy! Die sterke my gestaag in 't goede Dat ik U heel myn leven wy'! Die loide my in biyde dagen, Die trooste my in tyd van nood En leer my zonder schrik verdragen Het ernstig denkbeeld van den dood. - Na afloop ving spreker zyne rede aan. Doze rede geleek meer op eeno toespraak dan pre dikatie, doch daardoor juist maakte die zooveel te moer indruk op de toehoorders. Spr. hield oene rede, welke gloeide van vaderlandsliefde en Koningsgezindheid. Hy zeide o. a. dat Nederland gelukkig is in het bezit te zyn van oene afstammelinge van het Huis van Oranje, dat ruim drie eeuwen lief en leed met Neder land heeft gedoeld; dat Nederland, door een wys en kundig bestuur geregeerd, tot dus verre nogal vry is gebleven van ernstige on lusten, en vooral hier te lande zooveel gedaan wordt voor hot onderwys, wat z I. het eenige middel is om veel kwaad tegen te gaan; dat alleen onkundigen zich door een enkelen oproerkraaier laten verblinden tot het plegen van ongeregeldheden, enz. Ook wees hy er op dat allen, doch de militair in het byzonder, steeds goed en bloed veil moest hebben voor Vaderland en Koningin, enz. Dat deze rode, op indrukwokkenden en duidelyken, overal hoorbaren toon gesproken, indruk op de aanwezige militairen maakte, is to begrypen. Tot nazang werden opgegoven twee verzen van het gowflzigde Volkslied, welke ik hier onder laat volgen: Volkslied. Beschorm o God! bewaak don grond, Waarop onze adem gaat, De plekj waar onze wieg op stond, Wellicht ons sterfuur slaat. Wy smeeken van Uw Vaderhand Met blyden kinderzin Bohoud voor 't lieve vadorland Voor Land en Koningin! Dring luid van uit ons feestgedruisch De beu Uw hemel in: Biyv' ons aloud Oranjehuis Met 't volk steeds één van zin! Ja, ook in tyden droef en bang Weerklinke aan allen kant: Bewaar de Koninginne lang En 't lieve Vaderland!" Deze nazang, eveneens geaccompagneerd door de muziek, werd door allen ook bloots hoofds modegezongon. Met een kort gebed werd de godsdienst oefening geëindigd. Ze was te 11 uren af- geloopen. Alsnu waren wy verder den geheel en dag vry, behoudens het eten. Veel bezoek werd er dien dag aan het kamp gebracht, vooral door personen uit de omstreken en Amsterdam, tot zelfs door vyf j sociaal democraten, die trachtten geschriften onder de manschappen te verspreidon, doch zoodra dezen bemerkten welke geschriften het waren, ze voor de oogen der gevers aan flarden scheurden. Niet een der korporaals of manschappen, die zoo'n biljet heel hield! Veel gelegenheid tot verspreiding hadden de socialen echter niet, daar hun ten spoedigste de uitgang van het kamp werd gewezen. Een bewys dus dat by het leger het socialisme niet veel propaganda maakt, te meer, daar na dit gebeurde byna den geheelen dag vador- landsche liederen werden gezongenboven alles hoorde men verder steeds „Leve Wille- mien, weg met de socialen, leve Willemien" enz. Eer dat het socialisme dus het leger kan binnensluipen, zal er nog wel heelwat moeten veranderen. Zondag-avond was er concert in het hotel „Nieuw Bussum", te Bussum, waar de ge neraal majoor Rompelman verblyf houdt. De kapel van het vierde handhaafde haren ouden roem, ofschoon tbans niet onder directie staande van den heer Mann, die wegens onge steldheid te Leiden is achtergebleven. Door de kapel, nu onder de leiding van den heer Joh. Oostelaar, werden er keurige nummers uitgevoerd, telkens beantwoord met eer. voort durend applaus, waaruit blykt dat de afwe zigheid van den heer Mann geen afbreuk doet aan eene goede uitvoering van de verschillende concerten. Ook geheol Bussum was op de been om van de schoone muziek te genieten. Byna te 11 uren was het concert afgo- loopen. Maandag was er groote oefening van 71/, - 5 uren voor den inspecteur der infanterie, den generaal-majoor Hennus. Een druk dagje dus Gemengd Nieuws. Do vrouw van D. V., te Beneden knype (Fr.), was bezig met haar zuigeling „te verpakken" en stak zich daarby met eene roestige speld in den arm, met het gevolg dat haar arm dadelyk geweldig opzwol. Met den meesten spoed werd door dr. Rinkes goneoskundige hulp verleend, die bloedvergif tiging constateerde. Er bestaat hoop dat de vrouw beteren zal. Te K o 11 m (Fr.) waren een brui- degom en bruid ten geraeentehuize verschenen, om te trouwen. Ze ontvingen daar een brief van de moeder van het meisje, houdende mededeeling dat zy de trouwplechtigheid niet kon bywonen, zoodat het huweiyk niet kon gesloten worden en het paartje on verrichterzake moest huiswaarts keeren. Daar ze ook in de kerk zouden trouwen, moesten de aldaar aan wezige nieuwsgierigen ook met teleurstelling het kerkgebouw verlaten. Een moordaanslag. Van „w e 1- ingelichte zyde" deelt men mede, dat een inwoner uit Ruinen een schot uit een vuur wapen moet gelost hebben op den heer H. W., te Hoogeveen. Het schot heeft gemistslechts een schramp aan den buik moet de heer W. bekomen hebben. Een tamelyk hevige brandheeft gisteravond de concertzaal „Eden" te Oostende godeeltelyk vernield. Het vuur, dat in de kamer van een der artiston een aanvang nam, kreeg spoedig groote uitbreiding. Do vlammen drongen door het dak en weldra was het tooneel geheel vuur en vlam. De schade is aan- zionlyk, doch er zyn gelukkig geene monschen- levens te betreuren. wishes to give a few private lessons (con versation, literature, etc.) Apply No. 5390 to Editors of thus Paper. 6 P. G., met akte hoofdonderwyzeres, de col leges a/d. Academie wenschende te volgen, zag zich gaarne in eene besch. fam. geplaatst tot hulp der kinderen na schooltyd, bij hun huiswerk, tegen kost en Inwoning. Brieven fro. onder letter T aan F. L: VAN AMMERS, Boekh., 's-Bosch. 5391 9 N". Rijn 11, Reiden, opent Rekening-Courant Incas seert Wissels op alle plaatsen in Binnen- en Buitenland tegen zeer billijke voorwaarden. 1453 10 Magazyn van Koten, ftfah., Eiken en geschilderde Meubelen, Stoelen, Talels, Spiegels, enz. 5629 9 LAGE PRIJZEN. GevraagdIEMAND, bekwaam voor 't ma chinaal breien van kousen, R.-K tegen kost, inwoning en nadere conditiën. Adres lett. f aan den Boekhandelaar C. H. PFAUTH, te Bodegrave. 5389 7 Groote en kleine partyen te Wassenaar verkrygbaar, gemakkelyk ver voer en zeer geschikt voor dempingen en toemaak. Adres alle werkdagen den Ge moeten Opzichter aldaar. 5249 7 in het Notarishuis aan don Burg fiï[ifi|i!| te Leiden, by opbod Zaterdag 9 Sep tember 1893, by afslag Zaterdag 16 September 1893, des avonds te halfaclit, ten overstaan van Mr. J. A. F. COEBERGH, Notaris te Leiden, van: Het HUIS on ERF te Leiden, aan de Oranje gracht, No. 137, groot 80 centiaren, bevattende: Voorhuis, Zykamer, Binnenkamer, drogen Kelder, Keukon, Plaats met Put en Tuintje; voorts: Voor- en Achterkamer, Zolder un verdere gemakken. Verhuurd por week in twee gedeelten, samen voor 2.75. Te zien: Daags vóór cn op de dagen van veiling en afslag van 10-2 uren. Aanvaarding en Betaling 16 October 1893. Meerdere inlichtingen zijn te bekomen ten kantore van voornoemden Notaris, alwaar tus- schen de veiling en den afslag verhoogingen kunnen worden gedaan, tegen genot van één vjjfde der verhoogsom. 5313 24 geen Amerikaansch Orgel alvorens de STORY CLARK Organs gehoord t.e hebben, welke door hun prach- tigen toon, degelijke constructie en lage prijzen alle andere fabrikaten overtreffen. 11V GROOTE SOKTEERIYO YOOllHMDEV. B392 24 7 „Dat kan toch niet altyd en voor alles gelden?" vroeg Arnold, terwyl hy de freule naar den schoorsteen volgde en zich zóó diep tot haar vooroverboog, dat zy zyn adem op hare wangen voelde. Een glooiend rood overtoog haar schoon gelaat. „Niotwaar, freule?" vroeg hy dringender. „Wat zal ik daarop antwoorden? Weet ik wat myne toekomst zal zyn?" antwoorddo z\j, zonder hem aan te zien. „Mama heeft my echter gezegd, dat Otto's vader, de generaal, zyn zoon niets kon meegeven, zelfs niet eens voor de storting kon zorgen, die voor hot huweiyk vereischt zou worden." „Dat is te» minste eene reden." „Niotwaar? Mama heeft Otto daarom den raai gegeven, naar eene rykere bruid uit te zien." „Hoe, een huweiyk uit berekening, terwyl zyn hart u behoort?" Daar lag iets in de stom van den jongen man, dat Astrea dwong hem aan te zien. Maar al het bloed stroomde haar naar het hart terug, want Arnold had zich zoo ver over haar heengebogen, dat zyne lippen haar voor hoofd aanraakten. Beiden kleurden en er verliep eene volle minuut vóór hy zyne stem weder de ge noegzame vastheid kon geven, om verder te spreken. „Te huwen uit berekening is almee het verachtelykste wat ik my voorstellen kanl Liefde te huichelen of te toonen voor eene vrouw, met wie men alleen uit een finantiöel oogpunt een huweiyk sluit, vind ik eene voor een man zóó onwaardige daad, dat ik zulk een man diep verachten zou! En dan nog, welk eene ellende moet er niet voort spruiten uit een echt, waaraan liefde niet ten grondslag ligt!" „Dat is niet altyd gezegd, byvoorbeeld wanneer beide echtgenooten de liefde niet leeren kennen." „Zy zouden de liefde niet leoren kennen, de liefde dus kunnen ontberen? O, dan moes ten beidon steenen in de borst hebben, maar geene kloppende harten 1" „Ge spreekt alsof de stem des karton uzel- ven niet meer vreemd was." „En wanneer dit nu eens werkeiyk het geval was, zou Astrea dan verstoord op my zyn, zich van my af keeren, wanneer ik beken dat dit zalig gevoel der liefdo zich plotseling by my geopenbaard heeft? Wel waart ge reeds het ideaal van don knaap; maar deze dag, dit uur, heeft my goleerd u lief te heb ben voor altyd, voor eeuwig! Wel ben ook ik een vriend uwer jeugd, maar ik vrees het noodlot niet, dat op die vriendschap schynt te rusten; ik vrees de donkere wolken niet aan den hemel, nu Astrea, reeds myne ster, wier naam gy draagt, myne levenszon zal worden." „Ach, Arnold, waar dwalen wy heen?" „Dwalen „Wat voeren we een zonderling gesprek", voer de freule in lieftallige verwarring voort, maar zonder hare hand terug te trekken, dio de jonge man in de zyne genomen en aan zyne lippen gebracht had. „Astrea! Zegenen we dit eerste, onverge- teiyke uur, dat ons hier vereenigd heeft. Hoeveel angstiger zou myn hart. geklopt hebben, had ik u reeds in Dresden zoo innig moeten liefhebben, daar, waar gy in het salon uwer moeder door tal van aanbidders omgeven waart." „En toch herkende ik den vriend myner jeugd by den eersten aanblik, daar ik de herinnering aan onze kindsheid trouw bewaard had." „Dat begreep ik en ik zag hoe een vluch tige blos uw lief gelaat kleurde; maar dit uur zegt my toch nog oneindig meer", riep de jongeling vol vuur, terwyl hy ook do andere hand van het meisje vatte. Zich geheel overgevend aan het zalig gevoel, dat hem doorstroomde, niets voelend dan het onstuimig hygen van zyne borst en het ver snelde ademhalen der zielsbeminde, werd hy door het oogenblik zóó overmeesterd, dat hy, alles vergetend, voor het schoone meisje op de knieën wilde zinken. Nog juist bytyds kon hy zich hiervoor hoeden, toen zich op hetzelfde oogenblik eene schelle stem op den corridor hooi en liet. De deur word wyd opengeworpen en als de godin der duisternis ruischto eene oudere dame mot hoogrood gekleurd gelaat het vertrek binnen en trad op de verschrikten toe. Mynheer, hoe durft gy het wagen, myne dochter te naderen; wanneer zy alleen is, haar arglistig uw byzyn op te dringen", riep zy en zag Arnold toornig en dreigend aan. „Mevrouw de barones", antwoordde de jonge man op hoogen toon en slechts lang zaam van de geliefde terugtredend, „u schynt opgewonden te zyn, daarom zal ik het er voor houden als hadt u die woorden niet ge sproken. Wilt u echter weten, wat ik freule Astrea gezegd heb, dan „Ik wil niets hooren, zwyg", riep de dame heftiger uit, en zich tot hare dochter w« n- dend, die bleek en bevend afwachtte wat er gebeuren zou, voer zy op denzelfden toon voort: „Ik heb reeds smaad en beleediging genoeg van een ander moeten verduren, van u echter zal ik het niet dulden! Gy zult het niet wagen, u met het huis Norden op ééne lyn te plaatsen 1" „Mevrouw de barones, vergeet u niet te ver, want geduld en bedaardheid kunnen ook by my grenzen hebben 1 De beleedigende woorden, die de knaap eenmaal om der wille van anderen stilzwygend zich liet toevoegen, zouden heden wel eens kwaad bloed kunnen zetten." Wordt vervolgd.) Leiden, ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 6