N°. 10110
Zaterdag 4 Februari.
A0.1893.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (gon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
Lord Lovats portret.
LEIDSOH
DAGBLAD.
PRIJB DEZER COURANT'.
Voor Leiden per 9 mundeaf 1.10.
Franco per poot1.40.
ATaondorlfl'k» Nomuiere0.05
PRIJS DHR ADTTERTENTIÊN
Tab 1—0 refeU f 1.05. Iedere regel meer
Orootere letten baat pUetsraimte. Toor het
bulten de eted wordt /0.05 berekend.
Leideu, 3 Februari.
Door de alhier zitting houdende commissie
voor het geneeskundig staats examen is heden
bevorderd tot arts de heer B. L.VanAlbada,
terwyi is toegelaten voor het eerste gedoelte
de heer J. J. C. A. Rombach.
Het concert van „Sempre Crescendo", uit
Leiden, ten voordeele van „Armenzorg", te
's-Hage, zal 14 Febr. aldaar plaats hebben.
De heer S. "Van Groningen zal zyn
piano-concert 22 Febr. te Utrecht spelen,
met het Tivoli orkest onder Hutschenruyter.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der
j correspondentie naar Nieuw-York, door middel
van het 6toomscbip „Werkendam," van Rot
terdam vertrekkende. Ten postkantore alhier
moeten de brieven enz. uiterlijk Zaterdag
morgen om 9.20 (stadstyd 9 40) bezorgd zijn.
De wijze van verzending behoort duidelijk
op het adres vermeld te worden.
H. K. H. de hertogin van Albany, die
thans met hare kinderen te 's Gravenhage
de gast is van hare zuster, H. M. de Koningin-
I Regentes, bracht hedenochtend, evenals
I gisteren, in gezelschap van miss Morton weder
om een langdurig bezoek aan het Maurits-
I huis. "Vooral eenige schilderijen van Jan
I Steen, Rembrandt en Potter trokken hare
I aandacht.
Door don minister van koloniën is dr.
[E. C. De Yries gesteld ter beschikking van
I den Gouverneur-Generaal van Ned.-Indië, om
I te worden benoemd tot leeraar in de wis-en
I natuurkunde aan de hoogere burgerschool te
isemarang.
Door de Algemeene Rekenkamer zijn
Benoemdtot lsten klerk, P. H. C. Brunt, thans
2de klerk; tot 2den klerk, J. M. Bakker, vroe-
|ger 2de klerk by h9t departement van marine.
Het debiet in de Winkelvereeniging van
I ..Eigen Hulp", te 's-Hage, steeg in 1892 tot over
I liet millioen. Het bedroeg nl. f 1,059,816.
Uit Amsterdam wordt bericht dat de
lin zyn atelier aanwezige werken van den
1 beeldhouwer Teixeira de Mattos, die ons land
I verlaat en zich to Londen gaat vestigen, op
17 Februari a. s. publiek verkocht worden.
Het stoomschip „Burgemeester Den Tex",
|van Batavia naar Amsterdam, is 1 Febr.
Dungeness gepasseerd; de „Admiral", van de
Dostkust van Afrika naar Pmtterdam en
[Hamburg, vertrok 1 Febr. van Port Said; de
„Bundesrath", van de Oostkust van Afrikanaar
[Botterdam en Hamburg, vertrok 31 Jan. van
Durban; de „Obdam", Yan Nieuw-York naar
Rotterdam, pass. 1 Febr. Bevezler en arri
veerde in den afgeloopen nacht te Boulogne-
sur-Mer; de „Salak" vertrok 1 Febr. van
Batavia naar Rotterdam; de „Semarang",
van Rotterdam naar Batavia, vertrok 2 Febr.
van Marseille; de „Kaiser", van Hamburg
naar Zanzibar, passeerde 1 Febr. Aden; de
„Prinses Amalia", van Batavia naar Amster
dam, vertrok 2 Febr. van Port-Saïd.
B(j Koninkiyk besluit zyn by de Alge-
meene Rekenkamer bevorderdtot hoofdcom
mies P. C. G. Eogelbregt, thans commies;
tot commios J. De Vries, A. L. Gerretsen,
F. J. Mondt en J. H. Hansen, thans adjunct
commiezen; tot adj. commies J. Van Engelen
Jr., W. F. Beek, F. W. Van Loon en A.
Ossewaarde, thans eerste klerken.
Benoemd tot directeur van het post- en
telegraafkantoor te Hoogeveen, C. Fransen,
thans in geljjke betrekking te Nieuwe Pekela.
Benoemd tot rechter-plaatsverv. in de arrond.-
rechtbank te Winschoten, mr. H. I. Schön-
feld, thans kantonrechter-plaatsverv., alsmede
advocaat en procureur aldaar.
De militaire apotheker 1ste kl. H. J. Van
Wisselingh, van het personeel van den ge
neeskundigen dienst der landmacht, op pen
sioen gesteld en het bedrag van het pensioen
bepaald op f 1560.
Gemeigd NUqwb.
Men verzoekt ons te willen waar
schuwen voor eene vrouw Kikkert; zy geeft
nu en dan voor weduwe te zyn en weet op
byzondere wyze het medelyden op te wekken,
dat ten opzichte van haar geheel misplaatst is.
De toestand van den bejaarden
bewoner D. van het perceel (koepel) aan den
Zoetenvoudsehen Singel, niet ver van de Dooza-
brug, dat in den voornacht van Woensdag op
Donderdag verbrandde, en welke man toen
met moeite gered werd, is alleszins bevredi
gend. Hy woont thans in by familie aan den
Vliet alhier.
Het gerucht, dat er loopt, als zou D. maar
altyd dóór slapen, van don brand tot op heden,
zonder ook maar even ontwaakt to zyn, is
bezyden de waarheid. Wel slaapt de man het
grootste gedeelte van dag en nacht, maar niet
onafgebroken; telkens is hy een poosje wak
ker en in staat te doen wat een gewoon
mensch moet doen om in het leven te.biy ven.
De brandwonden aan zyn arm staan er ook
goed by.
By vonnis van de rechtbank te
's-Hage werden gisteren veroordeeldH. v. d. H.,
to Noordwyk, wegens diefstal, tot 1 maand;
J. K., te Leiden, alsvoren, tot 1 maani;
J. v. d. B., arbeider te Naaldwijk, wegens
diefstal en verduistering, tot 14 dagen; A.
M. L., te Houtryk en Polanen, wegens desertie
voor den aanvang der reis van een vaartuig,
waarop hy als matroos was aangemonsterd»
tot 5 dagen; A. V., visscher te Katwyk aan
Zee, wegens mishandeling, tot 3 dagen; J.
K., sjouwer te Leiden, wegens vernieling, tot
5 dagenN. V., koopman, en diens huisvrouw,
te Leiden, wegens mishandeling en goederen
beschadiging, resp. tot 3 dagen en 3 boete,
en A. G. M. S., wegens mishandeling, tot
14 dagen gevangenisstraf.
Op de landhoeven van P. v. d.
Eyk, L. Noordam, P. v. d. Spek, Jacs. v. d.
KnyfF, Johs. Erkelens, P. Slootweg en Jacb.
Van Dorp, te Benthuizen, kan het mond-en
klauwzeer als geheel geweken beschouwd
worden. Op de landhoeven van L. Groen en
de wed. Diephout is deze ziekte nog steeds
heerschende, terwyi zy op de landhoeve van
H. Peters eerst heden is uitgebroken. Ook
in die gemeente is geen enkel rund aan deze
ziekte gestorven.
Nader meldt men aan het „Hbl."
omtrent de stranding van het barkschip
„Lugia Radivo" uit Zandvoort: Woensdag
morgen te 7 uren werd het bekend, dat eene
vreemda bark. bezuiden Zuid-Zandvoort ge
strand was. Een uur later ging het gerucht,
dat de gezagvoerder met de bemanning- het
schip verlaten had en reeds te 9 uren waren
de equipage en hare goederen in het hotel
Driehuizen ondergebracht.
Alles was zoo vlug in het werk gegaan,
dat niemand, behalve de burgemeester, dr.
Gerke en de heer L. Van der Wer£f(detwee
laatsten als bestuursleden der N.- en Z.-
Hollandsche Reddingmaatschappy) aanwezig
waren, toen de stuurman met de laatste
levende have (een varkon en eene kat) juist
van boord kwam.
Het strand wemelde van menschen en het
stille dorpje was een en al leven. De telegraaf
had gewerkt en spoedig waren cargadoors of
hunne plaatsvervangers uit Amsterdam en
IJmuiden aanwezig.
De bemanning heeft zichzelve met de boot
gered, zoodat een tocht met de reddingboot
overbodig was.
De „Sim8on" en de „Hercules" hebben des
namiddags by hoog water getracht het schip
vlot te krygen en te IJmuiden binnen te
I slepen, wat echter niet gelukt is.
Het schip is reeds vol water en volgens
mededeeling van den kapitein T. Lallich, ge
broken door de stranding; de zee sloeg er by
hoog water overheen. Het bergen der lading
is opgedragen aan de firma Zur Mühlen, te
Amsterdam. Heden is met het lossen begonnen.
De stranding heeft ten gevolge van mist
plaats gehad.
De „Asser Crt.bevat een verslag
der vergadering, door mr. P. J. Troelstra te
Appelscha gehouden, en naar aanleiding waar
van tegen den spreker proces-verbaal is op
gemaakt. Daaraan is het volgende ontleend
„De reden van sprekers optreden aldaar
was, naar hy verklaarde, dat drie broeders
(de drie gearresteerde werklieden) uit hun
midden waren weggevoerd. De eenige misdaad
dier arrestanten was, volgens hem, dat ze
gevoel hadden voor hunne medemenschen
daardoor hadden ze hunne woorden laten
stroomen en dit - was te veel voor de overheid.
„In dezen tyd werden niet de booswichten,
maar de stryders voor recht en vryheid in
de gevangenis gestopt. De tegenwoordige
omstandigheden in aanmerking genomen, kon
spreker geen beter titel voor zyne rede vinden
dan „In de verdrukking." De schoolopziener
in 't district Leeuwarden had voor eenige
dagen eene circulaire aan de onderwyzers in
dat district gezonden, waarin hun ten sterkste
werd ontraden zich met de sociaal-democraten
in te laten. Spr. vond dit een treurig ver-
schynsel. Hy achtte het echter voor hunne
party niet nadeelig. De bezitters zouden gaarne
zien, dat de soc.-dem. zich maar vergrepen,
zy konden dan in de gevangenis gestopt of
in de pan gehakt worden. Spr. noemde Fries
land het beste hoekje van Nederland en
Appelscha het beste hoekje van Friesland,
natuurlijk van uit een sociaal oogpunt.
„Sprekende over de arrestatie der drie
werklieden, moet spreker zich eenigszins on
voorzichtig hebben uitgelaten, althans by 't
einde der vergadering werd hem door den
wachtmeester der marechaussees aangezegd,
dat hy was geverbaliseerd wegens beleediging
van het openbaar gezag."
Uit Eindhoven wordt aan de
„N. R. C." medegedeeld, dat by het optreden
van Sequah aldaar op "Woensdag-avond zyne
behandeling in het openbaar werd geprezen
door den heer Van der Stok, eerstaanwezend
officier van gozondheid te Venloo.
Met den hoer Van der Stok hadden op het
tooneel plaats genomen eenige officieren van
het garnizoen te Venloo en de kapitein der
marechaussee te Eindhoven.
Sequah had aan die heeren 's middags een
diner aangeboden.
Twee soldaten namen hem in hun midden,
e sergeant ging vooraan, een dozijn straat-
pongens liep hen achterna en zoo werd
het ongelukkig slachtoffer van do vrees voor
|spionnen naar de hoofdwacht gebracht.
Hogarth, die in Engeland gewoon was,
alles wat hy wilde ongehinderd te mogen
|teekenen, had in zyne argeloosheid eene
groote misdaad begaan. Het was namelijk op
strenge straf voor degenen, die er tegen
handelden, verboden in versterkte plaatsen
[iii Frankryk schetsen te maken van welken
jaaid die ook wezen mochten. Zyne misdaad
|was to bedenkelijker, omdat er nog geen vast-
gesloten vrede, maar slechts de voorberoidende
artikelen daartoe bestonden.
Ben officier ontving het bericht van het
gebeurde door den sergeant. Op de byna onver
staanbare woorden van den kunstenaar lette
ky in het gebeel niet. Hogarth werd in het
vuile airestlokaal van de hoofdwacht gebracht,
[hy een gezelschap van liederlyke soldaten,
leegloopers en deugnieten.
Daar moest hy biyven en bracht in de
treurigste stemming het overig gedeelte van
den dag en den verschrikkelyksten nacht van
zyn leven door. De andere gevangenen vroe
gen hem waarom hy gearresteerd was en
maakten hem daarna de hel nog heeter. De
een meende dat hy als spion dadeiyk zou
worden doodgeschoten, een ander dat men
hem op den stadswal zou ophangen tot een
afschrikkend voorbeeld voor andere Engel-
scheneen derde oordeelde echter zachter en
beweerde dat Hogarth wel met eene tienjarige
Bagnostraf zou vrykomen.
O, hoe verwenschte de ongelukkige kun
stenaar nu zyn inval, om iets van de wereld
te willen zien en naar Parys te willen reizen
"Was by toch maar in zyn vaderland, in het
vrye, vrooiyke oud-Engeland gebleven!
Den volgenden morgen om acht uren werd
hy door een onderofficier afgehaald en naar
een zich in de nabyheid bevindend gebouw,
dat ei als een paleis uitzag, gevoerd, waar
men hem in eene soort van bureel by den
commandant van Calais, een gryzen, ouden
generaal, bracht.
Deze vroeg hem zeer beleefd of hij inder
daad die beroemde schilder en graveur AVilliam
Hogarth was, zooals op zyn pas vermeld
stond. Mr. William beantwoordde deze vraag
toestemmend, waarna de commandant be
leefd verklaaide dat hy hem in deze omstan
digheden niet voor een spion houden kon en
hom dus spoedig de vryheid terug zou gtven.
Hy stelde hem daarop ook zyn schetsboek
en brieventasch weer ter hand.
„Qy, monsieur", voegde by er by, „hebtu
jegens myne familie zoo byzonder verdiensteiyk
gemaakt, dat wy u grooten dank schuldig
zyn. Myn zoon en myne schoondochter wen-
scben u persooniyk te leeren kennen, om u
te kunnen bedanken. Wil dus de goedheid
hebben my te volgen."
Mr. William fluisterde zacht by zich-
zelven„Ik wil geen Hogarth heeten, wan
neer ik van dit alles hot minste begry'p!
Maar dat doet er niet toe de zaak neemt
geheel onverwacht eene gunstige wenoing
en daardoor valt my een pak van het hart!"
Hy werd langs de trap, welke naar een
ander gedeelte van het paleis leidde, gevoerd
en daar aan den zoon van den generaal, een
deftig edelman, die zich graaf De Lamoignon,
overste by de artillerie, noemde, en aan diens
gemalin, eene schoone, jonge dame, in rouw-
kleediDg, met een bleek, geestig gelaat, een
hoog, verstandig voorhoofd en groote donkere
oogen, voorgesteld.
De jonge gravin wees op eene aun den
muur hangende, in eene kostbare lyst gevatte
kopergravure, die omgeven was door een
krans van immortellen en een strik met
banden van zwart krip.
Hogarth herkende dadelyk het meester
werk van zyne graveerstift, het portret van
Lord Simon Lovat.
De gravin begon bet gesprek in de Engel-
scho taal: „Ik ben lady Eveline Lovat, de
kleindochter van dezen grysaard, die het
slachtoffer werd van zyne politieke overtui
ging. Behalve ik, leeft niemand meer van
de familie Lovat, en hare zoo aanzienlyke
bezittingen zyn by den dood van m\jn groot
vader verbeurdverklaard. Maar aan u, sir,
heb ik het te danken, dat ik ten minste het
grootste gedeelte van myne erfenis in Schot
land terug heb kunnen krygen."
Hogarth antwoordde hierop ten hoogste
verwonderd: „Ik begryp u niet, myladyzou
u wel zoo vriendelyk. willen wezen om my
uit te leggen, hoe ik dit moet opvatten?"
„Zeer gaarne, sirl Maar ik bid u, wil mij
eerst nauwkeurig mededeelen, wat er b(J
uwe samenkomst met myn grootvader in
den Tower he'jft plaats gehad?"
Slot volgt.)