N°. 10007.
Donderdag October.
A'. 1892.
<Beze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van fon- en feestdagen, uitgegeven.
Peuilleton.
Geld alleen maakt niet gelukkig.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandon1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlijke Nommors0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Van 1—6 regels ƒ1.05. Iedere regel meer f0.17\.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het
incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend.
Dit nommcr bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Officieel© Kennisgevingen.
De Burgemeester der gemeente Leiden,
Gezien bet besluit van den Heer Commissaris der
KoDiDgin in de provincie Zuid-Holland, van den
2l'3ten September 1892 (Provinciaal blad No. 66),
Loudende regeling van do loting voor de Nationale
Militie, en waarbij den Burgemeesters der gemeenten,
fiar de loting plaats het ft, o. m. wordt verzocht
al de huu ten dienste staande middelen aan te
enden ter voorkoming van dronkenschap
Ij gelegenheid der loting;
Noodigt de loteliugen dezer gemeente voor de
lichting van het jaar 1893 ernstig en dringend uit,
2ich bij gelegenheid der loting
geheel te onthoudon van het gebruik
van sterken drank
n daardoor zich te vrijwaren, niet alleen voor do
nadeelige gevolgen van dronkenschap in het algemeen,
maar ook voor de straffen, bij de Wet tot beteugeling
van openbare dronkenschap bepaald, terwijl tnverre
met nadruk wordt gewezen op do Strafbepaling, bij
art. 252, lo., van hot VVetboek van Strafrecht gesteld
tegen het toedienen van bedwelmenden drank aan
iemand, die in kennelijken staat van dronkenschap
verkeert.
Leiden, De Burgemeester voornoemd,
I October 1892. DE KANTER.
Leiden, 5 October.
- Aan de Christelijke School aan de
Middelstegracht alhier zjjn als onderwijzers
benoemd de heeren M. Van Wyk, te Har
ingen, en J. J. A. Van Helden, te Dordrecht.
Laatstgenoemde heeft de benoeming reeds
aangenomen. Door deze benoemingen is voor
zien in de vacatures, ontstaan door het a. s. ver
trek van den heer H J. Van den Bosch naar
Schevenmgen en het eervol ontslag, op haar
verzoek verleend aan mejuffr. Willebrands.
- De resultaten van het wetenschappelijk
onderzoek, door prof. dr. P. Van Geer, te
Leiden, naar den toestand van het Indische
militaire weduwen- en weezenfonds ingesteld,
Lebben het der Regeering raadzaam doen
achten aan dien geleerde ook een onderzoek
naar den toestand van het civiele fonds
op te dragen. Tevens wenscht de Regeering
langs wetenschappelyken weg te doen na
gaan door welke regelen de stijging van de
uitgaven voor civiele en militaire pensioenen
I en gagementen beheerscht wordt. Voor deze
onderzoekingen, welke naar alle waarschijn
lijkheid twee a drie jaren zullen vorderen,
zal ƒ1500 'sjaars noodig zijn.
- De afdeelingen der Tweede Kamer be
noemden tot rapporteurs over de Indische
begrooting de heeren Hordijk, Bool, Schimmel-
penninck, Kielstra, Levysson en over het
wetsvoorstel-Donner: Huber, Van der Sclirieck,
Van Kerkwijk, Guyot en Ferf.
De Nederlandsch-Hervormde kerk te
Londen is Zondag, na eenige weken wegens de
afwezigheid van den predikant te zijn gesloten
geweest, weder geopend. De heer A. D. Adama
van Scheltema wijdde een gedeelte zijner
rede aan de nagedachtenis van ds. K. F.
Ternoóy Apèl, die vóór een paar weken te
Londen overleed.
Aan het ministerie van justitie werd
gisteren aanbesteedhet bouwen van een
cellen vleugel met bybohoorende werken aan
de bijzondere strafgevangenis te Leeuwarden.
Minste inschrijvers waren H. Jansen en K.
W. Altena, te Leeuwarden, voor f 76,842.
De secretaris van het Duitsche gezant
schap, baron Gaertner Von Griebonow, heeft
gisteren de residentie verlaten. Hij heeft op
gehouden deel uit te maken van het perso
neel der legatie aldaar.
De te Berlijn gevestigde Nederlanders
zullen, volgens de „Nat.-Zeitung", eene com
missie naar Weimar zenden, om der gouden
bruid een adres van gelukwensching aan te
bieden. De ontvangst der deputatie zal 12
October plaats hebben. De heer Jansma Van
der Ploeg treedt als haar voorzitter op.
Naar w\j vernemen, moet do minister
van binnenlandsche zaken, in antwoord op
het verzoek van de plaatselijke gezondheids
commissie te Nijmegen om de Sequah-séances
aldaar te verbieden, aan genoemde commissie
hebben medegedeeld dat de wet hiertoe
geene bevoegdheid geeft, maar dat de ge
meentebesturen de bevoegdheid hebben eene
verordening vast te stellen, waarbij ter
voorkoming van het gevaar voor besmetting
voor bijeenkomsten de ruimte wordt geregeld,
welke per persoon in het lokaal der bijeen
komst beschikbaar moet zijn. (Amh. Grt.)
Te Delft is aan de pokken overleden
de heer D. Nienhuis, directeur der gemeente
reiniging.
Uit goede bron verneemt het „Haarl.
Dagbl.", dat, afgeschrikt door de officiëele
cholerabericliten, Sigrid Arnoldson haar bezoek
aan ons land voor eenigen tijd zal uitstellen.
Het notarieel examen is afgeloopen. Nog
zijn geslaagd voor het eerste gedeelte de
heeren H. Worst, van Vlijmen ;P. Eschweiter,
van Oudenbosch; C. Leauryssen, van Breda;
en J. Klep, van Breda; voor het tweede
gedeelte de heer S. Doessckate, van Eist.
By kon. besluit is benoemd tot notaris
binnen het arr. Arnhem, ter standplaats
Dinksperloo, jhr. L. D. Strick van Linschoten,
cand.-not. te Amsterdam; tot notaris binnen
het arr. Amsterdam, ter standplaats Am
sterdam, H. Molenpage, cand.-notaris aldaar,
en met ingang van 1 Nov. a. s. J. W. Luber
mede cand.-notaris aldaar.
Met ingang van 1 Nov. a. s. lo. aan dr.
C. P. Burger, op zijn verzoek, eervol ontslag
verleend als directeur van en leeraar aan de
Ryks hoogere burgerschool te Leeuwarden
o. tot directeur van en leeraar aan genoemde
Ryks-hoogere burgerschool benoemd dr. J.
Ariëns Kappers, thans leeraar aan die school.
De lüit.-kols. A. P. Scheltus en F. C. P.
DonnafUeu, provinciale adjudanten, onderschei
denlijk in Noord-Brabant en in Utrecht, op
pensioen gesteld en het bedrag van het pen
sioen bepaald voor eerstgenoemde op 1726,
en voor laatstgenoemde op f 1708 'sjaars.
Benoemd by den prov. staf, tot prov. adju
dant in Utrecht, de majoor op non-activiteit
K. W. P. Seeuwen, van het wapen der inf.,
die in verband daarmede in zijn rang by
dien staf wordt overgeplaatst; tot majoor,
prov. adjudant in Noord-Brabant, do kapitein
A. J. R. De Vrede, commandant van het alge
meen depot van discipline; by het wapen
der inf. by het 8ste reg., tot majoor, de kapt.
K. A. Pfeiffer, adj. van het corps.
Met ingang van 1 November a. s. benoemd
tot vice-consul te Djeddah, met den persoon
lijken titel van consul, gedurende zyn verblijf
aldaar, de heer G. S. Endt, vice-consul by
het dep. van buit. zaken.
Aan mr. B. A. Roelvink, op zyn verzoek,
met ingang van 15 dezer, eervol ontslag
verleend als president der arr.-rechtbank te
Zulfen, met dankbetuiging voor de langdurige
en gewichtige diensten, door hem in rech-
teriyke betrekkingen bewezen.
De commissaris van politie te Groningen,
J. C. Vunderink, in zyne betrekking geschorst.
Benoemd A. Van der Geld tot burgemeester
van Hedikhuizon.
Met ingang van 1 Nov. a. s. benoemd tot
directeur van het postkantoor te Dordrecht
J. F. C. Roelants, thans directeur van het
post- en telegraafkantoor te Assen.
Aan W. J. A. Van Ouwerkerk, commies
der post. 4de k)., op zyn verzoek verleend
een eervol ontslag uit die betrekking.
Perequatie «Ier grondbelasting.
Thans is by de Tweede Kamer ingediend
het ontwerp, strekkende om, te beginnen met
1893, de grondbelasting op de ongebouwde
eigendommen te heffen naar zes percent
der belastbare opbrengst. Een ander wets
ontwerp tot herziening van de wetgeving
op de grondbelasting zal weldra volgen. Ten
gevolge van de voorgestelde heffing, zal het
bedrag der Ryksgrondbelasting van 1011 ge
meenten verminderen, terwyl dat van 326
gemeenten zal vermeerderen of nagenoeg
geiyk biyven. De vermindering van grondbe
lasting zal veelal aan de lichte gronden ten
goede komen. Door de heffing terug te bren
gen tot 6 pet., zal de schatkist een verlies
ïyden van ruim f 960,000.
Er bly ven niettemin eenige gemeenten over,
waar zoo niet alle, dan toch de meeste aan
slagen die van 1892 aanzienlyk zullen te
boven gaan, byv. te Amsterdam, Leiden,
Utrecht, Arnhem, enz. By het groot aantal
kleine huiserven in die gemeenten is echter
iedere aanslag op zichzelf veelal een te gering
bedrag, om een buitengewonen maatregel te
wettigen.
Ten aanzien van verschillende andere ge
meenten, waar het kohier der grondbelasting
eene aanmerkelyke verhooging zal ondergaan,
is voorgesteld eene tydelyke reductie, in dien
zin, dat over 1893 zal geheven worden volgens
een percentage, waardoor 25 percent boven
het in 1892 in hoofdsom en ryks opcenten
geheven bedrag zal worden gevorderd. Het
verschil tusschen dit percentage en 6 pCt. van
dezelfde opbrengst wordt jaarlyks over de 10
eerstvolgende jaren met één tiende verminderd.
De gemeenten, voor wie deze reductie van
de 6 percent geldt, zynWildervank, Veendam,
Slochteren, Siddeburen, Harkstede, Oude-
Pekela, NieuwePekela, Onstwedde, Ballum,
Nes, Boombergum, Hardogaryp, Warrega,
Hoogeveen, Zwollerkerspel, Staphorst, IJsel
muiden, Wilsum, Kamperveer, Zalk en Vee-
caten, Blankenheim, Kuinre, (Geldersch) Venen-
daal, Oosterbeek, Velp, Rede, Ressen, Angeren,
Gent, Elden, Siyk Ewyk, Lede enOudowaard,
Hien, Ochten, Wamel, Leeuwen, Dreumel,
Alfen (Gelderland), Druten, Afterden, Puiflyk,
Vuren en Dalen, Pannerden, Zevenaar, Veessen,
Akersloot, Midwoud, Zuid- en Noord-Schermer,
Oostzaan, De Vennip, Sassenheim, Nieuwkoop,
Zevenhoven, Gouderak, Krimpen a/d. IJsel,
Lekkerkerk, Serooskerke (Schouwen).
Verder is nog in het wetsontwerp bepaald,
dat indien door de toepassing dezer wet de
heffing van 10 opcenten op de ongebouwde
eigendommen in eene gemeente minder mocht
opbrengen dan in 1892 door heffing van op
centen door dezelfde belasting verkregen werd,
het ontbrekende door eene bydrage uit 's Ryks
schatkist zal worden aangevuld, welke aanvul
ling ton hoogste 38,500 zal kunnen beloopen.
100.)
„Ik geloof niet aan de waarheid van hare
beminnelykheid en harteiykheidHoe zy
inderdaad denkt en gevoelt, verraadt zy, wan
neer zij in het vuur van het gesprek zich-
zelve vergeet; dan komt het my voor, alsof
plotseling het voorhangsel scheurt, waarachter
zy haar hart verbergt. Herinnert gy u niet
meer hetgeen zy kort geleden omtrent Valeria
Saupe zeide?"
Mevrouw Von Osternau zag hare dochter
getroffen aan. Om iets te antwoorden,
zeide zy:
sMen moet niet ieder woord op een goud
schaaltje wegen. In het vuur van het ge
sprek aegt men weieens iets, hetgeen men
niet verantwoorden kan; u doet dit ook;
iedereen maakt er zich schuldig aan. Wat
zou men b. v. van den heer Pechmayer moe
ten denken, indien aaen ieier zyner woordea
zoo nauw moest nemen?"
Een lichte blos bedekte Lizes wangen,
maar zy geraakte niet in verlegenheid, toen
zij, hare moeder strak aarikykende, ten ant
woord gaf:
„Zy zyn beiden een raadselbeiden hebben
iets gemeens, een sluier verbergt hun hart,
maar wanneer deze by hem een weinig wordt
opgelicht, wanneer hy zyne gelieele ziel legt
in zyn spel, dan gevoel ik, dat achter dien
sluier een arm gekweld hart schuilt, een
edele, maar hooger strevende geest verbor
gen is by Bertha daarentegen bedekt
die sluier een afgrond vol zelf-, geld- en
genotzucht."
„Myn Hemel, kind, hoe komt gy aan zulke
gedachten, zulke woorden?" riep mevrouw
Von Osternau, even verwonderd als verschrikt.
„Ik weet het niet, moeder; ik heb veel over
beiden nagedacht en ben zoodoende gekomen
tot hetgeen ik zeide. Ja, zoo is het!"
Mevrouw Von Osternau zette het gesprek
niet verder voort.
Des avonds echter, toen zy zich met haren
echtgenoot alleon bevond, vertelde zy dezen
woord voor woord hetgeen zy des morgens
met Lize gesproken had.
„Was dat •ngelukkige mensch toch maar
nooit in ons huis gekomen!" zeide zy, haar
verhaal besluitende; „niet Bertha, maar hy
draagt de schuld van de treurige veran
dering, welke zich by ons kind heeft voor
gedaan. Doe my pleizier, Frits, en geef hem
zyn ontslag! Betaal hem een jaar salaris,
maar zorg er voor dat hy uit ons kas
teel komt."
Mismoedig schudde de heer Von Osternau
het hoofd.
„Gelooft gy dat Lize geheimen voor uheeft?"
vroeg hy.
„Neen, zeker niet!"
„Heeft zy er zich ooit over beklaagd, dat
hy tegenover haar anders gesproken heeft
dan een meester tegenover zyne' leerlinge
betaamt, of hebt u bemerkt, dat hy by het
onderricht of gedurende ons samenzyn de
grenzen van de plaats, welke hy hier inneemt,
te buiten is gegaan?"
„Dat kan ik niet zeggen, maar.
„Heeft hy ooit de plichten verwaarloosd,
welke hy op zich nam, to^n hy in ons huis
kwam? Is hy niet een liefdevol, zorgzaam
onderwijzer voor Fritsje? Verwaarloost hy
het onderwys van Lize? Heeft hy iets gedaan,
waarvoor hy terecht een verwyt verdient?
„Neen, maar ge zult hem ook schadeloos
stellen. Wanneer gy hem zyn salaris voor
een geheel jaar uitbetaald
„Gelooft gy, dat ik do wegzending van een
man van eer uit ons huis met de uitbetaling
van een jaar salaris goed kan maken? Ik
geloof dat m Lizes oordeel omtrent hem zeer
veel waars ligt en ik zou het myzelven nooit
kunnen vergeven, wanneer ik hem door eene
onrechtvaardigheid krenkte; hy is buitendien
toch reeds een niet gelukkig mensch. Zoo
lang hy zyne verplichtingon nakomt, moeten
wy ook de onze vervullen. Goeden nacht,
Emma!"
XIV.
De luitenant was van eene reis naar Berlyn,
welke hy, ter voldoening aan eene opdracht,
hem door den heer Von Osternau gedaan,
gemaakt had, teruggekeerd. Hy was van het
kasteel Mirbach vertrokken zonder de post-
aankomst af te wachten, daar hy zyn neef
zoo spoedig mogelyk bericht over hetgeen
door hem verricht was wilde geven. Dit
althans zeide hy, om zich te verontschuldigen,
dat hy de met de post aangekomen brieven
niet medegebracht had, doch deze veront
schuldiging was ontoereikend, daar hy slechts
weinig had mede te deelen, en hetgeen hy
te vertellen had gerust nog eenigen tyd had
kunnen wachten.
Wordt vervolgd.)