Hedennacht is plotseling te 's-Graven- liage overleden mr. H. J. Brouwers, lid van den Raad van State (afd. Marine en Oorlog), oud-lid der Tweede Kamer (van 1877 tot 1888) en oud-burgemeester van Roermond. De heer Brouwers stond om zyn karakter en zyne persoonlijke hoedanigheden in hoog aanzien by geestverwanten zoowel als by zyne politieke tegenstanders. De minister van binnenlandsche zaken vertrok heden uit 's-Hage naar 's-Hertogen- bosch, in verband met de aangelegenheden van de Kweekschool aldaar. Persoverzicht. Het „Vad." nam de begrooting van minister Soyffardt eens onder handen, om aan te toonen dat wy, als de minister ook voor het komende jaar weer zyn zin krijgt, wel nog duurder uit zullen zyn dan vroeger jaren, maar beter op verre na niet. Er is in deze begrooting, zegt het blad, eene neiging te bespeuren, om alles op weelderiger voet in te richten, en dat terwijl van versterking onzer weerbaarheid tot dusver niet bleek. De ministor wil over ruim een millioen meer beschikkon, en dat millioen zal zoek gaan Vooreerst aan meerdere kosten voor het departement; want zegt de minister er is meer werk. Maar het „Vad." vraagt of dat niet vereffend kan worden door meer werken? Vervolgens aan uitbreiding van den gene- ralen staf. De minister stelt voor, daarbij eön tweeden generaal aan te stellen. Waar moet het heen, vraagt het „Vad.", als de boofd- commandanten allen generaal-majoors naast zich moeten hebben? In de omgeving van den grooten generaal Von Moltke, die in den oorlog van 1870 de opperste leiding had over drie legers, ging het heel wat een voudiger en soberder toe. Van deze en dergelijke kracht zijn, volgens het „Vad.", bijna alle voorstellen des ministers tot verhooging. En de enkelo posten, die daarentegen ver minderd zullen wordoi? Daarvan zegt het „Vad." o. a.Op soldijen, brood en kleeding en uitrusting voor onderofficieren en minderen der wapencorpsen (artt. 13, 14 en 15) is blijk baar zooveel mogelijk gekort, om de verhoo gingen, waarop gewezen is, minder ernstig te doen schijnen. Immers, voor 6344 miliciens, die tot samenstelling van het X/T der militie onder de wapenen zullen worden gehouden, wordt f 196,355 minder uitgetrokken en voor min der vrijwilligers f 21,645. Dat geschiedt na tuurlijk ten koste der oefeningen en van de miliciens. Zoo kan, naar hot oordeel van het „Vad.", de toestand niet blijven. Weder zoo besluit het blad eene begrooting van zoovele mil- lioenen 1 En wat is nu gedaan ter verhoo ging onzer weerkracht? Het antwoord moet bedroevend luiden. Zoo deze minister meent, dat hy nog leeft in de wittebroodsweken, waarin hij alles van de Kamer gedaan kan krijgen, zal de Kamer wel doen hem aan 't verstand te brengen, dat hy zich misrekent. In het „Venl. Weekblad" kenschetst mr. L. Haffmanns, die de voorgedragen pere quatie van de grondbelasting speciaal met het oog op de belangen van Limburg heeft nagegaan, dien maatregel als „een niet te versmaden voordeel." Uit don door de regeering ovorgelegden staat van vergeiyking van de bedragen der ryksgrondbelasting (hoofdsom en 211/, opcent) naar de oude be lastbare opbrengst geheven, met de bedragen der grondbelasting, berekend naar 6 percent van de nieuwe belastbare opbrengst voor elke gemeente van het Ryk, blykfc dat in alle ge meenten van Limburg, behalve in Maastricht, in 1893 minder aan grondbelasting zal betaald worden dan thans geschiedt. In Maastricht alleen zal het bedrag der grondbelasting ver hoogd worden, maar slechts met f 155.61. Dit is nogal te dragen. De vermindering zal niet voor alle gemeenten dezelfde zyn. Zy variöeit tusschen 1 en 57 percent; gemiddeld is zy ongeveer 30 percent. Over hot geheel wordt de grondbelasting in de provincie Limburg verminderd met f 118,965.72, zegge honderd achttien duizend negen honderd vyf en zestig gulden twee en zeventig cents. 'E&ii aardig sommetje! Vooral, als men bedenkt, dat de verminde ring yoor alle elf provinciën, dus voor het geheolo ryk, slechts f 968,481.41 zal bodragen. I'ondspondsgewyze verdeeld, zoude het aan deel van Limburg in de vermindering veel kleiner wezen. Dit is een bewys, dat wy op dit oogenblik in verhouding tot de andere provinciën te veel grondbelasting betalen en dat de beruchte opvoering der grondbelasting in Limburg onrechtvaardig was. Op den dag van heden betaalt Limburg aan grondbelasting ƒ372,752.77. Te beginnen met 1893 zal Limburg f 253,787.05 aan grondbe lasting betalen. Ik heb het altyd gezegd, schryft mr. H. de hervormingsplannen van den minister Pierson hebben hunne vóór- en hunne tegen,- hunne licht- en hunne schaduwzyde. Hier hebben wy de lichtzyde, of liever ééne lichtzyde. Want er zyn er meerdere. De afschaffing der tollen by voorbeeld is ook niet kwaad. De „Amsterdammer," Dagblad voor Neder land, bevatte dezer dagen een artikel, tot opschrift dragende: „In welke mate gedoogt de grondwet kiesrechtuitbreiding?" en onder teekend: „Tak van Poortvliet." De oppervlakkige lezer zou wellicht daarüit atleiden, dat de minister van binnenlandsche zaken, die in het begin van deze zitting zyne denkbeelden over de regeling van het kiesrecht heeft uiteengezet in de wetsont werpen, welke hy aan de Tweede Kamer heeft aangeboden en de memorie van toe lichting, die deze vergezelt, ook nog buiten hot Binnenhof opgetreden is, om voor zyne meening propaganda te maken, en daartoe de „Amsterdammer" tot orgaan gekozen heeft. Men zou reden hebben zich daarover te verwonderen, want tot dusver was het geene gewoonte by de ministers om zeiven in de Pers de wetsontwerpen te verdedigen, die zy by de vertegenwoordiging hebben ingediend. Intusschen, men behoeft zich in dit geval niet te verwonderen over den minister; die heeft zpn ministerzetel niet verwisseld voor den schryfstoel op een redactiebureau. Wat in de „Amsterdammer" is opgenomen met 's mi nisters onderteekening, is een woordeiyke afdruk van de paragrafen 2 en 3 en de eerste alinea van 4 der memorie van toelich ting van de wetsontwerpen, die de minister by de Tweede Kamer heeft ingezonden. De vermelding van de bron ontbreekt echter. Een zoo eigenaardig gebruik te maken van stukken, die van de regoering zyn uitgegaan, was tot dusver geene gewoonte by de Pers. Het „Noordbrabantsch Dagblad" neemt don raad, door „Recht voor Allen" gegeven, over, om cursussen in het lezen en sehryven op te richten ten behoeve der aanstaande kiezers. Het blad noemt dit „een wenk van onzj vijandeR" en voegt er het volgende aan too: Ingeval de nieuwe kieswet van minister Tak mocht aangenomen worden en aldus het sehryven van een ordontelyk briefje iedereen tot kiezer bekwaamt, zal het er op aanko men, dat zjj, die van huh recht gebruik willen maken, alvast de pon leeren hanteeren. Do mannen van „Recht voor Allen" zullen wel zorgen, dat hun volkje niet wegens gemis van de vereischte „geschiktheid" moet thuisblijven. Willen de goedgezinden niet door hen overvleugeld wordon, dan is het zaak, dat zy op hunne beurt voor de bekwa ming der minder penvaardige kiezers Zorg dragen. Daartoe kan het middel dienen, in het socialistenblad aan de hand gedaan. Goed gezien, zegt het „Centrum." Maar het zal toch moeiiyk gaan, om de Katholieken, die het blad op het oog heeft, voor hunne toekomstige kiezerstaak te bekwamen en hun tegeiykertyd aan het verstand te brengen, dat het vervullen van dio taak tot niets goeds kan dienen. De woorden van het „Noord brabantsch Dagblad" geven hoop, dat het misschien by voorkeur zal willen medewerken tot politieke ontwikkeling der nog ongeboren kiezers en dat het dientengevolge niet mee zal doen aan den alsdan nutteloozen stryd tegen kiesrechtuitbreiding. Tuinbouw en Plantkunde. In de zaal van het gebouw der Loge alhier, werd gisteravond eene buitengewone vergade ring, de eerste in dit seizoen, gehouden vanwege de afdeeling Leiden en Omstreken der Nederlandsche Maatschappy voor Tuinbouw en Plantkunde. Deze vergadering was goed bezocht, ditmaal ook door dames, zy het dan voor het grootste gedeelte geene dames van leden, maar aanstaande bewaarschoolonder- wyzeressen van de Leidsche Kweekschool aan het Rapenburg, die hunne belangstelling kwa men toonen. Als spreker trad op onze stadgenoot de heer H. Witte, van wien het bekend staat dat hy by zoo'n gelegenheid de rechte man is, en die als zyn onderwerp had aangekondigd: „Een uur in den Hortus (in de orchideeënkas en in de kweekkas)." Spreker begon, na opening der vergadering door den voorzitter, den heer A.D. D. Schretlen, met te wyzen op het toenemend bezoek van Leidenaars aan den Hortus, aan dien aan- genamen en leerryken tuin, en tevens op de liefhebbery van velen om het er op aan te leggen by hun bezoek hem, spreker, mee te troonen in de kassen, hetgeen hy echter, ook met het oog op de hooge temperatuur hierin, minder aangenaam vindt. Nu echter zag hy kans velen tegeiyk een genoegen te doen. Het woord orchideeën marcheert tegenwoordig nogal, zeide de heer Witte, niet alleen omdat dio bloemen zoo mooi zyn, maar ook dewyl ze eene groote aantrekkeiykheid, iets buiten gewoons hebben. Er is veel van te vertellen, doch hy zou zich slechts tot eenige algemeen heden bepalen, er iets losweg van zeggen, zooals dit in de kassen zou geschieden. De kennis dezer bloemen bepaalt zich in houfdzaak tot deze eeuw, hoewel ze in de wetenschap ook bekend waren in het laatst der vorige. Het aantal orchideeën is verbazend groot en ze zyn tamelyk algemeen over de aarde verspreidze komen zoowel voor in het gematigde klimaat als in koudere landen en op hooge bergen. De temperatuur heeft op deze plantensoort een grooten invloed hoe warmer, des te meer komen ze voor. Het getal Europeesche bedraagt ongeveer 120, waarvan er 30 voor ons land komen. In zuidelyk Europa is hot getal grooter dan in andere streken van dit werelddeel. Ook de vocht is voor de orchideeën van overwegend belang. In Europa komen ze enkel terrestrisch (in de aarde) voor, in de tropen epidendrisch of epiphytisch, op takken van boomen; men spreekt in dit geval ook wel van parasietisch, doch dit is minder juist; de orchideeën zyn volstrekt geene woektrplanten. In de bloem der orchideeën is eene groote verscheidenheid, hetgeen spreker uit aanwe zige planten aantoont (hy maakt ook van eene reuzenteekening gebruik), maar de grond vorm, het type, is door de geheele familie te herkennen. De bloem heeft zes verschillende bloemblaadjes, waarvan de drie buitenste geheel gelykvormig en geiyk gekleurd zyn; de drie binnenste vormen de bloemkroon twee hiervan zyn gelyk, het derde wykt alleen aanzieniyk af. Het derde binnenste bloemblad heet lipje, welks vorm het karak teristieke aan de bloem geeft. Spreker vestigde daarna de aandacht op byzondere vormen, afwykingen en samen- groeiingen, die ons tot te veel uitvoerigheid zouden leiden. Hy besprak voorts nog de voortplanting onzer orchideeën door knolle tjes, welke laatsten tot allerlei bygeloof hebben aanleiding gegeven. Zoo dacht men dat het ge bruik dier knolletjes liefde wekte, van de jonge ten minste; de oude doofden de liefde! Ook baanden zy den wog, volgens sommigen, tot finantiëel geluk I Voor de maatschappy zyn de orchideeën niet van groote beteekenis, uitgezonderd hun verschaffen van salep en vanielje. De teeke- ning der bladeren is wonderschoon. Vroeger wist men met deze planten geen weg, maar thans is hare cultuur zeer uitgebreid, ja zelfs eene mode cultuur geworden. Omtrent de Oost-Indische bekerplanten deelde de heer Witte onder meer mede dat het woord bekerplanten geene wetenschap- pelyke beteekenis heeft, maar ziet op den vorm. De bekorplanten (Nepentes) zyn nage noeg over de gansche aarde verspreid; ze komen alleen in de natüur niet voor in Europa. Een der eerste Nepentessen werd op het einde dor 17de eeuw op Coylon ontdekt door P. Hermann, een Duitscher, directeur van den Hortus en hoogleeraar in de kruid kunde te Leiden. Het zyn planten van zeer lastige cultuur, boschplanten met zeer enkele uitzonderingen die eene hoogo temperatuur behoeven, een met water verzadigden damp kring en dito bodem, uit afval bestaande. Het blad is het curieuze der planten; het heeft aan hot einde een zonderlingen vorm. Spreker vroeg aandacht voor bladvlakte, steel, beker en dekseltje. In de bekers, klein of groot, is altyd water; die bekers zyn dierenvangers. De Nepentes is eene twee- huizige plant, met golykslachtige bloemen dus. Het aantal soorten en verscheidenheden is zeer groot. Tot en met 1840 waren twee soorten in Europa fn cultuur, nu een vyftigtal. Nog veel meer deelde de hoer Witte, wien aan het einde der vergadering door den voor zitter namens allen en door allen met applaus werd dank gezegd, mede, maar wy zullen zoo vry zyn, hiermede ons overzicht van de aangename en leerryke causerie, waarby ook menige bloem rondging, te besluiten. Gemeugd Nieu w*. Wesselman, de kruier by het Holl. Spoor, die Zondag naby de Gevangen- hulslaan door een achteruitrydenden trein werd aangereden, ten gevolge waarvan hem het rechterbeen in het academisch ziekenhuis moest worden afgezet, verkeert naar omstan digheden in zeer bevredigenden toestand. Het bleek hedenmorgen dat het des nachts knapjes had gevroren. Sommige slooten waren met een yslaagje bedekt. Zoo zoetjesaan begint dus do goede tyd voor de jjsclubs weer te naderen. Ter bewaking van de hoeve en het weiland van den veehouder J. Van der Poel, in het Lageland onder Alkemade, onder wiens rundvee loopende in den Vrouwe- Vennepolder mond- en klauwzeer heerscht arn veerde Maandag-morgen jl. uit Leiden een detachement infanterie, bestaande uit een onderofficier, een korporaal en twaalf man. De machinist, die met den laat- sten trein der Staatsspoorwegmaatschappy Zondag-avond naar Don Haag reed, is naby Zoetermeer by ongeluk van de machine ge vallen. Hy kwam terecht in eene sloot en werd gered, nadat de stoker, die alleen op de locomotief bleef, den trein tot stilstaan had gebracht. Eene vrouw, die Zondag-ochtend de godsdienstoefening in de R.-K. kerk aan den Boschkant te 's-Gravenhage by woonde, is gedurende den dienst overleden. Een korporaal,gisteravond dienst doende by het afvoeren van paarden in de cavalerie-kazerne te 's-Gravenhage, kreeg een slag van een der paarden tegen de borst, ten gevolge waarvan hy bewusteloos neerstortte. Naar het hospitaal overgebracht, bleek de ongelukkige, een 24-jarig jongeling, reeds te zyn overleden. Bij het spoelen is Zondag een 13-jarig meisje, onder de gemeente Hof-van- Delft, aan den Hoorn, waarschyniyk door eene windvlaag, te water geraakt en verdronken. Gisteravond kocht een heer in den sigarenwinkel van den heer Boele, inde Wydo Marktsteeg, te Rotterdam, eenige sigaren en liet by vertrek zyne portemonnaie, waarin tamelyk veel geld zat, op de toonbank liggen. Na zyn vertrek kwam er een jongen in den winkel, kocht sigaren en vertrok. De depót houder bemerkte thans de portemonnaie en liep, in de veronderstelling, dat deze van den jongen was, hem achterna, haalde hem in en overhandigde hem de portemonnaie, nadat de jongen die als eigendom herkend en den depothouder vriendeiyk voor zyne moeite be dankt had. Toen nu kort daarna de ware eigenaar naar zyne portomonnaie navraag kwam doen, kwam het misverstand aan het licht. By de politie is hiervan kennis ge geven en de opsporing van den jongen ver zat- {N. R. C Naar men aan de „Haarl. Crt." meldt, heeft to Utrecht de volgende, althans voor eene der partyen zeer onaangename ver gissing plaats gehad. In een© familie werd eene der dienstboden 's nachts zóó onwel, dat men vreesde met een geval van cholera te doen te hebben. Alles was voor haar op de been en in de weer: •r werd om hulp naar de barakkon gezonden en mynheer ging zelf de deur uit om den dokter te halon. Inmiddels bedaarde de toestand der dienst bode en kon zjj naar haar kamertje terugge bracht worden. Door alle bedrjjven overspan nen raakte nu mevrouw haar bewustzyn kwyt en viel op den grond. Op dit oogenblik meldde zich de ontboden hulp uit de barakken aan, en deed wat zjj meende te doen te hebben, door de bewuste- looze dame op te nemen en ter verpleging weg te voeren. Mynheer, thuiskomende, vond de meid veel kalmer, maar zyne vrouw ver dwenen. Eerst na 24 uren na de noodige ontsmetting mocht mevrouw weer huis waarts koeren. De justitie van Maastricht heeft zich gisteren naar Heerlen begeven, waar gisternacht een persoon dood voor de herberg van v. W. werd gevonden. Men vermoedt dat er eene misdaad heeft plaats gehad.en er zyn reeds eenige arrestatiën gedaan. Zoo zyn te Maastricht gevankelyk binnengebracht L daglooner, en v. W., herbergier, beiden te Heerlen, verdacht van don dood te hebben veroorzaakt van Peter Erven, den landbouwer te Klimmen, wiens lyk nl. werd gevonden. Op de "Woerdenscho groote najaars paardenmarkt werd gisteren van den heer AV. Van der Mast, wonende te Moerkapelle,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 6