Leiden, 21 Januari. andere door den koning gedane vrenschen toegestaan. Ten eerste verlangde hj een door hem gekozen onbeëedigd biechtvader te mogen ont vangen. Een Schotsch geestelyke, Edgeworth, werd daarvoor aangewezen. Ten tweede verlangde hij afscheid van zyne vrouw en kinderen te mogen nemen. Ook dit werd hem toegestaan, en nog wel onder de later zoo schandelik geschonden belofte: „dat men voor de achterbly venden zou zorgen." Dat afscheid was hartroerend en 't is niet mogeiyk het naar waarheid to schetsen. Menzel schrijft o. a.„De vertwijfeling dei- koningin, het gejammer van prinses Elisabeth ©n van do kindoren maakten het afscheid zóó treffend, dat de koning moeite hacj pkh van zijne diorbaron los te rukken, eH, toen hij daarna alleen was, een geruimen tijd, den blik naar don grond gericht, sprajre]o(^ jjj zyn cel bleef staan, totdat hij ten laatste uit riep: „dat was een verschrikkelijk oogenblik De derdo wonscb, z\jn testament te mogen maken, werd insgelijks ingewilligd. Voordat Lode wijk zich ter ruste begaf, maakte hy zijne laatste wilsbeschikking. De man, die steeds door anderen geleid was, die immer besluiteloos was geweest, die bij elke kleinigheid, welke hem hinderde, uit zijn humeur geraakte, of wanneer h\j in zyn rust werd gostoord of zelfs z\jn maaltijd een oogenblik te laat moest beginnen; do man, die in zijn dagboek, by de groote gebeurte nissen, welke tijdens zijne regeering plaats vonden, slechts het woordr i en (niets) schreef, hy toonde in zijne laatste oogenblikken eene heldorheid en sterkte van geest, welke be wondering wekken. Wy laten hieronder een groot gedeelte van zyn testamont volgen, ten einde de lezers te doen zien, dat hy zich geen groot kwaad bewust was. „Door iedereen verlaten, kan ik m(j alleen tot den barmhartigen God wenden. Door hen, die eens mijne onderdanen waren, met myn gezin gevangengehouden en in den Tempel toren opgosloten,-schrijf ik, onder aanroeping van den Almachtige, mijn laatsten wil en ver klaar ik mijne gevoelens. Ik 6terf in de innig ste vereeniging met onze heilige katholieke en apoetolische kerk. Ootmoedig smeek ik God om vergiffenis, indien ik, zonder het te willen, eene handeling begaan of toogelaten heb, welke tegen het geloof of de tucht der katholieke kerk, welke ik onverbrekelijk ben toegodaan, mocht zyn geweest. Insgelijks smeek ik allen, die ik zonder opzet beleedigd, of wien ik aanstoot of ergernis gegeven heb, om vergiffenis. Ik vergeef al mijn vijanden en bid God, hun hot vele kwade niet toe te rekenen, dat zij mij hebben aangedaan. „Myno ongelukkige gemalin, mijne kin deren, myne zuster, mijne tantes, myn broeder en allen, dio door de banden dos bloeds aan mij verbonden zyn, bevoel ik in de bescher ming van het Hoogste Wezenevenzoo draag ik mijn gado, wier moederlijke teederheid ik nooit betwijfeld heb, de zorg voor myne arme kinderen op; ik bid haar, hen vooral tot ware Christenen en rechtschapen menschen op te voeden, hen de grootheid en don glans dezer aarde als gevaariyke en vergankelijke dingen te doen kennen en hun blik te richten naar datgene, wat alleen waar en duurzaam is. „Ik verzoek myn zuster, voor myne kin deren altyd dezelfde teederheid te gevoelen en by hen de plaats van moeder te bekloeden, indien, wat God verhoede! zy ook bun moeder mochten verliezen. „Ik verzoek myn geliefde gade, my al het kwaad te vergeven, dat zy om mijnentwille lydt, alsook do zorgen, welke ik haar gedu rende onze echtvereeniging heb veroorzaakt; zy kan verzekerd zyn, dat ik haar vergeef, indien zy zich tegenover my iets te verwijten heeft. „Ik verzoek myn zoon, zoo hy eenmaal koning mocht worden, zich alleen aan het geluk zyner onderdanen te wijden on allen haat en alle wraak te vergeten, en in 't bijzonder alles wat betrekking heeft op het ongeluk en het lyden, dat ik moet verduren. Ik beveel hem, zorg te dragon voor allen, die my hunne genegenheid hebben betoond. Velen van hen hebben zich, helaas, niet zoo jegens my gedragon als zy haddon moeten doenzy hebben zich ondankbaar betoond; maar ik vergeof hun en smeek myn zoon, alleen aan het ongeluk te denken. „Ik verzoek don heer Cléry myn garderobe te geven, evenals myn horloge, myn boeken, myn beurs en alle andere kleine voorwerpen, welke by dien heer gedeponeerd zyn. „Ik vergeef allen, die my gedurende mijn gevangenschap hard behandeld hebben. Ik heb ook eenige medelijdende personen aan getroffen, wien ik, helaas, hunne goedheid niet vergelden kan. Mogen zy in hun hart de belooning daarvoor vinden! „Ik verzoek mijn vrienden Malesherbes, Tronchet en Desize, de betuigin? aan te nemen van myne innige dankbaarheid voor de my betoonde genegenheid en de moeite, welke zy zich voor my getroost hebben. „Ten slotte vorklaar ik in dit plechtig oogenblik, waarin ik op het punt sta voor den rechterstoel des barmhartigen Gods te verschijnen, dat ik my geen enkele der mis daden to verwijlen heb, van welke men mij heeft beschuldigd. In duplo opgemaakt in den Tempeltoren, Lopewijk," i i .i.i.I. Tot ondorwyzeres aan do openbare school te Leimuiden is benoemd de eenige sollicitante, raej. W. Schummelketel, te Smil'Je. Dg Jaar wedde is 50Ö. H. M. do KCmingin-Rögenlos laat a. s. Dinsdag en Woensdag eene jachtpariy op grof wild houden in den omtrek Tan het Loo, waartoo zyn uitgonoodigd eenige heeren der Hofhouding, die op het paleis het Loo zullen logeeren. Naar het „D. v. Z.-H." vorneemt, is de heer W. Wintgens, oud-lid van do Tweede Kamer, deze week gorallen en heeft daarbij den linkerarm gebroken. De toestand van den patient is overigens zeer bevredigend. Uit Rotterdam wordt aan het ,Utr. Dbl." geschreven De boteekenis, welke de voorgenomen grensverandering voor Rotterdam heeft, kan eenigsains blijken uit de volgende cijfers. Vóór de annexatie van Delftshaven besloeg de oppervlakte van Rotterdam 1087 HA.de oppervlakte van oud-Delftshaven bedraagt 089 HA.; alzoo is het tegenwoordigo Rotter dam 1676 HA. groot. Do gemeente Kralin- gen, die met onze stad vereenigd staat te worden, beslaat oene oppervlakte van 1474 HA., en de gemeente Charlois eene van 2062 HA. Komt de grensregeling tot stand, dan zal Rotterdam, wat do uitgostrokthoid van haar grondgebied betreft, verreweg de grootste gemeente van hot land zyn. Daarbij dieet echter in aanmerking genomen te worden, dat voor Terreweg het grootste gedeelte dit grondgebied bestaan zal in vlak land, lande- ryen. Voordat die gansclie uitgestrektheid Blad geworden is, kunnen er eeuwen ver- ioopen. Wat intusschen dit ontwikkelingsproces niet weinig bevorderen zal, is dat bet nieuw aan- gewennen grondgebied zich voor een zeer groot doel uitstrekt langs de rivier. Is een maal de grensverandering eene beslisto zaak geworden, dan zal ongeveer 3/5 van de oppervlakte dor gemeente gelegen zyn op den rechteroever, en 2/5 op den linkeroever der rivier, en aan beide zyden zal het oevergebied over eene zeer groote uitgestrektheid aan do stad behooren. Dit maakt tot in eene verre toekomst de uitbreiding der handolsinrichtin- gen en het voldoen aan do eischen der scheep vaart gemakkelijk. Er is zeker geene handels plaats in Europa, woike, wat dit betreft, zoo gunstig gelegen is. Door geheel de geschiedenis van Rotter- dam, van den vroegsten tyd af, is aldoor bet streven zichtbaar geweest om steeds dichter naar de zijde van de rivier de stad uit te breiden; maar zeker hebben onze voorouders nooit kunnen droomen, dat nog eenmaal bet rechtsgebied hunner stad over eene zóó groote oppervlakte aan beide oevers zich zou uitstrekken, en dat daar bovendien de toegang tot de zoe zóó gemakkelijk zou worden gemaakt. Wel worden zy, die van de verbetering van den waterweg naar zoe groote dingen voorzagen, in het gelijk gesteld I Intusschen legt de toekomst aan Rotterdam zware offers op. De ontwikkeling, welke aan de nieuwe stad, in de laatste jaren op den linker-Maasoever in het leven geroepen, in zoo korten tyd is gegeven, heeft verbazend veel geld gekost, en zal de annexatie van Charlois en van een deel van Yeelraonde vruchten dragon, dan zal men wat er tot dusver gedaan is slechts ais een begin te beschouwen hebben. Om naar die zyde van de rivier groote ondernemingen vaninnustrie te lokken zooals in de bedoeling ligt en zooals aanvankelyk reeds gelukt is zullen de havens en vaarten daar nog aanzionlyk moeten worden uitgebreid, want juist het gemakkelyke en weinig kostbare vervoerder goederen zal tot vestiging van fabrieken mouten uitlokken. Aan den rechter rivier-oever ontbreken de handelsinrichtingen nog by na gehoel. De plan nen, welke met betrekking tot het westelijk deel der stad eerlang aanhangig gemaakt zullen worden, zullen zoer aanzier.lyke uitgaven «i6chcn, want daarmede zyn kostbare werken verbonden. En wat zal er noodig blijken te zyn in hot oostolyk doel der stad langs den rivier* oever, wanneer daar eenmaal de nieuwe spoorwegverbinding tot stand gekomen zal zyn en een deel der handels- en scheepvaart- beweging zich daarheen verplaatst zal hebben als een zeer natuurlijk gevolg daarvan! W.u nu ondernomen wordt, de verlenging van de Nieuwohaven en de aanleg van straten op do terreinen dor voormalige marine werf, is slechts oen klein begin. Teekenen wy hierby nog aan, dat Rotter dam in zielental door do annexatie niot zoo. heel veel vooruitgaat. Hoogstens een 30,000 pienvyo Rottordamsche zullen er worden go crocord. De heer G. W. Van Dedem c. s., te Wageningen, had naar aanleiding van de verklaringen van den heer J. W. Van Rooyon voorgesteld, door een scheidsgerecht te laten uitmaken, wie omtrent de benoeming van een gemeente-ontvangor de waarheid heeft verklaard. De heer J. Van Rooyen antwoordt nu in de „Arilh. Ct.," dat hy eenvoudig geantwoord heeft op de vragen, door den hoer Van Deden-, gesteld; dat hy geen woord terugneemt van zyne verklaring en dus het scheidsgerecht niet aanneemt; „voortaan", schryft hy, „heb ik van vergaderingon met baron Van De'dorn myne bekomst." By de heeren Sc'nooneveld en Zn., te Amsterdam, is thans bet eerste nummer verschenen van de „Deutscho Wochenzeitung in der Niodorlanden," onder redactie van den heer A. Proll. Het blad heeft een handig for maat en de inhoud geeft don indruk, dat het de redactie emst is mot het goede voornemen om op onpartydige wyzo by de vele Duit- schers, die in ons land belangstellen en er gastvryheid genieten, do kennis van ons land en volk en koloniën to vermeordoron. Het stoomschip ,Juno" vertrok 19 Jan. van Cadix naar Barcelona; do „Prins Alexan der," van Batavia naar Amsterdam, passeerde 19 Jan. Dungeness; de „Soerabaia," van Rot terdam naar Batavia, arriveerde 20 Jan. te Marseille; de „Werkendam," van Nieuw-York naar Rotterdam, is 19 Jan. te Boulogne s/M. aangekomen en wordt aldaar wegens mist opgehouden. Gemeigd Nltiwi. Toen men j 1. Yrydag aan d'en Slotorweg tusschen Kruisweg en Vyfhuizer- weg aan het boomon rooien was, viel er 'één juist toen de koornmolonaarsknecht G. Van Weelden met paard en wagen passeerde. Het paard sloeg op hoi en v. W. viel van den wagenmet een verbrijzelden arm werd hy door den landbouwer Bronkborst naar zyne moeder te Hoofddorp gebracht. Uit eene byt aan den Noord wal te 's Hago is gisterochtend het lijk opgehaald van eene 63 jarige vrouw, herkend als de woduwe B. aldaar. De drenkelinge is naai de begraafplaats overgebracht. Te Haarlem stond Donderdag voor de rechtbank terecht de vyftienjarigo A. Van dor Blom, die, als knechtje by den landbouwer Van 't Zant te Haarlemmermeer werkzaam, plotseling nadat hy er een paar jaren goed had gewerkt, allerlei streken be gon uit te halen. Zoo melkte hy op zekeren dag de koeien uit, schroefde eene moer van het wiel van do tilbury af en bezorgde aan allerlei bonoodigdheden by het boeronbedryf, als ze er niet te groot voor waren, een plaatsje in de sloot. Hy zorgde intusschen wel, dat men niet ontdekte dat hy de dader was. Ten laatste begon de boer zyn knechtje toch uiet een wantrouwend oog aan to kyken en toen op zekoren morgen in Novomber de staarten van zyne paarden waren afgesneden, nam by de politie in den arm on gelukte het aan den veldwachter den jongen do beken tenis van al het gebeurde te ontlokken. Voor het afsnyden van de staarten stond do knaap terocht. Als reden van zyn gedrag gaf hy schreiend op, dat zyn baas hem een fcoilje had onthouden, wat deze echter ontkent. De afgesneden staarten waren door hem mee naar huis gonomen, maar wat hy er mee doen moest, weet hy niet. De eisch is veroordeeling tot 14 dagen ge vangenisstraf. Gistermorgen vervoegde zich het comité der werkloozen uit Nieuwer-Amstel by den burgemeester dier gemeente, den heer Van Son, en overhandigde hem de motie, dio den vorigen avond in de vergadering, in „Café Maas," werd aangenomen. De burgemeester verklaarde dat hij het optreden der werkloozen in zyne gemeente zeer correct vond en beloofdo het adres in de aanstaande vergadering van B. en Ws., welke Dinsdag e. k. zal gehouden worden, in be handeling te brengen. Hy beloofde voider alles te zullen doen wat in zyn vermogen is om in den nood te voorzien. De burgemeester hoeft, raar aanleiding van de in de vergadering geuite klacht over een gemeente-geneesheer, een onderzoek ingesteld en hem moet gebleken zyn, dat de grief, tegen dezen geopperd, geheel ongegrond is. Door de Gooische stoomtram zyn by Hakkelaarsbrug 5 schapen overreden van den landbouwer v. D. Met moeite werden de andere schapen verwydeid. Donderdagavond zat een heertje in oen 3de-kl. coupé van Zwolle naar Deventer, en voerde een hoog woord over der. toestand in het noorden, van waar hy scheen te komen. Vooral de aanwezigheid van oen brigadier en een huzaar scheen hem te prikkelen om telkens te herhalen dat er dynamiet was, maar de politie en huzaren nog niet zoo leep waren als een domme boer. Eenigen mede reizigers scheen de houding vjn brigadier en huzaar veel pret te geven en het jonge ventje, bierdoor aangemoedigd, ging al vorder en verder, dat als do politio alleen maar wist, wat hy, wist enzalleen de rustbewaarders waren te dom. Vreemd keek hy echter op, toen de briga dier hem uitnoodigde te blyven zitten ais zyn arrostant. Dat kon toch niet gemeend zijn. Hy bad dat nu maar eens verteld, het was een treinpraalje, enz. Maar de brigadier bleef er by: Je krygt in Deventer van nacht vrij logies en dan mag je morgen eens verteilen wat je weet." „Och, ik weet niets," bracht hy er tegen in, „ik heb het van een houthande laar uit Sappemeer, die het mij in den trein Terhaalde, maar ik weet zyn naam niet eens." Dit alles hielp echter niets; in Deventer mocht by nu met zyn geleide uitstappen, terwyl de lachers oven hunne namen mochten opgeven, om later als getuigen te kunnen worden op geroepen. Een „melkboer" in Londen, die op heeterdaad werd betrapt, terwyl hij by de melk, die hy rondbracht, water goot, is tot f 24 boete of 14 dagen gevangenisstraf veroordeeld. Het Panama-p roce s. Donder dag heeft de verdediger van Ferdinand De Les- sep6 het woord govoerd, de oud deken der Parijsche balie, mr. Barboux. Zjjn pleidooi ie, volgens de „Independence", eene teleurstelling geweest; men had een krachtiger, overtuigen- der betoog verwacht. Hy stond vooral stil by de politieke zyJe der vervolging on by de overdryving. welke in de beschuldigingon is te vinden. Hy hield de goode trouw van zyn cliënt staande en betoogde dat het boos opzet, voor eer.e veroordeeling vereischt, heeft ontbroken. Hoogst onbillyk achtte hy do bewering van het O. H., dat do heeren De Lesseps hunne eigen millioenen buiten de Panama zaak bad- den gehouden. Charles De Lesseps bezit zelf niet meer dan een kleine 400,000 fr. en Fer dinand De Lesseps heeft by Panama 1,670,000 fr. verloron. Door dit proces heeft men de aandeelhouders en geldschieters van het Pa nama-kanaal benadeeld. Uit de geschiedenis der onderneming toonde by aan, dat Ferdinand De Lesseps, na do ontzaglijke bezwaren van Suez te hebben overwonnen, in deze zaak niet anders heeft gezondigd dan door onwrik bare vasthoudendheid aan zyn grootech plan en door hartstochtelyke vaderlandsliefde Dinsdag zyn de verdedigers van Charles De Lesseps en andere beklaagden aan hei woord. Het vonnis zal dus wel eerst tegen het eind van Januari worden uitgesproken. UITLOTINGEN. Anteerpen X867. Bene 26305 no. 24 fr. 20,000, 62082 no. 7 fr. 2500, e. 11547 no. 13 fr. 1000, e. 46093 no. 3 en i. 60205 no. 21 elk fr. 500, s. 6091 no. 22, e. 7933 not. 8 cn 13, e. 21006 no. 22, 23913 co. 7, 8. 26301 no 9, o. 27909 no. 15, o. 28338 no. 21, e. 38062 nos. 2, 21 en 23, e. 40602 co. 13, e. 54061 no. 13, e. 59977 no. 25, e 00205 no. 23, e. 60327 no. 4, 61484 co. 18, e. 64563 no. 25, e. 66697 no. 11 en 73080 e. no. 1, elk fr. 150. 28 Eericèo6091 7930 11547 21006 22018 23918 26305 27056 27909 28338 37849 38662 40602 10965 46093 51651 55408 53642 59977 60205 60327 C1484 01933 62082 C45C3 06897 69012 73080.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 10