10034. Maandag 7 November. A°. 1392. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn~ en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Onze JPremie Koe Willem advocaat werd Worstelen en Ontkomen BESTEVAER TROWIP 6 nikkelen remontoirhorlogesmet ketting. Leiden, 5 November. Feuilleton. field alleen maakt niet gelukkig. LEIDSCH PBIJ8 DEZER COURANT: Voor Leidon per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afconderlyke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENÏTËN: Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regol meer ƒ0.171. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do stad wordt ƒ0.05 berekend. ondervindt reeds nu zooveel belangstelling en wij ontvingen van buiten Leiden wonenden zoovele aanvragen om exemplaren te bewaren, enz., enz., dat we werkelijk bevreesd beginnen te worden van „De Orgelmaker van Amsterdam" geen voldoend aantal exem plaren voorhanden te hebben. Om nu geene teleurstellingen te wekken, is besloten om deze premie nog te vermeerderen met de navolgende werken van denzelfden schrijver OF HUGO DE GROOT EN ZIJN TIJD. DE EERSTE JAREN VAN HET STADHOU DERSCHAP VAN WILLEM III. OF HOE DE VEREENIGDE PROVINCIËN EENE ZEEMOGENDHEID WERDEN. Men kan o. i. wordt de premie daardoor nog aantrekkelijker thans eene keuze doen uit deze werken, ofschoon er uitdruk kelijk bijgevoegd wordt: zoolang dcvoor raad strekt! Alle exemplaren zijn genummerd en nemen deel r.an de verloting der De bon zal Dinsdag-avond worden gegeven. DE UITGEVER. Ter vervulling van de bestaande vacature aan de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen, ontstaan ten gevolge van het eervol ontslag, verleend aan den heer P. Fijn van Draat, wordt door B. en Ws. voor de benoeming van een leeraar in de Engelsche taal aan genoemde inrichting de navolgende voordracht aangebodenlo. L. W. W. Vogelesang, benoemd leeraar in de Engel sche taal- en letterkunde aan het Gymnasium alhier, 2o. G. M. Van Riemsdijk, te Nijmegen. De voordracht is opgemaakt na overleg inot den districts-schoolopziener en den directeur. In de gemeenteraadszitting van 13 Oct. jl. werd aangehouden het voorstel van B. en Ws. betrekkelijk eene verlenging van de bestaande overeenkomst met het Rijk in zake de ver pleging van de stads zieke armen in het ziekenhuis der Rijks-universiteit alhier, naar aanleiding van een ingekomen schrijven van de inspecteurs van het Staatstoezicht op krank- zinnigen, waarbij in overweging wérd gegeven te bevorderen, dat in die overeenkomst eene bepaling worde opgenomen betreffende de tijdelijke verpleging of inbewaringstelling in het ziekenhuis van eerste gevallen van krank zinnigheid in de gemeente Leiden. B. en Ws. hebben daaromtrent het gevoelen ingewonnen van curatoren der Rijks-univer siteit, die daarop, onder verwijziging naar de vroeger ter zake gevoerde correspondentie, hebben bericht, dat zij nu, evenmin als vroeger, geneigd zijn mede te werken tot het opnemen van eene bepaling in het contract als boven bedoeld. Met het oog op de alhier bestaande gelegen heid voor tijdelijke opneming van krankzinni gen in gevallen van dringende noodzakelijk heid, komt het B. en Ws. evenmin noodig voor ter zake eene wijziging in het contract aan te brengen, zoodat zij den gemeenteraad, onder verwijzing naar hun voorstel van 26 September jl., in overweging geven hen te machtigen eene verlenging van de bestaande overeenkomst aan te vragen. Het is. B. en Ws. gebleken dat de gas leiding in sommige lokalen van de school 4de klasse No. 1 aan de Gortestraat en die in de Gymnastiekschool aan de Van-der-Werf- straat, uitbreiding behoeven en do laatste bovendien eenige verandering met het oog op de beweegbare werktuigen. De kosten hiervan zullen bedragen voor de school 4de klasse No. 1 f 33 en voor de Gymnastiekschool f 46, te zamen f 79. B. en Ws. geven in overweging tot de vorenbedoelde uitbreiding en verandering te besluiten en vast te stellen den by het voorstel gevoegden staat van af- en overschrijving op do begrooting voor dit jaar, strekkende tot verhooging van den post „Kosten van het instandhouden van schoollokalen en onder- wyzerswoningen" met 79, te vinden door afschryving van dit bedrag uit den post „Onvoorziene Uitgaven." In „Maison Wytenburg", Steenschuur, alhier, wordt hedenavond aan professor dr. K. Martin, onlangs van zijn onderzoekings tocht uit Nederlandsch-Indiü teruggekeerd, een feestmaal aangeboden door verschillende hoog leeraren. Dit diner zou reeds vroeger plaats gehad hebben, maar moest toen door ziekte ten huize van den hoogleeraar worden uit gesteld. De door ons na het afdrukken van ons vorig Dommer per Fransche mail ontvangen Bataviasche bladen loopen van 17 October. Tevens ontvingen wy mot dezelfde mail de „Deli-Crt." van 5 October. De Raad der gemeente Oegstgeest heeft in zjjne openbare vergadering, na onder- handsche inschrijving, besloten het afbreken, het transporteeren en weder opbouwen van de buiten de voormalige Wittopoort geplaatste directiekeet naar het op het daarvoor bestemde terrein langs den Lagen of Leytweg met bylevering van alle benoodigde materialen te gunnen aan den timmerman C. L. Den Haan, als zynde do minste inschrijver, voor de som van ƒ1198. Te Alkemade bedroeg het saldo der inlagen in de Ryks-Postspaarbank en der terug betalingen, over de hulpkantoren te Roelof- arendsveen, Oude-Wetering en Oud-Ade, op 31 Dec. 1S90 16,184.98. In 1891 werd inge legd 13,506.41 en terugbetaald 9442.88, saldo 4063.53. Op 31 Dec. 1891 bedroeg alzoo het saldo der inlagen en terugbetalin gen 20,248.51. Het aantal in omloop zynde boekjes, dat op 31 Dec. 1890 224 bedroeg, werd in 1891 vermeerderd door de uitgifte van 26 nieuwe boekjes, doch verminderde door introkking met 6, weshalve den 31sten Dec. 1891 in omloop waren 244 boekjes. Het saldo der inlagen in de Ryks-Post- spaarbank en der terugbetalingen, op 31 Decem ber 1890, bedroeg ten hulpkan tore te Wou- brugge 367.59. Over 1S91 bedroegen de inlagen 116S.31 en werd terugbetaald 2088.27, saldo 919.96, en bedroeg alzoo het saldo der inlagen en terugbetalingen op 31 Dec. 1891 f 552.37. Op 31 December 1890 waren 37 boekjes in omloop. Gedurende het afgeloopen jaar 1891 werden uitgegeven 12 en ingetrokken 4 boekjes, en waren alzoo den 31sten December 1891 in omloop 45 boekjes. Den 4den dezer ontviel der gemeente Woubrugge een barer geachtste ingezetenen, door den dood van den ouden heer W. Yan Egmond. De ontslapene vervulde by na 40 jaren het lidmaatschap van den gemeenteraad en bekleedde in de laatste jaren zyns levens, met nog andere bedieningen, het ambt van wet houder dier gemeente. Aan den heer A.Hazenbosch, te Utrecht, werd heden by gelegenheid van zyn 50-jarig jubileum als architect door oud leerlingen en leerlingen een prachtig geschenk aangeboden als bewijs van waardeering van hun voor- treffelyken leermeester. Dit kostbaar geschenk bestaat, in eene fraaie zilveren vrouwenfiguur, de bouwkunde voor stellende, omgeven door verschillende attri buten in vermeil, betrekking hebbende op architectuur. Het elegante marmeren voetstuk, waarop het beeld rust, is versierd met kunstig gedre ven zilveren ornamentiek, terwyl aan de voor zijde een fraai bewerkte genius en bas-relief is aangebracht, welke den bekwamen architect den gouden lauwer der verdienste aanbiedt. Deze genius rust met de rechterhand op een gedreven schild, versierd me: o jaartallen „18421892," waaronder de datum „5 No vember," terwijl verder op het stuk in sier lijke letters nog de inscriptie voorkomt: „Oud- „leorlingen en leerlingen aan hunnen leer meester den Heer A. Hazonbosch." Het goheele kunstwerk, dat als salon ornament een schoon effect maak i is geleverd door de heeren J. M. Yan Kempen en Zonen, te Utrecht, en ontworpen en uitgevoerd in hunne fabriek te Voorschoten. Tot directrice van het diakonessenhuis te Utrecht is benoemd mejonkvrouv. e A. gravin Von Bylandt Rheydt, te Bonn, die deze op dracht voorloopig heeft aanvaarc De toestand van den gep- nsionneerden vice-admiraal jhr. De Casembroot is thans van dien gunstigen aard, dat ha binnenkort de residentie tot het zoeken van volkomen herstel van krachten zal kunnen verlaten. Bij koninklijk besluit is ee: commissie ingesteld voor een onderzoek nac hetgeen ter verbetering van de koloniale worvi g te doen is. Tot leden van die commissie zjn benoemd de generaal-majoor der artillerie van het leger hier te lande J. W. Bergansius, oud-minister van oorlog, voorzitter; de kolonel der infan terie van het leger hier te lande G. J. Hofstede Crul, commandant van het koloniaal werfdepot; de luitenant-kolonel der inf. van het leger in Nederlandsch-Iiidië J. F. D. Bruinsma, commandant der koloniale reserve; do luitenant-kolonel der infanterie van het leger hier te lande F. "W. A. baron Yan Dedem van Driesberg, commandant van het 5de bat., 3de reg. inf.en de majoor van den generalen staf van het leger in Ned.- Indie F. J. Haver Droeze, met verlof hier te lande; en tot secretaris de kapii in van den generalen staf van het leger in Ned.-IncW G. F. Soeters, met verlof hier te lande. 161.) Hy verhaalde hoe op de reis naar Berlyn zyn besluit, om een ernstig leven te gaan leiden, tot rijpheid was gekomen, hoe de toevallige ontmoeting met den baron Yon Freistetten hem naar Berlyn had doen terug- keeren en hoe hy toen tot de uitvoering van zyn besluit gekomen was en zich gedurende vier jaren er op voorbereid had een goed landbouwkundige te worden. Alles, wat door hem beleefd was, ook zyn laatste reisavontuur en zyne liefdevolle op neming in Linau, verhaalde hy getrouw, evenals zyne gebreken en zwakheden. Egon verontschuldigde geene enkele zyner hande lingen, maar toch verzweeg hij iets. want in het hoiligdom zyns harten mocht een vreemde geen blik werpen. „En zoo ziet u ray nu hier", besloot Egon z\jn verhaal, „wel met een verbonden boofc, doch niet met gebroken ledematen, ontkomen aan den dood, dien myn ongelukkige koet sier by het vallen van den dam gevonden heeft, en door de zorgzame en liefdevolle verpleging van mevrouw Yon Wangen weder gegeven aan het leven, een nieuw leven, waarin gy, vriend Storting, my radende en helpende ter zijde zult staan. Ik heb u op recht en eerlyk, uitvoerig gebiecht; het was my eene behoefte u, die in voor my moei- lyke tijden getoond hebt een oprecht vriend te zyn, de volle waarheid te zeggen; het is my niet gemakkelyk gevallen, want als ik heden terugdenk aan de door het geluk ongelukkig gemaakte Egon Von Ernau, dien gy in het kasteel Von Osternau als gouverneur I'echmayer hebt leeren kennen, komt my het schaamrood op het gelaat. Slechts ééne goede eigenschap had deze gouverneur. Hij was niet ydel en toen hy voor de eerste maal in zyn Jeven zich bevond in een kring van edele en goede menschen, erkende hy zyne eigen jamrnerlykheid. Hy was zulke vrienden niet waardig, maar de wensch om dit to worden ontwaakte by hem. Door dezen wensch kreeg het léven voor hem v/eder eenige bekoorlykheid. welke daardoor ver groot werd, dat hy zich na de gedwongen scheiding van de geliefde menschen naamloos ongelukkig gevoelde, want de werkelijke smart doodde den ernstigsten vijand van zyne ziel, nameiyk t'e verveling,-welke haar ont staan te danken had aan overstelping met het goede en de daaruit ontstane slapheid van denken en handelen. Yan u, vriend Storting, en vooral van den voortreffelyken heer Von Osternau, heb ik geleerd welk eene zelfbevrediging, welk geluk een energieke, op een bepaald doel gerichte arbeid, een moeiiyk het geheele denkvermogen in beslag nemend beroep schenkt. U hebt my liefde ingeboezemd voor uw schoon beroep en hebt den lust, om uw voorbeeld te volgen, by my opgewekt. Myn tot dusver troosteloos voor niets nut zynd leven boezemde my afkoer in, maar toch is het my gemakkelijk geworden dit geheel op zyde te zeiten en ook om eenmaal alle banden to verbreken, welke my daaraan nog gebonden hielden. Had ik op de lichte, ge- makkeiyfce wyze, als ander© ryke jonge lieden zulks gewend zijn, getracht den land bouw te leeren, door als volontair op een der grootste landgoederen in dienst te treden en den eigenaar daarvan veel geld te betalen om te loeren en voor het recht te doen en te laten wat ik wilde, dan zou ik misschien weer tot het oude leventje teruggekeerd zijn; door het feit echter, dat ik my, door bemid deling van een bekende, de betrekking van onderopzichter op een Saksisch landgoed, ver schaft heb, voor den my toegezegden kost en een klein salaris van den vroegen morgen tot den laten avond moest wer en, heb ik met alle vroegere levensgewoonten gebroken. Eerst toen ik pas in liet practischo leven stond, bespeurde ik hoeveel my nog ?.an. kennis en ervaring ontbrak, om met goed gevolg myne eigen goederen te kunnen be- heeren. Ik beloofde myzelvon eerst dan naar PlAgnitz te gaan, wanneer ik my het bewust- zyn van eigen kracht en eigen kennis ver schaft had. Naar dit doel heb ik rusteloos gestreefd en vier jaren heeft het geduurci eer ik het eindeiyk, na zwaren, onafgebroken arbeid, bereikt had; die arbeid echter is voor my een zegen geweest; aan hom heb ik het t© danken, dat ik een droef verleden vergeten kon en met goeden moed een nieuw leven beginnen. En nu is myn vorhaal ten einde l U kent myn leven tot dusverre, nu wil ik echter ook van u iiooren, hoo het U £egaai> is. U zult mij van uzolven cn ook va li de lieve menschen vertellen, by wie ik een maal een korten tijd innig gelukkig en toen weder diep ongelukkig geweest ben. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 5