10158 Dinsda<{ 4 ^Vj>i*il. A8.1833. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van fon- en feestdagen, uitgegeven. Vijfde Blad. Leiden, I April. Feuilleton. Een weemoedig lied. LEIDSCH DAGBLAD o PRIJS DEZER COURANT: Voor Loiden por 3 maandenf 1.10. Franco per post1-40. Afzonderlijke Nommors0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regels f 1.05. Iedero regel meer ƒ0.17*. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor he5 incasseeren buiten de stad wordt f0.10 berekend. Hedenmorgen vertrokken van de Kweek school voor Zeevaart alhier 180 iongens met bestemming naar Hr. Ms. opleidingsschip „Admiraal Van "Wassenaer", te Amsterdam, om hunne verdere opleiding aldaar ten einde te brengen. Voor den cursus April - October zyn reeds 100 jongens aanwezig. Nu de f 30 handgeld of premiegeld met 1° Januari zyn afgeschaft, is dit getal jongens wel een bewys, dat de lust voor ter zee te varen niets verminderd is bij vroeger. Door de kiesvereeniging van Hervormden en Roomsch-Katholieken te Rynsburg is in eene gehouden vergadering met bijna alge- meeno stemmen tot candidaat gesteld voor de a. s. verkiezing van een lid voor den gemeente raad de heer A. Uittenbogaard. De gemeenteraad van Egmond-Binnen heett afwijzend beschikt op de aanvraag om concessie van den heer Jan Holland voor don aanleg van een stoomtramweg van Alkmaar door de gemeente Egmond naar Haarlem. H. M. de Koningin Regentes woonde gisteren met Koningin Wilhelmina de voor- raiddaggodsdienstoefening in de Groote Kerk bij. H. M. de Regentes, zich lichtelijk onwel gevoelende, verliet voor het einde van den dienst het kerkgebouw en reed gistermiddag ook niet uit. "Wel daarentegen Koningin "Wilhelmina. Volgens het „Haagsche Dagblad" zou do commissie van rapporteurs uit de Tweede Kamer in eene door haar gehouden bijeen komst tot het besluit gekomen zijn, dat een Slot.) „Beste jongen, van avond kan ik niet zingen. Den geheelen dag heb ik gepraat. Maar ik zal u iets vertellen, dat mij by dat lied in de gedachten komt. Al kent Line het, zij zal het nog wel eens weer willen hooren. Er staat ergens eene kerk en daarbij Gene pastorie. Daarin woonde een jong predikant. Reeds na een kort verblijf in de gemeente had hij zich aller achting weten te verwer ven. Ook op het slot, even buiten het dorp gelegen, Z3g men hem graag. De baron dair was over het geheel een goedhartig man, maar trotsch. Op zokeren avond zag hy den jongen man met zijne dochter Leonie, in ver- trouweiyk gesprok, wandelende in den tuin. Des avonds verweet hjj haar dat, naar zyne meening, onbetamolyk gedrag. Reeds lang, zoide hy, had hy er aan getwijfeld, ofzy niet voor den predikant een gevoel had, dat haar niet paste. Hy waarschuwde haar er voor, daaraan toe te geven, daar hy nimmer zou dulden, dat zy de vrouw werd van iomand, die niet van adel was. De dochter was een zachtaardig en gehoorzaam kind. Zy boog het hoofd en zeide eindeiyk dat zy liever by hare moeder in den hemel wilde zyn dan dat zy haren vader verdriet zou aandoen. Toen legde hy zyne hand op haar hoofd en sprak: „Dat verhoede de barmhartige God!" Ongeveer in dien tyd kwam eene toen nog jonge huishoudster op het slot. Line kent haar wel. By haar sloot de dochter zich spoedig aan. En weldra bemerkte zy, dat het meisje memgen nacht wakker lag en 's mor gens hare oogen rood waren van 't schreien." „Waarom schreide zy dan toch, tante?" „Och, zy had den jongen dominee lief en had daarom zelve by hem aangedrongen haar te mijden." Met groote belangstelling luisterde ik toe. „Eens was de baron van huis. Misschien nieuw onderzoek in de afdeelingen van het gewyzigd ontwerp van wet op de bedryfs- belasting niet noodig moest geacht worden. De minister van binnenlandsche zaken brengt ter kennis, dat het examen om als leerling aan 's Ryks veeartsenyschool te Utrecht te worden toegelaten, zal plaats hebben in de eerste helft van Juli a. s., en dat belang hebbenden zich schrifteiyk, vóór 1 Juni as., by den directeur der school moeten aanmelden, met overlegging van: hunne ge boorte-akte; een bewys van hun goed gedrag, afgegeven door het gemeentebestuur van hunne woonplaats, en eene verklaring van een deskundige, dat zy met goed gevolg of meer dan eens de inënting der koepokken hebben ondergaan of aan de natuurlyke kinderpokken (variolae) hebben geleden. Zy, die verlangen als leerling te worden toegelaten, moeten naar het oordeel van den raad van bestuur der school lichamelyk ge noegzaam ontwikkeld zyn en by het examen doen blyken good leesbaar te kunnen schryven en kennis te bezitten van: a. de gronden van de spraakkunst der Nederlandsche taalb. de beginselen van de Hoogduitsche en Fransche talen, zoodat de adspirant op het eerste ge zicht uit beide talen in het Nederlandsch kan overbrengen; c. de beginselen der alge- meeno en vaderlandsche geschiedenis; d. do beginselen der aardrykskunde; e. reken- en stelkunde, met inbegrip van vergelykingen met meer dan één onbekende, vergelykingen van den 2den graad, reken- en meetkunstige reeksen en het practisch werken met loga- rithmenf. meetkundedo planimetrieboven dien wordt verlangd dat de adspirant, ook al is hy niet bekend met den geheelen omvang van hoeks-, driehoeks- en lichaamsmeting, had de jonge man zich ook niet langer kun nen bedwingen, misschien ook had hjj daar van gehoord, althans, toen wjj tegen den avond in den tuin waren, kwam hjj achter een heestorpork weg en zeide: „Freule, ik moet een woord met u spreken; och, weiger mjj het niet. Het is voor het laatst!" Zjj leunde zwaar op mjj en sloot de oogen. En even alsof ik er niet was, vervolgde hjj: „Ik heb om eene andere plaats gesollici teerd en ben er zeker van, dat ik die krjjg. Maar eer ik heen kan gaan, moet ik afscheid nemen en. Hjj zweeg. Eenige bladen ritselden naar beneden, een mol wrootto niet ver van ons af in den grond, een takjo bewoog zich en soms hoorde men iets alsof ergens zacht werd gezucht. Toen nu alles zoo stil bleef en hjj niet ver der sprak, kwam er een aarzelend „en?" over hare lippen en ik gevoelde dat eene rilling door hare loden liep. Nu kwam hjj een stap dichter en zeide: „En dit wilde ik nog zeggen, dat ik bjj mjjzelven de gelofte heb gedaan, geone vrouwenhand meer aan te raken, nadat de uwe eens in do mjjno heeft gelegen en voor altjjd daaraan ontgleden is." Toen dacht ikTante, gjj zegt telkens „ik", waart gij er dan bjj? Line kuchte even met een geluid, dat klonk alsof er tegeljjk een glimlach over hare trek ken gloed, en zeide: „Tante was de jonge huismeesteres, Frits!" Teen dacht ik, dat Leonie met eene nei ging van hem afscheid zoude nomen en mjj mot zich voorttrekken zou. Maar tegen mijne verwachting richtte zjj zich in de hoogte en hare kleine hand hem toestekende, zeide zjj „Ik heb u gehoord, mjjn vriend, en als deze hand waardig is in de uwe to liggen, zoodat gjj ze niet afwjjst,houdzevasten. Tranen verstikten hare stem. En ook den jongen man liepen zjj over de wangen. Nu i kon ook ik mjj niet meer goed houden. En l toch de voornaamste formules kan toepassen, welke dienon voor de oplossing van recht- en scheefhoekige platte driehoeken en ter bereke ning der oppervlakken en inhouden van prisma, pyramido, kegel, cylinder, bol, bolvormig seg ment en sector. De uitwonende leerlingen betalen jaarljjke ƒ100; de inwonende leerlingen mogen op het tjjdstip hunner toelating (5 September 1893) niet ouder zjjn dan 24 jaren. Indien er zich voor inwonend leerling meer adspiranten aanmelden dan er kunnen geplaatst worden, zullen zjj, die bjj het examen het meest hebben voldaan, de voorkeur genieten. De inwonende leerlingen betalen jaarljjks /"350. Men meldt uit Haarlem, dd. 31 Maart: Mr. E. A. fordens hoeft heden zjjn ambt nedergolegd. De nieuwe burgemeester jhr. mr. Boreel van Hogelanden zal a. s. Woensdag worden geïnstalleerd. Op den dag van zjjn heengaan heeft het mr. Iordens niet aan bewijzen van sympathie ontbroken. Terwjjl hjj den geheelen namiddag audiëntie verleende aan particulieren en be stuurders van corporaties, welke van hem afscheid kwamen nemen, begaven zich te 4 uren de ambtenaren ter secretarie, die van publieke werken en de hoogere politie ambte naren naar 's Burgemeesters kamer, waar de oudste hunner, de gemeente-archivaris mr. A. J. Enschedé, den vertrekkenden burge meester harteljjk toesprak. Mr. Iordens ant woordde in diepgevoelde bewoordingen en drukte hun allen de hand. Do laatste hulde, hem gebracht, was dio van de Raadsleden, welke hem eene fraaie schil derij aanboden van de hand des heeren H. J. Scholten alhior, voorstellende de groote hal van het Stadhuis. toen ik ter zjjde trad, zag ik dat zjj elkander innig hielden omvat. Toen ik dionzelfden avond in de kamer kwam, waren vader en dochter in een heftig gesprek en ik hoorde nog juist dat de baron zeide: „„Eerder hoop ik, dat moeder in den hemel mjj tot zich roept, dan dat ik u hierin ver driet zou doen", hebt gjj dat niet gezegd?" Waarop de dochter antwoordde: „fa, dat heb ik gezegd en zoo zal bet ook gebeuren", waarbjj zjj opstond en haastig de kamer verliet. Toen ik een paar uren later nog eens door het park ging, daar ik zion wilde of de mei den de wasch wel van de bleek hadden ge haald, zag ik licht in Line's kamer en hoorde, door het openstaando venster, haar spelen en zingen. Diep weemoedig klonk het door de stilte heen. Zjj had de gewoonte, als zjj zeer bljjde of zielsbedroefd was, voor haar klavier te gaan zitten, en het verwonderde mjj dus niet, dat zjj nu ook zoo aan hare stemming lucht gaf. En op dien avond hoorde ik haar voor het eerst het lied zingen, Frits, dat gjj reeds zoo menigen keer van mjj hebt gehoord. Het klonk zóó indroevig, dat de melodie van dat oogenblik af mjj als inge- grift was en mjj altjjd is bijgebleven. Het was dan ook en de stem der oude dame beefae zóó sterk, dat ik angstig opstond en bjj Line ging zitten, tegen wie ik mjj aan vlijde de laatste klank, welken ik uit den mond van mjjne lieveling heb gehoord. Want Zjj hield plotseling op en Line loosde een diepen zucht. „Want, tante?" zeide ik na eene poos in de donkere stilte. „Wat toen gebeurd is, past niet voor u, mjjn jongen! Ik wilde u alleen maar ver tellen hoe ik dat lied zoo ken. Zouden, wjj geen licht opsteken, Line?" VreemdLine bewoog zich niet. „Line!" zeide ik eindelijk. En als uit een droom opgeschrikt, vroeg zjj „Wat belieft tante?" Reeds vroeger waren do officieren van de d.d. schutterjj, voorafgegaan door hunnen majoor-commandant mr. W. Jager Gerlings, van den burgemeester afscheid komen nemen. De minister van buitenlandsche zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, blijkens mededeeling van Harer Majosteits gezant te Berljjn, door den Regeeringspresi- dent te Aken, met ingang van 27 Maart, de volgende bepalingen zjjn vastgesteld met be trekking tot den invoer van varkens ter laatstgemclder plaatse lo. De invoer van varkens, bestemd voor de stedeljjke slachtplaats te Aken, zal slechts geoorloofd zjjn over het grensstation Aken, station Templerbend. 2o. De varkens zullen slechts worden toe- gelaton wanneer zjj voorzien zjjn van Neder landsche certificaten van herkomst en nadat een op kosten van den zich aan het station Templerbend bevindenden Pruisischen veearts ingesteld onderzoek zal hebben aangetoond, dat de dieren niet Ijjden aan eenige besmet telijke ziekte. Ingeval onder eene bezending varkens ook maar een enkel dier aan zoo danige ziekte vooral aan mond- en klauw zeer Ijjdende wordt bevonden, zal de ge- heele zending worden afgewezen. 3o. Do toegelaten varkens zullen van het station Templerbend in goed gesloten wagens naar de stedeljjke slachtplaats worden ver voerd, welke zjj niet meer levend zullen mogen verlaten. In het abattoir zullen die dieren zoodanig worden geplaatst, dat zjj niet in aanraking kunnen komen metinland- sche varkens en inlandsch herkauwend vee. 4o. Tot nader order zal de invoer slechts geoorloofd zjjn elke week des Maandags en des Dinsdags gedurende den voormiddag. „Tante wilde wel licht hebben", ant woordde ik. „Oogenblikkeljjk", zeide zjj nu haastig, schoof mjj zacht van zich af en ging uit de kamer. „Tante, Line schreide, geloof ik. „Och, schreide zjj?" hoorde ik de deelne mende stem dor oude dame uit haren don keren hoek. „Ja, Frits, zjj heeft ook eens graag een jongen predikant mogen lijden, maar „Nu, tante, maar?" „Och kind, ook dat heeft niet mogen ge beuren, en na eene poos: Waar had ik toch mjjn verstand? Ik had de oude geschiedenis niet moeten vertellen daar zjj bjj was. Zulk oen jong schepsel denkt dan terstond aan haar eigen verdriet." Hoe wonderljjk was toch dat alios! Mjjne gedachten verwarden zich wegens die uit drukking, waarin eene geheele geschiedenis vol zieleleed was verval, en wegens den leef- tjjd van Line. Doze kwam intusschen weer binnen en zette de aangestoken lamp op hare plaats. Zorgvuldig deed zj| de kap er op en trok dio naar den kant van de oude dame nog wat neer, zoodat haar het licht der vlam niet op de oogen kon vallen. Maar deze zag, met een blik vol liefde, om de lamp heen, waarde Line verholen na, die nog stil een en ander terechtzette, en toen zjj dicht bjj haar langs ging, strekte zjj de hand uit en zeide: „Mjjn lief, goed ktnd!" En toen doze den zachten handdruk be antwoordde, stond in haar fijn golaat iets te lezen, dat geene pén beschrijven kan. Alles, waarvan zjj afatand had moeten doen, niettegenstaande haar reikhalzend ver langen, was opeens nog eens weer, met een plotseliDg opw ellen der herinnering, haat dooi de ziel gestPoomd. En in mijne ooron klonk weor het refrein, dat ook Woor haar scheen gemaakt en dat ik nooit weMr heb vergeten r„t) mjjn hart! Beheersch u toch,"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 17