DAOBLAI). li. 10056 Vrijdag 3 December. A*. 1892. <§eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Leiden, 1 December. Feuilleton. field alleen maakt niet gelukkig. PKIJS DEZER COURANT: Voor Leideo per S maandenf 1.10. Jrinco per poat1.40. Afzonderlijke Noininors0.05. PRUS DER AD VERTENT LËN Van 1—6 regols ƒ1.05. Iedere regel meer fO.lTj. Grootere lettere naar plaatsruimte. Voor bet incaseeoren boit-en do etad wordl f0.06 berekend. Officiëele Kennisgovingen. Burgemeester cn Wethouders yan Loidon; Gezien art. 6 der Verordening van don llden No vember 1880 (Gemeenteblad No. 4 van 1881); Brengen ter algemeeno kennis dat tot het doen inschrijven Tan nieuwe leerlingen Toor <leopen bare scholen voor voorbereidend en voor meer nilgebreld lager onderwijs, gelegenheid zal gege- ien worden Toor dio voor voorboreidend meer uitgebreid lager Qjderwij8 voor jongens en meisjes, in het schoolgebouw siu de Oude Vest roor die voor meer uitgebreid lager onderwijs: der 1ste klasse, voor jongens, in het schoolgebouw ito de Aalmarkt der late klasse, voor meisjes, in hot schoolgebouw jio de Boommarkt; der 2de klasse, voor jongens, in het schoolgobouw iin dc Pictorskerkstraat der 2de klasse, voor moisjes, in het schoolgebouw jin do Brceatraat en wel van den 5den tot cn met den 17den Dco.mber c. k., dagelijks (den Zondag uitgezonderd), na dos voormiddags halfncgen tot nogon uren, tn op 31aandag, Dinsdag, Donderdag cn Vrijdag boven ga van half twee tot twee uren des namiddags. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, DE KANTER, Burgemeester. 1 Dec. 1892. E. KI8T, Seoretaris. B\j de Leidsche Spaarbank werd in de maand Nov. ingelogd f 42,735.19'/,, terugbe taald /47,577.48'/2, terwijl zyn afgegeven 90 nieuwe en geheel afgelost 66 boekjes. Het gezamenlijk tegoed der 9415 deelhebbers bedroeg op uit. November f l,740,775.54'/2. Tweede Kamer. Bij de behandeling der Indische begrooting heeft de minister van koloniën, met handhaving van zyne over tuiging, dat middelenversterking in Indiö ooodig is, maar in aanmerking nemende, dat begrooting by de behandeling met aan zienlijke sommen verminderd is en eene hoogere opbrengst der koffie met 6 milioen (57 cents per l/3 kilo) te verwachten is, ge lijk we reeds meldden, den voorgestelden lucifers-accyns en do verhooging van petroleum- en zoutaccyns teruggenomen. De heer M. Mackay kwam hiertegen op, meonende dat de minister de Indische finan ciën voor de toekomst op losse schroeven stelde en nog vele uitgaven in het verschiet liggen, waarby nog komen de lasten van eventueele leeningen. De heer Van Kerkwijk had ook verwacht, dat de minister meer oog had voor do toe komst on betreurde 's ministers verandering van houding met het oog op de velerlei bo- lioefien van Indiö. Had hij geweten wat de minister deed, hy zou de uitgaven hebben gevoteerd. De heer Borgesius betoogde dat 't niet aanging den inlanders onnoodige lasten op te leggen en de heer Travaglino zou overwegen of hy wel voor 's ministers begrooting zou stemmen. De minister deed daarna uitkomen dat hy de middelenversterking slechts ljaar aanhield en achtte de opleggiüg in 1893 door de omstandigheden niet gerechtvaardigd. Er werd geen amondomont voorgespeld en de Kamer nam het middelenhoofdstuk aan. By de wet op do middelen In Nederland drong de heer Vrolik aan op de indiening alsnog by de Billiton-Maatschappy van de vordering, gegrond op art. 16 volgens het contract van 1864. De heer Levy bestreed de rechtmatigheid van eene zoodanige vordering. Ook de minister erkende die niet, maar zou des heeren Vroliks advies aan het oordeel van den lands-advocaat onderwerpen. Aan den heer Tijdens beloofde de minister publiceering dor overgelegde geheime Billiton- stukken, indien zyne collega's er geen bezwaar in hadden. De wet op de middelen werd goedgekeurd. De Indische begrooting is afgehandeld. Goedgekourd werden de ontwerpen tot naturalisatie; betreffende do provinciale hef fingen in Noord-Brabant en in Overysel; tot verkoop van grond te Vlissingentot bekrach tiging der overeenkomst mot Zutfen en die voor den stoomtramweg Ede Wageningen, en tot onteigening voorden aanleg van hetafwaterings- kanaal 's Hertogenbosch Drongelen. De heer Rups hield daarna zyne interpellatie over de afschuiving der spoor weglyn Bunde Elsloo en vroeg welke maatregelen genomen zyn om herhaling te voorkomen. De minister vorklaarde dat het onderzoek nog niet afgeloopen is, dat een ontwerp-vor- betering is ingekomen en wellicht de nood- zakeiykheid zal blyken het baanvak een groot deel om te leggen. In do avondzilting van gisteren werden de beraadslagingen gevoerd over het wetsontwerp tot perequatie der grondbelasting. Do artikelen werden tegeiyk met de algo- gemeeno beraadslaging aan de orde gesteld, zoodat dadelyk door den heer Ru(js van Beerenbroek werd toegelicht een amendement, voorgesteld met de heeren Van der Borch van Verwolde en Zijp, om in plaats van 6 percent, gelyk de regeering voorstelt, 5 percent van de belastbare opbrengst der grondbelas ting op de ongebouwde eigendommen te heffen. Het amendement werd aanbevolen als hoogst gewenscht voor de kleine grondeigenaren, terwyi de grootere toch in do vermogens belasting worden getroffenbillijk, omdat van de verlaging der mutatierechten het onge bouwd eigendom slechts voor J/5 zal profitee- ren en de positie van de landbouwers, vooral de kleinere, zeer veel te wenschen overlaat; en noodzakeiyk, omdat aan gemeenten en pro vinciën meerdere vrijheid zal moeten worden gegeven tot heffing van opcenten op de grond belasting. Het amendement heeft geone afbrekende strekking. Door aanneming zal het Ryk f 960,000 minder ontvangen. Hiervan kan 5'/, ton gevonden worden door niet over te gaan tot afschaffing der tollen, waarmode de landbouw toch weinig zal worden gebaat, terwijl de overige 4 ton door besparing op de begrooting ware te vindeu, terwyl men ook het successierecht zou kunnen verhoogen of eene betere regeling zou kunnen maken van de tarieven. De heer Zyp betoogde ook dat verlaging der percentage tot 5 het eenig afdoend middel is om de agrarische toestanden te helpen ver beteren, daar door do heffing van 6 pet. zij zullen getroffen wordon, die alles gedaan hebben om hun grond te verbeteren, terwyl zy, die hunne landerijen hobben uitgeput, bevoordeeld zullen worden. Dit strookt niet met de sociale rechtvaardigheid. Wel wil de minister in art. 2 den druk verzachten, déar waar 25 pet. meer betaald zal worden, maar dit is zeeronbiliyk voor hen, die door de porequatie den druk met 16 of 20 pet. zullen zien verhoogd. De heer Ferf kon ook niet meegaan met het ontwerp, tenzy het amendement werd aan genomen, dat hy eone daad van recht noemde vooral voor den kleinen man. De heer Van dor Kaay betoogde dat ver hooging van opcenten ten bohoevo dor gemeen ten onmogeiyk is als de grondbelasting op het ongebouwd to hoog i6. 's Ministers voorstel behartigt dus niet de belangen der gemeenten- De minister is verplicht licht te verschaffen omtrent de wyze, waarop hy de gemeenten wil heipon, wat van overwegend belang is voor de beoordeeling van dit ontwerp. De beraadslagingen worden verdaagd tot hedenmorgen te elf uren. G emongd Nieuws. Het blykt telkens weer dat het publiek niet op de hoogte en lang niet dezelfde meening toegedaan is van en omtrent do onteigenings quaestie aan do Haven alhier. Vooral in dozen tyd, nu velen getuigen zyn van boringen en metingen zoo op den vasten wal als te water op en in Haven, Hooimarkf, Oude Heerengracht on omgeving, is er volop gelegenheid de moest uiteenloopende uitspra ken te vernemen aangaande de perceelen, welke daar „weg moeten" en „zullen biyven." Daarom zy hier medegedeeld dat de per- ceelen Nos. 2 en 4 (onder één dak), 6 en 8 aan de Haven begrepen zyn in het onteige ningsplan, alsmede voor een klein gedeelte het perceel aan de Oude Heerengracht, gren zende aan pand No. 2 aan de Haven; nauw keuriger: het perceel, gemerkt Nos. 2 en 4 (bewoond door den eigenaar, koffiehuis „Zwartsluis" ou stalhouderij) zal volgens meergenoemd plan geheel moeten verdwy- nen; van perceel No. 6 (gesloten huis, be woond door de eigenaressen) zal het grootste gedeelte, nl. drie-vierde, ten dienste der vaart moeten zwichten; terwyl van pand No. 8 (verhuurd en waarin eene tappery en siytery is gevestigd) slechts één vierde gedeelte wordt verlangd. Hoogstwaarschijnlijk zal het zoo wel gaan; doch belanghebbenden kunnen alsnog op 15 December a. s., zooals officieel is afgekondigd, bezwaren tegen deze onteigening ten alge- meenen nutte inbrengen. Of men echter de huizen, hetzij dan geheel of voor een deel (want hetgeen van de pandon niet noodig is, blyft het eigendom en ter beschikking van de eigenaren) zoo heel spoedig tegen den grond zal zien liggen, is niet aan te nemen, want er is nog heelwat te doen alvorens het zoo ver is. Die tyd kan goed besteed worden door photografon, om datgene in beeld te brengen, wat later zal verdwenen zynwelken tyd zy zich wel niet zullen beklagen, want hunne kunstproducten zullen dan voor menig een wat waard zyn en ook belangrijk wezen voor Leidens historie. Te Voerendaal (L.) is eene Romein- sche villa ontdekt. Ze is wel de grootste, welke tot heden word aangetroffen. Sommigen zyn daarom van oordeel, dat men hier met eeno Romeinsche legerplaats (castra) te doen hoeft, wat uit nadere opgraving zal kunnen blijken. De geheelo openlegging is thans verzekerd, dank zy de toezegging der Regeering van een ruim subsidie. Dr. W. Pleyte, directeur van het Museum van Oudheden te Leiden, is ter plaatse geweest en heeft de reeds gedane opgravingen in oogenschouw genomen. 11. M. de KoninginRegentes bracht gisteren te 's-Gravonhage een bezoek aan het speelgoedmagazyn van den heer Van Gulik (firma Delhaes) in de Hoogstraat. 212.) En toch was zij zijne vrouw, mot hem verbonden door den band van den echtkon ki) ook nimmer meer in zyn hart voor haar een gevoel van liefde koesleren, de echtelijke band bleef niettemin bestaan; hij knelde •bins zwaarder dan kluisters ooit kunnen •nellen. Eerst toen zjjn vermoeid paard na I n inspannenden rit van eeriige uren met I-er voorwaarts kon, keerde Von Wangon I bet vallen van den avond naar Linau l'snif. Klara verwachtte hem en had reeds I"3 naar haren broeder uitgekekentoen 4 van zjjn paard gestegen was, vloog zjj |bim om den hals, zj) kuste hem hartelijk 'i koek hem daarna met een blik, waaruit I vtorgdLeid sprak, in het gelaat. rWat ziet ge bleek I Hoe boos en ziek BU er uit!" zeide zjj op treurigen toon. 'vu Wangen viel zijne zuster in de rede. -kiat mjj met rust; my scheelt niets", antwoordde hjj barsch. Hogo ging zjjne zuster vooruit naar de j z(j volgde hem. >W(| hebben veel beleefd in den tyd, dat g(j uit rijden waart", zeide Klara, haren broeder met angst aankijkende. „Do heer Von Err.au en Lize z(jn verloofd. De heer Von Ernau is reeds in den namiddag naar het station geredenhy wil mevrouw Von Osternau zoo spoedig mogelijk het bericht van zyn engagement brengen." Von Wangen knikte toestemmend met het hoofd. Klara vertelde hem geen nieuws, hjj wist maar al te goed, dat hij, met opoffering van zijn oigen levensgeluk, dat van Von Ernau verzekerd had. Hy kon zich niet ver heugen in het geluk van een ander; zyn eigen hart was te diep gewond, dan dat hy zich had kunnen verheugen in het minste geluk, aan een zyner medeschepselen ten deel gevallen. „Ik heb u nog iets to zeggen", vervolgde Klara. Zy aarzeldo nog een oogenblik, daarbij haren broeder bevreesd aankijkende. „Gy moet het toch weten", zeide zy met bevende stem, „en het is het beste, dat ik het u maar zeggy weet hoe lief, hoe onuitspre kelijk lief ik u heb!" Zy wierp zich, dit zeggende, aan zyne borst en hare armen om zyn hals slaande, haar gelaat togen het zijne vlyende, fluisterde zy hem toe: „Voor een uur is neef Albrecht vertrokken en mot hem Bcrtha. Zy heeft een brief aan uw adres achtergelaten." Von Wangen baalde diep adem. Dat was de beslissing, welks zyzelve aan de zaak had gegeven. Hy gevoelde zich hierdoor verlicht, maar tegelyk smartelyk aangedaan. Thans was de breuk met het verleden onherstelbaar! Klara overhandigde hem den brief, welken Beitha had achtergelaten en slechts weinige regelen bevatte van den volgenden inhoud: „Onoverkomelyko wederzydsche tegenzin, golyk neef Albrecht my verzekert, levert een moer dan voldoenden grond tot scheiding op. Ik stel my voor het vervolg onder de hoede van neef Albrecht. Van uit het kasteel Osternau zal ik de vordering tot echtscheiding instellen; naar ik hoop, zult gy my daarby geene moeilykheden in den weg leggen. Het is onmogelyk, dat wy beiden te zamen leven. Bertha." Hy vouwde don brief, na dien gelezon le hebben, zorgvuldig en stak hom by zich. „Zy zal niet terugkomen", zeide hy op een zoo kalmen toon, als sprak hy over de meest onverschillige zaak ter wereld, maar Klara, die hem in angstige spanning had aangekeken, terwyl liy las, geloofde niet aan die kalmte. Zy gevoelde met hem hetgeen hy leed, zij zag hoe zyne lippen zich krampachtig be wogen, terwyl hy zoo onverschillig en kalm sprakzy hoorde zelfs het lichte beven va» zyne stem. Zy greep de hand van haren broeder en kuste die, haar hart klopte geheel en al voor hem, zy had hem gaarne een woord van troost toegesproken, maar kon dat niet vindon. Slechts door een hartelyken kus kon zy Hugo bewyzen, dat zy mot haren broeder leed, dat zy mot hem gevoelde. Zonder een woord te spreken, ging Von Wangen gedurende geruimen tyd in de galery op en neer; de verschrikkelyke opgewonden heid, welke hem het denken belette, was gowe- ken; thans was hy kalm, baitongowoon op zyn gemak. Hy kon overleggen hetgeen hem te doen stond, de hartstocht zat zyn denk vermogen niet meer in den weg. Wat liy doen moest, was hem zöó duidelijk, dat hy daarover geen oogenblik in twyfel kon ver- keeren. Bertha's koud en wreed woord„Het is onmogelyk, dat wy verder te zamen leven", was onweerlegbaar en toch kromp hem het hart te zamen by de gedachte, dat hy voor altyd van haar gescheiden zou zyn. (Wordl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 5