N°. 10007. Donderdag October^ A0, 1892. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. Feuilleton. Geld alleen maakt niet gelukkig. LEIDSCH tor i5b N f-y'e V.C' "I PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. ,T.~.'.7. f 1.10. Franco per post...7.....7...1.40. Afzonderlijke Nommers...".^7"-T7.7r.".0.05. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 1G regels 1.05. Iedere regel moor f0.17$. Grootere lettere naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend. BUITENLAND. Frankrijk. In de couloirs der Kamer van Afgevaar digden was gisteren het gerucht in omloop, dat een of twee ministers genoodzaakt zouden zijn, de quaestie van vertrouwen te stellen, ten opzichte van de overeenkomst tusschen Frankrijk en Zwitserland tot regeling der handelsbetrekkingen. - De Regeering zal in de aanstaande zit ting een supplementair krediet voor Dahomey vragen. - De ministers kwamen gisteren bijeen onder voorzitterschap van den minister van binnenlandsche zaken Loubet. Besloten werd den Raad van State bijeen te roepen, om be palingen vast te stellen ten opzichte van de teraardebestelling van Renan. - Te Carmeaux is de naclit van gisteren rustig voorbijgegaan. Gisterochtend heeft geen der werkstakers getracht den arbeid te hervatten. Van den lieer Dupuis-Dutemps is een schrijven ontvangen, waarin hy meldt dat zijne pogingen ten gunste der werkstakers by alle republikeinen een goed onthaal be ginnen te vinden. Ook geeft hij mededeeling van een brief van den maire van Moulins, die zijne deelneming met de zaak der werk stakers betuigt en zegt, dat hy eene gelde lijke ondersteuning zal zenden. Het Hof heeft uitspraak gedaan in do zaak der mijnwerkers, beschuldigd van geweldda digheid jegens den directeur der mijnen van Humblot. Twee hunner zijn veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf, één tot 3 maan den, twee tot 2 maanden, twee tot 1 maand, één tot 8 en één tot 14 dagen. - De anarchist Achiechi, uit Barcelona en Marseille gekomen, is aan het spoorweg station te Parijs gevangengenomen. Terwijl een beambte hem ondervroeg, loste hij een revolverschot, dat de jas doorboorde, zonder dat de beambte gekwetst werd. De man ont vluchtte daarop, maar werd ondanks zyn hevig verzet aangehouden. Behalve eene revolver, vond men een dolk en dynamiet- lor.t in zijn bezit. Duitsclilaxul. By het mooie herfstweer was gisteren ge heel "Weimar op de been. Overal wordt aan de versiering der straten en huizen gewerkt en het verkeer is haast zoo druk als in eene groole stad, ook door de vele kijkers naar de talrjjke aankomende hooge gasten. De twee hoofdfeestdagen zullen Zaterdag en Zondag zijn. Op Zaterdag des namiddags kerkelijke inzegening van het jubelpaar, des avonds in het hoftheater eene reeks levende beelden. Op Zondag groote historische optocht, welke zich door de hoofdstraten der stad bewegen zal en met de levende beelden liet glansnummer van de gansche feestweek zal vormen. De geheele "Weimarsche schilderschool heeft zich met geestdrift er op toegelegd om iets prachtigs voor den dag te brengen, en reeds uit de dagelijksche voorbereidingen laat zich opmaken, dat vooral de levende beelden schit terend zullen zyn. Dichter, musicus en schil der werken daatby samen tot verheerlijking der vorstenhuizen van Sakson-Weimar en Oranje. Eene ouverture met invlechting van het nieuwe Wilhelmuslied vormt de muzikale inleiding. Daarna een proloog van Richard Yoss, waarbij de geniön van verleden, heden en toekomst verschijnen. Dan acht stuks levende beelden, in wier schikking de heer Rochussen, van Rotterdam, de hand heeft. Het eerste beeld stelt voor den Zangersstrijd op den Wartburg, naar de beroemde schilder-j van Moritz Von Schwind in den Wartburg, onder de tonen van een oud Duitsch lied. Het tweede beeld: Luther op den Rijksdag te Worms, naar een ontwerp van prof. Fritbjoff Smith, waarbij eene muziek, welke op het koraal „Brich an, du schönes Morgenlicht" door den theater-intendent Bronsart Yon Schellendorf te Weimar is gecomponeerd. Het derde beeld vertoont, volgens eene oude schilderij, door Claudius Jaquand ge schikt, hoe in 1573 Willem de Zwijger zijne schatten aan het land ten offer brengtdaarbij het oude Wilhelmus lied in volle kracht. De twee volgende groepen, naar ontwerpen van Rochussen, stellen voor: do ontmoeting en de vredesluiting tusschen prins Maurits van Oranje en den markies Spinola in 1609, en de in neming van Den Bosch door prins Fredorik Hendrik in 1629. Deze groepen worden in geleid door eene voordracht van toelichtende verzen, vervaardigd door den dichter Oehlen- schlager te Weimar. Het zesde beeld vertoont, naar de schels van Fritbjoff Smith, hertog Bernhard na den slag by Lützen (1632), met gedicht van Julius Grosse en muziek, zijnae eene bewerking van een ouden Zweedschen ruitermarsch, door Richard Strauss. Het ze vende tafereel is weer naar Rochussen, voor stellende de verzoening van De Ruyter en Tromp door Willem III in 1672. Ook hierbij verzen van Grosse en eene bewerking van het Nederlandsche Prinsenlied. Als achtste en laatste groep komt: Anna Amalia van Weimar en hare hofhouding (1800), naar eene schilderij van Thobald Von Oer. Hierbij stro- phen uit Schillers „Huldigung der Künste" en eene compositie van Liszt ter eere van Wei mar. Ziedaar in hoofdzaak de feestvoor- stelling op den grooten dagOp uitnoodiging der sqhilders te Weimar zal de heer Rochussen naar Weimar komen, om van de uitvoering zijner groepen getuige te zijn. Omtrent den historischen feeststoet op Zondag wordt gemeld, dat deze de volgende vier hoofdgroepen zal bevatten: lo. Den zoo- genaamden Wartburg-tyd, als bloeitijd van het ridderdom2o. den tyd van de Hervorming en den dertigjarigen oorlog; 3o. den tijd van groothertog Karl August en Goethe4o. den nieuwen tyd. Do verbazende omvang van dezen optocht blijkt reeds hieruit, dat niet minder dan 60 feestwagens er aan zullen deelnemen, benevens een groot aantal be- redenen en eenige duizenden voetgangers, volwassenen en kinderen. Gisternamiddag werd aan Koningin Wilhel- znina der Nederlanden een bijzonder genoegen bereid. De Groothertog liet een jaclitwagentje met zea kleine Spaansche hitten bespannen en reed met dit span eigenhandig zijn nichtje naar het lustslot „Belvedère," dat een uur ver van Weimar aan het einde van liet groote park ligt. In een tweede rijtuig volgden de Groothertogin en de Koningin-Regentes. Na den terugkeer was er groot gala-diner, waaraan een zestigtal personen deelnamen. Zwaar zilverwerk van groote kunstwaarde prijkte op den disch. De dames droegen mee- rendeels blauwgrijze en oranjekleurige toilet ten ook de Groothertogin was in het blauw grijs met korten witten sluier. Koningin Emma droeg gelijk steeds haar donker weduwkleed met langen zwarten sluier. Koningin Wilhel- mina had een wit kanten kleedje aan en zag er met heur blond haar lief en eenvoudig uit. Gisteren is ook de Nederlandsche gezant Van der Hoeven te Weimar aangekomen. NR. C.) BelgiA Het plan tot het houden eener tentoon stelling te Antwerpen in 1894 heeft zijn beslag gekregen. Eene tentoonstelling, op mili taire zaken betrekking hebbende, is daarmede verbonden. Tot presidenten der beide com mission werden onderscheidenlijk benoemd de heeren Ernest Oosterrieth en de senator baron De Pret de Roose de Galosberg. Binnen eenige weken zal de commissie voor het organiseeren der tentoonstelling een be roep op het volk doen, tot het vormen van het voor de onderneming benoodigde kapitaal. Dit kapitaal is op 1,500,000 fr. geraamd. Volgens de „Standard" zal koning Leo pold persoonlijk naar Londen gaan, om het geschil betreffende den Congostaat uit den weg te helpen. Grx'oot-Bx'ïtaii n i Het congres van spoorwegbeambten te Londen heeft gisteren beraadslaagd over het voorstel tot invoering van den achtuurswerk dag 15 stemmen verklaarden zich vóór en 42 tegen. Een ander voorstel betreffende het invoeren van den tienuurswerkdag werd aan genomen. Het congres vereenigde zich verder met het voorstel, om bij de regeering aan te dringen op het kiezen van practische mannen als spooi weg-inspecteurs. Telegrammen. ST.-PETERSBURG, 4 October. Naar men verneemt, zat morgen de bekendmaking van het hoofd van het ministerie van financiën verschijnen, betreffende de nieuwe uitgifte van 25 millioen Russische kredietroebels, tegen deponeering van goud. BERLIJN, 4 October. De tweede Oosten- rijksche officier, die te Berlijn aan het dou- anenhuisje op den Tempelhoferweg aankwam, was de luitenant Csavoszy. H\j was aldaar te 11 u. 10 minuten. BUDA-PESTH, 4 October. In de heden door de Oostenryksche delegatie gehouden zitting weigerde de afgevaardigde Eym voor den post „geheime uitgaven" te stemmen, omdat hy geen vertrouwen stelt in de Regeering. BREMERHAYEN, 4 October. Met het stoom schip „Kronprinz Friedrich Wilhelm" zyn hier van Zuid-Amerika aangebracht 30 Russen, die van hier uit niet verder kunnen, dewfli iedere staat de opneming dier lieden weigert. Dezen en nog 27 Russen, die met de laatste stoomschepen van Amerika teruggebracht werden, zyn op het stoomschip „Amerika" gebracht, waar zy op kosten dor Nord-Deutsche Lloyd verpleegd worden. WILHELMSHAFEN, 4 October. De vice- admiraal Deinhard is heaennamiddag aan een aanval van beroerte overleden. LONDEN, 5 October. De toestand van de nyverheid in Wales ziet er iets gunstiger uit. De Ebbro-maatschappy heeft eene order ge kregen van 40,000 ton stalen spoorstaven en dwarsliggers voor de Transvaal. 101.) Blykbaar was het den luitenant te ver velend voorgekomen misschien nog een uur aan het stille station te vertoeven, om op de afgifte der post te wachten Juist op dezen avond zou zulk een tyd wachtens voor hem byzondor pynigend geweest zyn, daar hy eene inwendige onrust toonde, welke hem ook op het kasteel vervolgde en duidelyk merkbaar was by het gemoedeiyk onderhoud, dat in den familiekring plaats vond. Nanau- welyks zyne gewone plaats aan de theetafel te hebben ingenomen en haastig den heer Yon Osternau verslag omtrent zyne reis te hebben gedaan, sprong hy op en liep naar bet venster, daar, naar hy zeide, het hem te warm was en hy hoofdpyn had. Hy drukte het hoofd tegen de koude ruiten, keerde toen terug, nam zyne plaats aan tafel weder in, om in het volgend oogenblik weder op te staan en in de kamer op en neder te gaan, terwyl hy met koortsachtige haast en go- dwongen vroolykheid eenige volstrekt niet geestige aardigheden, welke by in Berlyn geboord had, aan denman trachtte te brengen. Zyne onrust was zóó in het oog loopend, dat de heer Yon Osternau hem bezorgd aankoek. „Zyt gy niet in orde, Albreclit?" vroeg hy vriendeiyk. „Gy ziet er zoo bleek uit en uwe oogen hebben een koortsachtigen glans. Wilt ge niet liever naar uwe kamer gaan?" „Neen, neen, my scheelt niets", antwoordde de luitenant snel. „Ik ben wellicht een weinig opgewonden door myn verbiyf te Berlyn;dat is steeds het geval, wanneer ik, na gedu rende geruimen tyd van de landelyke rust te hebben genoten, het gewoel van de hoofd stad zie en tot diep in den nacht met myne vrienden samen ben." Hy trachtte, na deze woorden gesproken te hebben, de onrust, welke hem kwelde, te onderdrukken, maar slaagde daarin niet. Hot viel hem moeilyk aan datgene, wat aan de theetafel gesproken werd, de noodige aandacht te wyden. Nu eens zat hy droo- mend voor zich uit te kyken, dan weder mengde hy zich plotseling in het onderhoud met opmerkingen, welke bewezen dat hy niets van het zooeven gesprokene gehoord had; zelfs Bertha, naar wie by anders met do meeste opmerkzaamheid luisterde, was heden niet in staat zyne aandacht te boeien. Hinderde het hem gewoonlyk, wanneer Peehmayer uitgenoodigd werd een stuk op de piano te spelen, thans begroette hy do tot dezen door mevrouw Yon Osternau daartoe gerichte uitnoodiging met vreugde; het kwam hem voor als eene verlossing, dat hy gedu rende eenigen tyd niet gedwongen wa6 aan het algemeen onderhoud deel te nemen. Toen Egon de eerste akkoorden aansloeg, verliet do luitenant zyne plaats aan de theetafel en plaatste zich in eene vensternis, na snel met Bertha een blik te hebben gewisseld; geheel tegen hare gewoonte in, stond Bertha nu ook spoedig op. Zy ging naar den luitenant en tusschen beiden werd weldra op fluis terenden toon een levendig gesprek gevoerd. Zy hadden dit geheel onbemerkt kunnen voeren, daar de heer en mevrouw Von Osternau verdiept waren in het genot, dat Egons spel hun verschafte, wanneer niet de heer Yon "Wangen iedere beweging van Bertha oplettend gevolgd had. Het ontging hom niet, dat Bertha eensklaps vuurrood werd, toen de luitenant haar zachtkens eenige woorden had toegefluisterd. De heer Von "Wangen hoorde geen toon van Egons spel, zyne geheele opmerkzaam heid was gewyd aan den luitenant en Bertha. Het zou hem o zooveel waard geweest zyn, indien hij hen met goed fatsoen had kunnen beluistoren! Wel was hy in de vier weken, welke Bertha op het kasteel vertoefde, aan gegrepen door de bange zorg, dat tusschen den luitenant en diens schoone nicht eene meer intieme verhouding bestond dan beiden wilden doen zien, daar hy meermalen had bespeurd, dat zy in stilte een blik van ver standhouding wisselden, maar steeds washy gerustgesteld geworden door de fijne, takt- volle wyze, waarop Bertha het huldebetoon van den luitenant afwees. Tot dusverre had hy tusschen hoop en vrees geleefd; ieder hem door Bertha toegevoegd woord had zyne hoop vermeerderd, maar daarentegen had iedere tusschen den luitenant en de freule gewisselde blik zyne vrees doen toenemen. Heden echter overwon de vrees zyne hoop; zyne y verzucht werd opnieuw geprikkeldhy gevoelde zich diep ongelukkig, om in het volgend oogenblik weder gelukkig tot in de wolken te zyn. Een blik van Bertha, een zonderlinge, be- tooverende blik trof den heer Von Wangen. Zóó had zy hem nog nooit aangekeken! (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 5