N°. 10037. Donderdag lO November. A#. 1822. <§eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Leiden, 9 November. F* euilleton. (ield alleen maakt niet gelukkig. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijk® Nommers0.05. PRIJS DER AXJVERTENTIËN T*n 1—6 regel» 1.05. Iedere regel meer ƒ0.171. Grootere lettere naar plaatsrnimte. Voor het iocasaeeren buiten de stad wordt ƒ0.06 berekend. Offloieel© Kennl§g;eTliigeii. De Bnrgemeeater en Wethouders van Leiden doen <t« wotuD, dat door don Baad dier Gemeente, in zgno vergadering van den 27sten October 1892 ia vaat- g#»teld do volgende Verordening VERORDENING, waarbg wordt gewijzigd de Verordening, houdende aiowijzing der plaatsen, dagen en uren voor de ver schillende markten binten de Gemeente Leiden, vast gesteld den 9don Januari 1868, (Gemeenteblad No. 1), -ewrjzlgd bij de Vorordening van 14 Februari 1878 Genirenteblad No. 8), Dader gewijzigd bij die van '16 Augustus 1880 (Gemeenteblad No. 7), bij dio van 22 Juli 1881 (Gemeenteblad No. 12), bij die van ■2i October 1884 (Gemeenteblad No. 4), bg die van 12 M<i 1887 (Gemeenteblad No. 7), en bg dio van 20 Nov. 1890 ('Jomeenteblad No. 4). l)o R&ad der gemeente Loiden Gezien art. 135 tLr wet van 29 Juni 1851 (Staats blad No. 85); Heeft besloten: De verordoniog van 9 Januari 1868 (Gemeenteblad No. 1), gewgzigd bg de verordeningen vaD 14 Februari 1378 (Gemeenteblad No. 8), van 26 Augustus 1880 (Gemeenteblad No. 7), vsn 22 Juli 1881 (Gemeente blad No. 12), van 23 October 1884 (Gemeenteblad No. 4), vau 12 Mei 1887 (Gemeenteblad No. 7) en vau 20 November 1890 (Gemeenteblad No. 4) in zooverre te wijzlzen, dat daaruit vervallen do woorden, voorkomende in de verordening van 9 Januari 186^ (Gemeenteblad No. 1): .Op onbepaalde dagen en uren voor de zoogenaamdo „Wostlamlsche markt aan den Niouwon Rijn, van do „Hoo gracht zich oostwaarts onbepaald uitstrekkende." Vastgesteld door den Raad der remeent» Leiden in zijue openbare vergadering van 27 October 1892. De Burgemeester, DE KANTER. De Secretarie, E. KIST. I2n is hiervan afkondiging geschied waar bet behoort Jen 7dea Nov mber 1892. Burgemeester en Wethouder» voornoemd, DE KANTER, Burgemeester. E. KIST, 8ecretaris. Door commissarissen van de Muziekschool •der Maats :happy voor Toonkunst alhier is benoemd tot loeraar in don solozang de heer -Joh. Soutendyk, do gunstig bekende leeraar en zanger te Amsterdam, in de plaats van <mej. Wia Dikema, aan wie, op verzoek, eer vol ontslag is verleend. - Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Nieuw-York, door middel van het stoomschip „Veendam," van Rot terdam vertrekkende. Ten postkantore alhier moeten de brieven enz. uiterlijk Vrijdag avond om 10.10 (stadstyd 10.30) bezorgd zijn. De wyze van verzending behoort duidelijk op het adres vermeld te worden. Examen vrije en orde-oefeningen der gymnastiek. 's-Hage 8 Nov. Toegelaten de heeren: C. J. Bussen, van Leiden; D, Veerman, van Boskoop; L. Van Ingen, van Wassenaar; C. Tieme\jer, van Zegwaard. In Noord-Amerika heeft zich eeno Ver- oeniging tot bevordering der historische en vergelijkende godsdienstwetenschap gevormd. Deze Vereeniging, waarin afgevaardigden van zes inrichtingen van hooger onderwas m Noord-Amerika zitting hebben, zal jaarlijks in zes steden der Republiek door een geleerde over een bepaald onderwerp uit de godsdienst wetenschap lozingon doen houden. Prof. dr. C. P. Tiele, te Leiden, is uitgenoodigd in den winter van 1893/94 de eerste reeks van lezingen als algemeene inleiding te houden. Voor de volgende jaren zal o. a. prof. dr. M. J. De Goeje, te Lelden, gevraagd worden. De door den Raad der gemeente Zwam- merdam vastgestelde begrooting voor 1893 bedraagt in ontvangst en uitgaaf ƒ10631.14. De onderwijskosten zijn geraamd op f4629.23*, waaronder eene bijdrage opnieuw verleend is, nl. van aan het bestuur der Kweekschool voor Bewaarschoolhouderessen te Leiden. Voorts is tot verpleging van 2 arme krank zinnigen uitgetrokken 640, terwijl onder de ontvangston het bedrag van den hoofdelijken omslag bepaald is op 2000, alzoo ƒ400 meer dan voor 1892. De suppletoire kohieren ran den hoofdelijken omslag over 1892 en der hondenbelasting zijn vastgesteld respectievelijk op ƒ50.27 en op ƒ6.50. By suppletoire begrooting van hoofdstuk V (binnenlandsche zaken) voor 1892 is aan de Tweede Kamer eene verhooging van 100,000 voorgesteld ter bestrijding dor kosten voor de genomen maatregelen, om de Aziatische cholera tegen te gaan, nl. voor wetenschappelijke onderzoekingen 5000 en voor schadeloosstellingen van onteigende goederen en verdere uitgaven ƒ95,000. De opbrengst der middelen over 1892 zal vol doende zijn, om deze uitgaaf to bestrijden. Bjj hetzelfde wetsontwerp is, om aan een formeel bezwaar van de Rekenkamer te ge- moet to komen, art. 133 zóó geformuleerd, dat daaruit kunnen gekweten worden de kosten van opleiding van onderwijzers by lagere scholen voor het afleggen van het examen, ter verkryging der akte van be kwaamheid voor vak j (vrye- en orde-oefe ningen in de gymnastiek). Naar de „N. R. C." verneemt, zal de hoofd commisssaris van politie te Rotterdam, mr. C. Cardinaal, tegen het einde van dit jaar zyne betrekking noderleggen, en zich metter woon te Tilburg vestigen. Bij de Ryks-Postspaarbanken zijn gedu rende Sept. 1892 ingelegd 1,178,253.787a, terugbetaald ƒ920,049.50, meer ingelegd dan terugbetaald 2515,204.2872- Aan het einde der maand Augustus was ten name van verschil lende inleggers ingeschreven 26,002,677.69, zoodat het gezamenlyk tegoed op ultimo Sep tember bedroeg 26,260,881,977a- den 1°°P der maand zijn 4524 nieuwe spaarbankboekjes afgegeven; 1631 zyn geheel af betaald, zoodat er aan het einde dier maand nog 349,162 in omloop waren. De heer dr. P. J. F. Vermeulen, directeur van „De Tyd", is door den Paus benoemd tot ridder in de orde van den H. Gregorius den Grooten. Jhr. J. B. Van Merlen heeft zyn ontslag genomen als lid van het hoofdbestuur der Holl. Maatschappy van Landbouw. Het stoomschip „Maasdam" vertrok 5 Npv. van Nieuw-York naar Rotterdam; de „Prinses Amalia", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 8 Nov. van Southampton; de „Prinses Marie" vertrok van Genua 6 Nov. de „Werkendam", van Rotterdam naar Nieuw- York, passeerde 7 Nov. Scilly; de „Ceres" arriveerde 6 Nov. van Amsterdam te Yigo. By koninkiyk besluit is benoemd tot president der arr.-rechtbank te Zutfen, jhr. mr. S. Laman Trip, thans vice-president der arr.-rechtbank te 's-Gravenhage. Een pensioen van 135 verleend aan A. J. Vosters, gewezen commies by 's Ryks belas tingen. De generaal-majoor H. F. C. Hardenberg, inspecteur der infanterie, krachtens punt 4 van art. 38 der wet van 28 Aug. 1851, op non-activiteit gesteld. De heer H. Knottnerus, predikant by de Protestantsche gemeente in Nederlandsch-Indië, thans met verlof hier te lande, op zyn verzoek eervol uit 's lands dienst ontslagen, met toe kenning van pensioen. Gemengd Nieuws. Hedenmorgen vertrok van hier naar Ter-Aar een detachement van het 4de regiment inf., ter sterkte van 1 sergeant, 1 korp. en 12 soldaten, ten einde dienst te doen by de uitgebroken besmetteiyke vee ziekte aldaar, terwyi tegeiyk een detachement vertrok naar Hoogmade, ten einde denzelfden dienst aldaar te verrichten. Bovondien ver trokken gisternamiddag omstreeks halfvier 2 detachementen van het 4de reg. inf., eveneens wegens uitgebroken besmetteiyke veeziekte, naar Warmond en Alkemade. In verband met het uitbreken van mond en klauwzeer in de gemeente Valkenburg, arriveerde aldaar ter bewaking van het be smette terrein een detachement infanterie uit Leiden, ter sterkte van 8 man, onder bevel van een sergeant. Te Voorhout is ook by 4 runderen van den landbouwer v. S. mond- en klauwzeer gecon stateerd. Door de „Maatschappy van brand verzekering voor het Koningrijk der Neder landen", gevestigd te 's-Hertogenbosch, is ten bate van de brandweer te Lisse uitgekeerd een bedrag van 15 als erkenning van bewezen diensten by den brand van 12 October jl. Ruim 500 manschappen en ka der zyn nu reeds van het regiment grenadiers en jagers naar verschillende plaatsen, alwaar de veeziekte heerscht, gedetacheerd. Men schrjjft uit Aalsmeer: De Landbouwcursus, verleden jaar alhier opge richt door de afdeeling Aalsmeer van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw, heeft nu eene flinke uitbreiding bekomen. Naast den heer G. Dros, van Kudelstaart, die do theorie van den landbouw onderwyst, is ook de heer J. Kollen, hoofd eener school alhier, aan den cursus werkzaam en wel op het gebied van natuurkunde en natuurkennis. Deze cursus voorziet wezeniyk in eene be hoefte, wat verleden jaar al duidelyk is be wezen. Toen toch bedroog het getal leerlingen tot den einde toe 26 en volgden gemiddeld ruim 30 leerlingen de lessen, die toen uit sluitend door de afdeeling werden bekostigd, wat baren finantiöelen krachten echter te boven ging. Nu wordt de hier hoog gewaardeerde hulp van liet Ryk verstrekt. Uit Kudelstaart schryft men; Geiyk op vele plaatsen is ook hier de oogst nog niet geheel geborgen. Er worden nog dagelyks boonen gemend, die al weken en weken buiten hebben gestaan onder den invloed van de overstelpende hoeveelheid regen, 't Is goed, dat de schil hard en lederachtig is, maar anders was de vrucht ook totaal verloren. Toch zal het gewas wel geducht geleden hebben en zullen er wel veel zwarte of gekiemde boonen binnengehaald worden. De haver, welke aan de aanhoudende stort regens is blootgesteld geweest, is natuurlyk verloren. Pulpe wordt hier dagelyks aangevoerd. 167.) Ik wilde naar myne zitkamer snellen, maar de deur was gesloten aan de binnen zijde en in de zitkamer hoorde ik de vlammen knetteren, terwyi door de reten van de oude deur de rook al meer en meer in myne slaapkamer drongreeds schemerde een licht straal door do dour. Ik riep myne vrouw toe het raam te openen, maar zy antwoordde 011 y niet. Ik rukte aan de gesloten deur, zy ■«"eek niet, maar de reten werden grooter, en dichter en verstikkender werd de rook in de slaapkamer, ik snelde naar het raam, opende dit, maar viel toen, myn bewustzyn verliezende, op den grond." Een nieuwe, hevige aanval van hoest dwong de hoer Von Osternau zijn verhaal af te breken. Eerst na weder een weinig tot zich- zei ven gekomen te zyn, was het hem moge lijk te vervolgen: r Buiten u wist in het kasteel slechts myn n?et Albrecht, dat gedurende dezen nacht het door u uit Breslau gehaalde geld in myn schrijfbureau lag. Hy is het geweest, die vaa myn vasten slaap heeft gebruik gemaakt, om in myne kamer te sluipen en de sleutels te stelen, welke op het kunstslot passen, dat by anders niet in staat zou zyn goweest te openen. Hy heeft daarna de scheidingsdeur achter zich dichtgetrokken en gesloten, opdat hy by den diefstal niet zou kunnen worden overvallen. Na den diefstal gepleegd te heb ben, heeft hy toen in myne zitkamer brand gesticht, om het spoor van den diefstal te doen verdwynen. Ik weet dat hy het gedaan heeft en toch durf ik slechts u, myn trouw- sten vriend, myne verdenking mededeelen, want ieder bewys voor hetgeen ik u gezegd heb ontbroekt my. Het schrijfbureau ligt met hetgeen het bevatte verbrand onder de gloeiende aach. Wie zal kunnen bevestigen dat het bureau vóór zyn verbranden van den inhoud beroofd geworden en do dief ook tegeiykertyd de brandstichter is 7 Wilde ik eene aanklacht tegen myn neef indienen, dan zou ik slechts den onbevlekten naam myner voorvaderen met smaad bedek ken en een bepaald bewys zou ik niet kunnen aanvoeren. De gedachte, dat ik onmachtig tegenover dozen mensch sta, heeft my, sedert ik tot het bewustzyn ben teruggekeerd, ver volgd en brengt my tot vertwyfeling. Ik durf hem niet vervolgen; ik moet het dulden,dat hy de vruchten van zyne misdaad geniet, en bovendien pynigt my nog de ontzettende angst, dat myn zoon, die spoedig alleen tus- schen hem en het erfrecht zal staan, aan zyne vervolgingen zal zyn prys gegeven; de angst, dat de dief en brandstichter ook licht een moordenaar zal kunnen worden!" De heer Von Osternau had de laatste woorden meer luide gesprokeneen verschrik- kelyke hoestaanval was het gevolg; na dezen weder te boven te zyn gekomen, was hy zóó zwak, dat hy my nog slechts kon toe fluisteren „Myne krachten zyn ten einde; roep als u wilt myne vrouw!" Mevrouw Von Osternau en Lize keerden aan bet bed van den zieke terug; ik moest hen verlaten, om naar de ruïne van het kasteel terug te keeren. Toen ik de woning van den predikant ver liet, ontmoette my luitenant Albrecht, die juist op het punt 6tond het huis binnen te treden. „Ik hoop dat het met. myn neef goed gaat", zeide hy, maar waagde hot niet my aan te zien, terwyl hy sprak. Ik had hem het allerliefst voor den grond geslagen, zóó woedend, zóó verstoord was ik, maar ik beheerschte mij. Ik deelde vol komen de overtuiging van den heer Von Osternau, maar ook my ontbrak ieder bewys. Ik had niet eens eene schaduw van grond, om myne verdenking onder woorden te bren gen, ik durfde zelfs niet laten vermoeden, dat ik hem schuldig waande. Het gelukte my hem met de meest mogelyke kalmte te zeggen, dat de heer Von Osternau zwaar ziek was, en toen ik er aan toevoegde, dat ik voor zyn leven vreesde, zag de luite nant my uitdagend aan, een straal van leed vermaak schoot uit zyne oogen, om in het volgende oogenblik op huichelende wyze te zeggen: „Dat zou ontzettend zyn! In ieder geval durf ik noch hem, noch zjjne vrouw of dochter storen. Als zyn hoofdopzichter en vertegenwoordiger rust op my de plicht er voor te zorgen, dat de maatregelen tot weder opbouw van het kasteel ten spoedigste wor den genomen. Ik reis daarom naar Breslau, ten eind© kennis te geven van het gebeurde by de brandwaarborgmaatschappy en per- sooniyk de noodige formaliteiten te vervullen. {Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 1