No. 10171. Woensdag 19 April. A°. 1893. jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van (gon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommcr bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Leiden, 18 April. Feuilleton. TWEE VOOR ÉÉN. h LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: ▼oor Lelden per S maanden1.10. Franco par post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADTERTENTLÊN: Tao 1—6 regel® ƒ1.05. Ieder® regal maar ƒ0.171. Grootara letter® naar plaatsruimte. Voor het mcasseeren buiten da etad wordt ƒ0.06 berekend. Officieel© Kennisgevingen. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Leidon brongen ter algemeeoekennis, dat door T. H. WIJ3MAN, huisvrouw van J. SIMONS, alhier woonachtig, oen verzoekeohrift ia ingediond om vergunning voor den kleinhandel in eterken drank in het perceel Lange- gracht No. 166. Burgemeeater en Wethouders voornoemd, Leidon, DE KANTER, Burgemeester. 15 April 1893. E. KIST, Seoretarie. Aan de in de vergadering der Noord- I Zuld-Hollandsche Stoomtramweg-maat6chappy HaarlemLeiden overgelegde rekening over het jaar 1892 zyn nog de volgende cijfers I ontleendVan de obligatieleening ad 250,000 vraren nog ƒ57,000 obligatiön in portefeuille. |De rekening weg en werken is met ƒ60,000 Iverhoogd, £oor wijziging van den bovenbouw bestratingen. De exploitatie-rekening lloverde 42,215, waarvan na afschrijvingen len intrestbetaling oene saldo-winst blijft van 1 23,193, waaruit 7 pCt. rente en dividend laan aandeelhouders wordt uitgekeerd (zooals I reeds gemeld). Het reservefonds wordt met I f 1000 vermeerderd. In de vergadering werden [vreder ƒ8000 obligatiön uitgeloot. De Staatscourant van heden bevat het |Kon. besluit, vaststellende het formulier van het biljet voor de aangifte in de Vermogens belasting, en een Kon. besluit, houdende bepalingen omtrent de raden van beroep voor uitspraken op de bezwaarschriften be trekkelijk die belasting. Volgens dat besluit zullen er o. a. raden kan beroep gevestigd zijn te Dordrecht, Rot terdam, 's Gravenhage en Leiden, in laatst genoemde plaats voor de aangeslagenen in de gemeenten Leiden, Noordwyk, Alfen en ■Woerden. Hare Majesteiten de Koninginnen zullen |3 Mei vertrekken van het Loo naar Ludwigs- Jburg, teil einde de Koninklijke familie van IWurtemberg te bezoeken. Het vertrek van Idaar naar FJims is bepaald op 8 Mei. De lste luitenant graaf Schimmelpenninck, |ordonnans-officier, wordt voor het bezoek te Ludwigsburg aan het gevolg toegevoegd en Izal daarna terugkeeren. De Zweedsche prins Eugenius heeft >ok de stad Delft bezocht en bezichtigde er de Nieuwe Kerk, de graftombe van Willem den Zwijger en het Prinsenhof. De prins heeft de residentie verlaten, zijne reis vervolgende naar Antwerpen. Door Burgemeester en Wethouders der gemeente Alkemade zijn tot tegenschatters voor de personeele belasting, dienstjaar 1893 '94, benoemd do heeren M. W. Lemmers, te Roelof ArendsveenM. Schoenmakers, te Oude- Wetering, en C. Akerboom Jz., te Rijpwetering. Een afschrift van het kohier van den hoofdelyken omslag der gemeente Woubrugge, voor hot dienstjaar 1893, ligt gedurende vijf maanden, tot en met den 8sten September a. s., ter secretarie dier gemeente voor een ieder ter lezing. Naar de „N. R. C." verneemt, bestaat by onze Regeering het voornemen, de oprichting eëner Rykspostspaarbank in Oost-Indiö te bevorderen. Reeds is omtrent deze aangele genheid door onderscheidene Indische hoofd ambtenaren rapport uitgebracht en werd daarfia de zaak, om advies, in handen gesteld van den heer Armand Sassen, directeur der Rykspostspaarbank in het moederland. Ook de Indische regeering scbynt volkomen doordrongen te zyn van het groote nut, dat eene doelmatig ingerichte postspaarbank voor de bevolking van gindsche gewesten (niet het minst voor de inlandsche) kan opleveren en, ofschoon beseffende, dat hier tal van niet geringe administratieve en fiuantiëele moei- ïykhoden zullen te overwinnen zyn, ten volle bereid te wezen, het tot stand komen der ginds door velen levendig gewenschte ryks- instelling krachtig te steunen. Eveneens zullen invloedryke vereenigingen (als do Nederlandsch Indische Maatschappy van landbouw, te Batavia, die, reeds eenige, jaren geleden, dit onderwerp in hare vergade ringen en haar tydschrift aan de orde 6tolde, en dergelyke) gewis gaarne tot hot welslagen medewerken. De Koningin-Regentes heeft 2000 ge schonken aan de algemeene armen der hoofd stad. De Koningin schonk 250 aan hot weduwen- en woezenfonds „Arti et Amicitiae", 400 aan het Noderl. Tooneel, 25 aan het Diamant werkers weezen- en weduwenfonds, 100 voor een onthaal van de kinderen der Rozenthal- bewaarschool. De Regentes schonk nog ƒ300 aan het Gesticht voor volwassen blindeD, I ƒ500 aan het Politiefonds en ƒ300 aan het -Brandweerfonds en verder eenige giften aan liefdadige instellingen, waarondor de door haar bezochte. Naar het „Bat. Hbld." verneemt, is d3 kans om te Batavia eene van vreemde smetten vrye Hollandsche Opera te krygen, weer ver keken. De directie van het Nederl. Opera-gezel schap is n. 1. voor de kosten, verbonden aan eene kunstreis over Java, teruggedeinsd. Het Leldscbe Tooneel. Eene nieuwe Sturm- und Drang-Periode is wederom in Duitschland ontstaan. Een nieuwe geost van revolutie heeft zich in de Duitsche literatuur geopenbaard, eene revolutie, die den kryg heeft verklaard aan de oude sleur van conventies en traditioneele begrippen. Jonge mannen als Conrad, Carl Bleibtreu, Max Kretzer, Gerhart Hauptmann en Hermann SudermaDn hebben zich aan de spits dezer revolutie gesteld. Het zyn vooral de beide laatsten, die op de meest heftige wyze dien oorlog tegen die oude en verouderde denkbeelden voeren, in hun vaandel de waarheid, de naakte waar heid dragend. Met stoute, onverschrokken pen verscheuren zy de windsels, die de wondeplekken dor maatschappy en der sociale toestanden be dekken; meedoogenloos verpletteren zy het vergulde omhulsel, waarmodo slechtheid en zedeloosheid gewoon zyn zich te tooien. In zyn „Vor Sonnenaufgang", „Friedens- fest", „Die Waber", „College Crampton", „Ein- same Menschen" heeft de nanwelyks dertig jarige Hauptmann achtereenvolgens, dikwijls op huiveringwekkende wyze, het ongelukkig huweiyk, de ellende en armoede, protectie, enz., enz., aan de kaak gesteld. Sudermann heeft zich in zyn roman „Der Katzeüsteg", in zyne drama's „Die Ehre" en „Heimat" bezig gehouden met het begrip „eer", zooals dit door de wereld wordt ge huldigd, en daartegenover heeft by zyne denk beelden geplaatst. In zyn „Heimat" het gisteravond door het Tivoli-gezelschap onder den titel van „Het ouderiyk huis" hier opgevoerde drama heeft hy de eer der jonge vrouw als onderwerp gekozen. De maagd, die zich heeft vergeten wordt door de wereld beschouwd als eene verworpelinge, als eene paria der maat schappy niets, niets, geene boetedoening, geeno zelfverloochening, geen werk is in staat haar te verheffen, niets kan haar reddendan een huweiyk met den een of anderen man, die de govolgen van haren misstap voor zyne rekening neemt. Dat huweiyk zuivert haar van elke blaam, 1 van elke smet, dat huweiyk metamorpho6ecrt de verstootene in eene eerbare, achtenswaar dige vrouw, dat huweiyk doet alles vergeten, alles vergeven. Ziedaar de conventie, waartegen Sudermann in opstand is gekomen, en hy heeft dat ge daan op meesterlyko wyze. De eerste acte van zyn drama is eigeniyk niets anders dan de expositie van hot geheel. Schwartze, een geponsionneerd Duitach overste met streng militaire begrippen, de verpersoonlyking der oude tradities, heeft zyne dochter Magda het huis uitgejaagd, toen deze verklaarde zich aan het tooneel te willen wydentwaalf jaren zyn sedert dit oogenblik verloopen en de naam der verbannene is nooit meer in dit huis genoemd; voor den vader is z(j dood; zy van hare zyde heeft ook nooit iets van zich doen hooren. Zoo is de toestand, als in het kleine stadje, waar dit drama speelt, een prachtig muziek feest gegeven wordt. Men heeft eene beroemde Italiaansche zangeres uitgenoodigd hare mede werking te verleenen en welwillend is aan dit verzoek voldaan. De beroemde ster is natuuriyk niemand anders dan Magda, de eenmaal verstootene dochter. Er volgt eene verzoening, zy betreedt wederom het ouderiyk huis en hier ontmoet de gevierde kunstenares haar zusje Marie, dat zy eens zoo innig heeft liefgehad, op het oogenblik verloofd met een Duitsch officier, haren vader, ziek, oud on zwak geworden sedert haar vertrek, en hare stiefmoeder. Zy vindt hier weer dominee Heffterdingk, den man, die haar eenmaal zyne liefdo heeft bele den, maar buitendien ook nog een zekeren Dr. Von Keiler, een wezen, dat het arme, onervaren meisje, toen het zonder huis, zonder eenigen steun en hulp, alleen, geheel alleen op de wereld stond, had bedrogen, om haar vervolgons meedoogenloos te verlaten. In een gesprek met haren vadèr bekent zy haren misstap; deze begeeft zich terstond tot den ellendeling en geeft hem de keuze tus8chen een duel a mort of een huweiyk met zyne dochter; de lafaard voorkomt hem, hy verschynt weer ten huize van Schwartze, vraagt de hand zyner dochter, mits aan de conventies worde voldaan; hun kind mag natuuriyk niet by ben inwonen de Wereld zou er over sproken men zou elk jaar een reisje kunnen maken en later, veel later het als een vreemd kind kunnen adopteereji enfin, men moest den „schyn" weten te redden. Magda weigert, zy weigert zelfs als haar „Wat niet is, kan nog worden! Buitendien, joie meisjes-ideeën zyn al te dichteriyk! Do ouw is bestemd om te trouwen. Liefheb ben is byzaak. 't Is in elk geval myn vader plicht je uit te huwen, en daarom sta ik er pp, dat je even goed je netten op rois zult ktzetten, als dat je 't met do vriendinnetjes |e Amsterdam doet." „Nu u dat durft zoggen, kleed ik me als bon", verklaart zy, en onwillekeurig stampt zy ran verontwaardiging met den voet. De bankier echter lacht: „Nanda Haverkamp gekleed als een non! [M zwoer je dit te zullen doen, toch zou je l' niet kunnen. Neem er de proef slechts van." Zy byt zich op de lippen en zweert in flille zich zoo leelyk mogelyk toe to takelen. Maar toen de kist kwam met het elegante liedje naar den laatsten smaak en een keurig postuum, toen bleek ook bior de natuur :rk.er dan de leer. tHeb -ik het niet voorspeld", fluistert de inkier zyn secretaris in, die door byzonoero [oorkomendheid den baron Van Haverkamp geheel had weten te winnen, toen beidende achttienjarige verdiept vonden in de zoojuist ontvangen toiletartikelen. Herder glimlacht. Straks voegt hy Nanda toe „De py zou u even potsieriyk staan als my een livrei. Ik moet u nog altyd bedan ken voor uw tusschenkomsfe om my van die nachtmerrie te verlossen. De baron heeft me verteld dat ik u in dezen alles verplicht ben, freule." „Ach, meneer Herder! Woes toch niet zoo dwaas met uw baron en freule." „De wereld wil immers oedrogen zyn", gekscheert hy; „waarom zouden we geen party trekken van die wetenschap? Buiten dien, geen schepsel lydt er door, of uw papa een titeltje voert, dat hem niet toekomt." Nanda ziet hem met hare groote, ernstige oogen aan, maar Herder merkt hare verbazing niet. Hij is er te druk voor aan 't pakken. Het vertrek is bepaald op den volgenden morgen. IV. Ofschoon Amsterdamsche van geboorte en Brusselsche door een zesjarig verbiyf op de kostschool aldaar, koesterde Nanda toch zóó veel liefde voor de natuur, dat zy het tegen- 1 over een Herder onmogeiyk verzwygen koD, hoezeer het haar speet dat de wereldten Toon stelling het doel der reis moest zyn en hoe veel opgewekter zy zich zou gevoelen, indien zy de koffers had mogen pakken voor oen tocht langs den Ryn byvoorbeeld of in het Thüringer Wald of door den Saksischen Schweiz. Zy had met zooveel vreugde het voorjaar zien naderen, alleen om maar ontslagen te worden van menschen, die haar veeleer anti pathiek waren dan sympathiek, in wier mid den liaar 'warm hart als bevroor, en die gesteld dat zy 't hadden gedurfd - den draak zouden hebben gestoken met hare vereering dit gevoelde z(j instinctmatig voor al wat groot, edel was en goed. En nu 6tond zy weder gereed zich in een anderen menschenstroom te werpen, in plaats van eene volkomen vryheid te genieten, altyd voor zoover die, aan de zijde van een vader als de hare, volkomen mocht heeten. Toch kon do reis, liever de afleiding, welke zy er door genieten zou, niet onwelkom zy» aan eene geaardheid als de hare, ja, het vooruitzicht van het op reis gaan, met al zyne verscheidenheden, moest haar steeds be- kooriyker worden, sedert do toevoeging van een reisgenoot, als welke de secretaris be loofde te zyn. Hoe levendig en geleerd was hy! Niet ééne vraag toch, waarop hy het ant woord moest schuldig blyven. Hoeveel studie verried hy op het gebied der onderscheidene kunstrichtingenHoe op wekkend was het vooruitzicht alles, wat hare aandacht trok, te zullen hooren uitleggen op zyne gemakkelyke, eenvoudige, eigenaardige manier, die door den onbevattelykste zelfs begrypelyk moest worden genoemd. En dan hce alleraardigst wist hy te keuvelenI Hoe prettig was zyn omgang! Op een afstand en toch gemeenzaam. Op en top de tegenstelling van de salet jonkers, die haar don ganschen winter met de onbeduidendste woorden hadden vervolgd, geiykt hy haar de broeder, dien zy zich van af haar bowustzyn gedurig had toegowenscht; do broeder, wiens mindere zy zich gevoelen j kon en wilde, gelyk zy zich de meerdere J achtte van de jongelui, met wie zy gedurig I moest dansen of quadrilleeren. En zulk een man was bedreigd rnet een livro»Zy kleurt telkens als zy er aan denkt-. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 1