LEIMIl
DAGBLAD.
A0.1893.
Deze [Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Feuilleton.
N<\ 10163.
3- la and lO ^pvil.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenMO.
Franco per postMO.
Afzondorlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 16 regele ƒ1.05. Iedero regel meer ƒ0.17}.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor liet
incneseeren buiten de stad wordt ƒ0.16 berekend.
Leiden, S April.
's Rijks Ethnographisch Museum te Leiden
heeft van mr. W. L. Borel, te Menado, de
navolgende voorwerpen ton geschenke ont
vangen, te weten-een ebbenhouten stoel met
snijwerk, in 1650 door den vorst van Solór
ren geschenke gegeven aan den toonmaligen
radja van Teboekan, Groot Sangi; de stoel is
blijkbaar van Hinuoesch maaksel; een weef
getouw voor koffiematten van Talaut, eene doos
met deksel, Talautsch maaksel. Geïnventari
seerd als serie 907, No. 1 3.
Aan den schenker is de dank der Regeermg
betuigd.
Men schrijft ons: Do katholieken van
Oude-Wetering, die tot nog toe deel uit
maakten van de parochie Roelof-Arendsveen,
zullen in het bezit komen van eene eigen
kerk en eene eigen kath. gemeente vormen.
Voor eenige jaren werd reeds den weleerw.
heer Koopman, kapelaan te Roelof-Arendsveen,
door Z. D. H. den bisschop van Haarlem de
opdracht gedaan deze parochie te stichten
en thans eerst heeft die zaak, na veel etrfjd,
na vele wederwaardigheden, na het over
winnen van tal van bezwaren, haar beslag
gekregen. De heer Lemmers, te Roelof-
Arendsveen, de ontwerper van de te ver
richten werken, is ook belast met de uitvoering
daarvan; en eer het jaar ten einde is, zal,
oank het beleid en de voortvarendheid van
den bouwmeester, Oude-Wetering eene kerk
en pastorie meer hebben. De zware gel
delijke offers, welko do katholieken van O.-W.
hiervoor gebracht hebben en in het vervolg
nog zullen brongen, worden gemakkelijk ver
geten door het gemak en het geestelijk nut,
welke eene eigen parochie aanbiedt.
Op initiatief van enkele ingezetenen van
Bodegrave is het voornemon opgevat, den
heer burgemeester, tij z(jne vestiging in die
gemeente, eene feestelijke ontvangst te be
reiden.
Het voorloopig opgemaakte programma
bevat o. a.optocht, muziek, vuurwerk, enz.
Tot wethouder te Waddingsveen is in
de plaats van den heer Verbruggen benoemd
de heer K. Jonkheid.
Voor de vacature aan de openb. school B.
aldaar hebben zich aangemeld drie onder
wijzers en twee onderwijzeressen. De jaar
wedde bedraagt f 500 met f 50 verhooging
op 23-jarigen leeftijd.
Gisteren herdacht de heer Collette, hoofd
ingenieur der telegraphie, den dag, waarop
h(j vóór 40 jaren als ambtenaar bij de Rijks
telegraaf in dienst trad. Toen de jubilaris des
ochtends te zijnen bureele in het Ministerie
van Waterstaat aan de Parkstraat te 's-Gra-
venhage verscheen, vond hij zijne kamer als
herschapen in een bloementuin en werd hij
er verwelkomd door de ambtenaren van het
technisch beheer der Rijkstelegraaf, van welke
afdeeling de jubilaris gedurende het grootste
gedeelte van zjne loopbaan chef was.
Eenige oogenblikken later kwam de hoofd
inspecteur der telegraphie, de heer Van Thiel,
met de ambtenaren van het rekenplichtig
beheer, den heer Collette gelukwenschen. De
heer Van Thiel sprak den jubilaris daarbij
hartelijk toe, bracht in herinnering wat de
Rtjkstelegraafdienst aan zijn hoofdingenieur te
danken heeft, en wees in het bijzonder op do
omstandigheid, dat het telegraafnet onder het
beheer vqn den hoofdingenieur Collette steeds
eene inrichting is gebleven, waarop Nederland
trotsch mag z(jn.
Verder op den dag kwamen de verschil
lende inspecteurs en ingenieurs door het ge
heels land hun chef gelukwenschen, zoomede
vele hooggeplaatste ambtenaren bij de pos
terijen.
Dit verschillende deelen de9 lands en ook
uit het buitenland ontving de heer Collette
telegrammen van gelukwensching.
Tweede Kamer. De heer mr. J. A.
Levy heeft voorgesteld, dat hot wetsontwerp
op het faillissement en de surséance van be
taling worde voorafgegaan door een aantal
(19) door hem als amendement ingediende
bepalingen.
Uiigangspunt is, dat ieder, die buiten staat
is om z(jne schulden ten volle te betalen,
aanspraak kan maken op bet recht van homo
logatie van accoord buiten faillissementver
klaring.
Het hoofdoogmerk van zijn amendement is
don kring te verkleinen van hen, die met het
denkbeeld: faillissement en de daaraan ver
knochte gevolgen zich gemeenzaam maken.
Niet in dien zin, als zoude, wierd zijnamen-
dement wot, voortaan al wie buiten faillisse
ment blijft, ten volle eerlijk mogen heeten
en omgekeerd. De bedoeling is eenvoudig het
faillissement te doen zijn eene schipbreuk, ook
voor den ongerepten naam des schuldenaars,
welke te voorkomen raadzaam is.
H(j tracht tot toelichting aan te toonen,
dat al is men de leer toegedaan, dat faillisse
ment vermogensexecutie blijven moet, zich
daarmede het streven deze zoo min begeerlijk
mogelijk te maken, verdraagt. Allen failliet te
doen gaan, die en souffrance zijn, kan z. i.
niemand wenschen.
By koninklijk besluit zy.n benoemd: by
het wapen der art., bp den staf van het
wapen, tot luit.-kol., de majoor W. B. West-
hoff, van dien staf, toegevoegd aan den insp.
van het wapen; totTnajoor, de kapt. W. F.
ridder Van Rappard, adjudant van het 2do
regiment veld-artillertetot kapitein, de 1ste
luitenant L. J. Scheltema, van dien staf,
werkzaam by de Kon. Milit. Academie; by
het 1ste reg. vold-art., tot kolonel, comman
dant van dat corps, de luit.-kol. jhr. V. A.
De Pesters, adjudant in buitengewonen dienst
van H. M. de Koningin, commandant van
het corps rydende artillerie; tot 1 ster, luit.,
de 2de luit. U. J. N. Doornbos, van het corps
by het 2de reg. veld artlll., tot lsten Klit. de
2de luit. S. M S. De Ranitz, van het corps;
by het 3de reg. veld-art. tot kol., commandant
van het corps, de lult.-kolonel F. H. Boogaard,
thans belast m$t'bet'beveLover het corps;
by het corps rydende artillerie, tot majoor,
commandant vah het corps, de kapitein C.
De Wit, van dén staf van het-wapen, adju
dant van den inspect, dor art.; "by bet 1ste
reg. vest.-art., tot luit.-kol.. de majoor J.
Meyere, van het corps; tot kapitein, de 1ste
luit. H. L. Van Oordt, van het 2de regiment
veld-artillerie; tot lsten luit., de 2de luit.
C. A. H. W. G. Eyken, van het corps; by
het 3de reg. vesting artillerie, tot kapitein,
de lste luit. E. F. Delprat, van den 6taf van
het wapen, werkzaam by de constructie
werkplaatsen; by het 4de reg. vesting-art,
tot kapt., de lste luit. G. M. J. Turk, van
het lste reg. veld-artillerie, en de lste luit-
adj. G. A. Van der Brugghen, van het corps;
tot lsten luit., de 2de luit. F. Smith, adjud.
by het corpsby het corps torpedisten, tot
lsten luit., de 2de luit. J. Van der Stok, van
het corps; en is aangewezen tot hoofd der
IVde afd. van het Depart, van Oorlog, de
majoor ridder Van Rappard voornoemd.
By koninklyk besluit zyn benoemdby
den grooten staf, tot generaal-majoor, comman
dant der Stelling van 't Hollandsch Diep en het
Volkerak, teven6 bevelhebber in do lilde mili
taire afdeeling, de kol. jhr. L. J. H. Teding
van Berkhout, commandant van het 3de reg.
huzarenby het wapen der artillerie, by den
staf van het wapen, tot commandant dei' be
reden artillerie, de generaal-majoor C. L. Door
man, commandant der Stelling van 't Hol
landsch Diep en het Volkerak, tevens bevel
hebber in de lilde militaire afdeeling, uit welke
betrekkingen hy, in verband daarmede, eervol
is ontheven.
Uit Indie is bericht ontvangen dat de
Isto luit. der inf. Coenraad Van der Schrot if
gesneuveld is in het gevecht met de Atjehers
by de Tamiangrivier, ten noordon van Modan.
De Duitscho gezant bij ons Hof. graaf
Von Rantzau, is uit Fiiedrichsrulie te's-Gra-
venhage teruggekeerd.
De heer Mesdag, onze Regeerings-com-
missaris voer fraaie kunsten op de tentoon
stelling te Chicago, meldt aan het „Vad.":
Gisternamiddag ontving ik een telegram uit
Chicago met het bericht, dat de belangrijke
verzameling schilderyen en andere kunstwer
ken in de beste orde in de kunst-galery is
aangekomen.
.Verder schryft de heer Hubert Vos, dat
alles begint geanimeerd te wordeu en dat de
kisten met de kunstwerken uit alle landen
aankomen. Wy zyn niet ten achter. Onze
catalogus was de eerste, die ingeleverd werd,
en onze zalen zullen het eerst gereed zyn.
Nimmer hebben wy op eene internationale
tentoonstelling eene gelegenheid gehad, om
naast de grootste landen byna op gelyken
voet met zooveel succes te kunnen wedy veren.
Onze zalen zyn de beste, do best oplagsne en
de best verlichte."
Het stoomschip „Ceres" vertrok 6 April
van Gibraltar naar Amsterdam; de „Pene
lope" vertrok 4 April van Swinemünde r.aar
Amsterdam; de „Spaarndam" arriveerde 6
April van Nieuw-Tork te Rotterdamde
„rrinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia,
vertrok 6 April van Genua; de „Veendam"
arriv. 6 April van Rotterdam te Nieuw-York.
Do gewone audiëntie van den minister
van justitie zal op Dinsdag 11 April niet
plaats hebben.
By koninklyk besluit is aan M. Tielens,
eervol ontslagen kamerbewaarder by de Eerste
Kamer, do medaille der orde vanOranje-Nassau,
in goud, toegekend.
M. A. Meyjes benoemd tot burgemeester
der gemeente Wyk-by Duurstede.
Met ingang van 1 Mei a. s-, benoemd tot
directeur van het telegraafkantoor en brieven
gaarder te Warfïum, S. Strikwerda. thans
klerk der posteryen van de l6te kl.
De generaal-majoor A. J. F. Egter van
Wïssekerke, commandant der beredon artillerie,
op pensioen gesteld en het bedrag van het
pensioen bepaald op f 2700 's jaars, en zulks
onder dankbetuiging voor de goede diensten,
door hem gedurende zyne .veeljarige militaire
loopbaan aan den lande bewezen.
Johns Spaarpot.
3.)
Zulk eene verzameling huizen geeft men
den hoogklinkenden naam van „city." Hon
derden van deze kleine „citys" schijnen langs
de spoorbaan uit de aarde te verrijzen.
Het spoorwegverkeer schenkt aan het verre
westen zijne gansche welvaart; hetvereenigt
het westen met het oosten.
Door zyne tusschenkomst komt men in het
bezit van levensmiddelen. Aan hem heeft men
gemak en beschaving te danken.
Als muziek klmkt den eenzamen „farmer"
het geratel zjjner waggons en het fluiten der
machine in de ooren, want met hem staat
en valt hy, op hem berust al zyne hoop.
Hier, aan de Missouri, was het alleen de
linkeroever, welke zich in het bezit van eene
spoorwegbaan mocht verheugen. Aan den
overkant van het gele water heerschte diepe
stilte en duisternis; daar, in zfln schuilhoek
tusschen de Missouri en Yellowstone, woonde
de halfwilde Siousé, het hart vol gramschap,
oaidat mon hem van do erven van zyne
vade en verdreven had.
Niet lang had men nog gespoord, toen er
een nieuw ongeval bemerkt werd. Het was
mynheer Father, die aan den noodrem had
getrokken en nu, terwyi de locomotief
haren gang matigde, naar voren kwam
klauteren. -
„Wat is het nu weer, mijnheer Father?"
vroeg de conducteur knorrig.
„Ik ben bestolen, mynheer 1" riep deze, zoo
bleek als een ïyk. „Ik ben geruïneerd;
verloren!"
„Onmogelijk
„Wel mogelyk, men heeft den sneltrein
geplunderd."
„Wanneer? Hoe kan dat dan?"
„Tusschen zeven en acht uren bij het op
onthoud in Ruby. Kort te voren had ik alles
nog nauwkeurig onderzocht. Het vreemdste
van de geheele zaak is, dat het vyf staven
zilver zijn, zeer zware staven zelfs, één man
kan er nauwelijks eene van optillen; ieder is
duizend dollars waardhet is my een raadsel
hoe de roover het zilver zoo in het geheim
weg kon dragenhet is verschrikkelijk, mijn
heer Meyers; myn ondergang zal er het ge
volg van wezen."
„In Ruby?" herhaalde Meyers. „Wol, dat
was de plaats, waar de stoker met do loco
motief verdwenen was, terwijl de beambten
zich door den vreemde hadden laten trak-
teeren, want gedurende dien tyd was de
sneltrein zonder opzicht geweest. Meyers
wisselde een blik van verstandhouding met
mynheer Father en vier oogen zagen den
stoker onderzoekend aan.
„Hebt g\j er niets van bemerkt, John?"
vroeg de conducteur; „gij hoort wat mijnheer
Father zegt."
De stoker trok lachend de schouders op.
„Dat zal wel eene vergissing zijn, mynheer
Father, en ook, wie heeft my als wachter over
uw goed aangesteld? Waarom hebt gij uw
post verlaten?"
„Kom, kom, geon oponthoud", riep de
hoofdconducteur, naderbij tredend. „Wij moe
ten verder. Daar kan voorloopig niets aan
gedaan worden. Voorwaarts, machinist 1"
De trein stoomde met zyne gewone snel
heid zyn doel te gemoet, terwijl mijnheer
Father in den sneltrein zat en altoos en altoos
maar weer rekende tot zyn hoofd van opwin
ding gloeide. Hoe hy ook teluo en weer tolde^
er mankeerden vyf staven, niet meer en niet
minder. Hy brak er zich hot hoofd mee, hoe
dieven hier, zonder opgemerkt te worden,
hadden kunnen binnenoringen.
Toen hy by den waggon teruggekeerd was,
had hy dezen nog evenzoo gesloten gevonden
als toen hy hem had verlatenhet was dui-
doiyk dat slechts een iDgewyde den waggon
met een sleutel, zooals alleen de beambten
in hun bezit hebben, had kunnen openen en
dat wel gedurende het oponthoud in Ruby.
Maar wie? Wie had die zware staven zoo
goed kunnen verbergen, dat men er geen
spoor meer van kon ontdekken? Of was by
misschien in de war? Zou er misschien by
het laden eene vergissing plaats hebben ge
had? Aan het eerstvolgend station tele-
grapheerde hy naar St.-Paul of men misschien
do staven vergeten had. Vergeefs
„Alles in orde verzonden", telegrapheerde
men terug.
Het was om den moed te verliezenDus
bleef hem niets andere over dan het gebeurde
in alle bijzonderheden aan de Maatschappy
medo te deelen. Hy verzweeg ook niet wat
er aan het buffet was voorgevallen, al was
het ook voor hem eene vernedering dit te doen.
„Een fameus moeilijk geval, mynheer
Father!' riep de eerste klerk hem toe. „een
fameus moeilijk geval. Van een publieke rechts
zaak kan nauwelijks sprake z;jn. het besfe
zal wezen dat wy de ÖÜ0Ó dollars van uw salaris
aftrekken en dat we dan de zaak in Pinker-
tori aangeven. Vindt ge dat goed, mynheer
Father?" {Wordt vervolgd.)