XNGEZONDEK Eten voorbeeld ter navolging. Elke gelegenheid, die aangeboden wordt om iets goeds te leeren, moet toegejuicht worden, omdat zü dient tot ontwikkeling, verbetering en vermeerdering, 't zü voor vor stand en hart, voor kunstsmaak en gevoel, en elke poging daartoe aangewend, behoort op prys gesteld te worden. Ziedaar onze meening neergeschreven na een bezoek aan onze „oude Lakenhal", waar in de aan de nagedachtenis des heeren H. C. Hartevelt gestichte kunstzaal, thans door de welwillendheid van den heer Dr. Cb. M. Dozy een kleine, maar uiterst keurige col lectie kopergravures van Hendrick Goltzius (1558—1617) en J. Suyderhoeffigeb. te Leiden 161311686) is ten toon gestold. "Was de tweede een vaderlander, niet zoo de eerste, die van Muhlbracht afkomstig was, doch te Haarlem aan een borstkwaal overleed. Het deed mü een groot genoegen met deze beide kunstenaars de kennis te hernieuwen in gravures, waarvan enkelen mü bekend, maar het meerendeel onbekend was en die dan ook kunnen bogen op het versierend toevoegsel„zeldzaam voorkomende. Allicht dat velen der bezoekers er langs geloopen zün en de kleine, maar reine collectie met een vluchtig oog beschouwd hebben, eensdeels omdat het hun smaak niet streelde die oude gravures te beschouwenanderdeels afgeleid door de hoogkleurige schilderpen, die, langs den wand hangende, een scherpe tegen stelling maken met dat „zwart en wit dei gravures. Doch or zullen er tocli gevcnden worden, die met meer nauwkeurigheid het tentoongestelde hebben bezichtigd, daarbij betreurende dat de „marches", dat zpn de witte randen, die rond de teokening zitten, niet aanwezig zün. Deze omstandigheid doet aan de gravure niets af, doch schaadt teil opzichte dor handelswaarde. En zy, die dan, dank zy het heldere licht, de schoonheid der gravures hebben kunnen aanschouwon en hebben leeren kennen de geniale graveerstift van Goltzius en Suyder hoeff, zy hebben voorzeker tevtn3 opgemerkt de fijnheid van bewerking en er/"working, heb ben aanschouwd hoo door graveerstift en etsnaald prachtige verscheidenheden in rlicht en bruin" zyn aangebracht; hoe krachtig en kloek dio portretten, hoe meesterlijk alles uitgevoerd ishoe de smeltende toon van de eene en uitvoerige behandeling der andere gravure het groot talent der kunstenaais te aanschouwen geeft. Zy zyn, evenals wy, dankbaar gestemd voor den heer Dozy, die uit zyn portefeuille dat alle* beschikbaar stelde; doch zy zullen, ook alweer als wy den stillen wenscli geuit hebben: „dat deze schoone bladzyden ver volgd zullen worden!" Waarlyk, „deze perzik smaakt naar meer!" Het is hier de plaats niet over het koper - graveeren te spreken, - ruimte en gelegen heid ontbreken doch wil men komen tot een juist begrip der hooge waarde, welko de gravures hebben, dan is het niet overbodig te weten hoe het in zyn werk gaat. Wil kunnen thans alleen opmerken, dat het een groote mate kunstvaardigheid vereischt, om een geschilderd portret, landschap, zeege zicht, wat dan ook, na te teekenon en te gra veeren; de opvatting van den schilder telkens juist weer te geven door „hoogten en diepten' in de plaat te brengen. Ook het afdrukken vereischt groote zorg en vandaar dan ook dat afdrukken van de plaat tijdens de bewerking, of vóór de letter, of vóór de adressen behoo- ren tot de zeldzaam voorkomende. Goltzius staat als graveur hoog, zoer hoog zelfs - aangeschreven. Zyn losse en toch zuivere behandeling komt vooral uit in zyn portretten, b. v.: J. C. Scaliger 1558, J. Sca- liger 1575, "Willem van Oranje op 48 jarigen leeftyd en het portret van Hendrik IV, 40 jaren oud zijnde. Zeer fraai is te noemen het portret van Jan Van Duivenvoorde 1579 en de mans- en vrouws-portretten aan 't eind ziiner collectie. Aangenaam verrast waren wij te zien de af beelding der begrafenis van Willem van Oranje, gegraveerd op 12 bladen, met bijgeschreven opmerkingen, terwyl ook eenige gravures van penningen waarvan Goltzius vele gravures heeft geleverd, die naar wy meonen b'y Van Loon reods gezien te hebben mede ten toon gesteld worden. By aandachtige beschouwing zal men zich kunnen overtuigen van Goltzius' meesterschap .n het laten wegsmelten der verschillende schaduwen. Van de bijna 000 gravures, die van hem bekend zijn, kan men uit wat ons aangeboden is, reeds de zeldzame hoogte aan schouwen, waarop de graveur stond. Doorzijn wyze van werken is de graveerkunst, die vroeger met de schilderkunst vereenigd was, een zelfstandige kunst geworden, d. w. z. dat liet graveeren ook door niet-schilders wsrd uitgeoefend. Niet te bevreemden is het dat Goltzius navolgers vond en van hen kunnen wy Suyderhoeff weer als een der eersten"noemen. 't Was een gelukkige gedachte van den heer Dozy ons met een onzer vroegere stad- genooten kennis te laten maken. Suyderhoeff 's wyze van werken toont kloek heid en bijzondere kracht. Ziet b. v. het door hem geteekende portret van Goltzius, prach tig en fraai; de schoone portretten van Rene Descartes, van Jean De la Cliambre 1638, van C. V. Van Aken (1588 1657), Constan- tinus L'Erapereur, allen naar Frans Hals, 't Zijn zeer fraaie gravures, die ons al aanstonds wyzen op hot meesterschap, waarmee deze graveur de stift hanteerde. Ook zyn de portretten van Rudolf Hegge- rius, David Nuyts, Gilles De.Glarges (1643), L. Do Dieu, Samuel Ampsings, oud 40 jaren, E. Wykenburg. dr. Joh. Hoornbeek (1701) en Tegularius fraai en schoon te noemen en men moet waariyk erkennen dat Frans Hals geen beter graveur voor zyn portretten had kunnen hebben dan den genialen Suyderhoeff Aan het slot der collectie hadden wy gaarne een andere plaat gezien. Het sluiten van den vrede te Munster (164S) is hoofdzakeiyk voor de portretten. De voorstelling op zichzelve is niet vry van zekere styfheid en gedrongen heid, die het geheel, althans den indruk daarvan, niet gunstig maakt. Doch laat ons tevreden zyn. Wie weet wat nog volgt! Het schrijven dezer regelen beschouwe men niet als een critiek, maar als een woord van erkentelykheia aan den heer Dozy, dien wy onzen dank betuigen voor zfjn tentoonstelling, doch ook tevens als een woord van opwekking aan hen, die tot nog toe verzuimden de fraaie collectie te gaan bezichtigen en te waardeeren. Leiden, Mei 1893. .Tan Hogenkamp. Mijnheer de Redacteur! Wanneer door een of ander toeval een onzer stadgenooten krankzinnig wordt, is ons Gemeentebestuur dadelyk by de hand om den ongelukkige onschadelyk te maken, althans aan het algemeen verkeer te onttrekken. Deze maatregel is alleszins prijzenswaardig en iedereen zal mooten toestemmen, dat het middel afdoende is. Geheel anders schynt de aangrenzende gemeente Zoeterwoude er over te denken, van waar een ingezeten weduwe dagelyks naar Leiden komt en dan don jongeren ten spot, den oudoren een ergernis is. De onge lukkige woont op do Haagsche Trekvaart of 't Jaagpad, is, naar ons gebleken is. door H.H. deskundigen krankzinnig verklaard (wat trouwens iedereen zelf kan ondervinden en zien) en komt nu, in stede door het Gemeente bestuur van Zoeterwoude ter behoorlijker plaatse bezorgd te worden, dagelyks in onze geT.eente. Wie moet aansprakelijk gesteld worden, wanneer de thans nog kalme, ongelukkige vrouw eenmaal in een boozen of wilden toe stand komende, onwetend 't zy zichzelve een ongeluk toebrengt, 't zy aan anderen dit veroorzaakt? Kunnen er geen afdoende maatregelen ge nomen worden ten opzichte der ongelukkige, waardoor deze allicht tot beterschap kan komen en haar huisgezin voor ondergang behoed wordt? De vragen zijn gemakkelyk te beantwoorden. Wanneer Zoeterwoude evenals Leiden voor dergelyke ongelukkigen zorgde, dan is er geen aansprakelijkheid, maar wordt er hulp ge boden en bytyds gekeerd wat later treurige gevolgen kan hebben; terwyl het toch ook op den weg van het Gemeentebestuur ligt voor enkelen iets te doen. om velen te gerieven. Doch 't schijnt dat Zoeterwoude er geen last van heeft, immer3 ware dit wel het geval, dan zou de ongelukkige reeds lang overgebracht zyn. En toch, de nevenbewoners ondervinden overlast van hare handelingen, die do ongelukkige niet toegerekend kunnen worden, maar toch ergernis aan anderen ver oorzaken. Bovendien, wanneer een en ander plaats had in do kom der gemeente, dan twyfelen wy niet, of er zouden afdoende maatregelen genomen worden nu het aan de grenzen der gemeente is, neemt men het zoo nauw niet; wellicht komt men tot inkeer als het onheil is geschied. Ik vermeende in 't belang der ongelukkige en het huisgezin er in broederen kring op te moeten wyzen. Wellicht dat naar aanlei ding hiervan (wat wy van harte hopen!) maatregelen zullen genomen worden, om een einde te maken aan een schouwspel, dat in onzen tegenwoordigen tyd niet meer plaats mag hebben, dank zy de uitstekende inrich tingen, waar lyders, als waarvan hier sprake is, worden opgenomen. Ten slotte. Er wordt Leiden genoeg last op den hals geschoven, zoodat men best kan missen wat hindorlyk is en aanstoot geeft on dat uit de omliggende gemeenten naar Leiden komt. Werkt men do annexatie zooveel mogelyk (ogen, dat zy zoo; maar men werkedan toch mede onhoudbare toestanden op te lossen en zorge dan ook dat krankzinnige menschen in eene andere gemeente geen overlast veroor zaken. Met dankzegging voor de opname, Leiden, Uw dw. Dr. 18 Mei 1893. H. Gemengd Nieuw*. Donderdag-avond verspreidde zich het gerucht door de gemeente Utrecht, dat de directeur de heer K. en de boekhouder F. van de Bank van Leening in hechtenis waren genomen, welk vermoeden gegrond bleek te zyn. Gedurende tal van jaren moeten fraudu- leuse handelingen zyn gepleegd, en worden verschillende ingebrachte kostbaarheden ver mist, welke verduisterd zyn. Het gezamenlyk bedrag moet ongeveer f SO,000 bedragen. In do zitting van den gemeenteraad van eer gisteren werd de aan de orde gestelde be noeming van een commissaris van de bank van leening uitgesteld. De gearresteerde directeur van do bank van leening, M. F. C. K., was by de reorganisatie van de bank op 1 Januari 1879 als directeur opgetreden. Aan die vroegere stadsbank van leening, waarvan zyn oom van 1863 tot 1887 directeur was, was hy als klerk verbonden. De door de verduisteringen teweeggebrachte aanzienlyke schade kan de bank zelve verhalen op den hoogen borgtocht, dien de directeur by zyn in dienst getreden heeft moeten stellen tot een bedrag van /"74,500. Het kapitaal van dien borgtocht schynt echter door den directeur niet zelf verstrekt, maar weder by anderen opgenomen te zyn ook deze ondervinden dus do treurige gevolgen van zijne handelingen. Ook andere particulieren, die in den direc teur, zooals trouwens haast ieder te Utrecht, vertrouwen stolden, moeten aanzieniyk nadeel hebben geleden. Zooals gewoonlyk in der gelyke gevallen, is het aantal menschen die „liet wel vooruit gozien hadden" steeds toe nemende. De levenswyze en het gedrag van den directeur, zegt het „U. D.", kan hun daartoe echter wel allerminst aanleiding heb- bon gegeven. Als verdacht van diefstal van een bankbiljet van f 1000 ten nadeele van haren patroon, wonende Nieuwe Heerengracht te Amsterdam, is in bewaring gebracht eene 23 jarige dienstbode. Te M i d d e 1 i e is inde weide van den landman J. De Boer J.Wz. eene koe verbrand, welke aan miltvuur geleden had. Te Os verwacht men nog meer arrestatión, hoewel nu reeds een vyftal ver dachten zyn ingerekend. Volgens schatting van sommigen telt het komplot. waardoor Os zoo onveilig is, wel een twintig lieden. Een 9 2-jarig man heeft 3 Mei jl.» des morgens te zeven uren, zyne woning te Sittard verlaten en is tot heden nog niet teruggekeerd. Namens de familie vraagt de officier van justitie te Maastricht opsporing en bericht. Een gezelschap blinde wielryders, leerlingen van dr. Campbell's Royal Normal College for the blind, vertrok Dinsdag van Londen naar Birmingham. Acht zaten er op ééne, zes op eene tweedo, twee op eene dorde machine. Geruststellend met betrekking tot de blinde sportliefhebbers zeiven niet alleen, maar ook voor liet nederige volk der voet gangers (welks veiligheid op den openbaren weg door sommige ziende wielryders nu en dan reeds erg genoeg wordt bedreigd), luidt de toegevoegde modedeeling dat op elk der drie machines de voorryder niet blind is. BUITENLAND. Belg-ië. De „Temps" beweert dat de Belgische naamlooze vennootschap van den Boven-Congo het brievengeheim heeft geschonden. Onder de post voor den gouverneur van den Fran- schen Congostaat bevond zich een vertrouwe- lyke brief, waaraan de enveloppe ontbrak, terwyl een onderzoek aan het licht bracht dat aan boord van het Fransche schip, dat die post overgebracht had, de brieven onaan geroerd waren gebleven. Het had de brieven ontvangen uit de handen der agenten van de naamlooze vennootschap. De Belgische maat- schappy heeft verklaard dat by haar over een üergelyk misdrijf geen klachten waren ingekomen. De Belgische bond voor het Recht der vrouwen heeft met eenparige stemmen een adres van dankbetuiging gezonden aan den minister Lejeune, voor de benoeming van mad. Bron tot lid van het "Weldadigheidsbureel te Monceau-sur-Sambre. By de behandeling der begrooting van justitie heeft de Brusselsclie afgevaardigde Lemonnier de regeering aanbevolen nu reeds eone amnestie uit te vaardigen voor hen, die ter gelegenheid van de laatste onlusten tot gevangenisstraf veroordeeld werden. Nu het recht zyn loop heeft gehad, voerde de heer Lemonnier aan dat het eene schoone daad der regeering zou zyn alle betoogingen, welke ongetwijfeld ten gunste der amnestie zouden ontstaan, te voorkomen. De herinnering aan de April dagen, tot wier heftig karakter voorzeker de traagheid der Kamer in het nemen var. een besluit by gedragen had, zou dan spoediger uirge.7ischt werden. Wanneer men in aanmerking neemt, dat de zwaarst gestraften de gezinnen der tot langdurige gevangenisstraf veroordeelden zyn, dan zou ae zachtmoedigheid met de politieke wijsheid hier kunnen samenwerken tot eone algemeene bevrediging der gemoederen. Vereenigd© Staten.. De regeering der Vereenigde Staten heeft besloten, de wet tegen de Chineezen nietten uitvoer te brengen alvorens het Congres by- eenkomt, om de goede reden dat het voor dien maatregel vereischte geld niet voorhanden is. De gedwongen uitzetting der honderdduizend Chineesche ingezetenen zou mintens 5 millioen dollars kosten, terwyl de schatkist daarvoor nog geen 100,000 dollars beschikbaar houdt. De regeering zal daarom wachten of de Chineesche regeering by haar bedreiging, om de Amerikanen uit China te zotten, blyft, en ziet nu de beslissing van het hooggerechtshof in Peking te gemoet. De overheid te San- Francisco heef: reeds een lyst van 1000 slecht befaamde bewoners van de Chineesche wyk opgemaakt, die het eerst aan de beurt zyn om het land uitgezet te worden. Het stoomschip „Empress of China" is uit Vancouver naar China vertrokken mot 400 teruggaande Chi neezen, aan wie het betreden der Vereenigde Staten ontzegd was. Door de ongunstige weersgesteldheid en de belemmering in het spoorwegverkeer tén gevolge van de overstroomiDgen in het Mis- sissippi-dal. is het bezoek aan de tentoon stelling te Chicago niet zoo groot als verwacht werd. Ket gemiddeld aantal betalende bezoekers is 17,000 per dag; dit is echter bjj lange na niet voldoende om de kosten te dekken. De directie heeft besloten, de tentoonstelling ook op Zondag open te stellen. De inzendirg der regeering zal gesloten zyn en de machine rieën zullen niet werken, maai- overigens zullen de gebouwen en het park des Zondags toegankelijk wezen voor liet publek. Door dit besluit is do directie verplicht, de 2f/a milioen dollars subsidie terug te betalen, want de regeering heeft deze slechts verleend op voor waarde van sluiting op Zon- en feestdagen. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek Datum. Uur Aantal. Oom. Eng Standh- 7 Moi. 7.45 9.30 7 16.8 (*j 8 7.45 9 3:. 8 3 6.9 9 7.45 9.45 7 16 2 10 7.45 9.45 8 16 9 11 7.45 9.30 7 16.8 12 7.45 -- 9.45 8 16.4 13 7.45 9.45 8 16.8 f*) Dit beteekontWanneer inen 6 cubic feot 1416 litore per our van /.nik ga» verbrand', in oen Saga's London-Argand-8 tamlard burner No. 1, met 2* gaatje*, wordt een Hebt verkregen, dat in sterkte gelijk ataai mei 16.8, 16.9 ons. atandaardkaarson, waarvan elke kaars 20 /T*:oa 7.8 grammen Bpanaaceti por nor verbrandt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 6