TWEEWE HAMER. Kiesrecht-Amendementen. Do in don loop dor algemoene beraadsla ging van gisteren aangekondigde amende menten z.yn thans bekend geworden. Wijzigingsvoorstellen zjjn gedaan lo. door de heeren Kolkman, Mees en R e 11. Zy willen den leeftyd voor het kiezerschap stellen op 25 jaren en wenschen het kenteeken van het „in eigen onderhoud en dat van een huisgezin voorzien" aanwezig te achten by de niet bedeelden en bovendien by aangeslagenen in de grondbelasting tot een bedrag van ten minste ƒ1 en by de niet-aangoslagonen, die gedurende het laatst verloopen of wel het aan zijne laatste ver huizing voorafgegaan burgeriyk jaar als hoofd van een huisgezin of als alleen levend persoon als woning in gebruik heeft gehad of een gebouwd eigendom ten minste f 1 in de grondbelasting betalende of daarvan vrygesteld dan wel een afgezonderd gedeelte van zoo danig gebouw, zoodanig, dat de inwonende gezinshoofden en alleen wonende personen ieder ten minste f 1 grondbelasting in den geheelen aanslag betalen, alles behoudens de jaariyksche aanvrage tot plaatsing op de kiezersiyst. Voor de toepassing der voorgestelde be palingen worden schepen van ten minste 40 ton inhoud als eene woning aangemerkt. In verband met een en ander stellen zy voor van de uitoefening van het kiesrecht uit te sluiten hen, die hun belastingaanslag niet hebben voldaan gedurende het jaar vol gende op het belasting-dienstjaar; 2o. door de heeren Yan der Kaay, Yan Houten en De Beaufort, die voorstellen het bezit van een kenteeken van geschiktheid en maatschappeiyken welstand af te leiden uit een aanslag in de grondbe lasting van ten minste f 1 of in eenige andere directe Ryksbelasting, uitgezonderd het patentrecht. Zy, die in deze categorie vallen, zyn vrygesteld van eene aanvrage van kiesrecht, en by hem, die daarin niet valt, wordt het bezit van het kenteeken aanwezig geacht, die de aanvraag indient ena. door een examen heeft voldaan aan de eischen voor de benoembaarheid tot eenig ambt, voor de vervulling van eenige betrek king of voor de uitoefening van eenig beroep of bedryf; die eigenaar is van eene inschry- ving op het Grootboek van ten minste f 100 (nominaal) of van ten minste f 50 ingelegd in de Rykspostspaarbank of in eene andere spaarbank; die als hoofd van een ge zin of als afzonderiyk lovend persoon sedert een jaar zonder wegens wanbetaling van huurpenningen tot ontruiming te zyn veroor deeld, ter bewoning in gebruik heeft eene woning, waarvan de werkelyke week-huur bepaald is op eene som in evenredigheid tot het zielental der gemeente, met dien ver stande, dat de huursom in gemeenten van 200,000 zielen en daarboven niet hooger wordt gesteld dan f 2 per week. Deze voorstellers behouden onder de uit- geslotenen do bedeelden en de wanbetalers hunner belasting; 3o. door den heer Tydeman, die, met behoud overigens van de Regeerings redactie, wil doen uitkomen, dat onderstand noch mid- de schatten dezer wereld te verachten! Zie, ik veracht ze, ik, een arm meisje, dat gy uit medelyden in uw huis hebt opgenomen; want van kindsbeen af heb ik gezien, hoe het goud de harten bederft en de zinnen vervoert, hoe het allerlei ellende kweekt, zoodra het slechts het zonlicht ziet. Vraag den goudjagers in Mexico hoeveel bloed en tranen zy hebben doen vlieten... Uw maat- schappeiyke toestand is zoodanig, dat gy er ten volle mode bevredigd kunt zyn, als gy bet leven maar wilt genieten.Gy versmaadt echter de weldaden, die de Hemel u gaf, en streeft naar een bedrieglyk geluk. Voelt gy dar. geen verlangen, u te verheugen in uw leven, opgewekt met uwe medeburgers om te gaan, den geest te bevryden van de grillen en zorgen, die u kwellen, hoe ydel en dwaas zy ook mogen zyn"! Zyt gy eon man, oom? Werp uwe retorten en kolven de deur uit, gebruik uwe magische boeken om den haard er meo op te stoken, open de ramen en laat Gods vrije lucht reinigend en verfrisschend in dit sombere vertrek dringenDenk niet, dat een dwaas meisje zoo tot u sproekt. Ik heb in de laatste weken veel zorg gehad en veel nagedacht en ik wil uw goeie geest zyn, de eenige. die den moed bezit, u wakker te schudden om uv.s r.-.lfs wille!" deliyk noch onmiddeliyk mag zyn genoten, en die wanbetaling van de belasting aan Ryk en provincie wenscht te beschouwen als bewys, dat het kenteeken van maatschappeiyken wel stand niet aanwezig is; 4o. door de heeren Goeman Borge- sius, Ferf, Kerdyk, Pynacker Hor dijk, Pyttersen, Rink en Yeogens. Zij stellen voor om veroordeelden wegens dronkenschap als missende het kenteeken van geschiktheid van kiesrecht buiten te slui ten; nemen met het Regeeringsontwerp aan, dat het welstandsteeken bezitten de niet be deelden, maar bovendien zy, die by een ge meentebestuur of burgeriyk armbestuur geen onderstand hebben aangevraagd. Met hoofden van gezinnen, in deze termen vallende, stellen de voorstellers geiyk de leden -an het gezin of de inwonenden gedurende de laatst verloopen 6 maanden en zy, wier namen op de kiezersiyst geplaatst zyn, zoolang zy op de bevolkingsregisters van dezelfde ge meente blyven voorkomen. Onderstand van wege weldadigheidsinstellingen, aan een tus- schenpersoon verleend, wordt geacht door die liefdadigheidsinstelling te zyn verstrekt. Het kenteeken wordt niet geacht aanwezig te zyn by veroordeelde bedelaars en landloopers of wier inwonende vrouw of minderjarige kinde ren deswege veroordeeld zyn en wel gedurende 3 jaren na de onherroepeiyke veroordeeling; 5o. door de heeren JE. Mackay en Yan Alphen. Voor kenteekenen van geschiktheid en maatschappeiyken welstand stellen zy voor aan te nemen het als hoofd van een gezin voorzien in eigen onderhoud en dat van het gezin. Het bewys van het bezit dezer ken teekenen wordt volgens hun voorstel geleverd door: lo. voldoeniDg van een Ryksbelastingaan- slag, of, indien men niet in de belasting was aangeslagen, huisvesting gedurende één jaar in eene en dezelfde woning, of woningver andering hoogstens eenmaal; 2o. niet bedeeling van zichzelven, vrouw en minderjarige kinderen 3o. het niet veroordeeld zyn gedurende de twee laatst verloopen jaren, a. wegens land- joopery en bedelary, evenmin als zyne vrouw en minderjarige kinderenb. wegens dronken schap; c. het niet krachtens vonnis verblyf hebben gehouden in eene Rykswerkinrichting. Voortzetting der beraadslagingen over de uitbreiding van het Kiesrecht. Eene der grieven, door verschillende sprekers tegen den Minister ingebracht, was dat naar zyn oordeel geen lid der Kamer tegenwoordig nog zou durven getuigen hetgeen een parle mentair veteraan in 1864 den heer Tak, als jeugdig commies-griffier, by zyne intrede in het parlement toevoegde: „Hier klopt het hart van het land." De heeren Van Houten en De Beaufort hadden reeds verklaard dat zy deze getuigenis ook heden ten dage zeer gaarne zouden afleggen. De laatste meende zelfs, dat wanneer in de Fransche Kamer de hartslag van dat land met zooveel meer juistheid is waar te nemen dan by ons, de jongste ge schiedenis van Frankryk van den toestand van dat hart een minder geruststellend beeld had geschetst. De verbolgenheid van den magiër was reeds lang verdwenen; bewonderend hing zyn oog aan het schoone meisje, wier wangen gloeiden van opgewondenheid en wier donkere oogen vuur straalden. „Gy meent het goed, Enrica", zeide hy op milden toon. „De Hemel heeft my werkelyk ryk bedacht het leven zou my wellicht ook zonder alle tooverkunsten schoon kunnen worden. „Wellicht?Waarom wellichtOzekerlyk „Dat zou toch van omstandigheden af hangen. „Byvoorbeeld? Waarvan zou dat afhangen? Is de zaak niet eenvoudig genoeg?" „Elk geluk hangt van omstandigheden af „Die wy alle zullen vervullen!" „Als wij kunnen. „Neen, als wy willen.Het leven is schoon, als men het maar genieten wil. Wilt gy?" „Gy zyt een kind, Enrica. „Noem my een kind, zooveel gy wilt maar beloof my dat gy die magische kun- stenaryen zult opgeven! Wilt gy dat? Wilt gy u niet verheugen in de schoon heden der natuur? In het zonlicht., dat de harten verjongt? In den gouden wyn, die in de bokalen schittert? Wilt gy de vrouwen Doch op het einde der debatten gisterna middag achtte de heer Van Delden zich ver plicht aan een en ander nog een woordje toe te voegen. Ook deze afgevaardigde wilde nog gaarne de verklariDg van 1864 afleggen, die volgens den Minister thans niet meer afgelegd kan worden. Maar vooral werd sterk te velde getrokken tegen de uiting des Ministers in syne rede, dat hy zeker is van den steun van het land, terwyl hy hoopt voor zyn werk ook steun te zullen vinden by de Staten-Generaal. Wie geeft zoo vroeg de heer Van Delden den Minister het recht om op die wyze het land te plaatsen tegenover de Staten Generaal? Zyn deze niet de grond wette) yke en wettelyke vertegenwoordiging van het land? Hoe weet de Minister dat zyne voorstellen steun en instemming vinden by het land? Heeft er een referendum plaats gehad? (De „Liberale Unie!" zegt men naast spreker.) De heer Van Delden: Maar men zal toch niet willen beweren dat de „Liberale Unie" de stem is van het land? De heer Heldt: En het volk achter de kie zers dan? De heer Van Delden: Ja, ieder afgevaar digde heeft zoo zyn eigen volk achter zich. Spr. hoopt dat de Minister eene andere be doeling heeft gehad met zyne woorden dan daarin doorstraalde en die anders in den mond van een constitutioneel minister misplaatst waren. Zoolang deze Kamer niet is vervangen, kan en mag de Minister haar niet wegcyferen. Het antwoord van den Minister Tak op de verschillende sprekers, die na hem het woord hadden gevoerd, was zeer beknopt. Hy verklaart in de eerste plaats aan den heer Bool dat de minister van koloniën in dezen met hem homogeen is en ook voor ons Indisch Bestuur geen gevaar vreest. Het verzoek omtrent opgave der onbetaald gebleven belastingposten zal de Minister zyn ambtgenoot van financiën overbrengen. Op de uitsluiting van de bedeelden terugkomende, zegt de Minister gaarne voorstellen dienaan gaande van den heer Tydeman te zullen inwach ten. De Minister acht zich niet gerechtigd een oordeel te vellen over de veranderde houding van den heer Van Houten; hy laat die ge heel voor diens eigen verantwoording. Wat de uitsluiting van den zoogenaamden vyfden stand betreft hetgeen de heer Yan Houten wilde nu beweert hy dat in zyn stelsel nog meer kiezers zullen komen dan in dat der Regeering, maar waar zullen dio dan anders vandaan moeten komen dan juist uit dien vyfden stand? Voorts blyft de Minister de grondwettigheid van de onderwerpen verde digen op nagenoeg gelyke gronden als by zyne eerste redevoering. De grondwettige bezwaren van den heer Van Houten noemt de minister eene hersenschim en hy meent dat juist deze bestryder de boste argumenten heeft aange voerd voor de grondwettigheid der ontwerpen. Hetgeen de heer Mackay in het midden heeft gebracht omtrent de bevolkingsregisters, zal de Minister in overweging nemen. Herziening van de Grondwet voor deze kiesrecht-uitbreiding zoude geleid hebben tot vertraging, in stryd met den geuiten wensch om de kiesrechtregeling spoedig tot stand te brengen. En ook zonder eene Grondwetsher ziening kan eene uitbreiding als de voorge niet behagen? Gy lacht!... Zie, gy kunt haar zeer wel bevallen als gy bevallen wilt! Gy moet wat meer acht geven op uw uiterlyk en uwe wilde haren wat laten be snoeien; dan zult gy een knappe man zyn, die den vrouwen het hoofd op hol maakt! En zoo is het in alles! Doe maar afstand van uw schatten-zoeken en duivelskunstenaren „Dus die lange haren moet ik offeren „Zeker!" „Om u te bevallen, Enrica?" „My? O, my bevalt gy, zooals gij zyt!" „En als ik dan zoo om uwe hand aan zoek deed „Dan nam ik u, zooals gy zyt!" „Nu dan, kom aan myn hart, Enrica!" liep de magiër onstuimig uit. „Ik heb u meer lief dan myn leven, dat door u eerst waarde zal krygen!" Gotthold ging in zyn laboratorium rond en sloeg met zyn tooverstaf alle retorten en kolven stuk Hot was do laatste nacht, dien hy er doorbracht. Op zyn huweiyksdag was er op zyn uiter lyk geenerlei aanmerking te maken. Hy bad nu den waren schat gevonden. Hij was hem uit Mexico geworden. stelde tot stand worden gebracht. "Wat het gevaar voor de Kroon en het gezag betreft, houdt de Minister zich aan hetgeen by dien aangaande in zijne eerste rede heeft gezegd. Juist door de meest algemeene deelneming van het volk zullen de rechten van de Kroon het best gewaarborgd worden. Eene Kamer, uit een groot kiezerscorps gekomen, zal immer moer steun vinden dan die, uit een klein kiezerscorps ontsproten. Wat do vergelyking met Frankryk betrof, niet elk afzonderiyk onderdeel werd aangehaald als bewyzende het voordeel van het uitgebreid kiesrecht, maar over het algemeen genomen zal men toch moeten toegeven dat de sociale toestan den daar meer in het oog worden gehouden dan by ons. Ten onrechte heeft men uit 's Ministers woorden opgemaakt dat hy de waarde van deze Kamer heeft willen ver kleinen. Herinnerde de Minister aan een tyd, toen in deze Kamer het hart van het volk klopte, hy deed het niet om deze Kamer te minachten. Dwaalde hy in zyne opvatting, het ware beter dat dit buiten de Kamer bleek. Gaarne erkent de Minister dat in de laatste eeuw de band tusschen Nederland en Oranje weder bevestigd is en wanneer deze wetsontwerpen worden aangenomen en het geheele volk invloed zal zyn toegekend in het Staatsbestuur, zal de band tusschen Neder land en Oraüje te sterker worden en onver breekbaar blyken. Na 's ministers slotrede konden de alge meene beraadslagingen gesloten worden. Zy hebben dus juist drie weken van den tyd der Kamer in beslag genomen en zullen niet veel minder dan 250 bladzyden van de „Handelingen" beslaan. A. 8. Dinsdag en wellicht ook Woensdag zal de Kamer zich aan andere werkzaamheden, ter behandeling der aan de orde gestelde andere wetsontwerpen, wyden. Daarna zal er beslist worden of de discussion over de kieswet terstond zullen worden voortgezet, dan wel de amendementen, die nu de algemeene beraadslagingen gesloten zyn alle zyn losgekomen, tot een nader onderzoek naar de afdeelingen zullen worden verzonden. Het laatste is meer dan waarschijnlyk. De vraag is dan echter nog of dit afdeelingsonderzoek direct zal plaats hebben of in de nieuwe zitting. Het schynt dat er de meeste kans bestaat op een besluit in laatstgenoemden zin. BUITENLAND, FrnnUrijk. De spionnenvrees vermindert niet in Frank ryk. De wetten tegen vreemdelingen worden weder s'reng toegepast. De nieuwe prefect van politie heeft bevolen, dat in spoorwegstations, museums en andere openbare plaatsen naar spionnen moet worden uitgezien. Men meent te weten dat verdachte personen werk zoeken in fabrieken en werkplaatsen by de Parysche forten, enz. De „Soir", een officieus blad, hetwelk dit en nog veel meer mede deelt, verlangt strenge toepassing der nieuwe vreemdelingenwet. Zy bepaalt dat iedere vreemdeling, die in eene gemeente komt, waar hy een beroep wil uitoefenen, moet opgeven wie hy is en van waar hy komt. Iemand, die een niet ingeschreven vreemdeling in dienst neemt,is strafbaar, evenals de vreemdeling zelf. Een vreemdeling, die uit Frankryk is ver- wyderd en zonder vergunning terugkeert, loopt gevangenisstraf op. Eene valsche verklaring wordt met boete gestraft, enz. Deze wet heet „wet ter bescherming van den nationalen arbeid." Wanneer de „Figaro" goed is ingelicht, zou een oorlog tusschen Frankryk en Madagas car zeer waarschynlyk zyn. Volgens dat blad toch zou de resident op Madagascar Larrouy zyn ontslag hebben gevraagd, daar hy de oorlogs voorbereidselen der Hova's niet langer werk loos wilde aanzien. Ook in Dahomey zal de oorlog tegen Be- hanzin worden hervat. Generaal Dodds heeft zich te Marseille ingescheept om het opper bevel weer op zich te nemen. Met de nieuwe expeditie, welke de generaal gaat aanvoeren, wordt het vaste doel beoogd, Behanzin voor goed onschadelyk te maken. De voorstellen, die de negervorst mogelyk aan de Fransche regeering zal doen, kunnen dan alleen in overweging worden genomen, zoo Behanzin er in toestemt zich onvoorwaardeiyk aan het gezag van Frankryk te onderwerpen. Voor den oorlog tegen Behanzin heeft de Kamer onlangs 7 inillioen fr. toegestaan, toon to voorzien was dat hy niet zou worden hervat. De nieuwo Kamer zal wel dadelijk meer geld moeten beschikbaar stellen. De verkiczingsbewcging in Frankryk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 10