Lagerbier Wegens Sterfgeval: van alle voorhanden GOEDEREN, TEGEN SPOTPRIJZEN. ERVEN A. BARTELS. Levering en Plaatsing van Electrische Bellen, Telephoons,enz. MEUBELEN. Botermarkt. A. rolit m oei als iet M „VOLLENHOVEN". ONTVANGEN: WAARSCHUWING! G. S. POPP, AALMARKT 16. AALMARKT 16. II. Lippold's Rieten Koffers. leste Bieren - Sitae Prezee Haarlemmerstraat 221. GEEN Let vooral op het Etiket. I. P. RIEDEL, Boommarkt. J. J. POLLMANN, Nieuwe Rijn 20, bij de Korenbrug. Amerikaansclie Glansstyfsel Stoffeeren van Stoelen, Canapés en Springveerenmatrassen. Reparaties spoedig en net. Transport van Inboedels. Uage Prijzen. um 26 J. H. STEIN Jr., Spuistraat 21, Den Haag, Chavannes Roilandet, Zee-Assurantiën. u9o 9 De verkoop zal plaats hebben van 's morgens 9 tot 's avonds 6 nren en aanvangen Morgen, Donderdag 30 Juni. Feuilleton. ZIJN MOORDENAAR. 3963 16 Hoofdagent te Leiden Pp" Kon ij; vertegenwoordiger voor Lelden en Omstreken. 712 20 TELEPHOONNUMMER 122. Telephoonn. 178. Pei liter. Per flesch. Jenever f 0.70 f 0.60 Gebelde „0.80 „0.68 Oude „0.90 „0.75 BSrandciviJn „0.70 „0.60 Bcslc „0.80 „0.68 Inl. „0.90 0.75 Cognac 1-02 „0.86 BuUenl. „1.36 1.15 Vieux 1-70 „1.50 Aalmarkt 19. HLIHEE. 880 11 eene groote collectie HAND- en REISKOFFERS, zeer sterke, groote HANDKOFFERS van af ƒ1.—, alsmede groote sorteering REIST ASSCHEN, KOERIERTASSCHEN, REISNÉCESSAIRES, enz. 3815 20 Groote sorteering WANDELSTOKKEN, nieuw en zeer goedkoop. Bekroond met den hoogsten prys Leipzig 1803. Van de wereldberoemde van FRITZ &CIIULZ Jun., Leipzig, moet elk pak naaststaand fabrieksmerk dragen, wil het echt zijn. Het pak 13 Cents. Het is in alle winkels in voorraad. 2730 18 FABRIEK EN MAGAZIJN VAN (voorheen Wagenstraat), VOLSTREKT ËEMG ADRES van Al wat buiten dit adres als Rieten Koffers wordt aangeboden, is namaak, wat In soli diteit met de Echte zelfs niet kan ver geleken worden. 3581 12 NIEUWE RUN Agenten derS toom vaartmaatechappfl „Nederland". Zoowel voor passage-bespreking als verzending van goederen. Bierbottelanj: Korte Diefsteeg v Tele pli oonnurriiöcr 106 2160 9 Finale Uilverkoop a contant 86.) Vrouw Nielsen schudde bedenkelijk het hoofd. „Nu, nu, oude!" riep haar echtgenoot, „be ken het maar ge waart werkelijk bang." „Zuiver is het ook niot; zulke dolle spron gen, als die doen, heb ik nog nooit van eene Christen-geit gezien. Z\j doen als razenden; breng hun versch voeder, het beste wat ik kan vinden, dan stooten ze en komen met de groote hoorns en de gloeiende oogen op m\j af, alsof ze dol zijn." De zeelieden lachten; het vrouwelijke ge zelschap beduidde door woorden en gebaren, dat hot in dezen volkomen mot vrouw Nielsen instemde. Uit zulk een huis iets tot zich te nemen, en dan nog wel een bok, des duivels rijpaard, en eene geit, dat was toch werkelijk onzen lieven Heer verzoekon. „Ik zou er geen druppel melk van willen drinken, ofschoon ik anders het meest van geitenmelk houd", zei vrouw Domsen; „wat daaruit geboren kan worden, is niet te overzien." pHa ha!" lachte de oude loods Nielsen, „wat daaruit geboren is wat, oudje?" „Zwijg, oude, of..." riep vrouw Nielsen. „Of go wilt verraden, dat ik den laatsten Zondag een beetje aangeschoten thuis ben gekomen. Dat komt van den zeewind." „Go zyt onverbeterlijk; ik geef het op!" „Dat geloof ik ook; wat men in zes en veertig jaar niet heeft kunnen doen maar nu ge mij toch schandelijk hebt verraden „Ik? Daar hoor jelui het nu zoo doet hij nu altyd, ach, wij, arme vrouwen, moeten steeds van alles de schuld dragen." „Door mijn oudje zijn wij geheel van onze geschiedenis afgedwaald", vervolgde Nielsen; „het meisje is tot op den huidigen dag nog niot teruggevonden." „Zou daar niet eene misdaad bij in het spel zijn?" meende een der aanwezigen. „Men kan haar toch niet hebben vermoord?" „Eene misdaad, zoo inoens met moord en doodslag, dat wil ik nu juist niet zeggon, maar zoo gohetl zuiver is het niet. Er is iets voorgevallen en iemand is daarbij in het spel geweest." De oude Nielsen deed een langen trek uit zijn steenen pijp, deed eene flinke teug uit z\jn glas en weerde met een sluw gezicht door zijn zwijgen de vragen der nieuws gierigen af. „Oude ge moet ons niet eerst in span ning brengen en dan halverwege blijven staan men zegt het, of men zegt't niet", meende vrouw Nielsen, die zich wat geërgerd gevoelde. „Hm hm!" aldus liet do oude Bóckfleth zich hooren, „ik heb ook een vogeltje hooren zingenhet moet een voornaam heer zijn geweest, wien het roode haar van het meisje zóó is bovallen, dat hfl kennis met haar heeft aangeknoopt en nou, wie kan het weten „En dat zegt gij, gij, een man van de kerk, hier in Friedrichshagen? Zoo iets komt bij ons niet voor. Onze meisjes zijn nette meisjes en al had zij ook rood haar, neen dat geloof ik nu niet en nooit niet!" riep de boerin Kühter en zjj brak met hoogrood ge laat eene lans voor de eer der vrouwen en meisjes uit Friedrichshagen en omstreken. „Wat het ook moge zijn", sprak Nielsen, „het meisje is op eene raadselachtige wijze verdwenen." „En mijnheer de baron Richard Yon Glat- beck zal er niet vreemd aan z\jn", lachte Böckfleth. „De dolle baron?" riepen als uit één mond de gasten. De uitdrukking, welke bij dezen uitroep op de verschillende gezichten lag, was weinig vleiend voor den baron. XII. Dat was een groeien en bloeien zonder einde! De lente was aangekomen! Onver wachts was ze verschenen en de sneeuw was voor haren zachten adem verdwenen! Leven op het veld, waar men bezig was do korrels toe te vertrouwen aan den schoot der aarde; leven ginds in de kasteelen. De gan- sche omgeving rustte zich uit voor het huwe lijksfeest der gebroeders Von Glatbeck. Binnen weinige dagen zou Clarissa verbon den worden met Bruno, te Bennewitz, het stamgoed der Struendorffs, waar ook het huwelijk van Ludmilla en Richard zou wer den gevierd. Clarissa wilde dan met Bruno op het Glat- becksche majoraatsslot „Trunzow" verblijf houden, terwijl Richard en zijne jonge vrouw naar hunne bezitting „Kvieme" zouden trekken. Bennewitz en Rabenhorst vormden natuur lijk de brandpunten der beweging. Wordt vervolgd.) Leiden, ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1892 | | pagina 6