N°. 10093
Maandag; 16 Januari.
A0.1893.
Dit notnmer bestaat uit DRIE
Bladen.
Eerste Blad.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van <gon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
MARIE.
LEIDSCE
DAGBLAD.
p£U8 DEZER COURANT:
Voor Leiden per t m&andeaf 1.10.
ïr»noo per poetB 1.40.
AtsoDderiOXe Nommere0.05.
Gemengd NlenirA
Te Oegstgeest had gisteren op
liet Katwijksche kanaal de aangekondigde
hardrhdory op schaatsen plaats van manne
lijke ingezetenen boven de 12 jaren. Des
morgens hadden zich velen by do commissie
aangemeld om aan die hardrijderij te mogen
doelnemen. Het weder liet zich eerst niet
bijzonder gunstig aanzien, maar klaarde ge
lukkig later wat op, zoodat dit geen bezwaar
opleverde. De ruim 150 meter lange baan,
▼orsierd met vlaggen, zag er niet onaardig uitr
■terwijl de hardrijderij werd opgeluisterd door
de vroolijke tonen van een orgel.
Eerst had de hardrijderij plaats van jon
gens (ingezetenen) van 12—16 jaren. De
eerste prijs, een horloge, werd behaald door
2sT. Rietmeyer; de eerste premie, eene porte-
Monnaie, door P. P. Yreeken; de tweede
premie, een sigarenkoker, door J. Van dor
Zwart, en de derde premie, eene porteraonnaie,
door P. Lagas.
Daarna had de hardrijderij plaats van man
nelijke ingezetenen boren de zestien jaar.
De eerste prijs, eene pendule, werd behaald
door H. Schröderde eerste premie, een horloge,
door S. Rietmeyer; de tweede premie, e<n
rookstel, door D. Den Hollander.
Door den invallenden dooi stond eF later
in don middag, vooral op dat gedeelte van
de baan, waar de eindpaal was, reel water,
zoodat de aankomenden, die vielen, daar niet
byzonder droog van te voorschijn kwamen.
De prijzen worden na afloop van den wed
strijd met een toepasselijk woord aan de
winners uitgereikt.
Er zullen te Oegstgeest pogingen worden
aangewend om aldaar eene ysclub op te richten.
Men schrijft ons uit Roelof-
Arendsveen, dd. 13 Jan.
Heden was het Brasemermeer weder het
tooneel van leven en vroolijkheid. Thans had
de aangekondigde hardrijderij op schaatsen
plaats ten voordeele der armen dezer buurt.
De banen waren door de commissie, die zich
belangloos voor dit weldadig doel had ge-
-constitueerd, in de beste orde gebracht en
door tal van vlaggen keurig opgesmukt. Er
waren ruim 120 gegadigden, die meedongen
tiaar een stuk van een vet varken van ruim
-400 halve kilo's. Bovendien zal bij de uit-
deeling der pryzen aan elk der deelnemers
eene evenredige portie rijst en brood worden
uitgereikt, zoodat de slechtste rijder nog een
gezond Zondagsmaal zal ontvangen. Buiten
de collecte van f 92.00'/a is er nog een aar
dig sommetje ingekomen, zóó, dat er voor
eene waarde van ongeveer f 150 kan worden
uitgedeeld. Yele armen, die zeiven niet konden
ryden, werden vervangen door liefhebbers,
onder wie dan ook de vinnigste ritten werden
gedaan. Ten laatste werd de pry's behaald
door P. v. Diemon en de premie door H.
Klein Jz., beiden onder Woubrugge.
In den beginne was het weder allerongun
stigst, zoodat gevreesd werd, dat het feest
niet zou kunnen doorgaan. Later werd dat
beter, doch het lachende winterzonnetje van
gisteren liet zich wachten. Dit zal wel de
oorzaak zyn, dat er zich zoo weinig vreemde
lingen op de ijsvlakte bevonden, hoewel overi
gens het Brasemermeer wel eene der gunstig
ste gelegenheden van Zuid-Holland aanbiedt
voor de liefhebbers van ijssport. De „Harmo
nie", van Roelof-Arendsveen, wist ook nu
door hare fraaie en opgewekte stukken het
onprettige van een nevelachtigen hemel te
doen vergeten. Geen enkel ongeluk heeft in
het feest een wanklank gebracht. Alles liep
in de beste orde af. De leden der commissie
bleken volkomen voor hunne moeilijke taak
berekend te z(jn.
Te Katwyk aan den Rijnishet
mond- en klauwzeer ook uitgebroken bij de
beesten van den landbouwer L. Van der Valk.
De Koningin reod gistermiddag
nog schaatsen op de vaart achter het Huis
ten Bosch.
Te Rotterdam is in de Rosestraat
(Feyenoord) een vermoedelijk geval van cholera
by een weikman, die werkzaam geweest is
aan de Amerikaansche boot, voorgekomen.
Het Panama-proces. Het hof
heeft besloten nog eenige extra-zittingen te
houden om de laatste getuigen te hooren.
Gisteren werden de verhooren voortgezet.
Troyssex, oud-marine-officier ®n vroeger
generaal-agent van de Maatschappij te Panama,
verklaarde zelf aandeelhouder in de zaak te zijn.
By zyn terugkeer uit Panama heeft h(j,
maar zonder vrucht, De Losseps gewezen op
de bezwaren, met welke de onderneming had
te kampen.
Retault, gepensionneerd militair-intendant,
vertegenwoordiger van de ongelukkige inschrij
vers, zegt dat de Maatschappij, vóór de eerste
spade in den grond werd gestoken, reeds 65 fr.
per aandeel had uitgegeven. Op eene lezing
in de provincie verklaarde, ook volgens dezen
getuige, De Lesseps, ten einde het publiek aan
te moedigen, dat er slechts nog 200,000 obli
gation te plaatsen waren.
Hieronymus, het hoofd van de rekenplich-
tige afdeeling der Maatschappij, wordt onder
vraagd over de naamlooze bons.
De voorzitter merkt op dat als men eer
lijke zaken voor heeft, men zich niet met
zooveel geheimzinnigheid omringt. Getuige
schijnt echter besloten niets ten nadeele van
de Maatschappij mede te deelen.
Aan Reynier, den kassier der Maatschappij,
die daarna als getuige wordt gehoord, verwijt
de voorzitter, dat hij zegt niet te weten aan
wie de bon van 500,000 iranken was uitbetaald.
Bondait, chef de bureau, weet zich evenmin
de namen der bevoordeelden te herinneren.
De voorzitter vindt dit al zeer vreemd
(langdurig geruisch).
De Lesseps geeft inlichtingen over de
1,424,000 fr. bons aan toonder. Er was
375,000 fr. voor Baïbaut en 600,000 voor
Herz afgegaan. Het overige diende voor ver
schillende andere personen.
Vervolgens wordt de bankier Hugo Obem-
döiffer gehoord. Deze verklaart deel te hebben
uitgemaakt van het waarborg-syndicaat. Hij
ontving omstreeks 1,620 000 fr. Op eene
nadere vraag van den voorzitter verklaart
hy nog 2,049,000 fr. commissie te hebben
genoten van de combinatie voor de premie-
leening. Volgens hem deed de Maatschappij
eene prachtige operatie, en de bewezen
diensten zijn niet te duur betaald. Over deze
zaak is geene briefwisseling gevoerd.
Voorzitter: Hebt gij niets ontvangen om
op do beurs invloed te oefenen?
Oberndörffer: Volstrekt niets.
Flory, de expert, verklaart dat de com
binatie Oberndörffer volstrekt niet nieuw was.
De Lesseps: Ik heb den getuige de be
doelde bedragen gegeven, zoowel voor zyne
plannen, als om te beletten dat hij op de
beurs tegen ons speculeerde.
Noaillac, ingenieur bij de ijzergieterijen te
Cbatillon en Commentry, verklaart steeds te
hebben moeten strijden tegen de eischen der
aannemers. Ondanks zyn advies gaven de
ingenieurs der Maatschappij den aannemers
steeds gelijk.
Martin Etienne verklaart zijn ontslag als
algemeen secretaris der Maatschappij te hebben
genomen, omdat hij zijne goedkeuring niet
wilde schenken aan het over 20 millioen
loopende contract Bireau-Varilla, dat in de
plaats kwam van de overeenkomst met de
PRIJS DER ADYERTENTIÊN:
Tin 1—6 regels f 106. Iedere regel meer f 0.17f
Qrootere lettere neer pliiterohnte. Voor bet
iocaseeeren bulten 4e etad wordt ƒ0.06 berekend.
Nederlandsch-Engel6che maatschappij.
Joly, getuige a décharge, verklaart dat
Ferdinand De Lesseps hem mededeelde, dat
elke meter uitgegraven grond op 20 franken
kwam.
De voorzitter kwam daarna terug op de
zaak der bons aan toonder en verzocht den
expert Flory inlichtingen te geven over den
aard dezer bons.
Flory: Slechts een klein gedeelte van de
bons was door de begunstigden geteekend.
De Lesseps: Twee bons waren geteekend
door Arthur Mayer, den directeur van de
„Gaulois."
Voorzitter: Van de 1,424,000 fr. is dus
betaald 375,000 aan Balhaut, 600,000 aan Herz,
100,000 aan Mayer, 30,000 aan Oberndörffer.
Door de enquête commissie is, wegens ont
dekte onbescheidenheden, besloten, dat be
slissingen, betreffende het hooren van getuigen,
voortaan niet door do commissie, maar door
het bureau zullen worden genomen.
In de vergadering van gisteren heeft het
lid Neujean voorgesteld de verklaringen, door
De Lesseps voor het hof afgelegd omtrent
de uitdeeling van fr. 1,424,000 naamlooze
bons, nader te doen onderzoeken. Hjj stelt
voor eene sub commissie te benoemen, tot
onderzoek van de data der aan Cornelius Herz
toegeschreven bons.
Humbert, de gerechtelijke liquidateur van
de nalatenschap van De Reinach, heeft aan
de commissie medegedeeld, dat hfj een zeker
aantal stukken heeft ontdekt, welke der com
missie wellicht belang kunnen inboezemen.
Daartoe behooren vooral 3 talons en tallooze
aanteekeningen van namen en cijfers.
Verder deelde hy mede dat het dossier-
Herz betreffende de telephoonzaak is terug
gevonden. Twee leden der commissie zyn tot
onderzoek dozer stukken afgevaardigd. Men
zal aan de justitie vragen deze stukken in
beslag te doen nemen.
Volgens de „Temps" heeft de rechter van
instructie, Franqueville, Cornelius Herz gedag
vaard om voor hem te verschynen.
De „Cocarde" geeft nieuwe inlichtingen
over den naam van den ambassadeur, die oen
loon van een half millioen franks zou hebben
ontvangen. Het blad zegt dat dit noch
Mohrenheim, noch graaf Munster is; wel
vangt do naam met eene M aan. Bedoelde
gezant vertegenwoordigt eene in den laatsten
tyd minder bevriende mogendheid.
De Fransche houthakker, die
door een Duitsch boschwachter werd gewond,
zal 25,000 fr. schadevergoeding krygen.
3)
Morgenroormiddag maar, om een uur of
negen, als u kan; ik woon ginds op de villa
„Rustw(jk"dus u zal den weg wel vinden.
Kin ik nu het paneel meenemen?"
„Dat zal bezwaarlijk gaan, doch morgen
wil ik het afgewerkt meebrengen.
„Uitstekend, dan kan tante zelve over uwe
kunst cordeelen, vóór zij toestemt. Nu, tot
mirgen, mijnheer!"
En bevallig buigend, groette Marie den
schilder, terwijl z(j er nog bijvoegde:
„Nu moet ik naar de zieke Anna."
Vroolyk wipte zij de boerenwoning in.
De schilder zag haar nog na, toen zy
Teeds verdwenen was; het was hem, of in
zijn jeugdig kunstenaarshart eene vonk was
gevallen van het beraelscbe vuur, dat Pro
metheus eenmaal stal en waarvoor ook hij,
•ie jeugdige kunstenaar, lijden zou. Met één
blik overzag hy wat hem te wachten stond
als die vonk tot eene vlam zou worden aan
geblazen; hy, een arm kunstenaar, zy
van adel„die alte Geschichte, die ewig
neu bloibt."
Maar ook slechts eene wyle dreef die
sombere gedachte hem door de zielvrooiyk
en opgeruimd van natuur, gaf hy zich weer
volkomen aan het heden over, en dat heden,
het geleek hem een dag, ln het gedroomde
Elyseum der Grieken doorgebracht.
Hy borg zyn gereedschap op, want schil
deren kon hy niet meer, en langzaam ging
hy den weg op, welke hem naar het dorp
geleidde, waar hy vol van allerlei gedachten
de herberg intrad, op welker bovenkamers hy
logeerde. Eene blyde gedachte hield hem vooral
bezig: morgen zou hy haar spreken, zou hy
wellicht hare bevallige vormen mogen weer
geven op het doode doek, waarop hy het
leven wilde leggen, dat slechts een echt
kunstenaar meedeelen kan.
Dat portret zou zyn schoonste stuk wor
den, daarmode zou hy zyne intrede in de
kunstenaarswereld openlyk doen; hy wilde
namelijk een9 getrouwe kopie nemen en die
naar de tentoonstelling zenden in plaats van
het landschap, dat hy nu schilderde en dat
hy aan haar zou schenken.
Aan haar! Hoe vreemd werd het hern te
moede. Hoe toI!
Hy gevoelde behoefte zyn hart lucht te
geven, uit te storten aan zyn boezemvriend
en geestverwant, aan Max.
Hy nam de pen ter band en begon te
schrijven
„Beste Max
„AVie had dat ooit kunnen denken 1 Ik
dacht hier een landschap te zullen schilderen
voor de tentoonstelling, en nu ik het byna
klaar heb, komt eene lieve maagd en kaapt
het weg. Heusch waar, jongen lik zat buiten
nog de laatste tinten te leggendaar nadert
my eene jeugdige schoone van adel en vraagt
of ik haar portret schilderen wil voor hare
tante. Verbeeld je! Ik kon het natuuriyk
niet weigeren, ook niet, toen zu my om het
landschap vroeg, dat haar zoo beviel. Morgen
zal zy reeds poseeren 1 O, Max, je kunt niet
gelooven hoe vreemd het my isals ik dichter
was, zooals jy, ik goot myn gevoel in smy-
dige rymen; nu zal ik myne innerlyke aan
doening in haar portret leggen. Wat er tus-
schen ons worden zal, weet ik niet, maar ik
gevoel dat het tot iets leiden moet; daar
voor maken wy te veel indruk op elkaar.
Noem my dwaas, maar het is zoo. Nu, beste
Max, later schryf ik je meer; thans wilde ik
ie alleen maar een blik gunnen in de nieuwe
wereld, welke zich aan myn oog vertoont 1
„Een handdruk van: Je
Kabel."
Daarna stond Karei op, schoof het raam
open en staarde den blauwen nacht in, welke
plechtig en stil op het landeiyk dorpje
neerdaalde.
In do verte zong een nachtegaal zyn zoet
gezang in langgerekto toongolven, als eene
stille klacht in do zwygende natuur.
Het kunstenaarshart van Karei werd
vreemd aangedaan; zulk een avond had hy
nog nooit genoten; hem onbewust was eene
hevige liefde voor de schoone jonkvrouw in
zyn hart ontwaakt, waarvan hy nog slechts
de eorste zoete bedwelming ondervond.
Lang staarde hy nog zwygend het open
venster uit, totdat hij eindeiyk zyne legerstede
opzocht en zich aan de schoone droomen
esner pas ontloken liefde overgaf.
II.
Nauwelyks was Marie thuisgekomen, ofzy
riep tante reeds toe:
„Nu wil ik eindelyk myn portret laten
maken!"
„Dat doet my genoegen, kind", antv/oordde
tante, eene droge, dotTe figuur; „de Leeu
wenbergers hebben rallen hun portret laten
schilderen; waarom, zoudt gjj dan eene uit
zondering maken?
Wordt vervolgd.)