K°. 9971. Donderdag 25 Augustus. 1892. tgeze (Courant v/ordt dagelijks, met uitzondering van §onen feestdagen, uitgegeven. Eerste Blad. Feuilleton. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Lolden per 3 maanden1.10. ïranco per post1.40- Alaonderlgke Nommere...0.05. PRIJS DER AD VERTENT IÊN Tan 1—6 regeli ƒ1.05. Iedere regel meor 0.17$. Qrootore lettere naar plaatsruimte. Voor het incasseoren buiten de stad wordt ƒ0.10 berekend. Dit nomnier bestaat uit TWEE Binden. Met 1 September begint een nieuw kwartaal van het Leidsch Dagblad. Zij, die zich nu reeds op deze Courant abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Leiden, 21 Augustus. Het laatste der reeks zomer concerten van •de kapel der grenadiers had gisteravond in <ien tuin van „Zomerzorg" onder de meest gewensc-hte omstandigheden plaats. Op de onweersbui van 's middags was een prachtige avond gevolgd, al was do natuur in het begin door den gevallen regen nog niet zoo heel veel opgefrischt. De tuin was zóódanig bezet als in dit seizoen nog maar zelden het geval ■is geweest en vertoonde zich met z\jn rijken planten- en bloemenschat op z(jn fraaist, daar •het hemelwater daarop niet zonder invloed was gebleven. Wat ook niet in geringe mate tyj-iroegom 'het genot van den avond te verhoogon, was de w\jze, waarop het programma was samen gesteld, ende uitvoering zelve, voor welke niet anders dan de meesto lof kan worden toegekend. Het coips handhaafde vooral met dit laatste concert, zijn gevestigden naam. Én de directeur, do heer W. Van der Linden, én do musici mochten daarom bij herhaling den luidston bijval inoogsten De serie van do „acht zomer-concerten" werd dit jaar besloten met den beroemden Grenadier-marsch, en niet, volgens de traditie, met het „Wien Neerlandsch Bloed", „Wil helmus" of „Io vivat", en ook bleef deandeie jaren gebruikelijke bengaalsche verlichting achterwege. Daarvoor zullen de directeur en de heer Couvée, de laatste als eigenaar van „Zomerzorg", zeker wel hunne respectieve goede redenen gehad hebben. Intusschen zal dit gemis volstrekt niet schaden aan den gunstigen indruk, welken de dezen zomer gegeven grenadier-concerten heb ben nagelaten, en niets te kort doen aan de warme erkentelijkheid tegenover don heer Couvóe voor de zorgen, welke hij ook nu in zoo vele opzichten heefc aan den dag gelegd om het den bezoekers met hunne dames zoo geriefelijk en aangenaam mogelijk te maken. Nochtans zijn do muziekuitvoeringen op „Zomerzorg" nog niet afgeloopen. Aanstaan den Dinsdag avond zal er het laatste der vier Harmonie concerten van het stafmuziekcorps van het vierde regiment infanterie gegeven worden. In hot „Volksbelang van Gent" wijdde de heer Willem De Vroese oen warm artikel aan wijlen prof. dr. M. De Vries. De heer Floquet, voorzitter dor Fransche Kamer, die, zooals mon reeds weet, met zijne vrouw en oenige vrienden een pleizierreisje door Nederland maakt, is gistermiddag ie zes uren uit 's Gravenhage te Amsterdam aan gekomen en heeft zijn intrek genomen in het „Doelen-Hotel." De lieer Floquet heeft, alvorens naar Am sterdam te vertrekken, met zyne echtgenoote het graf bezocht van Barlès, den wegens een staatkundig misdrijf verbannen en te 's-Gravenhage voor 20 jaren overleden Fransch- man, en daarop een krans gelogd. Het bedoelde graf bevindt zich op de be graafplaats „Eik en Duinen"; de grafsteen vertoont niets dan het eenvoudige opschrift „Barbès" en is door een sierlijk hek omgeven, destijds den overleden balling door zijne ver eerders en geestverwanten als gedenkteeken gewijd. De heer Floquet heeft ook gisteren in Den Haag een bezoek gebracht aan de Tióveszaal en aan de vergaderlokalen der Kamers van de Staten-Generaal. In de Troonzaal van de Tweede Kamer zag hy slechts eeno niet be- kleede zaal, dewijl de werkzaamheden voor de beschildering van de tot hiertoo witge pleisterde muren en voor het stellen van een nieuwen troon en troonhemel, nog in vollen gang z\ju. De eerste vraag, wolke hij deod, nl. waar de plaatsen dor journalisten waren, kenmerkte eigenaardig den geest van het publieke leven in Frankrijk. Ook vertoefde de voorzitter van de Frarscho Kamer eonige oogonblikken in de Ridderzaal en kon hy niet nalaten zijne verbazing te betuigen, dat een oud gebouw, zoo rijk a^n historische herinneringen, cen9 opeenstapeling vertoonde van oude stukken en papieytn. Te 's-Gravenhage is overleden do heer jhr. I. H. A. Röell, in leven hoofdcommies bij het departement van waterstaat. Jhr. Róell werd den ICdon Juni 1822 to Amsterdam go- boren en bereikte dus don ouderdom van ruim 70 jaren. In 184^twerd hy aan het departe ment van binnenland3che zaken werkzaam gesteld als adjunct-commies by do afdoeling waterstaat en klom daarna op tot chef van het kabinet van den minister bij dat departe ment. In 1877, by de oprichting van het departement van waterstaat, ging de over ledene in gelyke betrekking hierby over. Hy bleef als zoodanig werkzaam tot 1 Juli van dit jaar, toen hem op zyn verzoek eervol ontslag werd verleend met aanspraak op pensioen. Aan het diner, door den groothertog van Sakson in het Kurhaus te Scheveningen ge geven, namen deel, behalve de hertogin van Mecklenburg, jhr. Van der Hoeven, Neder- landsch gezant te Berlijn, en echtgenoote; gravin Bentinck van Middachten en freule Bentinck, hare dochter; graaf Bentinck van Amorongen; baronesse S. Sirtema van Gro- vestins en do gepensionnoorde vice admiraal jhr. Van Capellen. Naar men vernoemt, is de komst van Haie Majesteiten de Koninginnen te Haarlem bepaald op Woensdag den 7den September e. k., omstreeks halfelf. Na het bezoek aan het stadhuis, enz. zal omstreeks 1 uur een tweede ontbyt op het stadhuis aangoboden worden; daarna zal een rytoor, onder anderen door den Haarlemmer hout, plaats vinden en aan eenige merkwaar dige inrichtingen oen kort bezoek gebracht worden. Hare Majesteiten zullen omstreeks halfzes weder naar hot koninklyk slot to Soestdyk vertrekken. De weg, welke door den koniakiy- ken stoet door de gemeent9 zal worden ge volgd, zal later worden bekend gemaakt. De minister van binnenl. zaken heeft, mot intrekking zyner beschikking van 22 Juli, het vervoer van herkauwende dieren en varkens verboden: lo. uit den kring, om vattende de weilanden in de gemeente Gie- sendam, gelegen ter weerszijden van den spoorweg DordrechtGorkum, tusschen de wachtposten 71 en 73, ten Noorden begrensd door den Tiendweg, ten Zuiden door do be bouwde kom en het verdere bebouwde ge deelte dyk der gemeente Giesendam, ten Westen door do Zwy'nskade en ten Oosten door de Oostelijke grens van het weiland van P. Ter Louw, gelegen voor wachtpost 71 2o. uit den kring, omvattende do weilanden te Giesen-Oudekerk onder de gemeente Gie sendam en begrensd ten Noorden door den Tiendweg, ten Zuidon door het gehucht Giesen Oudekerk, ten Westen door den Dam- schen weg en ten Oosten door de Oostelyke grens van het weiland van J. Rietveld. By beschikking van den minister van marine zyn, met ingang van 1 Sept. a. s benoemd tot adsp.-adm. by de opleiding te Willemsoord do jongelingen: H. D. Ruben koning, J. A. Van Veon, B. M. Taverne, G. M. Klasing, M. C. Jautze en E. A. O. Vorvooren. Het tydelyko Rykstelegraafkantoor in het kamp by Zeist wordt voor het tydvak van 24 dezer tot en met 22 Sept. a. 8. op den gewonen voet voor het algemeen verkeer heropend. De heer Wagtho, het eonige liberale lid der Prov. Staten in het district Tolen, is gisteren overleden. Door het kiescollege der Ned.-Herv. ge meente to Rotterdam is gisteravond uit de vroeger samengestelde drietallen de keuze uitgebracht op: In de vacature-dr. J. Th. De Visser (voort durende door het bedanken van dr. S. D. Van Veen)dr. L. Heldring O. Gz te Middelburg. In de vacature-ds. G. J. Vos Flz. (voort- duronde door het bedanken van ds. A. J. A. Vermeer Jzn): ds. H. Wildoboer Jz., te Oude water. Niet 1 September treedt Sarah Bern hardt op in den schouwburg der heerenVan Lier in de Amstelstraat, te Amsterdam, maar 17 September. Het laat zich aanzien, dat er ook dit jaar nog niets komen zal van do invoering- der nieuwe bepalingen van do wet op het militair onderwys, betrekking hebbende op don hoofdcursus en de cursussen by het wapen der infanterie. Nog slechts een zestal weken scheiden ons van den eersten October, den dag, waarop by alle regimenten het nieuwe cursusjaar aanvangt. Bestond dus het plan om de tegenwoordige gebrekkige regeling met primo Octobor door eene betere te vervangen, dan had men van hoogor hand reeds nu het reglement voor den hoofdcursus en de cursus sen moeten afkondigen. Wat de oorzaak der vertraging is, willen wy niet nagaan, doch men zal ons toegeven dat er niet de regeling van zulk eene gewichtige, doch daarom toch. niet minder eenvoudige zaak wat spoediger kon voor den dag gekomen zyn. In Maart van dit jaar was de gansche regeling reeds zoo goed als gereed. Althans omstreeks 5 maanden geleden ontvingen de verschillende corpscommandanten een volledig reglement om hierover advies uit te brongen. Zelfs werd van hooger hand op spoedig ant woord aangedrongen. Naar wy van zeer betrouwbare zyde ver namen, maakte het project van den inspec teur van het militair onderwys een alleszins gunstigen 'indi uk. Aan de kleinste byzonder- (leid alleen maakf niet gelukkig. 19.) Diepe stilte heerschte overal. Zelfs het anders zoo bedryvigo pluimgedierte wasvoor de glooiende zonnestralen in de schaduw der schuren govlucht en rustte daar zonder het minste geluid te geven. De plaats was zóu eenzaam en verlaten, dat de heer Von Osternau hel spoedig moede werd uit het venster te kijken. Hi) nam een boek en begon te lezen, doch ook dit beviel hem niet lang. Zijne ge dachten waren op het veld bij de arbeiders; zy wilden zich niet bij het boek bepalen. Mismoedig legde de heer Von Osternau z(jn boek neder. „Dat vervelende stilzitten is niet uit te houden", zeide hy, zicli lot zijne echtgenoote wendende, die, met eeno groote breikous in de hand, op do sofa zat. „Ik verdraag het niet langer. Terwy) alle handen daarbuiten zicli roereD, zal ik hier als een luiaard in een leunstoel zitten? Neen, ik houd dat niet racer uit, Emma! Ik moet er uit, en buiten dien het is ook in het geheel niet noodig, dat ik mij nog langer ontzie. Ik heb sedert twee uren geene enkele maai gehoest." Mevrouw Von Osternau liet haio breikous rusten en zag baron echtgenoot lachend aan. Zy was niet mooi, maar ais zy zoo vrien- delyk lachte als op dit oogenbhk, had baar gelaat eene eigenaardige aantrekkelykheid. Er viel zooveel goedheid op te lezen, dat men de onregelmatigheid der trekken geheel vergatzy schoen dan, niettegenstaande hare veertig jaren, nog altyd eene mooie vrouw. Haar lachen was onweerstaanbaar; daar mede bedwong zy iedere tegenspraak van haren echtgenoot, die zich tegen een hard woord of bevel zeker verzet zou hebben. Door het vriendelijk lachen zyner echtgenoote werd hy steeds ontwapend. „Zyt gy vergeten, lieve Frils, welk eene marteling wy beiden van nacht hebben door staan?' vroeg zy op vriendelyken toon. „Gy hebt zoo verschrikkelyk gehoest, wji hebben btiden nauwelyks een uur geslapen en nu zoudt ge u in de gloeiende hitte naar de arbeiders op het veld willen begeven? Doe my hot genoegen, lieve Frits, en biyf in uw leunstoel zitten 1 Het is buitendien spoedig middag; dan komt er weder leven in de brouwery." De heer Von Osternau bromde een paar onverstaanbare woorden en dacht er niet moer aan zyn leunstoel ie verlaten. Zuch tende schikte hy zich in zyn lot. Hy nam zyn boek op, doch legde het spoedig weder neer. Met aandacht lezen kon hy toch niet. „En weet gy nu wel, dat wy heden 0 Juli hebben?" „Ik zou 't haast denken maar hoe komt gy daarop?" „Tot den zesden Juli hebben wy den gou verneur tyd gogeven. Heden zal hy aankomen." „Dan zullen wy hem in den loop van den dag wel zien." „Ik zou wel wenschen, dat hy niet kwam. Dat zou eene mooie gelegenheid zyn, om zich weder van hem te ontslaan. Ik moet eeriyk bekennen, my nog maar niet te kun nen vereenigen met uwe gedachten, een gouverneur aan te stellen. Wy hadden beter gedaan voor onzen Frits eene gouvernante te nemeneene welopgevoede jonge dame, uit eene goede familie, is tevens eene aan gename huisgenoote; gedurende de paar eerste jaren had zy ons Fntsje best het noodige onderricht kunnen geven en buiten dien zou het voor onze dartele Lize zeer heilzaam geweest zyn, indien zy onder eene strengere vrouwelyke tucht dan de uwe ge komen ware." „Gelooft ge inderdaad dat ons dochtertje zich aan een strenger toezicht zou gewend hebben? Gy weet, ikzelvo heb eerst aan eene gouvernante voor onzen Frits gedacht; de ervaring echter, welke wy met de gou vernante van Lize hebben opgedaan, was veel te afschrikkend, dan dat ik lust zon gevoelen my daaraan nog eenmaal te wagen. Daar onze dochter reeds als kind al de gou vernantes, die zy gehad heeft, tot vertwy- feling bracht, zou het er thans, nu zy den leeftyd van zeventien jaren bereikt heeft, zeker niet heter op worden. Zy is te wild, te bandeloos! Neen, neen, het is veel beter zooals wy thans besloten hebbenen aan gezien ook in geen ander opzicht ten aan zien van Lizes verkeer met den te verwach ten gouverneur bedenkingen gemaakt zouden kunnen worden, heb ik den directeur Kramser verzocht my een jongmensch aan te bevelen, dat, zoo mogelyk, by uitstek leelyk zou zyn." „Ik weet dit, doch moet u zeggen't is eene dwaze gedachte 1" riep de heer Von Osternau, hard lachende „Men kan niet voorzichtig genoeg zyn", antwoordde mevrouw ernstig. Wordt xervolgi.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 1