N°, 9384 Woensdag £21 September. A0. 1882. Tweed/Mad. (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (gon- en feestdagen, uitgegeven. Yorccnigde vergadering der beide Kamers, Feuilleton. <«eld allee,a maakt ui et ïeJukki?. LEIDSCH DAGBLAD. PB.IJS DEZBB COUBAJNT: Yoor Loédea p«r 8 m*md®nf 1.11. frinco per post1.40. Aiiooderlgk* Nommeni0.06. Officieel© Kemiisgevingcn. Pateolbladeii. Do Burgemeester, boofd van het bestuur der ge- ïucoDto Leidon, brengt ter kennis van de belangheb- btudcn, dat de Patentbladcn voor do gepatenteerdon, wonendo in de wijken VII, VIII en IX, oyer bet dienst jaar 1892/93, bij bet coilego van zetters, in één der vertrekken van het Raadhuis dezer gemeente, op vertoon van het aanslagbiljet verkrijgbaar zijn, op Woensdag 21, D o n d u r d a g 22, V r ij d a g 23 eo Zaterdag 2-1 September e. k., telker.8 des namiddags van één tot d r i o uren, terwijl na het verstrijken van dien tormijn de onafgehaalde Patentbladcn ter uitreiking moeten worden gegeven aan de deurwaarders der directe belastingen alhier, dio voor hunne moeite mogen eischen tien cents, zonder meer. Leiden, De Burgemeester voornoemd, 20 Sept. 1892. DE KANTER. op Dinsdag 20 Sept. 1892, in de vergaderzaal van de Tweede Kamer TOT OPENING VAN DE GEWONE ZITTING DER STATEN GENERAAL. De Voorzitter, de heer Van Naamon van Eeranes, opent te twaalf uren de vergadering en doet door den griffier van do Eerste Kamer voorlezen een Koninklijk besluit van 9 Sept. jl., houdende zijne benoeming tot Voorzitter van de Eersto Kamer gedurende het aanstaande zittingsjaar. De Voorzitter benoemt de heeren Van Eysinga, C. P. Viruly, Pijnappel, Roëll, Ruys van Beerenbroek, Brantsen van do Zijp, Borgesias, Huber, Van Pallandt van Nteryuen, Van Zinnicq Bergmann, Smeenge, Donner, Bool, De Beaufort (Wftk by Duurstede) en Van den Berch van Heemstede tot leden der Commissie, die Hare Majesteit de Koningin- Regentes in het gebouw zal ontvangen en uitleiden. De Ministers, hoofden van Hinisteriëele Departementen en de leden van den Raad van State vereenigen zich des namiddags te één uur mede in de vergaderzaal. Hare Majesteit de Koningin-Regentes, 'kort daarna in het gebouw der Tweede Kamer aangekomen, wordt in de vergaderzaal binnen geleid, neemt plaats tor linkerzyde van don troon en houdt de navolgende openingsrede: „MIJNE HEEREN! 3y de hervatting van Uwen arbeid mag Ik, met een gevoel van dankbaarheid, in menig opzicht bevredigende mededeelingen geven omtrent den toestand van land en volk. j De betrekkingen tot alle buitenlandsche j Mogendheden zyn van den meest vriendschap- pel ken aard. Zee- en landmacht, zoowel hier te lande als in de Koloniën, kwyten zich by voort during op loffelyke wyze van hare taak. De uitkomsten van den oogst en de toe stand van den veestapel zyn gunstig. Het zelfde kan niet in allen deele worden gezegd omtrent handel, scheepvaart en nijverheid. De algemeene gezondheidstoestand is be vredigend. Besmettelijke ziekten, die zich in den loop des jaars vertoonden, behielden een plaatselijk karakter. Door in het buitenland hoerschendo Aziatische cholera werd in de laatste weken de volksgezondheid bedreigd. Tot dusverre mocht ons land voor den voort gang dezer ziekte bewaard blyven. Bleef de veestapel niet geheel verschoond van mond en klauwzeer, dat sedert geruimen tijd langs onze grenzen in het buitenland heerschte, de ziektegevallen bleven tot enkele plaatsen beperkt. Behalve tot verzekering van den gercgelden gang des bestuurs en afdoening van aan hangige voordrachten, zal Uwe medewerking worden ingeroepen voor gewichtigen arbeid. Ter regeling van het kiesrocht voor de Tweede Kamer der Staten-Gen oraal en voor de Provinciale Staten, wordt U cene voor dracht aangeboden. Voorstellen tot invoering eener beroeps- en bedrijfsbelasting en tot verbeterde heffing der grondbelasting, zullen CJ binnenkort bereiken. Tot organisatie der landmacht en tot ver sterking van het materiëel der zeemacht, zullen U voorstellen worden gedaan. Wetsvoordracliten, zoowei tot verdere uit voering van de bepalingen der Grondwet, als tot verbetering van de wetgeving, van de weerbaarhoid des lands en van maatschappe lijke toestanden, worden inmiddels bewerkt en in gereedheid gebracht, om, naarmato de voertgang van den wetgevenden arbeid dit mogelijk maakt, aan de overweging der Staten-Generaal te worden onderworpen. Voor Nederlandsch-Indië zal reeds spoedig Uwe medewerking worden gevraagd tot maat regelen betreffende bet leger, de "financiën, de koffiecultuur, het snlandsch onderwijs en het mijnwezen. Andere voorstellen iki het belang der Kolo niën worden voorbereid. Met vertrouwen, Mijne Heeren, doe Ik een beroep op Uwen ijver en Uwe toewijding, tot de vervulling Uwer gewichtige en veel omvattende taak. Moge Uw arbeid, onder Gods zegen, de welvaart en den bloei verhoogen van ons dierbaar Vaderland. In naam dor Koningin, verklaar Ik de ge- wono zitting der Staten-Generaal te z\)n geopend." Hare Majesteit de Koningin-Regentes, voor afgegaan door de Commissie, verlaat de vergaderzaal. De Voorzitter sluit, nadat de Commissie in de zaal is teruggekeerd, de vergadering. Leiden, 20 September. D e in ons 1ste blad vermelde plechtig heid, welke hedennamiddag in hot academie gebouw alhier plaats had, werd bygewoond door oen talryk publiek, w. o. curatoren, hoogleeraren, lectoren, studenten en verdere belangstellenden, waarby zich op de voorste ryon tevens eenige dames bevonden. Ook op de tribune, welke op den 8sten Februari door de academische kapel wordt ingenomen, waren thans dames gezeten. Hot verslag, dat nu en dan, vooral aan het slot, wegens zyne belangrijke beschou wingen, als redevoering was iogekleed, werd met aandacht gevolgd, waarvan de stilte, welke er heerschte, echter meermalen werd onderbroken door do bijvalsbetuigingen, welke aan de voor deze en gene genoemde personen van hoogo waardeering gotuigende woorden of puntige opmerkingen werden geschonken. Na do toespraak werd do nieuwe rector magnificus met applaus begroet. Op de 1.1. Vrydag geopende schilderyen- tentoonstelling in de Academie van Beel dende Kunsten te 's-Gravenhage is aan me juffrouw H. C. Van de Pavord Smits alhier een tweede prys toegekend. De heer J. D. Pasteur, inspecteur 2de kl. by den post- en telegraafdienst te Batavia, heeft aan 's Ryks Ethnographisch Museum te Leiden ten geschenke gegeven het model eener woning op Nias, naar het voorbeeld van het huis van den Radja van Ombalata. Aan den schenker is de dank der Regeering betuigd. Er bostaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Nieuw-York, door middel van het stoomschip „P. Galand," van Am sterdam vertrekkende. Ten postkantore albior roeten de brieven enz. uiterlijk hedenavond om 10.10 (stadstyd 10.30) bezorgd zyn. De wijze van verzending behoort duidelijk ©p het adres vermeld te worden. HH. MM. de Koninginnen komen Vrijdag PBXJB DUB. ADVERrJ ENTTUÊN: Tan 16 regelt ƒ1.05. Iedere regel meer 0.17}. Groolere lettere near plaatsruimte. Voor het ineaaeeeren buiten de eUd wordt ƒ0.10 berekend. te Haarlem, op denzolfden tijd en tot het zelfde uur als reeds vroeger was bepaald. In het laatst van deze week zoo meldt de Haagsche correspondent van de „Zutf. Ct." zal de kieswet, welke wel geen al gemeen, maar toch een zeer uitgebreid kies recht zal geven, by de Tweede Kamer in komen. Voorloopig zal geeno vorandeiing in het kiesrecht voor de gemeenteraden worden voorgesteld. Dit laatste blijkt dan ook uit de Troonrede. By Kon. besluit is by het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht opnieuw benoemd, voor een tijdvak van vyf jaren, ingegaan 12 dezer, in zyne tegenwoor dige betrekking, de reserv. fficior van gez. lste kl. J. D. Van Hengel, eervol ontslagen officier van gez. 2de kl. van het O. l. leger, arts to Gondringen, en is, op hun verzoek, eervol ontslag verleend uit hunne botrekking tot de landmacht, aan de reserve-officieren van gez. 2de kl. dr. A. J. Van der Weyde en dr. C. Winkler, van het personeel van den ge neeskundigen dienst dor landmacht, eerstge noemde gerekend van 28 Aug. jl., laatstge- melde met 12 dezer. De voor den dienst in Ned.-Indiö bestemde officier van gez. 2de kl. M. P. M. Moesman, thans h la suite van het koloniaal werfdepot gevoerd, is, op zijn verzoek, eervol uit den militairen dienst ontslagen. De lange reeks rijtuigen. Zondag-avond van het „Grand Theatre" in De Amstelstraat tot ver op den Binnen-Amstel te Amsterdam opgesteld, toonde duidelijk aan, dat er dien avond iets buitengewoons in den schouwburg te doen was. Sara Bernhardt, de gevierde Franscho tooneelspeelst.er, zou als „Fedora" optreden en om de talentvolle vrouw toe te juichen en te bewonderen, had een uitgelezen en talrijk publiek de schouwburgzaal van de heoren gebr. Van Lier reeds tijdig gevuld. Het verlangen steeg naarmate het uur van aankomst naderde en nam toe, toon men nog langer geduld moest oöfenen, want oerst vyf minuten v<5ór halfnegen ging hot scherm omhoog. De rijk begaafde tooneelspeelster, wier buitengewone talenten door het beschaafde publiek in Nederland zoozeer worden gewaar deerd, wist ook nu weder de toeschouwers mede te sleepen en zoozeer onder den indruk to brengon van hetgeen zij zagen en hoorden, dat zij vergaten, dat er gespeeld werd, doch als het ware de gebeurtenissen en toestanden op bet toon eel weergegeven, medeleefden. 72.) Hy had tot dusverre nooit aan de toe komst en zelden aan het verledene gedacht, Hechts voor het tegenwoordige geleefd, zich zonder wil aan den indruk van het oogonblik overgegeven, zonder ook maar in het minst de gevolgen te berekenen zijner daden. Een gevoel van verantwoordelijkheid had hy nimmer gekend; by had slechts voor zich alleen geleefdhy had gemeend tegenover geen monsch ter wereld verplichtingen te hebbenwaarom zou hy zich dus voor het eon of ander in acht genomen hebben Toen hy op den dollen inval kwam voor een korten ty«l de rol van Pechmayer te spelen, had hy er wel aan gedacht dat hem daardoor de een of andere drang kon worden opgelegd, maar zonder gedachten als het ware was hy den drang van het oogenbhk gevolgd. Hij kon toch ieder oogenblik, zoodra hom ook-hot loven als gouverneur onaange naam en vervelend voorkwam, daaraan een einde maken zyne geliefde revolver was hem immers gebleven? orveeld had hij zich echter niet sedert het oogenblik, waarop hy met Gottlieb Pech mayer van kleederen verwisseld en diens naain geleend hadmaar wat had fay daar door gewonnen? Gevoelde hy zich gelukkig? Had hy zich met het leven verzoend? Had drt aan be- koorlykheid voor hem gewonnen? Noen, inderdaad niet! Vroeger had hy, wanneer het hem ooit der moeite waard war© geweest aan het verledene te denken, dit kunnen doen zonder eenig gevoel van berouw. Met groote onverschilligheid had hy dan een terugblik geworpen op zyn vroeger bestaan; heden deed een dergelyke terugblik een gevoel van schaamte in zyne ziel ontstaan. Zyn geheel vroeger leven kwam hem als dwaas en nietsbeteekenend voor. Hy was een karakterlooze bloodaard geweest. Bertha Von Massenburg had zyn karakter zeer juist geschetst. Slechts aan een toeval had hy te danken, dat ook de beschuldiging, door zelfmoord zich aan den stryd met het leven onttrokken te hebben, niet verdiend was. Een diep gevoel van schaamte door drong zyne ziel. Droeg hy nog niet steeds de revolver in zijn borstzakhad hy nog niet voor enkele uren zich getroost en tevredon gesteld met de gedachte, dat hy hot ieder oogen blik in zyne macht had een ondraaglyk leven, door een snel besluit te nemen, te ontvlieden, daaraan door een lichten druk op den ibrekker van zjjEM) revolver een einde ite maken? Onwillekeurig greep hij snel naar hot wapen. Toen by dit haastig uit zyn borst zak trok, om het met afschuw van zich te werpen, bracht hy tegelykertyd een brief te voorschijn, welke op den grond viel. Het was de aan den gouverneur Gottlieb Pechmayer gerichte brief, welke des avonds naet de post was aangekomen. Egon had hem geheel vergeten, thans echter herinnerde hy zich zyne aarzeling om dezen al dan niet aan te nemen. Hy nam het schryven van den grond op en begaf zich naar de voorde sofa staande tafel, waarop de helder bran dende lamp stond. Zijne gedachlengang had eene andere lich ting gekregen. De oogenblikkelijke afschuw, welke de revolver hem had ingeboezemd, was verdwenenmet een bitter lachje bezac haj hot wapen, hetwelk hem eens zoo lief geweest was. „Z3ker had ik voor alt yd afschoid van jo genomen, myn oude. trouwe vriend!" fluis terde hy. „En opnieuw is het een toeval, het te voorschyn komen Yan •dien ellonuigen brief, dat er my heeft afgehouden den indruk van het oogenblik te volgen. Zal ik dan nooit myzelven meester worden? Het is een menscli zonder karakter.hom ontbreekt de zelf bchoerschiDg", zoo had de oude lieer uit Beriyn geschreven.' "VVaarlyk, hy had ge- lyk! Steeds opnieuw behJ^rBC^^ mi) hefc oogenblik. Wilde ik niet myzeJredderL toen ik de revolver uit myn borstzak1 troic met het doel deze uit het venster te w^r>r pen? Hot wapen wordt slechts gevaarlyk door mijn eige> wil, slechts d&n, wanneer my de kracht ontbreekt dien te volgen, in dien ik werkelijk de bloodaard ben, die het niet duift wagen met liet leven te stryden. Maar ik vrees u niet meer, orde vriend; gy zult by my blyven, niet als eer matsten redder in den nood, maar als een v< maner, die my toeroept„Behoersch uzelf!" Hy liet de revolver wed. .n zyn borst zak glyden en bezag toen don kief, dien hij nog steeds in de linkerhand li M. (TT,. rvolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 5