fj°. 9999.
Dinsdatv 27 Septeiuber.
A0. 1892.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Tweede Blad.
Feuilleton.
Geld alleen maakt niet gelukkig.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.ƒ1.10.
Franco per post1.40.
Afzonderlyke Nommers0.05.
PRIJS DER ADYERTENTIEN:
Van 1—6 rogels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.17£.
Grootere letters naar plaatsruimte. Voor hot
incasseoren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend.
KOLONIËN.
BATAVIA, 20 26 Augustus.
Uit de „Atjehsche Courant" van 10, 13 en
17 dezer:
De trams werden dagelijks beschoten, voor
namelijk tusschen Lambaroe en Lamreng;
ook eenige posten kregen nu en dan eene
schietbeurt.
Op Zondag 7 dezer, 's namiddags omstreeks
4 uren, kwamen vijf Atjehers op de trambaan
bij Lambaroe, losten op de benting eenigo
schoten en kozen het hazenpad, toen eenige
schutters op het .bastion kwamen.
De vijand heeft in de laatste dagen veel
waak- en werkzaamheid getoond. Door de
nachtelijke hinderlagen werd geobserveerd,
dat de aflossing der schildwachten geregeld
om het uur geschiedde, en als teekenen dat
die wachten goed wakker zijn, hoorde men
om het kwartier op een bamboe slaan.
Die schildwachten zyn geplaatst om een uit
val van onze zijde tijdig te kunnen waar
schuwen, daar het grootste gedeelte van den
vijand achter die geplaatste schildwachten
zich bezighield met het opwerpen van ver
sterkingen.
Men bericht ons van buiten de linie, dat de
vijand de trambaan tusschen Lamreng en Lam
baroe, by het oude blokhuis Lamsayoeng, zal
opbreken. Dit zal geschieden op een avond,
wanneer de maan zeer laat zal opkomen.
De bende van Tongkoe Mad Amin houdt
zich thans by de VI moekims op en molesteert
de bevolking aldaar. De passergangers voor-
namelyk hebben van die bende te ïyden.
Dezer dagen werd een der passergangers,
die zich naar onze linie wilde begeven, met
een klewanghouw op het hoofd gedood.
Hit hoofd van de IX moekims, Toekoe Nja
Mohamad, is .binnen de linie om zyn trakte
ment te komen ontvangen.
Vrydag, 12 Aug., in den voormiddag, om
streeks 10 uren, had in 't Gouvernements-hotel
de plechtige uitreiking plaats van de gouden
medailles, welke door de Regeering zyn toe
gekend aan de luitenants dor Chineezen Tjia
Tjoen Seng van Penajoeng en Lie A Sie van
Oleh-leh.
Even vóór het aangegeven uur verschenen
de jubilarissen met den assistent-resident van
Groot-Atjeh en de ambtenaren van het bin-
nenlandsch bestuur in het Gouvernements
hotel, waarin zich reeds bevonden do H. H.
officieren, chefs van staven, corpsen en dien
sten met hunne adjudanten, de kapitein der
Chineezen en een groot aantal Chineesche
notabelen en handelaars.
Van Penajoeng trok een groote optocht
van Chineezen, waaronder zich bevonden
Chineesche kinderen en vrouwen gekostumeerd
als Chineesche wayangs, te paard, met vlaggen
en doekjes versierd. Eene groote, kostbare,
zyden banier, met goud doorstikt, werd voor
den stoet gedragen.
De stoet plaatste zich na aankomst in den
kraton in ry en gelid vóór het Gouvernements
hotel.
Met klokke tien verscheen de civiel en
militair gouverneur in de pendopo (vergader
zaal), begroet door de aanwezigen, terwyl
de kapel van het 14do bataljon infanterie
het „"Wilhelmus" aanhief.
Door den gewestelyken secretaris werden
de besluiten voorgelezen, waarby voornoemde
Chineesche officieren, voor buitengewone be
wezen diensten, werden beloond met de groote
gouden medaille.
Na eene korte toespraak van den gouver
neur in het Hollandsch, welke door den
Magistraat in het Maleisch werd vertolkt,
werden, onder het spelen van het volkslied
door de kapel, die eereteekenen op de borst
van de Chineesche officieren gehecht door den
assistent-resident van Groot-Atjeh.
Op den avond van den 14den dezer zyn
zes maraudeurs van buiten de linie in de
kampong Mibouw gekomen en hebben getracht
om eenige karbouwen weg te voeren. Het
kampongvolk verzette zich hiertegen, waar
door er een gevecht met blanke en vuur
wapenen ontstond, waarna de maraudeurs het
hazenpad kozen.
Op dienzelfden avond heeft een volgeling
van den zoon van Toekoe Nangeroi, die met
11 karbouwen van Troemon alhier aankwam
en in Lohong is gelogeerd, van de duisternis
gebruik gemaakt om uit het huis van Pang
djangak, alwaar hy ingekwartierd werd, 1
achterlaadgeweer en 1 rentjong te stele»
en daarmede uit de linie naar den vyand te
trekken.
In de laatste dagen komen onder de troe
pen, hier en op de posten, veel buikziekten
voor. De politie mag wel scherp toezien, dat
op de passer geene onrype vruchten, komkom
mers en andere sapryke en verkoelende vruch
ten verkocht worden.
Overgeplaatst is naar Kota Pohama om als
commandant van dien post op te treden, de
lsto luit. der infanterie Dykstra, van het deta
chement te Lampermé, en naar Lampermé de
2de luitenant Swaab, van het 15de bataljon.
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn
de volgende beschikkingen genomen:
Civiel Departement. Geplaatst: In decontrüle-
afd. Pendjaloe, afd. Galooh, de contr. late kl. K.W.
G. Watson.
Verplaatst: Van do contrule-afI. Pendjaloe,
afd. Galoc-h, naar de contróle-afd. Sindanglaoet, afd.
Cheribou, do contr. 2de kl. J. A. Van der Breggen.
Toegevoegd: Aan den ass.-res. van Banjoe-
wangi, do adsp.-contr. L. W. De Leeuw.
Verplaatst: Van de onderafd. Ogan Oeloe en
Enim, afd. Komering en Ogan Ooloe, Enim en de
Ranau-districten, naar de onderafd. Pasoemahlanden,
afd. Lematang Oeloe en Hier, Eikim en de Pasoemah
landen, de contr. lste kl. W. C. Van der Meulen.
Van de afd. Ogan en Komering naar de onderafd.
Og.n Oeloe en Enim, afd. Komering en Ogan Oeloe,
Enim en do Ranau-districten, de oontr. lsto kl. F.
A. H. Van den Bossche. Van de onderafd. Lema
tang Oeloe, afd. Lematang Oeloe on Ilir, Kikim en
de Pasoemahlanden, naar de afd. Ogan en Komering
Ilir en Blidah, de contr. 2de kl. J. G. H. F. Sohuller
tot Peursum. Van de onderafd. Pasoemahlanden,
afd. Lematang Ooloe en Ilir,.Kikim en de Pasoemah
landen, naar de onderafd. Lematang Oeloe, de contr.
2do kl. W. J. Tliiemo.
Van de afd. Karimon naar de afd. Tandjong Pinang,
de oontr. A. E Immink.
Benoemd: Tot kassier van de Weeskamer te
Batavia de 2de commios bij die Kamer F. A. Reynhart.
Verplaatst: Van de ros. Bagelen naar do ree.
Tegal de controleur lste kl. J. Bosmanvan do
res. Banjoemas naar de ros. Bagelen, met intrek
king van zijne verplaatsing naar do ree. Kediri, de
benoemde controleur 2de kl. A. M. K. De Does.
Ingetrokken: Do vorpliatsing van do res.
Kediri naar de res. Tegal van den controleur 2du
kl. F. C. N. Van der Moore, met bepaling dat hij
in eerstgenoemd gewest werkzaam blijft.
Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europa,
wegens ziekte, aan den officier van jus'itie by den
R. v. J. te Padang Mr. W. Vincent.
Benoemd: Tot officier van justitie by den R.
v. J. te Padang, het lid in den R. v. J. te Batavia
Mr. H. J. A. Wilmar; tot lid van den R. v. J.
te Batavia do ambtenaar op non-activiteit Mr. R.
Goddard, laatstelijk voorzitter van de landraden te
Pamakasan en Sampang (Madoora).
Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europa,
wegens ziolite, aan den onderwijzer lsto kl. A. Bommel.
Ontsla g on: 6 Op verzoek, eervol uit 's lands
dienst, do hoofdambt, op Don-act-. A. W. P. Verkerk
Pistorius, laatstelijk resident van Tapanoeli (Sum.
Westk.)
Benoemd: By den post- cn telegraafdienst, tot
commies 2de kl., de commiezen 3de kl. F. L. Van
Olden en Oh. Laurens; tot commies 3do kl., de
adj.-commiezon W. Moody, O. J. T. Bruine en T.
Van Leuven; tot architect 2de kl. bij den Water-
sta <t en 's lands B. O. W., de ambtenaar op non-act.
E. Roelofseu, laatstelijk opzichter late kl.; tot
commies bij do directie van het Weduwen-on Weezeri-
fonds van de officieren der landmacht in Ned.-Indië,
W. E. Berkholsi, gepensionneord majoor der inf. van
hot Nc-d.-Iud. leger.
Yorlougd: Met 3 maanden of zooveel korter
als zal blijken voldoende te zijn, de termijo, waar
voor do ambt. J. F. Portier ter bOBCüikking gesteld
is van den voorzitter van do landraden te Pekalongan
en Batang, om belast te worden met griffiers-werk
zaamheden.
Gesteld: Voor 3 maanden of zooveel korter
als zal blyken voldoende te zijn ter beschil.kiDg van
don voorzitter van do landraden to Pekalongan en
Batang, om to worden belast met griffiers-werkzaam
heden bij dio rechtbanken A. M. Scheerder, laatstelijk
ambtenaar, ter beechikking gestold van don voorzitti r
van den landraad te Kraksaan (Probolinggo); te
Garoet, Mangoenredja Tasikmalaja, Manondjaja en
Tjiamis, om te worden belast met griffiers-werkzaam
heden bij die rechtbanken J. Heidsieck, laatstolyk
ter beschikking van den voorzitter van den landraad
te Probolinggo.
Verleend: Een 2-jarig verlof naar Europa, wegens
ziekte, aan den o derwyzer 2de kl. J. O. E. Bartels,
thans tijdelijk belast met het geven van onderwijs in
de Duitecho taal en letterkunde aan do H. B.-S. te
Semarang.
Ontslagen: Eervol uit zijne betrekking wegens
ziekte de opzichter 3do kl bij den Waterstaat
en 's lan^6 B. O. W., Et. G. F. Boers; op verzoek
oervol uit 's lands dienst do commies op het res-
kantoor te Pali (Japaraj C. H. E. Burger.
Overgeplaatst: Van de op. lag. school te
Banda-Neira (Amboina) naar die te Ternate als lsto
hulponderwijzer, de onderwyzer 2do kl. J. J. F.
Krügors. Van do op. lag. school te Ternate naar die
te Banda-Neira (Amboina) als lste hulponderwijzer
do onderw. 2do kl. A. Van Witzenburg.
Benoemd: Tot boekhouder bij do Weeskamer
te Batavia het lid van de Wees- en Boedelkamer te
Padang J. A. Oorver; tot lid van do Wees-en Boedel
kamer to Padang de kassier bij de Weeskamer te
Batavia C. J. Veenstra; tot commies op het res.-
kantoor te Pati de 3de commies op het ros.-kantoor
te Batavia L. E. Brückner; tot 2den commies op het
ros.-kantoor te Bandong (PreaDger) de oommies op
het res.-kantoor te Tandj.-Pinang (Riouw) W. A. Th.
Anthonijaz; tot commies op het res -kantoor te Tandj.-
PinaDg de commies van het res.-kantoor te Serang
(öantam) H. Th. Meeng; tot commies op het res.-
kantoor te Serang, de 2de commies op het res.-kantoor
te Bandong K. Vodegel.
Verplaatst: Van do res. Kediri naar de res.
Tegal de controleur 2de kl. F. O N. Van dor Moore;
van do res. Banjoemas naar do res. Kediri do benoemdo
controleur 2de kl. A. M. K. De Doos; van de ïos.
Samaiang naar de res. Banjoemas de benoemde adsp.-
controleur Th. J. W. 8. Neijs; van de res. Madoera
naar de res. Bezooki de controleur 2do kl. J. A. E.
Van Dovontor.
Bepaald: Dat geplaatst blyft: in de ros. Madoera
de benoemde controleur der 2de kl. H. Th. De S&nty
iu de res. Bezoeki do benoemde adsp.-coutroleur
L. W. Do Leeuw.
Oerarlement van Marino. Ontslagen: Eervol
uit 's lands dienst, de 2de machinist by do Gouv.-
Marino, W. B kker Jr.
Verleend: Een bionenlandsoh verlof voor den
tijd ^an 2 maanden naar Soekaboomi, wegens ziekte,
aan den lichtopzichter der lsto kl. by don dienst der
kustvorliclr ing in Ned.-Indib K. A C. W. Lieder.
Departement van Oorlog. V e r 1 o e n d Een 2-jarig
verlof naar Europa, wegens zukte, aan dc-n off. van
gtzondh. lste kl. Dr. H. Groothoff.
Ontslagen: Op verzoek eervol uit Hr. Ms.
mil. dioi'St met ingang van 3 Sep'ember 1892, wegens
volbrachten diensttijd, met behoud van recht op
pensioen, de kapitein der inf. A. F. Balabróga.
Verleend: Een 2-Jaig vorlof naar Europa
wegens ziekte aaD don dirigeert nd off. van gez lste
kl. Dr. J. R. H. Van Son.
Geplaatst: Bij het linkerhalf lsto bat. te
Banjoc-Biioe do 2do luit. der inf., onlangs uit Ne
derland aangekomen, E. R. Bouwmeester; bij het
17de bat. te Padang do uit Nederland verwacht
wordondo kapt. der inf. D. Van Zomerenbij
het 17de bat, te Padang do uit Nederland verwacht
wordende 2do luit. der inf. K. O. Hoolboom.
Geplaatst: Als gewest, intendant te Soorabaia
do kapt -intendant op het bureau van den gewest,
intendant to Soerabaia L. O. Van Berg.
83.)
Zy verkeerde met hem cp denzelfden ver-
trouwelyken voet als met de andere heeren,
en juist deze onbevangen vortrouwelykheid
kwam mevrouw Yon Osternau voor als het
beste bewys, dat hare zorg omtrent Lize
geheel zonder grond was. Zy veroorloofde het
daarom gaarne dat de heer Pechmayerdage
lijks met Lize eene wandeling maakte of dat
zy zich te paard naar de landeryen begaven,
om, geiyk zy lachend zeido, Lize de gelegen
heid te verschaffen haren onderwyzer in de
muziek onderricht te geven in den hoogeren
landbouw.
Geheel alleen met den heer Pechmayer
was Lize nooit, daar Frits tot geen prys
thuis zou gebleven zyn. Hy achtte iedere
minuut van den dag, welke hy niet in ge
zelschap van den heer Pechmayer kon door
brengen, vorloren.
Genotvoller uren dan die, welke het onge
dwongen samenzyn met Lize en Fritsje op
de wandelingen hem verschaften, had Egon
nooit beleefd. Hy had het niet mogelyk ge
houden, dat de landbouw zoo belangwekkend
kon zyn, als hy hem al meer en meer voor
kwam. Het was voor hem een werkelyk
genot, zich te kunnen laten onderrichten.
Hy verheugde zich als een kind, wanneer
Lize, op allerliefst plagende wyze, zyne weet
gierigheid en snelle vorderingen prees, maar
niet minder verheugde hy zich, wanneer zy
hem eens recht hartelyk uitlachte over zyne
grenzenloozo onwetendheid, dat hy niet eens
rogge van tarwe wist to onderscheiden, dat
hy een haverveld voor een tarweveld had
aangezien, dat hy de weidende melkkoeien
eene verzameling ossen had genoemd. Het
hinderde hem dus volstrekt niet, indien hy
door haar werd uitgelachen het schoone
meisje mocht dit gerust doen.
De heer Storting had het voorspeld: Egon
zou zich, gelyk al de andere bewoners van
het kasteel, spoedig voor de heerschappy
van de kleine toovenaarster buigen; en die
voorspelling kwam uit. Egon gehoorzaamde
zyne lieve, kleine leermeesteres en hy lachte
wel eens, indien hy daarover nadacht, maar
hy gehoorzaamde zoo gewillig als een groot
kind. Wanneer een niet overdacht woord aan
zyn mond ontsnapte, was er maar eene
enkele syllabe van Lize noodig om hem tot
achter de ooren te doen blozen en hem het
zwygen op te leggen.
Nooit waagde hy het ook meer met Soli-
man halsbrekende kunsten uit te voeren,
wanneer hy met Lize aan het wandelryden
was. Hy hield het dier in een geregelden
draf en daarby zóó vast in de teugels, dat
de vurige renner 't in het geheel niet durfde
wagen zyne oude streken uit te halen.
Een geheel ander leven, volkomen in stryd
met dat, hetwelk hy vroeger geleid had, werd
nu door Egon op het kasteel Osternau ge
voerd, maar een leven, dat eene eigenaardige
betoovering op hem oefende, waarby hy zich
zóó kalm, gelukkig en tevreden gevoelde,
dat hy niet denken mocht aan de mogeiyk-
heid, dat hy eenmaal weer anders zou kun
nen worden.
Des morgens was hy by het aanbreken van
den dag uit de veeren, zocht dan den heer
Storting op en reed met dezen naar de lan
deryen. Evenals Lize zyne leermeesteres, zoo
was ook Storting zyn leermeester in het
landbouwbedryf en wel met het allerbeste
gevolg. Hy leerde Egon in theorie het be
stuur van een uitgestrekt landbezit, ver
klaarde hem de wyze, waarop de landeryen
bebouwd en de runderen behandeld weiden.
Eene inderdaad vriendschappelyke verhouding
ontstond dientengevolge tusschen Storting en
Egon. Het maakte den laatstgenoemde onuit-
sprekelyk gelukkig voor het eerst in zyn
leven iemand van zyn leeftyd gevonden te
hebben, van wien hy zeker kon zyn, dat niet
lage winzucht ten grondslag aan zyn vriend-
schappeiyken omgang lag.
Op den morgenrit volgde het ontbyt en
dan het geven van onderwys aan Lize en
Fritsje. Den tyd, dien Egon alsdan vóór het
aan tafel gaan restte, besteedde hy met het
ernstig bestudeeren zfiner boeken, welke over
de opvoedkunde handelden.
Voor dit vak had hy, na de eerste moei
lijkheden overwonnen te hebben, zeer veol
belangstelling gekregen.
Dan volgde de maaltyd, by wolken hy al
zeer spoedig niet meer stommetje behoefde
te spelen, wanneer de heer Yon Osternau
over het landbouwbedryf sprak, daar hy
door zyne opgedane kennis kon deelnemen
aan het gesprek, al bestond dit ook slechts
in het doen van vragen, op welke de heer
Von Osternau steeds met de meeste bereid
willigheid en biykbaar met genoegen ant
woordde.
Vervolg ommezijde